Haarlems GROOTSTE SCHILDER geen drinkebroer, geen „vrolijke Frans H.P.BAARD ideeën ontstaan bij het tandenpoetsen Gelukkigste museum directeur van het land HET GENIE FRANS HALS Humanist, realist, democraat en impressionist HAARCRÈME Ter inleiding Alphenaar Th. Koersen in de Kamer herdacht ATAX-TAXI Overijssel" naar Nieuw-Guinea Idee groeide Lijst van vijftig oenen Milj 10 DONDERDAG 14 JUNI 1962 Frans Hals moet een jongen van acht of tien jaar zijn geweest, toen zijn vader en goeder omstreeks 1590 om gods dienstige redenen van de zuide- Jjlke Nederlanden naar het noor- fkn uitweken. Vader Franchois Hels en zijn vrouw stamden uit Mechelen, maar woonden later te Antwerpen. Vandaar dat in offi cie stukken gesproken wordt °ver „Frans Hals van Antwer pen". De vader was „droogscheer der" van beroep. (De „droog scheerders" hadden bij de laken- fabricage de zeer belangrijke taak het ruige laken glad te •cheren). Hij was getrouwd met Adriaentgen van Geestenrijck. Hort nadat zij zich in Haarlem hadden gevestigd werd er een weede zoon geboren: Dirck Hals, die eveneens schilder zou worden. Toen Frans Hals ongeveer 28 jaar ?nd was trouwde hij met Anneke Hermans, uit welk huwelijk twee kinderen geboren werden. Maar dit huwelijk mocht maar acht jaar wren: Anneke stierf in 1615. Twee jaar later hertrouwde hij •het Lysbeth Reiniers. Zijn naam fjs schilder was intussen geves tigd. Vrij karig bestaan Zelfportret van Frans Hals, zoals het voorkomt op het schuttersstuk ,fie Sint Jorisdoekenvan 1627. Geen drinkebroer Krachtig man Frans Hals is een groot man geweest. Daar hoeft nie mand aan te twijfelen. Er bestaat een naar hem vernoemd en speciaal "aan hem gewijd mu seum, dat jaarlijks ettelijke tien duizenden van over de grens naar Haarlem trekt. Anderhalf jaar lang heeft de museumdirectie met haar gehele staf op hoogspanning gewerkt voor de inrichting van een internationale expositie, waar voor de Haarlemse gemeenteraad met opvallende bereidwilligheid een aanzienlijke som beschikbaar heeft gesteld. Diverse penvoerders gaan (opnieuw) de betekenis van Hals belichten of zullen dat nog doen zodra de tentoonstelling ge opend is. Het zijn evenzovele uiterlijke tekenen, die in voldoen de mate bevestigen, dat Frans Hals een man van uitzonderlijk formaat geweest is. Wanneer bij dat alles een schrijvend, soms abstract werkend, Haarlems schil der poogt nader bewijs voor de grootheid van Hals te leveren, heeft dat iets weg van schaamte- loze aanmatiging. Het is dan ook maar in een bescheiden bijdrage, dat ik bij zoveel autoritaire na drukkelijkheid wil trachten aan te duiden, zo mogelijk te motive ren, waarom, de grote Haarlemmer Frans Hals zulk een belangrijk schilder is, dat hij een eigen museum op zijn naam heeft staan, en dat hem met een generatie tus senruimte een grootse tentoonstel ling wordt gewijd. JVie had Frans Hals de kunst van het -naderen bijgebracht? Dat is zonder "Wel Carel van Mander geweest, de destichter van de Academie, waar- i ook Hendrik Goltzius en Cornelia 'riielisz van Haarlem verbonden ?ren. Van Mander, die een voor zijn d hoog ontwikkeld man was en die s- schrijver is van het bekende „Schil- S,6rsboek", was, evenals de ouders van j, ans Hals, uitgeweken naar het noor- ?en. Hij zal ongetwijfeld in Haarlem het i&jf'ït van de jonge Hals hebben ont- en hem ook hebben aangemoedigd. ^-^n van de eerste opdrachten die de nge Hals kreeg, was het restaureren «W de schilderijen van de Graven van •wlland, welk werk hij uitmuntend Verrichtte. Zijn faam als schilder nam Kortdurend toe en gaandeweg kreeg Pfl opdrachten tot het maken van por- ®etten, ook groepsportretten. De be- r°ernde specimina van laats'bedoeld «enre zouden de schutterstukken wor- ®en en, niet 'te vergeten, aan het eind *an zijn leven de groepsportretten van regenten en regentessen van het Chrde-Mannenhuis. Al in 1616 kreeg hij de opdracht de ®Öicieren van de S. Jorisdoeken te Schilderen. Van hetzelfde gezelschap hiaakte hij opnieuw een groepsportret In 1927, in welk jaar hij tevens de Schutters van de Kloveniersdoelen voor het eerst portretteerde. Alle schutters stukken die hij maakte behoeven in dit Varband niet te worden opgesomd. Wel ^Oet worden gewezen op enkele latere ^Ofcpsportretten, die aan psychologische diepgang wonnen wat zij aan kleuren- hjkdom misten: behalve het boven» Roemde schilderij van de regen. J6*1 en regentessen van het Oude mannenhuis (plusminus 1664) ook jjat van de regenten van het St. Elisa- Gasthuis (1641). Dan zijn er nog beroemde schilderijen van genre- Suren als Malle Babbe en La Bohé mienne. Zijn bijbelse voorstellingen zijn Sfie verloren gegaan. Hevige armoede heeft Hals niet ge- "6tld, althans niet in die mate als men Laak aanneemt uit behoefte aan een op *}et sprookje geënte romantisering. Wel ?a'l hij het nooit breed hebben gehad, 5etgeen men kan afleiden uit het feit, Pat hij vaak moest verhuizen wegens ÏJUursehuld. Het is een treffende bij zonderheid, dat hij onder meer gewoond JJfeft in het Groot Heiligland, waar ?Üans het museum gevestigd is, dat aan «un groepsportretten zijn beroemdheid ijankt. Naar H. P. Baard, de huidige mrecteur van het Frans Halsmuseum, fOededeelt in de inleiding van het pla kboek „Frans Hals; Schutterstukken", aan welke inleiding ook hierboven enige pegevens werden ontleend, heeft Hals ®ct op zeker ogenblik toch wel zo Moeilijk gehad, dat hij zich op onge ler 82 jarige leeftijd tot de stedelijke "yer'heid moest wenden om ondersteu- Plng. Zijn gezin was groot. In het ge- *e®l had hij zeven zonen en vier doch- ks. Zes van zijn zoons werden ook fCnilder, te weten: Harmen (nog uit eerste huwelijk), Klaas, Anton, 5rans, Jan en Reinier. Hoewel zij allen kilderden, misten zij het meester schap van kun vader. Harmen en Klaas a.aren nog het meest bekend. Van de v'or dochters weten wij alleen, dat Sa- afl geestelijk onvolwaardig was Om te laten zien hoezeer Frans Hals in een familiaal milieu van schilders leefde, is het dienstig k hierbij te vermelden, dat ook de k°ven ter sprake gekomen jongere otoer van Frans Hals, Dirck, die in fkrlem geboren was, schilder is ge iden. En het is verleidelijk er dan te vertellen, dat deze Dirck onder n®er bekend is om een portret dat hij «kaakt heeft van de hoogst merk- liccib v a it „krdige Johannes van der Beeck, die im Johannes Torrentius noemde, een Jiteliigent en zeer overmoedig man, die, JpfZckruiser zijnde, door de Heren van >e Staten werd beschouwd als atheist, laatstgenoemden droegen Burgemees- Jj'fn van Haarlem op hem gevangen te ®tten en te berechten. De toenmalige <ke schout deed zijn werk bijna dui- 4J~S. maar ondanks de martelingen die °rrentius onderging riep hij niet de kj,an, maar de Here God aan. Nadat hij met uitgerekte gewrichten als een J- V.V Ul'VgCiCiVl.C gv, «yx ivnivvii «ko-ken mens in het werkhuys was op stoten, beklaagde hij zich erover, dat met voldoende licht had om te schil- hrv 6tl' hierover te oordelen be- emde het stadsbestuur een commissie tiiaoi drie schilders, waarin naast Ruys- h-ari en Goltzius ook Frans Hals zitting En uit zulk een historisch detaü cffi ^oc"1 van ter zij hoezeer Frans Bals Cleel toch wel in aanzien stond. bron FePutatie, dat Hals een drinke- eeno ls geweest, is onjuist. Hij zal wel ben glas een Pul gekeerd heb- Eilrt' fvoorbeeld bij feesten van het ®-nde Van ®int Lucas, maar dat is iets Pran -uan een drinkebroer te zijn. Dat de Hajs altijd lachte, dat hij dus in i.een Ske zin van de uitdrukking n vrolijke Frans" zou zjjn geweest, Wi» ,e£?ens,. een populaire misvatting, tóeg. zbn zelfportret beziet zal moeten en, dat er een diepe ernst ligt in zijn donkere ogen, ja, diait hij eerder de indruk maakt beheerst te worden door een gevoel van weemoed. Zo Hol lands als de gezichten zijn van de men sen die hjj geschilderd heeft, zo on-Hol- lands, zo zuidelijk, is zijn eigen gelaats uitdrukking. Wat een warmte, wat een gloed ligt er in die blik, waarmee zijn zelfportret ons aanziet. Zo'n man kan geen lichtzinnig grappenmaker zijn ge weest. En als hjj de lach schilderde was het dikwijls een fijnzinnige lach met een ondergrond van nadenkendheid of ironie. Frans Hals moet een zeer krachtige man geweest zijn. Op 84 jarige leeftijd nog werkte hij bijvoorbeeld aan de groepsportretten van regenten en re gentessen van het Oude Mannenhuis, wellicht het schilderkunstige hoogte punt van zijn ganse oeuvre. Om het zeer bijzondere te beseffen van zulk een levenskracht, moet men zich verplaat sen in Frans Hals' tijd, toen de gemid delde maximum-leeftijd nauwelijks veertig jaar was. Toen hij 86 jaar oud was, kwam er een eind aan zijn werkzame leven. Hij stierf niet in het armenhuis, zoals wel be weerd wordt, maar in zijn eigen woning. Zijn tweede vrouw, Lysbeth Reiniers, overleefde hem. Het was in het jaar 1666, dat hij begraven werd in Haar lem's Grote Kerk, de oude Sint Baaf, in het graf waarop vrijdagavond bij de opening van het Holland Festival en de internationale Frans Halsexpositie van regeringswege bloemen zullen worden gelegd ter huldiging van Haarlem's grootste schilder. TJEBBO FRANKEN. Advertentie BH) DOP EEN PRODUKT VAN L'QRÈAL DE PMStS „Zaterdag 2 juni reden we tegen de avond over de Schipholweg. In het licht van de ondergaande zon leek de oude Sint Bavo een vreemd belicht Mausoleum, waarin Frans Hals zijn laatste rustplaats vond. Daar lag de stad waar hij zoveel ja ren gewoond en gewerkt had. En vóór ons reed een grote expeditiewa gen met negentien kostbare werken van de meester. Ik kreeg een merk waardig gevoel. Daar reden ze, die portretten van Hals, zojuist ont scheept uit de Verenigde Staten en Canada. Ze keerden terug naar Haarlem. Een-en-zestig werken zul len vrijdag naar Haarlem terugge keerd zijn. Ik heb het gevoeld als een heel bijzonder eerbewijs aan Frans Hals. Werkelijk, het deed me iets". Directeur H. P. Baard van het Frans Halsmuseum vertelt op zorg vuldige wijze over ,,zijn" tentoonstel ling. Hij kan ei nog altijd niet over uit, dat daar in zijn museum nu zes- en-zeventig van de beroemdste wer ken van Frans Hals bij elkaar staan. Zomaar, tegen de grond, wachtend op het moment van het definitieve arrangement. „Het is of je Kenne- Op deze pagina en de volgende wijden wij enige aandacht aan Haarlems grootste schilder, Frans Hals, en aan de geschiedenis van de gemeentelijke verzameling van oude kunst in het algemeen en die van het Frans Halsmuseum in het bijzonder. Dit geschiedt ter in leiding op de internationale Frans Hals-expositie, die vrijdagavond wordt geopend tegelijk met de ope ning van het Holland-festival. Zo als men weet is de expositie inge richt ter gelegenheid van het 50- jarig bestaan van het Frans Hals museum en het 100-jarig bestaan van de gemeentelijke verzameling van oude kunst. De Haarlemse arts-in-ruste Tjebbo Franken, van wiens hand enige jaren geleden een vie ro mances van Frans Hals verscheen onder de titel „Frans Hals, de ro man van zijn leven schreef voor ons een beknopte levensschets van de meester. Onze medewerker Le- vinus Tollenaar geeft een inleiden de korte beschouwing over de be tekenis van Frans Hals als schil der. Hij zal daar uitvoerig op te rug komen, wanneer hij zal schrij ven over de tentoonstelling zelf. Voorts wordt uitvoerig herinnerd aan de gedenkwaardige Frans Halsfeesten van 14 juni 1900, toen het monument in het Flora park onthuld word. dy en Chroesjtsjev, De Gaulle en Macmillan, de Paus en Nehroe plot seling bij elkaar ziet. Het is overwel digend", vertelt hij. En dan te be denken, dat het bij wijze van spreken allemaal begonnen is met het poet sen van zijn tanden op een dag in 1950. Onder het tanden poetsen ko men de ideeën op bij de heer Baard. Het was een korte dagdroom: een grote overzichtstentoonstelling van werken van Frans Hals ter gelegen heid van het honderdjarig bestaan van de gemeentelijke kunstcollectie in 1962. Natuurlijk, het kon ook een tentoonstelling zijn over de schilder kunstige bijdrage van Haarlem tot Hollands Gouden Eeuw, en desnoods een tentoonstelling over de Haar lemse schilderkunst vanaf de Middel eeuwen tot nu toe. Maar het is uit eindelijk Frans Hals geworden. Min of meer toevallig. Mede als gevolg van de goede contacten van de heer Baard met de grootste kenner van Hals, prof. Seymour Slive, die vaak in Holland is geweest en zelfs een jaar in Aerdenhout heeft gewoond. Langzamerhand groeide het idee. De heer Baard nam contact op met de enige man in Nederland, die over voldoende internationale contacten beschikt om een internationale ten toonstelling mogelijk te maken: dr. A. B. de Vries, directeur van het Mauritshuis. Nadat de commissie en B. en W. hun fiat aan het plan had den gegeven, zijn de heren Baard, Slive en De Vries rond een tafel gaan zitten en hebben zich afge vraagd wat zij naar Haarlem zouden trachten te halen. Natuurlijk: La Bohémienne uit het Louvre en „De man met de slappe hoed" uit Kas sei, droomde men. Maar ze wisten ook, dat men evengoed om de funde ring van beide musea kon vragen. Men toog aan het werk en het is ge lukt. Momenteel zijn beide pronkju welen van Hals' meesterschap in Haarlem. Men wilde een overzichtstentoon stelling maken, waarin de verschil lende aspecten van de portretkunst van Frans Hals zouden worden be licht. Men wilde bovendien, dat iede re schilderkunstige periode uit het le ven van de schilder zo goed mogelijk vertegenwoordigd zou zijn. Tenslot te wilde men zich beperken: alleen het beste van het beste moest naar Haarlem gehaald worden. Men stelde een lijst op van onge veer vijftig werken, die samen met de elf in Haarlem aanwezige Halsen een voortreffelijke tentoonstelling konden maken. Maar hoe gaat dat? Sommige werken kon men niet krij gen. Andere moesten gerestaureerd worden; andere wilde men niet af- (Advertentte) 'KRUISWEG 47-49 HAARLEM Men weet niet helemaal zeker waar hjj geboren is. De meesten zeggen: in Antwerpen. Sommigen zeggen: in Mechelen. Evenmin weet men precies wanneer: men schat tussen 1580 en 1584. Men noemt als zijn leermeester Karei van Mander (1548-1606), maar anderen betwijfelen dat en vermoeden invloeden van de Amsterdammer Cor nells Ketel (1548-1616). Stadgenoten zijn de oudere collega's Karei van Mander, Cornells van Haarlem, Golzius en De Gheijn, alsmede de jongere Heda, Saen- redam, de oudste Ruysdael (Salomon), de bevriende Hendrik Pot en Johannes C. Verspronck, die voor zijn leerling gehouden wordt. Tijdgenoten zijn, in het zuiden, de iets oudere Rubens en de jongere Anton van Dijck en Jordaens; in het noorden de eveneens jongere Brouwer, Van Goyen en Rembrandt. Men kent van Frans Hals geen stil leven, geen landschap, geen naakt, ter wijl hij het bewijs levert dit alles te be heersen, en kent evenmin zjjn schetsen of voorstudies. Het enige dat het be staan hebben van Hals onomstotelijk bewijst, is een reeks portretten, vrij of in opdracht, enkelvoudige- of groeps portretten, waarmee hij zijn aanwezig heid zo onuitwisbaar in de kunsthisto rie heeft gegrift, zo formidabel, dat alle portretten in de verre omgeving verbleken en slechts zijn tijd- en land genoot Rembrandt en de Spanjaarden Velasques en pas veel later Goya te zamen met hem genoemd kunnen wor- den. Frans Hals was zonder enige twijfel een bijzonder schilder. Hij was een v r ij en zelfstandig denker, huldig de een progressieve opvatting over het menselijk schouwtoneel in tegenstelling tot de conventies van de kerkelijke kunst en het heroïsche pathos van de klassicistische Renaissance. Niettemin gebruikte hjj hun schema's om er de menselijkheid van de mens mee aan te tonen. Frans Hals was de r e a 1 i s t die de krijgsheld-vrijheidsstrijder durfde uit te beelden als de aanvoerder in ruste van een horde landsknechten, als de gecos- tumeerde burger belust op wijn en wild braad. Aldus ontnam hij de pose aan het gala-uniform. Hij was de humanist, die de kleinmenselijke hebbelijkheden mild taxeerde die een onbevangen ontmoeting met zijn model len ensceneerde. Van picturaal oogpunt uit was hij de impressionist, die in vluchtige toetsen (een nieuw begrip in de kunst historie) een momentopname kon pen selen, waarbij het gemak van de pose niet was voorgewend. Zijn geestelijke instelling kon Frans Hals als schilder waar maken door in de (Gesuggereerde) ruimtelijkheid van het schilderij ook de (reële) ruimte van de beschouwer te betrekken, en daarmee de idealen van de Renais sance te overtreffen. Met de elleboog van één zijner figuren kon hij het vlak van het doek doorbreken en, vóór de lijst uit, deze de werkelijke ruimte la ten insteken! Zijn composities richten zich niet con centrisch op de ene hoofdfiguur, maar- wijzen door vele diagonalen het schil- dervlak uit, de gelijkwaardigheid van allen die er op zijn afgebeeld, beklem tonend. Frans Hals tenslotte, was het genie dat, als een meteoor in 1616 met een hoogtepunt verscheen, niet afhankelijk van zijn voorgangers. Frans Hals stond boven zijn tijd in eerlijke en klare stellingname. Hij mócht boven zijn tijd staan, omdat hij de geniale schilder was, die zijn stand punt picturaal waar kon maken op een onnavolgbare wijze. Daarom is Frans Hals die grote man die aan moderniteit niet heeft verloren tot in onze tijd en die tot voortdurende aandacht dwingt. LEVINUS TOLLENAAR. Detail van „De maaltijd van de officieren van de Sint Jorisdoelen", een groepsportret van Frans Hals, dat tot het bezit hoort van het Frans Hals museum. Het detail laat zien hoe de vaandeldrager van de schutterij het vaandel in de greep van zijn gehandschoende hand houdt. Wij publiceren het hier, omdat het kenmerkend is voor de „nieuwe toets", die Frans Hals aanbracht in de schildertrant van de 17-de eeuw: een directe, enigzins ruige, weergave van de materie, met een preciesheid die evocatief is inplaats van fotografisch. Bijzonder kenmerkend is in dat opzicht ook het stuk kantwerk van de kraag, rechts bovenaan op de foto. H. P. BAARD staan zoals het portret van Isabella Coymans, waarvar de Parijse eige naar een prachtige, ontroerende, maar besliste afwijzing stuurde. Vooral dit portret had men graag naar Haarlem willen halen, omdat op de tentoonstelling ook de pendant zou komenhet schilderij van Isabel la's echtgenoot, Stephanus Geraerts. Beide portretten vormen als het wa re één geheel, want op het schilde rij biedt Isabella haar man een roos aan, die hij op het andere schilderij aanneemt. Dat is dus een teleurstel ling geworden. Maar daar staan zo veel meevallers tegenover, dat de heer Baard er nog niet over uit kan. Met de zeven man, die de staf van het Frans Halsmuseum telt, heeft men in anderhalf jaar tijds terwijl het gewone museumwerk moest door gaan de tentoonstelling voorbereid. Honderden brieven zijn geschreven. Ieder schilderij heeft zijn eigen dos sier gekregen. De verzekering moest geregeld worden, het transport. De catalogus in vier talen moest wor den samengesteld. Het museum zelf moest gereorganiseerd worden, want vervoersdeskundigen van reis- bureau's, spoorwegen en luchtvaart maatschappijen zijn er zeker van, dat er de komende maanden meer dan tweehonderdduizend bezoekers naar Haarlem zullen komen. Daar naast moeten allerlei ontvangsten worden voorbereid. De internationa le museumdirecteuren komen en na tuurlijk ook de eigenaars van de bruiklenen. Verder verwacht men nog wel enige vorstelijke belangstel ling, zowel uit binnen- als uit buiten land. De heer Baard durft haast zijn mu seum niet meer uit, nu er voor vele miljoenen aan werken van Frans Hals zijn ondergebracht. Hij heeft er ook nauwelijks de tijd voor, want de ze laatste dagen vóór de opening komt het op de finesses aan. En dan begint het "pas, tot 30 septem ber toe. Nee, het wordt wel novem ber, eer de heer Baard en de zijnen aan vakantie toekomen. (Van onze parlementaire redacteur) DEN HAAG, 13 juni In de Tweede Kamer heeft de president, dr. L. G. Kortenhorst vanmiddag de heer Koer sen herdacht. Hij schetste het overle den Kamerlid als iemand wiens werk hem lief was en die op voortreffelijke wijze het Kamerlidmaatschap heeft uitgeoefend. Daarvan, aldus dr. Kor tenhorst, getuigen de belangrijke ta ken waarmede de Kamer hem heeft belast. De wijze waarop hij leiding heeft gegeven aan het werk der en quêtecommissie heeft zijn naam als gewetensvol en scherpzinnig onderzoe ker en rechtvaardig beoordelaar ge vestigd. Hij had in hoge mate de even wichtigheid, nodig om de meest emo tionele zaken rustig en objectief tot klaarheid te brengen. Een man van karakter, integen, sterk in het zakelij ke, zachtmoedig in zijn wijze van han delen, oorspronkelijk in zijn denkbeel den, van velen een goede vriend, van niemand afhankelijk, aldus de voorzit ter. Het openbare leven in al zijn fa cetten was zijn wereld. Hij beminde God bovenal en zijn evennaasten als zichzelf. Zo heeft hij zonder zelfover schatting in ware bescheidenheid de wet van het leven als een hoge roe ping vervuld. Namens de regering heeft de minis ter van Binnenlandse Zaken, mr. To- xopeus, het overleden Kamerlid even eens herdacht. Hij zei: „De heer Koer sen is letterlijk in het harnas gestor ven", en stelde vast dat zijn bemin nelijkheid en hoffelijkheid voortkwa men uit het respect voor de mens, waarvan de heer Koersen steeds ge tuigd heeft. Met voorzitter Kortenhorst heeft ook de minister van Binnenland se Zaken woorden van troost gespro ken voor zijn echtgenote. (Advertentie) S.2.3.4.5. Mobilofoon service dag en nacht DEN HAAG, 13 juni In het kader van de aflossingen der schepen zal de jager „Overijssel" vrijdag naar Ne derlands Nieuw-Guinea vertrekken. De uitreis zal gemaakt worden via het „Panamakanaal". Het schip staat onder bevel van kapitein luitenant ter zee A. van der Moer.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1962 | | pagina 11