Wij moeten ons zonder vrees
beijveren voor het werk5 dat
onze tijd van ons vraagt
Het woord Concilie kwam als
een onverwachte opwellin;
DE TOESPRAAK VAN DE PAUS IN DE ST. PIETER PAUS TOT CONCILIEVADERS
Doel van Concilie: erfdeel christelijke leer
bewaren en op doeltreffender wijze verkondigen
Vier kardinalen
niet aanwezig
Waarnemers van
Russische kerk
thans in Rome
VRIJDAG 12 OKTOBER 1962
Eeniheidi vain christenen
era van: mensenfamilie
moet gr oeien
Eerbiedwaardige broeders,
Dat is het doel van het Tweede
Vaticaanse Oecumenische Conci
lie. Het verenigt de beste krach
ten der Kerk in zich. Het spant
zich in aan de mensen de heils
boodschap zo te verkondigen, dat
zij het gereder aannemen. Op deze
wijze bereidt en vestigt het de
weg tot die eenheid van het men
selijk geslacht, welke de nood
zakelijke basis verschaft „om een
op de hemel gelijkende aardse stad
te worden, waarin de waarheid
heerst en waarin de liefde de wet
is en welke van eeuwige duur
zaamheid is (Augustinus, Epist.
13 3).
Oudste Concilievader
binnenkort 100 jaar
Priesterwijding van
Jos Beerepoot
Braziliaans\e bisschop
komt hiervoor uit Rome
Aarid era marnier van
cle uitbr eidiing vara de
christelijke leer
Oorsprong era reden
vara he t Tweede Va
ticaanse Oecumenii-
siche Concilie
Concilie i® raodig
De Paus wordt in de Sedes Gestatoria over het St. Pietersplein gedragen.
Hoe dwalingen moeten
wordlera bestreden
Eerbiedwaardige broeders,
Vandaag jubelt de heilige Moe
derkerk, omdat de Goddelijke
Voorzienigheid haar de vurig
Verbeide dag geschonken heeft,
Waarop hier bij het graf van St.
Petrus het Tweede Vaticaanse
Oecumenische Concilie begint.
Het staat onder bescherming van
de Allerzaligste Maagd Maria, van
wie de Kerk vandaag het godde
lijk moederschap viert.
De Oecumenische
Corxiliie® in die Kerk
V oiorraaarraste taiak vara
Concilieverdediging
era versterking der
waarheid
smSm»
barmhartigheid dan van gestrengheid.
Zij wil de noden van de tegenwoordi
ge wereld tegemoetkomen door te wij
zen op de deugdelijkheid van haar leer
en niet zozeer door veroordelingen uit
te spreken. Dat wil niet zeggen, dat
er geen valse leer, geen gevaarlijke
meningen en begrippen zouden be
staan, waarvoor men zich moet hoe
den en die men moet bestrijden. Doch
zij staan in zo'n duidelijke tegenspraak
tot de juiste zedelijke normen en heb
ben zulke destructieve resultaten op
geleverd, dat de mensen deze thans
reeds uit zichzelf veroordelen. Dat
geldt in het bijzonder van de zeden,
die God en Zijn wet verachten, voor
het blinde vertrouwen in de techni
sche vooruitgang en voor het streven
naar welstand, die uitsluitend op een
gemakkelijk leventje is gericht. Zij zijn
steeds meer van de superieure waarde
van de persoonlijke waardigheid van
de mens overtuigd geraakt en van de
verplichting, die daaruit voorkomt.
Wat nog meer telt: de ervaring heeft
hun geleerd, dat het geweld tegen an
deren, het gebruik van wapenen en de
politieke bevoogding voor een gelukki
ge oplossing der huidige moeilijke pro
blemen geenszins bevorderlijk zijn.
Met het oog hierop laat de Katholieke
Kerk in dit Oecumenisch Concilie het
licht der waarheid zien. Zij wil zich
daarbij de liefhebbende, goede en ge
duldige moeder van allen tonen, vol
erbarmen en goedheid tegenover de
zonen, die van haar gescheiden zijn.
Zoals reeds Petrus dat deed tot de ar
me, die hem om een aalmoes vroeg,
zegt zij tot de door zo talrijke moei
lijkheden gekwelde mensheid: „goud
en zilver bezit ik niet, maar wat ik
heb, geef ik u;; in naam van Jesus
Christus van Nazareth sta op en ga"
(H.A. 3,6)
Zo biedt de Kerk aan de huidige
mensen geen vergankelijke rijkdom
men. Zij belooft geen zuiver aards ge
luk. Veel meer is zij de bemiddelares
bij de uitdeling der Goddelijke gena
de, die de mensen tot de waardigheid
van kinderen Gods verheft en die tot
bescherming en hulp van een mens
waardig leven dient. Zij opent de bron
van haar levengevende leer, die de
mensen met het licht van Christus ver
licht en hen leert begrijpen, wat zij
in waarheid zijn, hun verhevenheid en
het doel van hun leven.
De zorg der Kerk om de bevorde
ring en verdediging der waarheid be
rust op goddelijk bevel. Want volgens
het heilsplan van God, „Die wil dat
alle mensen gered worden en komen
tot erkenning van de waarheid (Tim. X
2,4), kunnen de mensen zonder de hulp
der gehele geopenbaarde leer met die
diepe en gevestigde eenheid, die Jezus
Christus op de vooravond van <£ijn mi-
den zo vurig van Zijn hemelse Vader
heeft afgesmeekt, verwerkelijken. Het
vervult de Kerk met grote vreugde,
wanneer Zij ziet, dat deze bede van
Christus ook onder hen, die van haar
gescheiden zijn, vruchten draagt. Ja,
wanneer men deze door Christus voor
Zijn Kerk afgesmeekte eenheid bezit,
schijnt zij een drievoudig licht uit te
stralen: de eenheid der katholieken on
der elkaar, die in voorbeeldige, stand
vastigheid behouden moet blijven dan
de eenheid in gebed en in het bran
dende verlangen, waarmee de van de
apostolische stoel gescheiden christe
nen de eenheid met ons afsmeken, e
tenslotte de eenheid in de achting en
het respect der Katholieke K'rk voor
diegenen, die nog niet tot de jjhnstehj-
ke godsdiensten behoren. Daarbij doet
het ons groot verdriet, wanneer wij
zien hoe het grootste deel der mensen
nog geen deel heeft aan de bronnen
der goddelijke genade, welke de Ka
tholieke Kerk bezit, ofschoon alle men
sen toch van hun geboorte af in het
bloed van Christus verlost zijn. Bij het
denken aan de Katholieke Kerk, wel
ker licht alles verlicht en welke haar
bovennatuurlijke eenheid tot voordeel
van de gehele mensheid ontvouwt,
dringen de woorden van de H. Cypria-
nus zich op: „vervuld van goddelijk
licht straalt dë Kerk over de gehele
wereld haar licht uit. Maar het is een
licht, dat overal straalt zonder dat het
de eenheid van haar lichaam ver
breekt Haar takken strekken zich in
rijke bloei uit over de gehele wereld.
Zij doet rijke stromen, vloeien. Maar
er is slechts een bron, een oorsprong,
een moeder, die met overstromende
vruchtbaarheid gezegend is. Uit haar
schoot worden wij geboren, met haar
melk gevoed, van haar geest bezield...'
Nu „richten wij ons tot u" (Kor.
6,11), eerbiedwaardige broeders in het
bisschopsambt. Wij zijn hier in deze
Vaticaanse basiliek bij elkaar, waar
het middelpunt van de kerkgeschiede
nis is, waar hemel en aarde nu nauw
met elkaar verbonden zijn, hier bij
(het graf van de H. Petrus, bij zovele
rustplaatsen van onze heilige voorgan
gers, die zich in deze feestelijke uren
eveneens in verborgen jubel verheu
gen.
Het Concilie, dat nu begint, spreekt
de Kerk aan als een voorbode van een
lichtende dag. Nauwelijks is het be
gonnen of reeds vervult de eerste
groet van de beginnende dag ons met
grote vreugde. Alles hier ademt hei
ligheid, alles roept jubel op. Kijken
wij maar naar de sterren, die met
hun gloed de verhevenheid van dit
godshuis vermeerderen. Deze sterren
zijt gij, volgens het getuigenis van de
apostel Joannes (Openbaring 1,20) en
met u zien wij de gouden luchters bij
het graf van de vorst der apostelen
stralen, nl. de u toevertouwde kerken.
Met u zien wij de waardigheidsbe
kleders, die met grote eerbied en har
telijke verwachting aanwezig zijn. Uit
vijf continenten zijn zij naar Borne ge
komen om de naties van de wereld te
vertegenwoordigen.
Men kan zeggen, dat hemel en aar
de zich in de viering van het Concilie
verenigen. De heiligen in de hemel,
om onze arbeid te beschermen, de ge
lovigen op aarde, die onafgebroken de
Heer bidden, opdat gij de ingevingen
van de H. Geest volgt en om te ver
krijgen, dat deze gemeenschappelijke
arbeid in overeenstemming zal zijn
met de verwachtingen en behoeften
der volkeren. Dit vraagt van u even
wichtigheid, broederlijke eendracht,
verstandige matiging in de voorstellen,
waardigheid bij de discussies en wijs
beraad. Moge de Hemel geven, dat uw
moeiten en arbeid, waarop de ogen en
de hoop van alle volkeren gericht zijn,
volkomen aan aller verwachtingen ten
volle beantwoorden.
Almachtige God, in U stellen wij al
ons vertrouwen, daar wij op onze ei
gen krachten niet vertrouwen kunnen.
Zie genadig neer op deze herders van
Uw Kerk. Het licht van Uw genade
helpe ons, wanneer wij besluiten ne
men en voorschriften geven. En ver
hoor de gebeden, die wij in eensgezind
heid van geloof, woord en hart tot U
richten.
O Maria, Hulp der Christenen, hulp
der bisschoppen. In Uw heiligdom van
Loreto, waar wij over het geheim der
Menswording gemediteerd hebben,
hebben wij nog kortgeleden Uw liefde
bijzonder ervaren. Moogt Gij ook nu
dan alles tot een goed einde brengen.
Bidt voor ons bij God met de H. Jozef
Uw bruidegom, met de H.H. Aposte
len Petrus en Paulus, met de H. Joan
nes de Doper en Evangelist.
Aan Jezus Christus, onze beminde
Verlosser, de onsterfelijke Koning van
alle volkeren en tijden zij liefde, macht
en heerlijkheid in eeuwigheid.
Amen.
ROME, 12 okt. (Beuter, UPI) Bij
de plechtige opening van het Concilie
gisteren zijn maar vier van de 85 kar
dinalen niet aanwezig geweest. De 70-
jarige primaat van Hongarije, kardinaal
Mindszenty, kon niet komen, omdat hij
het Amerikaanse gezantschap in Boeda
pest, waar hij naar toe is gevlucht tij
dens de mislukte Hongaarse opstand,
niet kan verlaten. Afwezig waren voorts
de 82-jarige aartsbisschop van Havan
na, kardinaal Arteaga y Betancourt, de
75-jarige aartsbisschop van Bordeaux,
kardinaal Bichaud, en de 82-jarige vi
caris-generaal van Rome, kardinaal Mi-
cara, wiens gezondheidstoestand al eni
ge tijd veel te wensen overlaat.
Het Tweede Vaticaanse Concilie is de
eerste oecumenische Kerkvergadering,
waarop de bisschoppen uit Europa een
minderheid vormen. De meerderheid,
62 procent, komt uit landen huiten de
„oude wereld". .Onder hen bevinden zich
160 niet-blanke bisschoppen.
De oudste aanwezige bisschip, mgr.
Alfonso Carinchi, hoopt tijdens het Con
cilie, op 9 november, honderd jaar te
worden. De jongste bisschop, mgr. Ma
rio Zanchin, is 34 jaar oud en werd pas
tien dagen geleden gewijd.
ROME, 12 okt. (Reuter-AFP) Het
persbureau „Italia" meldt, dat de ver
tegenwoordiger van de Russisch-Ortho-
doxe kerk in Genève, Vitali Borovoi en
de plaatsvervangende missieleider van
deze kerk in Jeruzalem, Vladimir Kot-
liarov, gisteravond per vliegtuig uit Mos
kou in Rome zijn aangekomen, waar
zjj hun kerk als waarnemers bij het
Concilie zullen vertegenwoordigen.
Radio Vaticana heeft gisteren zo
meldt UPI een directe uitzending
vanuit Moskou verzorgd. Dat gebeurde
tijdens een serie directe gesprekken
over het Concilie met mensen in ver
schillende delen van de wpreld. In Mos
kou sprak pater Brevinski, verbonden
aan de Franse katholieke kerk St.
Louis, die in het Russisch vertelde, dat
de katholieken daar zich bij hun ge
loofsgenoten over de gehele wereld aan
sluiten in gebed voor het Concilie.
OVERASSELT, 12 okt. (KNP) De
aartsbisschop van Belo Horizonte in
Brazilië, mgr. M. Joao Rezende Costa.
komt volgende week naar Overasselt
om Jos Beerepoot, die zes jaar gele
den voor zijn hogere studies naar Bra
zilië vertrok, priester te wijden. Mgr.
Costa moet daarvoor de zittingen van
het Concilie verlaten, waarvoor hjj
speciale toestemming van de Paus
heeft gekregen. De priesterwijding
heeft zondag 21 oktober plaats in de
parochiekerk van de H. Antonius Abt
te Overasselt.
De jonge wijdeling werd te Amster
dam geboren op 28 mei 1933 en stu
deerde aan de Latijnse School te Ge-
mert. Omdat hij wereldheer-missiona
ris wilde worden, vertrok J. Beerepoot
ruim zes jaar geleden naar Brazilië,
waar hij in Belo Horizonte de hogere
studies volgde. De lagere wijdingen
ontving hij in Brazilië.
Aanwezig zullen o.a. zijn de commis
saris van de koningin in Noord-Brabant
de heer Kortmann, de burgemeester van
Overasselt W. baron van Hugenpoth tot
Aerdt, de Braziliaanse vice-consul dr.
Docote en de provinciaal van de paters
van de H. H. Harten pater Brinkhoff. De
wijdingsplechtigheden beginnen zondag
21 oktober om 10 uur. 28 oktober draagt
de neomist zijn eerste plechtige H. Mis
op in de parochiekerk van Overasselt.
Inderdaad zijn er in de Kerk steeds
mensen geweest, en zij zijn er nog, die
met alle kracht naar de Evangelische
volmaaktheid streven en niet verzui
men de gemeenschap te dienen. Hun
steeds voorgeleefd voorbeeld en hun
werken van naastenliefde versterken
en verrijken alles, wat er in de men
selijke samenleving aan voortreffelijks
en edels is.
Opdat deze leer doordringt op de
veelvoudige gebieden van het mense
lijke handelen, tot ieder individu, tot
de gezinnen en het sociale leven, mag
de Kerk voor alles geen afstand deen
van de schat van de waarheid, die
door de vaders is overgeleverd. Tevens
echter moet zij met deze tijd rekening
houden en met de gewijzigde situaties
en nieuwe levensnormen, die in de mo
derne wereld ingang hebben gevonden
en die nieuwe wegen geopend hebben
voor het katholieke apostolaat.
Op grond hiervan stond de Kerk bij
de verbazingwekkende vooruitgang
van de ontdekkingen van de menselij
ke geest niet werkeloos ter zijde en
heeft zij niet geaarzeld haar waarde
ring daarvoor te tonen. Maar in de
opvolging van deze ontwikkelingen ver
zuimt zij niet de mensen voor te hou
den door al de aardse dingen heen
God, de bron van alle wijsheid en
schoonheid, te zoeken. Zij moeten niet
het gebod vergeten: Gij zult de Heer
uw God aanbidden en Hem alleen die
nen" (Mt. 4,10, Lc 4,8). Anders zal de
vluchtige betovering van de aardse
dingen de ware vooruitgang verhinde
ren.
Daaruit blijkt duidelijk, wat men van
het Concilie ten aanzien van de leer
verwacht. Het 21ste Oecumenisch Con
cilie, dat beschikt over een overvloed
van ervaringen op het gebied van het
kerkelijk recht, de liturgie, van het
apostolaat en het bestuur, wil de leer
helder en onaangetast doorgeven zon
der haar te verzwakken of te verande
ren, zoals zij ondanks allerlei moei
lijkheden en tegenspraak twintig eeu
wen lang een gemeenschappelijk erf
goed der mensheid is geworden. Niet
allen hebben het goed bewaard, maar
voor de mensen van goede wil staan
zijn rijkdommen altijd ter beschikking.
We hebben echter niet alleen de
plicht deze kostbare schat te bewaren,
alsof wij ons alleen met het verleden
bezig houden, wij moeten ons veeleer
moedig en zonder vrees beijveren voor
het werk, dat onze tijd van ons vraagt.
Zo gaan wij verder op de weg, die
Wat de aanleiding voor het grote ge-
beuren, dat ons hier bijeen heeft ge-
bracht, betreft, moge het tot eenvou-
dig doel van historische documentatie
voldoende zijn, onze bescheiden, maar
persoonlijke getuigenis nogmaals te be
vestigen en verklaren hoe het woord
Concilie aanvankelijk zo onverwacht in
ons hart opkwam en werd uitgespro
ken. Het woord werd voor het H. Col
lege van kardinalen op die gelukkige
25 januari 1959, het feest van de beko
ring van de H. Paulus, in de basiliek
van St. Paulus buiten de Muren uitge
sproken.
Het was een onverwachte opwelling,
een straal bovenaards licht, het bracht
grote vreugde in ogen en harten, maar
tegelijk ijver en grote gloed, die zich
onvoorzien over de wereld uitbreidde
in het vooruitzicht van een Concilie.
Drie jaren van hard werken aan
voorbereiding, gewijd aan veelomvat
tende en diepgaande research naar de
situatie van het geloof en het godsdien
stige leven in de moderne wereld, kwa
men ons voor als een eerste teken en
geschenk van goddelijke genade.
Verlicht door het licht van het Conci
lie zal de Kerk, dat vertrouwen wij
vast, rijker aan geestelijke goederen
en met nieuwe kracht en onverschrok
kenheid naar de toekomst zien.
Door een gepaste vernieuwing en
verstandige en georganiseerde samen
werking zal de Kerk bereiken, dat de
mensen, gezinnen en volkeren hun zin
nen richten op hemelse zaken.
Zo wordt het feest van het Concilie
een reden tot grote dankbaarheid te
genover de Schenker van alle goeds
en tot verheerlijking van onze Heer
Christus, de glorierijke en onsterfelij
ke koning van alle tijden en volkeren.
Nog een ander punt willen wij aan u,
eerbiedwaardige broeders, voorleggen.
de Kerk twintig eeuwen gegaan is. De
beslissende taak van dit Concilie is
het dan ook niet een of ander stuk van
de leer der Kerk uit te leggen en zo
slechts de leer der vaders en der theo
logen van vroeger en nu opnieuw te
herhalen. Deze leer is vanzelfsprekend
eenieder bekend en vertrouwd. Daar
voor zou geen Concilie nodig zijn. Maar
van een vernieuwde, heldere en rusti
ge instemming met de gehele leer der
Kerk in haar volheid en nauwkeurig
heid, zoals deze uitstraalt uit de Con-
cilieacten van Trente en het Eerste
Vaticaanse Concilie, verwacht de ge
zamenlijke katholieke christenheid een
stap voorwaarts naar een nieuw door
dringen van de leer en een juistere
gewetensvorming. Dat zal zeker in vol
komen harmonie met de ware leer
gaan, maar ook deze moet in het licht
der moderne onderzoekingen en in de
taal van hef huidige denken vastgelegd
en nagegaan worden. Men moet de
substantie van de geloofsleer onder
scheiden van de formulering, waarin
zij is gegoten. Daaraan moet men in
ieder geval met geduld grote waarde
hechten en daarbij alles zo afwegen,
als wordt gevraagd van een leerambt,
dat overwegend een pastoraal karak
ter draagt.
Bij het begin van het Oecumenisch
Concilie is het volkomen duidelijk, dat
de waarheid van de Heer tot in eeuwig
heid blijft bestaan. Wij zien immers
hoe in de loop der tijden de meest te
genstrijdige meningen van de mensen
over en weer verdwijnen en hoe de
dwalingen al spoedig weer als sneeuw
voor de zon verdwijnen. De Kerk heeft
de dwalingen altijd bestreden. Vaak
heeft zij ze scherp veroordeeld. Thans
echter maakt de Bruid van Christus
liever gebruik van de heilmiddelen der
Paus Joannes XXIII tijdens het voor
lezen van zijn toespraak.
■lllllllillilliiiiililliiiiillliillliiliiilliillllilillllllllllllllllilllllli
De Concilies, die in de loop der ge
schiedenis gehouden werden, de twin-
tig Oecumenische Concilies en de on
telbare provinciale en regionale conci
lies, welke ook hun betekenis hebben
getuigen met volkomen duidelijk
heid van de levenskracht der Katho
lieke Kerk en staan als lichtpunten in
haar geschiedenis.
De nederige opvolger van de H. Pe
trus, die tot u spreekt, wilde door de
aankondiging van deze plechtige ver-
adering het kerkelijk leerambt in zijn
estendigheid opnieuw beklemtonen
om het in deze buitengewone vorm
aan de mensheid van onze dagen te to
nen zoals de dwalingen, de eisen en
de noden van de moderne tijd dit ver
langen.
Het ligt voor de hand, dat wij bij
het begin van dit Algemeen Concilie
onze blik graag naar het verleden wen
den. Wij horen uit dit verleden stem
men, die ons aanmoedigen, de stem
men van onze voorgangers uit de oude
etl nieuwe tijd, plechtige en eerbied
waardige stemmen, welker getuigenis
m de Concilies van Oost en West, van
vierde eeuw tot in onze tijd, tot
vnL.gikonien is. Het zijn stemmen, die
Ch de roem der Kerk van
na= S verkondigen, die van Jezus'
m1 ®enade en inhoud krijgt,
t-' Sr naast deze vele redenen tot
innerlijke 'vreugde ligt sedert negentien
eeuwen ook een wolk van droefheid
en beproeving over de Kerk.
Niet vöor niets sprak de oude Sime
on tot Maria, de Moeder van Jezus,
de profetische woorden, die tot op de
dag van vandaag waar zijn: „Dit Kind
Is bestemd tot val en opstanding van
velen en tot teken, dat men zal tegen
spreken". (Lucas 2,34). En „Wie niet
met Mij is, is tegen Mij. Wie zich niet
met Mij verzamelt, wordt verstrooid
(Lucas 11,23).
De grote vraag, waarvoor de wereld
staat, is na bijna tweeduizend jaren
nog dezelfde: Christus, is het steeds
lichtende middelpunt der geschiedenis
en des levens. De mensen zijn met
Hem en met Zijn Kerk en dan bezitten
zij licht, goedheid, orde en vrede. Of
Zij leven zonder Hem, ja zelfs tegen
Hem en Zijn Kerk en dan brengen zij
verwarring, Laten de menselijke betrek
kingen verstarren en roepen het ge
vaar van broederoorlog op.
Telkens, wanneer een Oecumenisch
Concilie gehouden wordt, is dit een
plechtige bevestiging van de eenheid
van Christus en Zijn Kerk.
Zij bevorderen de Concilies ook de
verbreiding der waarheid. De Conci
lies geven richting aan het leven van
ieder afzonderlijk, van het gezin en
van de maatschappij. Zij versterken
de geesteskracht, daar zij steeds de
blik tot het ware en tot de eeuwige
goederen richten.
Voor ons staan in de opeenvolging
van verscheidene tijdperken der eer
ste twintig eeuwen van christelijke ge
schiedenis en getuigenissen van dit bui
tengewoon leerambt der Kerk, verza
meld in vele en indrukwekkende boek
werken, die hier in Rome en in de be
roemdste bibliotheken over de gehele
wereld een heilige erfenis der kerke
lijke archieven vormen.
Om onze vreugde nog vollediger tot
uitdrukking te brengen, willen wij aan
tonen, onder welke gelukkige omstan
digheden het Oecumenische Concilie
begint. In de dagelijkse uitoefening
van ons herderlijke ambt dringen soms
droefmakende stemmen aan ons oor,
die weliswaar van grote ijver getuigen,
maar niet van overmatige zin voor
wijsheid en de juiste maat. Zij zien in
de moderne tijd slechts onrecht en
neergang. Zij zeggen steeds, dat onze
tijd in vergelijking met vroeger steeds
slechter wordt.
Zij gedragen zich alsof zij niets uit
de geschiedenis geleerd hebben, welke
toch de leermeesteres van het leven
is, en alsof ten tijde van vroegere
Concilies alles verliep in vol triomf
der christelijke leer, van het christe
lijke leven en in de gerechte vrijheid
van geloof.
Wij kunnen het niet met die onge
luksprofeten eens zijn, wanneer zij
slechts onheilvolle gebeurtenissen pro
feteren alsof het einde van de wereld
voor de deur staat. In onze tegenwoor
dige wereldordening leidt de Goddelij
ke Voorzienigheid ons juist naar een
nieuwe ordening onder de mensen. Zij
voltooit aldus door het menselijk werk
zelf en ver boven hun verwachtingen
uit in steeds grotere mate haar plan
nen, welke uitstijgen boven elk men
selijk denken en niet na te rekenen
zijn. En alles, ook de meningsverschil
len onder de mensen, dient aldus tot
het grotere welzijn der Kerk.
Deze feiten liggen voor de hand,
wanneer men slechts met opmerk
zaamheid de wereld van vandaag be
kijkt. Zij is zo in politieke en econo
mische meningsverschillen gewikkeld,
dat zij geen tijd meer vindt voor din
gen van geestelijke orde, waarmee
het leerambt der Kerk zich bezig
houdt. Deze verhouding leidt niet tot
het goede en kan niet goedgekeurd
worden. Toch kan men niet ontkennen,
dat de nieuwe verhoudingen in het mo
derne leven minstens dit voordeel bie
den, dat talloze hindernissen opge
ruimd zijn, waarmee vroeger de kin
deren van deze wereld het vrije wer
ken van de Kerk beïnvloedden. Het is
voldoende een vluchtige blik op de
Kerkgeschiedenis te slaan om duidelijk
te zien hoe juist de Oecumenische Con
cilies, die toch roemrijke gebeurtenis
sen voor de Kerk waren, door de on
rechtmatige inmenging der staatsauto-
riteiten met de grootste moeilijkheden
en moeiten te kampen hadden. De vor
sten dezer wereld wilden inderdaad
soms in alle oprechtheid de Kerk be
schermen, maar zij brachten daardoor
veel vaker de Kerk grote_ schade toe
en grote gevaren, daar zij zich lieten
leiden door de doeleinden van een ego
ïstische en gevaarlijke politiek.
Bij deze gelegenheid zouden wij u
willen bekennen met welk groot ver
driet wij moeten vaststellen, dat veie
van onze geliefde bisschoppen hier ont
breken. Zij zijn gevangen genomen om
wille van hun trouw aan Christus of
zijn om andere redenen verhinderd. De
gedachte aan hen dwingt ons tot vurige
gebeden tot God. Toch zien wij met
grote hoop en tot onze grote troost,
hoe de Kerk thans, eindelijk van zo
vele belemmeringen uit vroeger tijden
bevrijd vanuit deze Vaticaanse ba
siliek, als vanuit een tweede apostoli
sche zaal van het Laatste Avondmaal,
haar stem vol majesteit en grootheid
verheffen kan.
De voornaamste taak van het Oecu
menisch Concilie is deze: het heilige
erfdeel van de christelijke leer te be
waren en op doeltreffender wijze te
verkondigen. Deze leer omvat de mens
met ziel en lichaam en omdat hij pel
grim op deze aarde is, gebiedt zij hem
naar de hemel te streven. Dit toont
ons aan, dat wij ons aardse leven zo
moeten inrichten, dat wij onze plich
ten als burgers van deze aarde en he
mel vervullen en zo het door God ge
stelde doel bereiken. Dat betekent, dat
alle mensen, zowel individueel als
collectief, verplicht zijn onophoudelijk
hun hele leven door naar de hemelse
gaven te streven. De aardse goederen
hebben daarbij slechts dit tot doel en
moeten zo gebruikt worden, dat zij de
eeuwige zaligheid niet schaden.
De Heer heeft gezegd: „Zoekt eerst
het Rijk Gods en Zijn gerechtigheid"
(Matt. 6,33). Dit woord „eerst" toont
in welke richting wij onze gedachten
en inspanningen moeten leiden. Men
moet echter niet de andere woorden
van de Heer over het hoofd zien: „en
al het andere zal u geschonken wor
den".