WERK VOOR KIESKEURIGER PUBLIEK?
Kwaliteitsprodukten
bieden dè oplossing
O
SUPRIMAL
B
Supersonisch vliegen
voorlopig nog taboe
v:
OPLEIDING VAN LATE ROEPINGEN
t de Latijnse school (Getnert)
der Duitse ridders Nederlandse
subsidie na Franse j
I
N
Uitstel van
definitieve
beslissingen
aanbevolen
Dit is Limburg"
Otto van Neijenhoff
van
o
Zweeds luchtvaartdeskundige waarschuwt:
eerst vee
Waarom elders
betalen voor
„AMUSEMENT"
dat men thuis
gratis krijgt?
Arriveer
net zc
fris
als
u
vertrekt
„Aan huidige vliegtuigen moet
worden verbeterd"
Beurzen
Strijd
Kostbaas
ontharing?
depilan
rneer
Toeristisch filmbeeld
informatief dan visueel
„Kennedv-films
Stichting Rijnmond-
NoordzeekanaaV9
ZATERDAG 7 JULI 1962
PAGINA 11
pOBJ
iCATENDH
Problemen onderschat
:'m
99
Strijd tussen film
en televisie
Joan Fontaine ais mrs. De Winter en Judith Anderson ais rrrs. Danvers.
Sfeervol beeld uit de film „Rebecca" van Alfred Hitchcock, die blijkens
een BBC-onderzoek nog onlangs op de televisie een miljoenenpubliek trok.
In het jongste nummer van „Film
forum" wordt onder de kop: De
film helpt zijn concurrent, gepleit
voor een herziening 'an de bestaan
de afspraken tussen het filmbedrijf en
de NTS, in afwachting van de tijd dat
„een gezond evenwicht gaat ontstaan
tussen de aantrekkingskracht van de
televisie en de hioscoop."
Als voorbeeld van de tegemoetkomen
de houding, die het bioscoopbedrijf, na
een aanvankelijke afkeer, zou aannemen
ten aanzien van de televisie, wordt |n
het artikel de mededeling aangehaald
van een in het zuiden des lands vertoe
vende Noordnederlander, die daar in de
gelegenheid was jp het televisiescherm
de film „Pan" van Herman van der
Horst te 'zien. hoewel deze nog niet in
de Nederlandse bioscopen werd ver
toond.
De tijd zal komen, en wellicht veel
eerder dan men nu nog vermoeden kan,
aldus het artikel in „Filmforum", dat
de televisie de hele wereld gaat om
spannen; dat de kijker ergens in een
verloren gehucht beelden kan oproepen
naar believen en dat hij bij een zo grote
vrijheid als blijkbaar op het ogenblik
mogelijk is per televisie in een wille-
kriif,. buitenlands programma films
ei (ren nf„ 1"'" die ma anden later in het
.'a"d "t'nzaam worden aanbevolen.
Nu is de film „Pan", hoe verrukkelijk
op zich ook, een weinig gelukkig geko
zen voorbeeld om een gewijzigde hou
ding van hef filmbedrijf ten opzichte
van de televisie aan te tonen. Als korte
documentaire film wordt hij nu eenmaal
door het bedrijf heel anders gehanteerd
dan de speelfilm met een normale ver-
toningsduur. Bovendien is Van der
Horst's film wel degelijk in de Neder
landse bioscopen vertoond, zij het tol
nog toe uitsluitend in combinatie met de
satire Tout l'or du monde" van Bené
CTair een betrekkelijk korte film, die
de vertoning van „Pan" in eenzelfde
programma mogelijk maakt. In elk ge
val is het wat voorbarig om uit zijn ver
toning via de (Duitse) televisie te con
cluderen. dat het filmbedrijf hezig is,
zjjn concurrent de helpende hand te me
den en dat de bestaande afspraken die
nen te worden herzien.
Tussen het hoofdbestuur van de Ne-
derlandsche Bioscoopbond en de
Nederlandse Televisie Stichting en
de daarin samenwerkende omroep
verenigingen is namelijk een overeen
komst gesloten, die van jaar tot jaar
loopt en die automatisch wordt ver
lengd, tenzij een der partijen gebruik
wil maken van haar bevoegdheid tot
opzegging. Volgens deze overeenkomst
zal de televisie speelfilms uitsluitend be
trekken van de leden-filmverhuurders
van de NBB met dien verstande, dat
niet meer dan één film per week wordt
uitgezonden. Deze uitzending mag alleen
geschieden op dinsdag, woensdag of don
derdag, hetgeen in de praktijk de dins
dagavond is geworden. Verder is over
eengekomen, dat de bioscooppremière
van de uit te zenden films meer dan
40 maanden tevoren moet hebben plaats
gevonden. Wat Nederland zelf betreft
zijn de door het filmbedrijf verkregen
garanties dus wel voldoende om te voor
komen, dat per televisie (speel)films
zijn te zien, die pas later in de bios
copen komen.
Daarentegen opent de televisie wel de
mogelijkheid om goede en belangrijke
films, die niet door het bedrijf in ver
toning worden gebracht, omdat ze niet
zouden beantwoorden aan „de smaak
van het grote publiek" die door geen
mens met enige kans op zekerheid kan
worden gepeild, maar waarvan iedere
exploitant toch alles meent af te weten,
ten faveure van zijn geldbuidel buiten
de bioscoop om onder de aandacht van
het publiek te brengen. Krijgt de tele
visie daartoe de kans, dan moet dat niet
worden geweten aan tekorten in de be
staande afspraken, maar aan de kort
zichtigheid of het gebrek aan durf van
het filmbedrijf.
De mogelijkheid dat men, zoals het ar
tikel in „Filmforum" voorziet, in buiten
landse televisieprogramma's (speel)-
films te zien zal krijgen, die pas maan
den later in de vaderlandse bioscopen
gaan draaien, lijkt ons evenzeer uitgeslo
ten, omdat ook het buitenlandse film-
Ledrijf geenszins van plan blijkt te zijn,
zonder verzet door de televisie ter
slachtbank te laten leiden, laat staan
uaarbjj de helpende hand te bieden. In
•juigeland bijvoorbeeld heeft de film
industrie de laatste vier jaren een mil
joen pond sterling, dus ongeveer tien
miljoen gulden, uitgegeven om de re-
k, if e~r? ten te kopen van circa 800
i^titse speelfilms, teneinde te ver-
eren, dat ze op het tv-scherm zou-
komen. Het lichaam, dat zich met
_.iaanT?prën bezighoudt, is de Film
ndustry Defence Organization, kortweg
geheten. De Britse bioscoop-exploi
tanten zijn zelfs van plan de 500 000 nond
&Z wor^000) Staintó
5 ido-fonds worden gestort en die 1
:en uit een kleine heffing
njzen der bioscopen te vei
le Amerikaanse filmstudio's wei
geren over het algemeen, hun reprise-
echten aan de televisie te verkonen
heels omdat de betere films met succes
een tweede of derde maal in rou-
dat juT1£,nen wo,r.den gebracht, deels om.
M meer geld verdienen aan de ver
vaardiging van nieuwe seriefilms voor
de televisie.
ok in het buitenland treft het
filmbedrijf dus wel degelijk
maatregelen, die er op zijn ge
richt de concurrentie, die men
van de zijde der televisie ondervindt,
het hoofd te bieden en er is geen en
kele reden om aan te nemen, dat
men in Nederland anders zou hande
len, als de noodzaak zou blijken.
Iets heel anders is hef echter, of men
door hef nemen van beschermende
maatregelen en het maken van afspra
ken op den duur met succes het film
bedrijf tegen de televisie kan bescher
men. De beste bescherming is hef bie
den van betere programma's dan er op
het kijkkastje zijn te zien. In Neder
land lijkt dit, gezien het peil van de
televisieprogramma's enkele goede
en zelfs uitstekende jitzonderingen
daargelaten niet zo heel erg moei
lijk. Maar wie ervaart, wat de meer
derheid van de Nederlandse bioscopen
de bezoekers als amusement durft
voorzetten, denkt daar wel anders
over. En een publiek, dat de keus
heeft tussen slecht amusement, waar
voor het moet betalen of dat het thuis
„gratis" kan krijgen, zal altijd aan het
laatste de voorkeur geven. Het filmbe
drijf zal hef dus meer moeten zoeken
in de kwaliteiten van zijn nrodukten an
in beschermende afspraken.
Tot de komst van de televisie is de
film bij uitstek het medium geweest
voor de massa, die bereid was goed
geld voor slecht amusement te beta
len, omdat er nu eenmaal niets anders
was. Nu de televisie echter in over
vloed en bovendien zonder extra kos
ten in de huiskamer brengt, wat men
vroeger alleen in de bioscopen tegen
betaling kon zien, ligt de zaak anders
en zal de film zich, noodgedwongen,
moeten wenden tot een kieskeuriger
publiek, dat waarschijnlijk veel groter
is dan velen vermoeden, dank zij het
werk van filmkringen en andere or
ganisaties. die zich reeds jaren en met
groeiend resultaat met de filmopvoe
ding bezighouden. Dit betekent het bie
den van kwaliteit. En kwaliteit kun-
Advertentie,
tijdig ingenomen,
reisziekte voorkómen,
fin de blauwe verpakking - let op de juiste dosering)
nen alleen integere kunstenaars leve
ren. wie de vrije hand wordt gelaten.
Als de bioscoopexploitanten hun bios
copen openstellen voor kwaliteitspro-
dukten, volgt vanzelf het publiek, dat
genoeg krijgt van het twijfelachtige te
levisie-amusement.
tijkens een door de BBC ingesteld
onderzoek heeft onlangs de her-
vertoning ,p de televisie van Al
fred Hitchcock's film .Rebecca"
bijna veertien miljoen kijkers getrok
ken. Voordat een film door een derge
lijk aantal bioscoopbezoekers is gezien,
moet een middelgroot theater twaalf
jaar lang gedurende drie voorstellingen
per dag een uitverkochte zaal hebben
gehad. Wanneer nu een goede, maar
helemaal niet uitzonderlijke a's
„Rebecca" nog zulk een enorm, zij het
niet-betalend. publiek kan trekken, dan
mag worden aangenomen, dat er nog
altijd zeer velen bereid zullen zijn om
voor iets goeds en nieuws te betalen,
temeer omdat het beeld op het televi
siescherm thuis verre inferieur is aan
dat in de bioscoop Blijft deze echter
aan de massa-zonder-kritische-zin te
gen betaling bieden, wat zij thuis gra
tis op het scherm kan zien. dan zijn
haar dagen geteld.
T.C.A. FORTUIN
(Advertentie)
Niet a,
le lu
de
(Van onze luchtvaartredacteur)
iet alleen de KLM, maar zeer ve-
luchtvaartmaatr.chappüen over
gehele wereld verkeren in
ernstige financiële moeilijkheden
die voor het grootste deel zijn veroor
zaakt door de enorme kosten die zij
zich hebben getroost voor het aanschaf
fen van straalvliegtuigen en het ach
terblijven van de vraag bij het aanbod
aan zitplaatsen in dergelijke toestellen.
En terwijl de oplossing van die pro
blemen nog niet in zicht is, wordt er
in Amerikaanse, Engelse en Franse
vliegtuigindustrieën ai hard gewerkt
aan de ontwikkeling van het superso
nisch vliegtuig, dat een snelheid van
ten minste driemaal die van bijvoor
beeld de DC-8 of de Boeing-707 zal
hebben. Kost zo'n DO* al vijfentwintig
miljoen gulden me* aan afschrijving
een ton per week voor een vliegtuig
van het supersonisch type zal toch ze
ker 21/, maal zoveel op tafel moeten
worden gelegd. Hierom en om andere
redenen constateert Bo K. O. Lundberg,
directeur van het Zweedse instituut
voor luchtvaartresearch in een zojuist
te Stockholm verschenen, uitvoerig ge
documenteerde brochure r)
onherroepelijke beslissingen met be
trekking tot de invoering van superso
nische vliegtuigen in de burgerlucht-
vaat moeten tot over ten minste tien
jaar worden uitgesteld en
tussen luchtvaartmaatschappijen en
fabrikanten (en indien mogelijk ook tus
sen de betreffende regeringen) moet
een algemeen geldende overeenkomst
worden gesloten op grond waarvan in
die uitstel-termijn geen supersonische
vliegtuigen worden ontwikkeld of op de
markt gebracht.
De schattingen van de kosten, ver
bonden aan de ontwikkeling van een
supersonisch verkeersvliegtuig variëren
van ruim 1.000.000.000 tot tegen de
4.000.000.000 gulden. De technische pro-
";er"}en die bij die ontwikkeling moeten
worden overwonnen zijn ongekend groot;
bovendien kan men hier voor het eerst
an de Latijnse School in Gemert,
die op 17 juli haar 375-jarig be-
staan gaat vieren, is niet alleen
de historie, maar ook het heden
tamelijk merkwaardig: het is de enige
Nederlandse school, waarvan de leer
krachten benoemd worden door de mi
nister van Onderwijs zelve. Dit feit
wordt nog extra opmerkelijk als men
weet, dat het hier een opleitiinKsinsti.
tuut voor priesterstudenten betreft In
dat de rijksoverheid er noch financieel
U °Hen'tS ander °.pzk'llt in betrokken'
is. Het ziet er overigens naar uit dat
de minister zijn benoemingsrecht'v....
nenkort zal laten varen en er is
een kans, dat er een rijkssubsidie uit
de bus komt ondanks het feit dat
f.® _sfch°°' Keen „erkend gymnasium"
is of zelfs wil zijn: zij baseert haar
verzoek om overheidssteun op confis„»
ties in een ver verleden. c°nfisca-
De historie van de Latijnse School
begint in 1587, als ze door Henrich von
Ruisehenberch wordt gesticht. Deze
Henrich hoorde tot de Duitse ridders
die destijds de heren waren van
commanderije van Gemert. Behalve Ge
mert vielen ook Gruitrode in het huidi
ge Belgisch. Limburg en het eveneens
Belgische St.-Pietersvoeren onder hun
gezag en tot op de dag van vandaag
is er een regeling die voorschrijft dat
een aantal studiebeurzen voor de helft
aan studenten uit Gemert en voor elk
een kwart aan studenten uit Gruitrode
en St.-Pietersvoeren moet worden toe
gekend. Uit deze plaatsen heeft de
school al lang geen leerlingen meer,
zodat de beurzen aan anderen mogen
worden toegewezen. Ze stellen echter
niet veel meer voor; het gaat om be
dragen van minder dan J 50. Vroeger
betekenden de beurzen Wat, zeker
na een goede zomer; de bedragen wer
den namelijk gevormd abor de tienden
van Deurne en schommelden op en neer
met de opbrengsten van de rogg6i Het
beurzenbedrag werd gedeeld door twaalf
leerlingen; voorts kregen de rector en
de conrector een uitkering. Honderd
jaar geleden kon het gebeuren, dat 140
per leerling werd toegekend; dat was
in die tijd méér dan de kosten van
een heel jaar levensonderhoud.
Toen aan het einde van de vorige
eeuw de tienden zjjn afgeschaft, zjjn
er vaste bedragen gekomen, gevormd
door de rente van de afkoopsom; vaste
bedragen, die echter steeds minder
waarde hebben gekregen.
De Latjjnse School waar overigens
ook altijd Grieks is gegeven is van
het begin af een opleidingsinstituut voor
priesterstudenten geweest. De stichtings
oorkonde, die bewaard wordt in het
rijksarchief in Den Bosch, vermeldt dit
niet, maar het staat wél in de goed
keuring van koning Philips de Tweede,
een document dat eveneens in Deri
Bosch berust. Hoewel de Duitse Orde,
die de commanderije van Gemert re
geerde, soeverein was, had de Spaanse
koning blijkbaar toch een stem in het
kapittel, althans het recht van placet.
Dat Gemert echter geen deel uitmaakte
van het door Spanje beheerste Bra
bantse land, blijkt o.a. uit het feit, dat
de commanderije na de vrede van
Munster niet tot de generaliteitslanden
is gaan behoren. Streek en school ble
ven intact tot 1802, toen de Duitse Orde
door Napoleon werd opgeheven en haar
bezittingen geconfisceerd werden. Op
grond van deze confiscatie kreeg de
school een rijkssubsidie en werd aan
de leraren een rijkssalaris toegekend.
Dat was zo onder Lodewijk Napoleon,
dat bleef zo onder Koning Willem I en
later, tot het jaar 1879, toen de subsi
diëring, ten onrechte, meent het school
bestuur, werd stopgezet. Men hoopt nog
dit jaar in de oude rechten hersteld
te worden en dat zou dan inhouden, dat
de Latijnse School van de Duitse rid
ders een Nederlands subsidie zou ge
nieten op grond van een Franse confis
catie-
In het „kosthuis" studeert men
Tegelijk zal dan het benoemings
recht in andere handen komen en
wel bij de bisschop van Den
Bosch, de (Norbertjjner) abt van
Berne en de pastoor van de St.-Jans
parochie. De Norbertijnen zijn in Ge
mert sinds 1912, toen de eerste Norber
tijn tot conrector werd benoemd. Voor
dien was de school ongeveer een eeuw
lang in seculiere handen geweest, na
dat de priesters van de Duitse orde,
die ze van de oprichting in 1587 af had
der. geleid, zich haddeii moeten terug
trekken.
De komst van de Norbertijnen vormt
een van de meest schilderachtige epi
soden in de historie van de school. De
huidige rector, drs. F. G. Brouwer O.
Praem., bewaart nog pamfletten uit
1910, toen in Gemert een heftige vete
woedde tussen zijn voorganger de zeer-
eerwaarde heer Klaassen en de toen
malige deken. Zowel in het dorp als
in de school waren er twee kampen en
v»ln-«m» *l Sestort en die worden
•nhSfg™ uit een kleine heffing op de
fEWT1 der; blos«>Pen, te verhogen
Ook de Amerikaanse filmstudio'
een hoogtepunt was de 13de juli, toen
de rector jubileerde. Het feest werd
aangekondigd door kanongebulder, want
de deken had verboden om de klokken
te laten luiden. Het feestcomité gaf het
hem terug door de kanonnen een plaats
je te geven aan de voet van de kerk
toren. De aanhangers van de rector
richtten voorts in de tuin van het rec
toraat, pal tegenover het huis van de
deken, een gedenkteken op: een ade
laar, die de klauwen uitstrekte naar de
pastorie. Het beeld is pas vorig jaar
opgeruimd, waarmee de laatste herin
nering aan de strijd is uitgewist. De
Gemertse kranten stonden destijds vol
van de twistpartij, die ook de school
zelf in twee partijen had verdeeld: die
van de rector en die van de conrector,
die de deken steunde. Het werd tenslot
te zo erg, dat het curatorium naar de
bisschop van Den Bosch toog met het
verzoek, of de rector of de conrector
terug te roepen. De bisschop stond ech
ter machteloos, want beiden waren be
noemd door de minister! Daarop zijn
de curatoren naar de abt van Borne
gegaan met de vraag: „Als er Norber
tijnen zijn, kunt u die dan terugroe
pen?". Dat kon de abt en dus plaatsten
de curatoren alleen nog Norbertijnen op
de voordracht. In 1912. toen de conrec
tor wegging, kwam de eerste en in
1917 werd ook de rector opgevolgd door
een Norbertijn. Op het ogenblik zijn er
negen leerkrachten: 5 Norbertijnen en
vier leken.
„kosthuis" eet men
iet alleen het „lerarenbestand" is
veranderd, ook in dat van de
leerlingen is een wijziging geko
men: sedert de stichting van de
diocesane seminaria, die het aantal stu
denten in de vorige eeuw snel deden
teruglopen, is men zich gaan speciali
seren op late roepingen. De gemiddel
de leeftijd van de studenten is 19. de
minimumleeftijd voor toelating 16. Veel
van de huidige leerlingen hebben al een
beroep gehad; er zijn timmerlui, schil
ders, bakkers en boeren onder. Ge
middeld zijn er honderd studenten, uit
alle provincies, maar de meeste uit het
zuiden. Ze gaan ook weer naar alle
bisdommen en naar diverse orden en
congregaties: Gemert is niet voor één
bepaalde richting.
Men volgt er niet het internaatssys
teem, zoals de meeste seminaria -
ook het seminaria voor late roepingen
in Horst dat kennen. De jon
gens zijn ondergebracht in kost
huizen in het dorp, een instelling die
ook de Franciscanen in Megen kennen.
In Gemert is het een eeuwenoude tra
ditie, die nu weer midden in de belang
stelling staat: het systeem ondervangt
veel nadelen die men tegen de semina
ria hoort aanvoeren.
De jongens zelf prefereren het kost-
huir ver boven het internaat. Ze voelen
zich vrjjer, al zjjn ze ook aan strenge
regels gebonden. Per kosthuis zjjn er
gemiddeld 10 studenten minimaal 8
en maximaal 16 en, één van de jon
gens, de „kostbaas", Is verantwoorde
lijk'voor de gang van zaken. De ver
zorging van maaltijden e.d. is in handen
van de „exploitanten" van het kost
huis, meest wat oudere dames die voor
dit werk tijd en ambitie hebben.
De Latijnse School heeft van 1800 tot
1900 1100 studenten gehad, van wie er
549 priester zjjn gewijd, van wie 285
seculieren. Tussen 1900 en 1954 zijn er
821 studenten geweest, van wie er 318
gewijd zijn, en wel 87 seculieren. De
laatste tien jaar zijn 160 jongens afge
studeerd; ze zijn vertrokken naar 20
verschillende bisdommen in Europa en
Noord- en Zuid-Amerika en naar 28 ver
schillende orden en congregaties.
De oude school is sedert 1959 geves
tigd in een modem gebouw, vlak naast
de nieuwe kerk, die uit hetzelfde jaar
dateert. Het jubileum wordt op 17 juli
gevierd met een pontificale H. Mis, op
te dragen door Mgr. J. Bluyssen en een
academische zitting, waarin dr. J. Del-
lepoort, directeur van het Europa Se
minarie in Maastricht, zal spreken over
„Het verschijnsel late roepingen in de
kerk van heden" en dr. E. Loffeld
C.S.Sp. zal terugblikken op ..De geschie
denis van de Latijnse School te Ge
mert."
V. L.'
in de geschiedenis van de burgerlucht
vaart nauwelijks steunen op in de mili
taire luchtvaart opgedane ervaringen.
Deze en andere problemen worden in
de jacht naar superioriteit op lucht
vaarttechnisch gebied algemeen tezeer
onderschat, meent Lundberg. Zijn pu-
blikatie wil dan ook op de eerste
plaats de diverse vraagstukken de aan
dacht geven die zjj naar zijn en
toch veler anderen mening verdie
nen
Veel belangrijker voor een gezon
de groei van de burgerluchtvaart dan
verdere verhoging van de snelheden
waarmee de passagiers door de lucht
naar hun bestemming kunnen worden
iiiiiiimiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiHiiiiiiiiiiti
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHii
gebracht is naar Lundbergs opvatting
een verlaging van de tarieven. Maar
een dergelijke verlaging wordt juist
ernstig belemmerd, wanneer men de
huidige werkzaamheden aan de su
personische projecten maar voortzet.
En dit niet alleen omdat in het laat
ste geval opnieuw zeer. zeer hoge
financiële eisen aan de luchtvaart
maatschappijen worden gesteld,
maar ook omdat de fabrikanten nu
aan de veel minder uitgaven vergen
de vervolmaking van verkeersvlieg
tuigen die benéden de geluidssnel
heid blijven, niet toekomen.
Lundberg voorziet overigens, dat de
luchtvaartmaatschappijen die met de
thans in gebruik zijnde typen zullen
blijven vliegen, ondanks alle belem
meringen en tegenslagen die zij nog
ondervinden, toch in de toekomst hun
tarieven steeds meer zullen kunnen ver
lagen. Dat betekent dan een steeds
scherpere concurrentie voor een even
tuele supersonische luchtvaart: het pu
bliek zal er weinig voor voelen voor
een of twee uren tijdwinst een aanmer
kelijk hogere prjjs te betalen.
De rentabiliteit van een supersonische
luchtvaart lijkt Lundberg dan ook de
eerstvolgende decennia op zjjn minst
een zeer twijfelachtige zaak, zelfs wan
neer men alle technische vraagstukken
tot een oplossing zou weten te brengen.
Maar ook hieraan gelooft hij niet bijs
ter, overtuigd als hjj is dat het pro
bleem van de kosmische straling en dat
van het geluid met hun mogelijk scha
delijke gevolgen de deskundigen nog
lange tijd voor onoverwinnelijke moei
lijkheden geplaatst zal houden. Ook zou
men nog lang geen redelijke zekerheid
kunnen verkrijgen over de mate waar
in het materiaal van het supersonisch
vliegtuig vermoeidheidsverschijnselen
zal vertonen en dus evenmin over
de veiligheid ervan. Drie problemen die
toch in elk geval zullen moeten ver
dwijnen, wil het vliegen boven de ge
luidssnelheid enige kans op reëel eco
nomisch succes hebben.
Bo Lundberg concludeert niet alleen
tot een „uitsteltermijn" met betrekking
tot het supersonisch vliegen, hjj stelt
ook dat er m het huidige burgerlucht-
verkeer eerst nog maar eens een groot
aantal verbeteringen moet worden aange
bracht. Het vliegen moet nóg veiliger
worden, schrijft hij; vliegtuigen van het
type V-STOL (verticaal of slechts op
een zeer kortebaan startend en landend)
moeten worden ontwikkeld in het be
lang van het luchtverkeer op de kor
tere afstanden, evenals van vliegtuigen
(boundary layer control") ter vermin
dering van de luchtweerstanc. die la
gere bedrijfskosten met zich zullen bren
gen.
Verder zou er aan de vermindering
van het motorenlawaai nog heel wat
kunnen worden gedaan en zou een
start- en landingssysteem voor alle
weersomstandigheden tof stand moeten
worden gebracht ter bevordering van
een immer geregeld luchtverkeer, vlie
gen precies volgens de time-table dus.
En tenslotte, zo bepleit de Zweedse
luchtvaartdeskundige, zullen er bij alle
bevolkings- en zelfs stadscentra kleine
luchthavens moeten worden aangelegd,
juist met het oog op de komst van het
V-STOL-vliegtuig.
„Is supersonic aviation compatible
with the sound development of civil
aviation?" - Almqvist and Wiksell,
Stockholm.
(Advertentie
Maar dan modern,
veilig, «nel en mild
met de prettig geparfumeerde
'n Hamol produkt uit Zwitserland
tube 1.50 en 2.95
tto van Neijenhoff heeft destijds
van een petroleummaatschappij
opdracht gekregen tot het maken
van een serie documentaire films
met een vertoningsduur van 25 minu
ten, elk gewijd aan één van onze pro
vincies. Een benijdenswaardige op
dracht naar omvang en aard, temeer
daar hij deze, naar hij zelf verklaarde,
in volle vrijheid mag uitvoeren. Daar
door heeft hij dus de mogelijkheid om
door een beeld van elk der afzonderlij
ke provincies een synthese van Neder
land in onze tijd te scheppen.
Het eerste exemplaar van de reeks
is inmiddels gereedgekomen en kortge
leden in Den Haag aan pers en geïn
teresseerden vertoond. „Dit is Lim
burg" luidt de titel, die even doet ver
wachten, dat Van Neijenhoff derwaarts
is getogen, zich verdiept heeft in het
wezenlijke en karakteristieke van de
Limburger en zijn land, zijn historie,
cultuur en alles wat zich aan zijn spie
dende intelligentie openbaarde, om
daarvan in geestdriftige filmtaal te ge
tuigen. Hij begint zijn film namelijk
met een intrigerende montage van beel
den van vreugdeschoten, een processie
en een wielrennerij. Hij schept hiermee
een thema, dat naar inhoud en vorm
de geest van de toeschouwer pakt en
activeert, maar waarop helaas de va
riaties en uitwerkingen uitblijven. Al
leen de pedaalridders zien we nog enke
le keren terug, als zich herhalend mo
tief zonder veel verdere zin. Bij een
toeristische beleving van Limburg zit
ten we natuurlijk direkt midden in
het Carnaval. Het is tekenend voor de
visie van de filmer, dat hij ook daar
alleen maar tegenaan kijkt, zonder een
bik achter het masker van de ver
mommingen te werpen. Zo trekken in
een kaleidoscopische revue allerlei voor
de vluchtige bezoeker opvallende bijzon
derheden voorbij: het landschaps- en
stedenschoon, folklore, kunstnijverheid,
culturele en industriële activiteiten,
kortom het gezicht van een levenslus
tige provincie, waarvan echter de ziel
achter de uiterlijkheden verscholen
blijft.
Charles Bressers leverde een aan
deel aan het scenario, dat de opsom
ming soms speels, dan weer kramp
achtig via geforceerde beeld- of
woordgrapjes, aan elkaar rijgt. De
fotografie van Herman Ota getuigt
van vakmanschap en maakt een van
de voornaamste aantrekkelijkheden
uit van dit document, dat meer treft
door de informatieve kwaliteiten dan
door een dieper schouwende visie,
vervat in een aanstekelijke filmvorm.
PH.
AMSTERDAM, 4 juli Een halve
ton wordt aan de raad gevraagd voor de
oprichting van de stichting „Rijnmond-
Noordzeekanaal," die voorlichting zal
geven over de belangen van het Noord-
zeekanaalgebied en opgericht is door de
gemeenten, de Kamers van Koophandel
en de bestuurders van verschillende
groeperingen uit het bedrijfsleven in het
gebied van het Noordzeekanaal. Zo spoe
dig mogelijk zal in IJmuiden een voor
lichtingscentrum worden gevestigd.
De Nederlandse cineast Otto van Nijen-
hoff aan zijn montagetafel.
mi
HOLLYWOOD, 5 juli. (UPI) De
Amerikaanse filmindustrie heeft op het
ogenblik twee .Kennedy-films" tege
lijk onder handen. De ene gaat over
John F., de huidige president, de an
dere over Robert F., de minister van
justitie.
In Hollywood is men van mening,
dat de publiciteit, die de Kennedy'»
door deze film zullen krijgen, veel be
langrijker is dan bijvoorbeeld de vraag
of de films een gunstig beeld geven
van Amerika en de Amerikanen.
De eerste film, die „PT 109'zal he
ten, vertelt het verhaal van John F.
Kennedy's avonturen in de Stille Oce
aan tijdens de tweede wereldoorlog.
Peter Lawford, de zwager van de pre
sident, dient als liaison-functionaris
tussen Hollywood en het Witte Huis.
Deze film kan de eer van Amerika
niet schaden tenzij het een slechte ver
filming wordt. Het verhaal gaat over
een briljant en moedig commandant,
die deze kwaliteiten ten toon spreidt
in het heetst van het gevecht tegen de
Japanners. Dit past voortreffelijk in
de traditie van de Amerikaanse hel
den.
„The Enemy Within", naar het
boek van Robert F. Kennedy is echter
een heel ander verhaal In deze film
wordt een beeld gegeven van kwalijke
vakbondsleiders, gewetenloze handels
figuren en louche advocaten, hoewel
de man, die tegen hen ten strijde
trekt, ook een Amerikaan is. De pro
ducent Jerry Wald is echter van me
ning, dat in een vrij land de films
goede en slechte dingen moeten laten
zien.