Duitse bark Gorch Fock de
feestelinge in Rotterdam
Krachttoer
van Itz Jutta
zeven mannen zonder vrees
KLM-vliegers bezorgd om
toekomst RLS-leerlingen
Behoeftigen bijstaan erkend
als overheidsplicht
commentaar
V
en zijn
Paradox: ontslagbeleid KLM
en opleidingsbeleid ministers
Minister^ Klompé lost belofte in
Thant contra
Wholey
Spreekwoorden en zegswijzen
Houding van V.S.
en Engeland in
N.-Guinea-conflict
Politietekort ten
dele opgeheven
Geen campagne
tegen roken
Geen wettelijke
regeling voor
fluoridering
In zwembad na
Va] verdronken
'"fep1", 18 aug. Gisteravond is
de jo "'cuwe zwembad „Dc Hommel"
Sit ,i Jap!gp jongeman J. P. Leeman
bonken sstraat te Utrecht ver-
Missiebisschop
F. M. Blessing *j*
Pater Ter Schure
provinciaal der
Salesianen
Ned. genie maakt
twee zwembaden
bij La Courtine
C.a.o. grootmetaal
opgezegd
Suriname in EEG
>,Geen faciliteiten
voor bevoorrading
Ned. troepen
Minister Veldkamp:
Eerste Nederlander
Pan" in W.-Duitsland
bijzonder waardevol
A. Huizinga
ZATERDAG 18 AUGUSTUS 1962
PAGINA 5
WASHINGTON, 18 aug. (UPI) Vol-
jL~? (teedingelichte zegslieden in Wash
ui,; "J1 zoll(len Engeland en de Ver-
Van i- ®*aten Nederland het gebruik
bcv V"p8velden en zeehavens voor de
.«'«orrading van Nederlandse troepen
«bben ontzegd, indien er een oorlog
"Sen Nederland en Indonesië zou zijn
^gebroken.
bp?eze zegslieden nemen aan dat voor
lin geslaagde einde der onderhande
len in New York de Amerikaanse
pgering Nederland heeft duidelijk ge-
la 2 dat geen oorl°K tussen beide
anden wenst, welke een ernstige weer-
fj„ zou hebben in de rest van de Paci-
'c en Zuidoost-Azië. Zij nemen voorts
Va'^at de V-S. erin slaagden de steun
tint- ^nSelanh te krijgen voor hun poli-
do an Seen oorlog toe te staan, zodat
do v'eherlanders van tevoren ervan op
v® hoogte konden worden gesteld dat
'et hen zeer moeilijk zou vallen ver
werkingen en voorraden aan te voeren
val van een conflict op grote
b- p.?1, De zegslieden menen dat Aus-
raiié onder die omstandigheden even
s'1® zou hebben geweigerd Nederland
Uegveld- en havenfaciliteiten te ver
dien.
p Australië heeft in het kader van het
J-oiombo-plan twee Chipmunk-lesvlieg-
rj'gen aan Indonesië gegeven en enkele
fftobussen. De toestellen worden ge-
"fuikt door de academie voor de bur
gerluchtvaart, aldus meldt UPI uit
t-anberra.
Amsterdam, is aug. De parket-
s roep en van de rijkspolitie zullen wor
den gereorganiseerd. Een deel van de
Parketwachters, die in het verband van
Jje rijkspolitie als bewakers van gedeti
neerden e.d. in gerechtsgebouwen en als
rronsport geleiders optreden, zal weer
beschikbaar komen voor normale diens
ten bij de rijkspolitie. Op deze wijze
boopt men het personeelstekort bij de
rijkspolitie gedeeltelijk op te vangen.
De opengevallen plaatsen bij de par-
«etgroepen zullen worden ingenomen
«oor speciaal hiervoor te werven man-
Schappen, die evenwel geen politiefunc
tie zullen hebben. Deze reorganisatie van
de parketgroepen is volgens het minis
terie van Justitie een uitvloeisel van
de adviezen in het rapport-Boot.
De afvloeiing van de rijkspolitie
manschappen naar de normale diensten
zal geleidelijk geschieden. Omtrent de
tverving van de niet-politiemanschappen,
de rang waarin zij dienst zullen gaan
doen e.d. is nog geen beslissing geno
men.
(Van onze Haagse redactie)
DEN HAAG, 18 aug. Gelet op de
wetenschappelijke rapporten, de voor
lichting in de dagbladen en In andere
tijdschriften over de gevaren die aan
het roken verbonden zijn, vindt minis
ter Veldkamp het niet noodzakelijk dat
van zijn kant een campagne tegen het
°ken wordt ingesteld.
Dit heeft de bewindsman aan de Twee
de Kamer meegedeeld in antwoord op
vragen van leden van de vaste commis-
*ie voor de volksgezondheid.
Minister Veldkamp merkt verder op,
dat het van groot belang moet worden
«cacht, dat in 1957 de toenmalige minis
ter van Sociale Zaken en Volksgezond
heid op advies van de Gezondheidsraad
zich tot de Stichting Landelijke Organi
satie Kankerbestrijding heeft gewend
biet het verzoek zich te beraden over
de voorlichting aan de jeugd inzake het
roken. Deze stichting heeft daarop de
iivoorlichtingscommissie Roken-Jeugd"
Jhgesteld, die zeer onlangs een rap-
fort heeft uitgebracht. Dit rapport is
Kortgeleden aan minister Veldkamp aan
geboden. Ook het bestuur van de Stich-
~hg Landelijke Organisatie Kankerbe-
"trUding beveelt volgens de bewindsman
?ah te beginnen met de voorlichting
ah de jeugd.
(Van onze Haagse redactie)
S„PEN HAAG, 18 aug. De organi-
jjbnische en technische kanten van de
peering van fluoridering van drink-
rij/T lijken voorshands niet zo omvang-
fcen' er aanleiding bestaat thans
bit .Wettelijke regeling te overwegen,
kpn de minister van Sociale Za-
a-? en Volksgezondheid meegedeeld in
iKjWoord op schriftelijke vragen van
7®®de Kamerleden,
do technische moeilijkheden, die aan
ka 'hvoering van fluoridering vastzitten
ij uilen worden opgelost. Overigens zou-
tiist deze moeilijkheden zich volgens mi-
W6r Veldkamp ook bij een wettelijke
^«ehng voordoen. Organisatorische
heden zullen wellicht vertragend
to0v, n maar de minister ziet daarin
hat geen aanleiding af te wijkei, van
b6v standpunt dat deze de gezondheid
«o0?rderende maatregel moet worden
Ut, gevoerd, waar daarvoor belangstel-
g bjj dg bevolking leeft.
Vraa de principiële kanten van het
ter jgstuk zegt de minister, dat het be
held,? indien verschillende lagere over-
Op jsorganen, die ook een taak hebben
were terrein van de volksgezondheid
Zou °Ver beslissen dan dat zulks bij wet
^geschieden.
h©sij vertrouwt erop, dat wanneer de
°VePh'jg forme«l niet ligt bij lagere
de vii^nsonganen, maar bij niet voor
stgtjj'usgezondheid verantwoordelijke in
de j igen niet zonder instemming van
k'orrt~g'ere organen tot fluoridering zal
en overgegaan.
De i
Jbet hpi'1^?11 ,*?wam bij het springen
het u j °P, de betonnen rand
h® dienL terecht en zonk weg in
o t aan Aanvankelijk dacht men nog
ir'ge mlnefn ongeluR, maar toen hij
oS hadmn fn °nder water bleef, dook
v» het iPccstcr hem na en bracht hem
kun=?geL- gingen om door middel
a?,h WeeJ11!"8^ ademhaling de jonge-
ash e„S hp te brengen, mislukten.
behandeling in het be-
henh°?centrum in het academisch
Uls mocht niet baten.
LEUVEN, 18 aug. Gisteren over
leed in de H.Hartkliniek te Neerpelt
in België mgr. Fredericus-Maria Bles
sing, gewezen apostolisch vicaris van
Bondo (Uele) in Kongo.
Mgr. Blessing is geboren te Amster
dam 7 december 1886. In 1911 trad hii
in bij de Kruisheren en werd in 1917
priester gewijd. 1 Oktober 1920 vertrok
hij met de eerste groep Kruisheren-mis
sionarissen naar Congo waar de orde
een gedeelte van het gebied der Withe
ren van Tongerlo kreeg toegewezen. In
1930 werd mgr. Blessing benoemd tot
apostolisch prefect en in 1937 tot apos
tolisch vicaris van Bondo. 19 Maart 1938
ontving hij de bisschopswijding.
In 1953 moest hij om gezondheidsre
denen ontslag nemen en keerde hij naar
Europa terug waar hij zich vestigde
in het Kruisherenklooster te Achel.
De thans overledene was ridder in
de Koninklijke orde van de Leeuw en
in de orde van de Belgische Kroon. 2
Mei 1960 benoemde de paus hem tot
assistent-bisschop bij de pauselijke troon.
De plechtige uitvaart en teraardebestel
ling zijn bepaald op dinsdag 21 augus
tus te 10.30 uur te Achel.
RIJSWIJK, 18 aug. Pater J. G.
ter Schure, tot dusver directeur van
het werk der Salesianen te Rijswijk is
benoemd tot provinciaal van de Paters
Salesianen van Don Bosco in Neder
land. Hij volgt pater H. Bortoluzzi op,
die in 1946 als eerste provinciaal van
de toen pas opgerichte Nederlandse pro
vincie werd aangesteld. Pater ter Schu
re is de eerste Nederlander d;e tot Sa-
lesiaans provinciaal is benoemd.
Grote belangstelling aan de Rotterdamse Parkkade voor de Duitse bark Gorch
Fock, het marine-schoolschip dat zegevierde in het tweegevecht met het Noorse
volschip Sörlandet. l
(Van onze speciale verslaggever)
ROTTERDAM, 18
aug. Aan de
Parkkade langs de
Maas pronkt het
Duitse opleidings
zeilschip, de bark
Gorch Fock, als de
grote triomfator
van de Tall Ships
Race. Zij versloeg
met duidelijk ver
schil het Noorse
schoolzeilschip Sör
landet, de enige
rivaal overigens in
de categorie der
allergrootsten. De
52-jarige kapitein
Hans Engel heeft er vele handen voor
moeten schudden en tal van glazen op
moeten drinken, ook met zijn grote con
current, de krasse Noor Paul Haegstrom,
die op de brug van zijn volschip alles
heeft gedaan om de reeds direct na de
start opgelopen achterstand tot rede
lijke proporties terug te brengen. Dan
immers had hij nog een kans, gezien de
handicapsfactoren, die voor de Sörlan
det veel gunstiger waren. Het is de
Noor, die de elementen moest trotseren
met 86 adspirant-zeelieden, waarvan de
gemiddelde leeftijd vijftien jaar is, niet
gelukt.
Uiterst voldaan toonde zich op de
verschillende ontvangsten, in de vlag
gende Rotterdamse binnenstad, ook de
kapitein - luitenant ter zee H. W.
Keesom, die met zijn Ketch Urania in
klasse II de vaderlandse eer zo voor
treffelijk verdedigde. Hij passeerde als
nummer twee achter de supersnelle
Italiaanse yawl Corsaro II de finish
bij Dieppe, na een heroïsch duel met
de Noorse schoener Whyvem. De voor
sprong van de Urania was echter niet
groot genoeg om ook de onvoordelige
handicap ten opzichte van de Noor te
overbruggen, waardoor de Urania uit
eindelijk als derde werd geklasseerd.
In deze buitengewoon zware race ove
rigens een prestatie van formaat.
Franse vreugde heerste er in de klasse
der kleinere jachten. Weliswaar pas
seerde de Engelse sloep Merlin als
eerste de finishlijn voor de Hoek
voor de klasse III speelde zich hier
de eindfase af maar dankzij de
handicapformule kon schipper Jean
Louio Goldschmidt van het Centre
Nautique des Glenans juichen. Zijn
„Glenan" behaalde de eerste prijs. In
deze klasse eindigde de Najade, een
18 tons yawl van de Marine-jatehtclub,
op de tiende plaats, in het middenveld
99
55
AMSTERDAM, 18 aug. De korte
film „Pan" van Herman van der Horst
heeft thans in West-Duitsland het pre
dikaat „bijzonder waardevol" van het
filmbeoordelingsinstituut in Wiesbaden
gekregen.
LA COURTINE, 18 aug. (ANP)
De Nederlandse genie is gisteren in het
plaatsje Saint Remy begonnen met de
aanleg van een zwembad, dat zeven
hectare groot zal worden. Luitenant ko
lonel F. Lind hoopt het karwei in
vijf dagen klaar te hebben. Er stroomt
bij Saint Remy een beekje. Een dijk
van enige honderden meters zal er voor
zorgen dat daar een meer ontstaat. De
burgemeester van Saint Remy wil aan
de oevers bungalows laten bouwen, die
Nederlandse officieren zullen kunnen hu
ren voor hun vrouwen en gezinnen. Bij
een ander plaatsje in de buurt, Fornac,
dat iets verder ligt van La Courtine dan
Saint Remy, gaat de genie hetzelfde
doen. Daar ligt al een dijk, maar die
houdt het water niet genoeg tegen. De
genie gaat nu de dijk verstevigen.
dus. Zo op het oog mag dat misschien
een ietwat teleurstellende prestatie lij
ken van dit snelle schip, maar de
werkelijkheid gebiedt om voor de com
mandant, luitenant ter zee H. M. Juta
en zijn zeven mannen-zonder-vrees diep
respect te hebben. Hun Najade liep in
de hoge zeeën onder de Franse kust
flinke schade op. Een mastbreuk
dreigde zelfs, toen pp het voorschip de
bakstaag brak. Het schip lag op dat
moment in een aantrekkelijke positie
in het voorste gelid. Maar comman
dant Juta kon geen enkel risico nemen,
moest bijsturen en zijn toppositie prijs
geven. In het holst van de nacht,
terwijl dikke hagelkorrels hem in het
gezicht sloegen en hq bij elke over
slaande zee kopje onder ging, heeft ltz
Juta van de Marine-luchtvaartdienst de
gebroken bakstaag hersteld en daarna
de race voortgezet. Dat kon niet gezegd
worden van de Britten Marabu, Duet
en Pinta, die_ door schade gedwongen
waren de strijd op te geven. De Duet,
een 22 tons yawl kwam zelfs in zeer
ernstige moeilijkheden toen haar mast
brak en zij assisentie nodig had van
een Engels fregat en een reddings
boot. Het Engelse schip Equinoxe, dat
eveneens in moeilijkheden was geraakt,
wist zich te herstellen en zeilde de
race uit. De Sereine van de Franse
negertandarts Querl, die met een equi
page van negen man en een meisje
aan dit „zeegevecht" deelnam eindig
de met een vierde plaats in het voorste
gelid.
In de Veerhaven en aan de Park
kade, waar de schepen zijn afgemeerd,
is men druk doende de opgelopen
schade te herstellen. De verwachting is
dan ook dat de meeste vaartuigen eer
der dinsdag dan maandag de Maasstad
zullen verlaten, wat dan volledig in
de kaart speelt van de voortdurend
groeiende belangstelling voor dit nauti
sche spektakel in de Rotterdamse
haven.
(Van onze luchtvaartredacteur)
AMSTELVEEN, 18 aug. Het be
stuur van de vereniging van KLM-vlie
gers maakt zich ernstige zorgen over
de toekomst van de leerlingen van de
Rijksluchtvaartschool. Nadat reeds 32
KLM-vliegers de maatschappij na
door de directie daartoe gedane sug
gesties vrijwillig hadden verlaten heeft
de KLM, nu een week geleden, de di
recteur van het Gewestelijk Arbeidsbu
reau toestemming gevraagd achttien
jonge vliegers op grond van overtollig
heid te ontslaan. Het betreft hier „een-
banders", in de leeftijdsgroep van 25
tot 32 jaar, van wie een aantal hoofd
van een gezin met kinderen is.
Het verenigingsbestuur meent dat me
de om deze ontslagkwestie de huidige
leerlingen van de RLS na het beëindi
gen van hun opleiding bij de KLM geen
emplooi kunnen vinden. Een tegenstel
ling dus tussen het beleid van de lucht
vaartmaatschappij en dat van de mi
nister van Verkeer en Waterstaat: ter
wijl uit de ontslagen kan worden ge
concludeerd dat de KL3I gedurende een
aantal jaren geen nieuwe vliegers kan
gebruiken, laat de bewindsman nog
steeds jongelui tot de Rijksluchtvaart
school toe een instituut dat zijn leer
lingen praktisch als enige toekomst een
loopbaan bij de nationale luchtvaart
maatschappij in het vooruitzicht kan
stellen. Als het ontslag van „de acht
tien" inderdaad op juiste gronden be
rust, kan de RLS maar beter worden
gesloten, vior al dan niet bepaalde tijd.
Zo werd het niét geformuleerd op de
persconferentie die het bestuur gisteren
in zi'n secretariaatsgebóuw' in Amstel
veen gaf. Maar wjj kregen och wel
zeer sterk de indruk, dat dat de door
vaagheden en min of meer diplomatie
ke uitspraken verhulde gedachte is. die
de heren van het bestuur thans bezig
houdt. Een gedachte overigens die, zou
zij werkelijkheid worden, een aantal
toch wel vérstrekkende consequenties
zou hebben.
Omdat van het geraamde langdurige
overschot van vijftig vliegers al twee
derde deel vrijwillig de dienstbetrekking
met de KLM heeft opgezegd en mede
in verband met het feit dat in de Ka
mers meermalen is gewaarschuwd voor
zichtig te zijn met het ontslag van ge
specialiseerd personeel, had het bestuur
van de vliegersvereniging niet ver
wacht, dat toch nog tot gedwongen ont
slag zou worden overgegaan, vooral
daar het restant slechts twee procent
van het totale vliegerskorps (852-32 is
820) vertegenwoordigt. Het besluit is
echter genomen binnen de bepalingen
van de overeenkomst van 11 april en
komt geheel voor verantwoordelijkheid
van de directie. Uit het feit echter
dat men „het luttele aantal" van acht
tien vliegers meent te moeten ontslaan
met een financiële uitkering 'van
meer dan vier jaar salaris en het recht
van voorkeur voor herindiensttreding in
dien de KLM opnieuw tot aanname van
vliegers mocht overgaan moet de con
clusie worden getrokken, aldus de ver
eniging, dat het te handhaven bestand
aan vliegers de behoefte voor de eerste
vijf jaar ruimschoots dekt. Dit temeer
omdat een „ruime marge" bq de bere
keningen door de directie zou zijn aan
gehouden.
Behalve „de achttien" die zonder
twijfel van hun recht van voorkeur
gebruik zullen maken, alsmede de 25
reeds afgestudeerde RLS-ers die niet
in dienst konden worden genomen,
zijn er nu nog zeventig tot tachtig
leerlingen, van wie de laatste twaalf
nog zelfs in maart 1962 tot de school
werden toegelaten. Deze mensen zul-
(Van een medewerker)
Juist op de dag dat minister Klompé
haar vijftigste verjaardag vierde,
j.l. donderdag, werd bij de Tweede
Kamer het wetsvoorstel ingediend
dat vorig jaar september in de Troon
rede was aangekondigd: de algemene
bijstandswet.
We mogen wel in deze rubriek mi
nister Klompé van harte feliciteren zo
wel met het bereikte kroonjaar als met
het indienen van dit wetsontwerp. Er
is lang, heel lang, gewacht op een ra
dicaal breken met de gedachte van „ar
menzorg" zoals die nog steeds leeft in
de Armenwet 1912.
Alhoewel het nieuwe wetsontwerp nog
geen algehele vervanging bedoelt te
zijn van de Armenwet 1912, worden
toch wel zoveel nieuwe regelen betref
fende de verlening van bijstand door de
overheid gegeven, dat van een geheel
nieuwe aanpak van dit vraagstuk kan
worden gesproken. Hiervan getuigt de
hele terminologie waarin zowel het
wetsontwerp zelf als de memorie van
toelichting is gegoten. De oude, of la
ten we maar rustig zeggen de ver
ouderde, Armenwet ging en gaat nog
steeds uit van de aanvullende taak die
de overheid heeft wanneer mensen in
behoeftige omstandigheden komen te
verkeren. Wanneer familie-leden niet of
niet meer tot bijstand aan een behoef
tige in staat zijn, wanneer kerkelijke
of andere particuliere instellingen van
liefdadigheid zijn aangesproken en er is
dan nog behoefte aan onderstand, dan
kan deze door de overheid worden ver
leend maar niet verder dan tot de
strikte kosten van het noodzakelijke
levensonderhoud.
Toen wij onlangs het verslag bespra
ken van het mondeling overleg tussen
de vaste Kamercommissie van Maat
schappelijk Werk en de minister over
een mogelijke groepsregeling voor be
jaarden, hebben we er met voldoening
van gewaagd, dat minister Klompé bq
die gelegenheid reeds heeft gebroken
met net begrip „noodzakelijk levenson
derhoud", Toen reeds sprak zij over de
noodzakelijke kosten van het bestaan.
Nu het wetsontwerp Algemene Bij
standswet voor ons ligt is duidelijk
waarom zq toen deze term gebruikte.
De term noodzakelijk levensonder
houd komt in het nieuwe wetsontwerp
niet meer voor en is consequent ver
vangen door het begrip noodzakelijke
kosten van bestaan. Is dit op zich een
winstpunt van grote betekenis, het is
niet het voornaamste winstpunt.
Zonder enige twijfel dient als het al
lerbelangrijkste uit dit wetsontwerp te
worden aangemerkt het feit dat iedere
Nederlander die hier te lande in be
hoeftige omstandigheden verkeert of
dreigt te gaan verkeren voortaan
recht op bijstand. De oude Ar
menwet stelt zich op het standpunt dat
steun kan worden gegeven. Artikel I
van de nieuwe wet zegt eenvoudig: in
bepaalde omstandigheden wordt door
burgemeester en wethouders bijstand
verleend. De minister gaat in haar
voorstel zelfs zo ver, dat ook bijstand
kan worden verleend in de behoefte aan
bedrijfskapitaal en aan duurzame ge
bruiksgoederen, zjj het dan in de vorm
van geldlening of borgtocht.
Een recht wordt pas een verzekerd
recht, wanneer bjj schending ervan de
gedupeerde in beroep kan gaan bij ho
gere instanties. Welnu, ook hierin
wordt in de nieuwe wet voorzien. Wan
neer een college van B. en W. bijstand
weigert kan de aanvrager om bijstand
in verreweg de meeste gevallen in be
roep gaan bq Gedeputeerde Staten en
mocht hij daar niet in het gelijk worden
gesteld dan staat nog de weg open naar
de minister, die de uitspraak van Ge
deputeerde Staten kan schorsen of ver
nietigen.
We hebben hier dus reeds een
drietal winstpunten opgenoemd,
die een spoedige behandeling
van deze wet door de Tweede
Kamer zeer aanbevelenswaardig doen
zijn. Mede ook al omdat het zeker nog
bijna anderhalf jaar zal duren na het
aanvaarden van de wet, voordat deze
in werking kan treden. We zeiden reeds
dat op deze wet lang is gewacht.
Reeds in 1947 werd een staatscom
missie ingesteld welke over deze ge
hele materie moest adviseren. Het ad
vies dat destqds uit de bus is gekomen
mondde uit in een nieuwe Armenwet,
welke zowel de financiële bijstand als
de immateriële hulpverlening regelde.
Van alle maatschappelijke organen die
zich met deze gedachte hebben bezig
gehouden, ging voor zover wij weten
slechts één instantie, n.l. de K.A.B.,
geheel akkoord. Overigens kwamen zo
veel bezwaren dat minister Klompé de
suggesties van de commissie Quarles
van Ufford niet verder heeft benut dan
om enkele hoofdgedachten en dan nog
wel voornamelijk de rechtsgrond van
de hulpverlening over te nemen. Over
immateriële hulp wordt slechts gespro
ken in zoverre deze reohtstreeks ver
band houdt met de materiële bijstand
zelf.
De bezwaren die tegen de voorne
mens, zoals die bekend werden, groei
den, waren vele en velerlei. Daarbij
speelde onder meer een rol het bestaan
van het Departement van Maatschap
pelijk Werk zelf. Bekend is dat velen
in den lande nog steeds van oordeel
zijn, dat Maatschappelijk Werk een
deeltaak behoort te zijn van het De
partement van Sociale Zaken. Wq delen
deze mening niet, al verheugt het ons
dat het wetsontwerp mede is ondertekend
door de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid. In deze dubbele on
dertekening ligt naar onze mening de
oplossing voor de moeilijkheid, die al
enkele jaren hing t.a.v. de z.g. groeps
regelingen. Er is kennelijk een compro
mis gevonden tussen minister Klompé
en minister Veldkamp ten aanzien van
de zorg voor de langdurig (z.g. uitge
trokken) werklozen.
Toch komt dit compromis nog niet
helemaal uit de verf. In de memorie
van toelichting worden de werkloze
werknemers wel genoemd als groep,
waarvoor een groepsregeling mogelijk
is, maar dan wordt er onmiddellijk aan
toegevoegd, dat de bemoeiing met de
genen die een uitkering behoeven ge
durende een aaneengesloten periode van
twee jaar nadat een aanspraak ingevol
ge de Werkloosheidswet of de A-groeD
van de sociale voorziening een einde
heeft genomen, zal blijven ressorteren
onder het Departement van Sociale
Zaken. Duidelijk is dit bepaald niet.
En een argumentering waarom dit zo
zou moeten zijn ontbreekt ten enenma
le. Hierover zal derhalve zeker nog na
der moeten worden gesproken.
an bijzondere betekenis is uiter
aard de hoogte van de uitkering.
De vraag of deze hoogte kan
worden genormeerd is in de afge
lopen twee jaar herhaaldelijk onder
werp van gesprek geweest. Het is ons
bekend, dat minister Klompé weinig
voor het aangeven van normen voelde.
Toch zegt zjj nu in artikel I sub 3 dat
de minister van Maatschappelijk Werk
bjj algemene maatregel van bestuur
zal aangeven de minimale hoogte van
de uitkering. In zeker opzicht is hier
dus wel sprake van normering. Maar hier
treedt dan de bevoegdheid van de ge
meentebesturen duidelijk naar voren.
Zij kunnen immers individueel nagaan
of er reden is om al of niet belangrijk
boven die minimumuitkering uit te
gaan. En daarbij moet men rekening
houden met de bepaalde omstandighe
den waarin de aanvrager heeft verkeerd
of zal komen te verkeren.
Nu slaat het beroepsrecht kennelijk
uitsluitend op de vraag of bijstand zal
worden verleend. Interessant is het te
weten of dit ook zal gelden voor de
hoogte van de uitkering.
We zijn er ons van bewust dat het
blijft gaan om bijstand voor mensen die
in behoeftige omstandigheden verkeren.
En niet om een soort rqkswachtgeld-
regeling voor ieder die het makkelijker
vindt steun te ontvangen dan te
werken. De wet heeft voldoende vei
ligheidskleppen om dit soort individuen
te weren. Wanneer de minister het doel
wil beneiken dat ze zich met deze wet
heeft gesteld n.l. een sluitstuk te zijn
op een totaal van sociale zekerheids
maatregelen, dan zal hierover nog be
hoorlijk van gedachten moeten worden
gewisseld.
Aandacht voor behoeftigen, ook wan
neer deze aandacht zich beperkt tot
materiële hulpverlening, is een kwestie
waarvoor een wet slechts algemene
feitelijke normen kan geven. Bij de
uitvoering zal het ook bij deze wet aan
komen op een juiste mentale instel
ling. En daarom is het zo belangrijk
dat verplichtend wordt voorgeschreven
dat in elke gemeente een commissie
van advies komt, waarin vertegen
woordigers van stands- en vakorgani
saties, van organen op het gebied van
maatschappelijk werk en van de volks
gezondheid de meerderheid vormen.
Al hebben wij behoefte aan nog na
dere verduidelijking en nog enkele ver
beteringen, wq wensen dit wetsontwerp
gaarne een vlotte behandeling in ons
parlement.
len naar de mening van het vliegers-
bestuur geen emplooi kunnen vinden
bjj de KLM. en zich wellicht geheel
moeten omschakelen op een nieuw be
roep.
„Vooral het feit dat bij de opleiding
op de RLS een investering van vele
miljoenen is gemoeid (anderhalve ton
per leerling) doet de vraag rijzen of
de KLM bjj de regering even positief
de overtolligheidspositie van de vliegers
heeft benadrukt als zij dat bij het be
stuur van de Vereniging van KLM-vlie
gers heeft gedaan: of is de minister
van Verkeer en Waterstaat wat betreft
de toekomst van de maatschappij hoop
voller gestemd dan de directie van de
KLM zelve? Of hebben bij het ontslag
van achttien vliegers gezien het kleine
aantal en de grote consequenties daar
aan verbonden voor alle partijen, behal
ve overtolligheid ook andere overwegin
gen een rol gespeeld? De directie van
de KLM heeft deze mogelijkheden des
gevraagd ontkend r- gesteld zich te heb
ben beroepen op een strikte naleving
van de overeenkomst". Aldus een com
muniqué van de heer H. A. Hartogh
Heys, president van de vereniging. „Dit
zijn", verklaarde hij in de persconfe
rentie, „geen retorische vragen. We we
ten er eenvoudig absoluut geen antwoord
op".
„De paradox van het ontslagbeleid
van de KLM en het opleidingsbeleid
van de regering" eist dat in deze situa
tie klaarheid wordt gebracht „om te
voorkomen dat in de toekomst opnieuw
een groep vliegers hetzelfde lot deel
achtig zal worden als de betrokken
achttien, die, wat hun overbruggings-
voorwaarden ook mogen zijn, toch hun
toekomst als verkeersvlieger bq de
KLM in rook vervlogen zien", zo ein
digt het communiqué. Een communiqué
dat dus in de persconferentie van giste
ren nauwelijks bijzonder werd verhel
derd.
AMSTERDAM, 18 aug. De drie
werknemersorganisaties in de metaal
nijverheid hebben de federatie van
werkgeversvakverenigingen in de me
taalindustrie medegedeeld, dat zij de col
lectieve arbeidsovereenkomst voor de
grote metaalindustrie niet ongewijzigd
wensen te verlengen, aldus blijkt uit een
bericht in de „Metaalkoerier", het or
gaan van de A.N.M.B. In verband daar
mee is deze c.a.o. door de drie bonden
per 1 januari 1963 opgezegd. Verwacht
wordt dat de onderhandelingen over de
nieuwe c.a.o. in de loop van de volgen
de maand zullen beginnen.
tekenen
derland
Gedwongen door bijzonde
re omstandigheden heb ik u
een weekje in de steek moe-
ten laten. Nauwelijks had ik
mijn rug gekeerd of er be
gon meteen van alles te ge
beuren. Ik noem nou maar
net optreden van maar
liefst twee nieuwe Russi
sche ruimtevaarders en het
van een akkoord tussen Ne-
M en Indonesië. En alsof dat
alles nog niet genoeg was kwam te
gen het ingaan van het afgelopen
weekend het bericht tot ons dat Oe
Thant in een coiïflict is verward
met de heer William Wholey. zijn
huisbaas.
Hoe liggen de zaken? William Who
ley zegt dat Oe Thant „grote aantallen
gasten" ontvangt" en dat hij ..grote
hoeveelheden sterke drank, voedsel en
tabak morst". Het een zowel als het
ander lijkt mq, als ik er onbevoor
oordeeld tegenover ga staan, voor een
secretaris-generaal van de Verenigde
Naties onvermijdelijk. William Wholey
had het toen hij zijn huis verhuurde
royaal kunnen zien aankomen. Een
functionaris als Oe Thant moet nu
eenmaal af en toe een rondje geven.
Dat behoort tot zijn joyeuze vak en
het bevordert de wereldvrede. Dat het
eten ten huize-Thant „wordt neerge
smeten" en dat „onwelriekende geu
ren" tot ander- woningen doordringen
geeft, als het waar is. natuurlijk geen
pas. Als het waar is. Want ik heb
laatst Oe Thant op mijn televisie
scherm eens goed zitten bekijken,
maar hij lijkt mjj er niet de man naar
die zijn gasten aanspoort tot het gooi
en met huzaren-slaatjes of zelfs Rus
sische /.'.eren; en dat hij zélf het ini
tiatief zou nemen Joor een bord rijst
naar het plafond te werpen lijkt mij
uitgesloten. Hq ziet er eerder uit als
een profeet, die nauwelijks brood eet.
Hoe dat zij, William Wholey heeft
een klacht ingediend. Oe Thant trou
wens ook. Waarom? Omdat William
Wholey hem een jaarinkomen bere
kent van 14.400 dollars, hetgeen meer
zou zijn dan de Amerikaanse staats-
huurcommissie toestaat. En inder
daad, als je dat bedrag even op de
tong proeft, kom je al gauw tot de
conclusie dat een huisbaas voor die
som wel wat onregelmatigheden zou
kunnen velen. Al waren het onwel
riekende geuren. Geld stinkt niet.
Maar je weet op zo'n afstand natuur
lijk nooit wat er precies aan de hand
is. Ik heb echter wél de stellige indruk
dat het conflict tussen Oe Thant en
Wholey rijp is voor het ingrijpen van
een bekwame bemiddelaar. En de
heer Bunker is natuurlijk overwerkt.
Enfin ais het voor een goed doel is
ben ik altijd wel bereid om een poosje
discreet wat drank te gaan morsen
in New York.
PARAMARIBO, 18 aug. De Suri
naamse regering heeft van de Neder
landse vice-minister president, drs.
H. A. Korthals telegrafisch bericht ont
vangen dat de bekrachtigingsoorkonde
betreffende de associatie van Surina
me met de E.E.G. 14 augustus gede
poneerd is bij de regering van Italië
in Rome. Hierdoor is Suriname feitelijk
geassocieerd met de EEG
(Advertentie)
Uw zorgen voor morgen bq DE OLVEH geborgen.
Zn een zijkamer van zijn aan
een rustige Haagse straat
gelegen woning zit de heer
A. Huizinga, geheel inge
bouwd in woordenboeken, aan
een bureau. Vóór hem verheft
zich een indrukwekkende stapel
keurig getypte blaadjes, waar
van het eerste ons toeroept „Wie
A zegt, moet ook B zeggen". Het
onderste blaadje daarentegen
vermeldt de opmerking „Zwijgen
als een mof". Tussen deze twee
uitersten van A tot Z bevindt
zich het overige alfabetisch ge
rangschikte materiaal, dat zal
worden ondergebracht in een
ongetwijfeld handzaam boek
je dat de titel gaat dragen: 15.000
spreekwoorden en zegswijzen.
Het is het zoveelste werk van de
hand van de heer Huizinga, die
bekendheid geniet zowel als ver
zamelaar als samensteller van
woordenboeken en -lijsten. Een
oplettende instantie heeft ons er
op attent gemaakt, dat de heer
Huizinga vandaag zeventig jaar
geworden is, ons daarmee een
aanleiding verschaffend de ju
bilaris over zijn werk uit te
horen.
Dat werk bestaat dus op het
ogenblik uit het verzamelen en
ordenen van de spreekwoorden en zegswijzen, een karwei waarmee de
heer Huizinga al een eind op weg is. Hoe krijgt men zo'n aantal gecom
primeerde vaderlandse wijsheden bijeen? Dit is met een variant op een
van die wijsheden samen te vattenhoren, zien en schrijven. De meeste
„ziet" de heer Huizinga. In weer andere boeken, die niet zelden zeer oud,
ja, antiquarisch zijn. En als verzamelaar kan hij een ruime keus maken.
Hij bezit niet minder dan 800 woordenboeken al kan hij van de meesten
geen gebruik maken bij het onderhavige werk, omdat het woordenboeken
zijn in het Armeens of Boeginees, Turks en Russisch of tientallen andere
ook voor de heer Huizinga onverstaanbare talen. Opzij van de grote stapel
blaadjes met spreekwoorden ligt een klein stapeltje dat onze bijzondere
belangstelling heeft, omdat wij de zegswijzen die daarop vermeld zijn
straks niet zullen kunnen terug vinden in het boek. Dat zijn de zegswijzen
waardoor sommigen zich pijnlijk getroffen zouden kunnen voelen. Zo
zal de heer Huizinga het spreekwoord „Dat gaat erin als het woord Gods
in een ouderling" niet opnemen om moeilijkheden met orthodox protestan
ten te voorkomen. „Die nemen dat niet", zo zegt de heer Huizinga. Een
grensgeval vindt hij het spreekwoord waarin van iets een donderslag ge-
maakt wordt Een beslissing over de opneming van deze zegswijze is dan
ook nog niet genomen.
Tussen de bedrijven door werkt de heer Huizinga ook nog aan een
naslagwerk voor puzzelaars, en ook dat wordt niet zijn eerste op dit ter
rein. Dat zijn de boeken waarin men alle grote rivieren vindt (met twee,
drie, vier, vijf letters), alle edelstenen, de houtsoorten, de Amerikaanse
presidenten. „Die boeken vliegen weg met al die prijsvragen tegenwoordig."
Het is allemaal begonnen als een hobby bij de heer Huizinga en eigenlijk
is het dat nu nog. Zevenenveertig jaar is de heer Huizinga ambtenaar ge
weest en vijf jaar geleden werd hij gepensioneerd als referendaris bij de
Raad van Arbeid. Het eerste van zijn dertig boeken is in 1940 verschenen.
Dat was een fikse verzameling uitdrukkingen, spreekwoorden en citaten
uit vele talen. „Voor dat boek heb ik drie jaar lang tussen de middag in
de Koninklijke Bibliotheek doorgebracht. Ik had al jaren eerder materiaal
genoeg voor boeken, maar ik kon geen uitgever vinden. Totdat ik de juiste
man tegen het lijf liep. Daarna was het niet moeilijk meer een weg te
vinden voor mijn boeken," zegt de heer Huizinga. Van zijn hand verschenen
ook nog onder meer een Bijbels woordenboek, waarin alle 3600 namen
zijn opgenomen en verklaard, die in de bijbel worden genoemd en een
internationaal aardrijkskundig woordenboek. Hierin komen alle grotere
steden van deze aardbol voor met het aantal inwoners op het ogenblik
dat het boek werd samengesteld. „Het wordt druk gebruikt op handels
kantoren, consulaten en onderwijs-inrichtingen"zegt de heer Huizinga.
Terloops probeert hij het debiet te vergroten door op te merken dat het
ook op redacties heel goed van pas kan komen. Voor dit werk heeft de
samensteller tachtig boeken moeten doornemen. Hij heeft ze netjes alle
maal vermeld onder een lijstje „geraadpleegde werken" omdat hij niet van
plagiaat beticht wil worden. „Spreekwoorden zijn natuurlijk gemeengoed,
maar het gaat om de verklaringen. Die kan je natuurlijk niet letterlijk
overnemen. Dat zou ik ook niet graag doen want dan heb je kans dezelfde
fouten te krijgen". Twee dikke boeken heeft de heer Huizinga ook nog
gemaakt waarin tienduizenden voor- en achternamen zijn bijeengesprok
keld. De achternamen zijn onder niet-vermoede rubrieken gerangschikt. Zo
vindt men onder „namen van gebreken" bij voorbeeld Korthals, Spillebeen
en Sproet: onder „uiterlijk" staan Knappert en Mager en onder „mine
ralen" de families Koper en Blik.
Maar het mooiste van alle boeken moet nog verschijnen. Dat zal niet
eerder dan over twee jaar zijn, maar de titel is al bekend: „Slang". Daarin
komt een fraaie verzameling van bargoens, taaleigen van Amsterdam en
Rotterdam en modernismen. Als voorbeelden van deze laatste categorie
geeft de heer Huizinga: moordgriet, tent (voor café) en drankje (voor
borreltje). „Nee", zegt de levendige oud-referendaris „om die woorden te
achterhalen heb ik mij niet persoonlijk in nozemkringen hoeven te begeven".