„Ze zessen het wel maar ik. bè
Televisie is
een toverdoos
Je drukt er op
en er springen
mannetjes uit"
Toekomstregelingen
in vrij beroep en
onderneming
lorns
jj
mt.n.
ZATERDAG 8 DECEMBER 1962 PAGINA V
Allemaal show
}Jk ben een echte Hollander
Ik was nog maar een snot-Jon
gen. Ik vertelde de moppen
van mijn vader, speelde de
sketches van mijn vader en streek
ha afloop van mijn eerste voor
stelling het honorarium op van
htijn vader. De verzamelde ge
beente-ambtenaren die in Arn
hem van mijn onzeker debuut
getuigen waren, keken met iets
Van vertedering en in een stem-
b'n§ van „ach, die jongen moet
het óók leren" naar mijn schutte
re handelingen. Maar na de
Pauze voelde ik het: de vriende-
Hike tegemoetkomendheid van
het tot dan toe net iets te luid
Applaudisserend publiek verander
de geleidelijk in een bewonderend
Abthousiasme. Ineens lukte alles,
"lijn optreden na de pauze werd
een giller, een van de beste voor
stellingen die ik ooit heb ge
geven. Voor mij althans.
Moeder en zoon
Eigen straatje
Applaus halen
,JZo ontstaan nu paardemoppenschat'
Niets doen
Vader Carrell met dochter Annemieke op weg naar Marken.
„Kwekken"
Voorstelling voor
Gek hè, maar ik geloof dat dit
pas televisie is. Waarom „doen"
de „Mounties" het niet op het to
neel, maar wel op het scherm. Dat
is belangrijk. Die krantenverko
per die altijd in de show komt,
wist je dat die jongen een ouwe
een meisje alleen.
acrobaat is die ik ergens heb op
geduikeld. Je mag niet verwach
ten dat hij kan acteren, maar hij
„doet het" nu eenmaal voor de
camera, voor de mensen in de
huiskamer. Televisie? Daar kom
je nooit op uitgekeken. Wij heb
ben de mogelijkheden hier nog
lang niet door. Het is duizeling
wekkend".
Philip Morris - the cigarette of quality and prestige 1.25
IN EVERY COUNTRY SMART PEOPLE PAY A LITTLE EXTRA TO
"^-"Sl-Ull-SrUI iIit'j
RUDI CARRELL leerde het vak
tussen draaimolens
en keuvelende dames
gesproken ,,een beetje" succes mee
heeft gehad. Ja, dat was het song
festival. Het betekende mijn eerste ech
te kennismaking met televisie.
Die show hè. Ik denk aan niets an
ders meer. Ik werk nu veel ge
concentreerder en het bevalt me
best. Oh ja, zo een of tweemaal
in de week treed ik nog wel ergens
in Nederland op. Dat is ook goed.
Maar de show gaat voor alles. Ik
ben er erg trots op. Ieder uur van de
dag ben ik er mee bezig. Ik heb voor
niets anders tijd meer. Alleen thuis in
Oud-Loosdreoht bij mijn vrouw en kin
deren ben ik even uit de spanning. Ik
heb een heel lieve vrouw, een „ge
woon" meisje uit het Noordhollandse
Sint Pancras. Nee, het is geen artieste.
Gelukkig niet. Stel je voor, de ene ze
nuwpees zit vermoeid thuis en de twee
de zenuwpatiënt komt binnen. Dat gaat
eenvoudig niet.
Mijn show is typisch Hollands. Ik ben
een echte Hollander. Grote artiesten als
Sonneveld en Hermans werken veel lie
ver in het buitenland. Mü niet gezien.
Ik voel mfl in dit land heerlijk; ik
houd van het nare klimaat en van de
mensen die er onder te lijden hebben.
Hollanders houden van gewone din
gen. Ja, gewoon doen, dat willen zij
het liefst," herhaalt hij voorzichtig.
Geen flauwekul. Zeggen waar het op
staat, maar dan op een voor hen aan
vaardbare manier. De nog jonge man,
die tegenover ons zit aan het café
tafeltje bestelt een tweede kop koffie.
Hij heeft zo te zien in de laatste
tijd iets van zijn jongensachtig voorko
men waarmee hij enkele jaren geleden
het publiek haast spelenderwijs voor
zich wist in te nemen verloren. Hij
is ernstiger, zijn gezicht is meer ge
tekend, zijn manier van praten even
snel als voorheen weloverwogen.
.Hudl Carrell (27) is daar nu na
?(aalf televisie-shows, talrijke radio-
''zendingen en honderden voorstellin-
?®n in het land nog altijd van over-
'hgd. „Veertien dagen later moest ik
Pnieuw voor mijn vader invallen. Dit-
ba^l in Den Helder. Ik ging er heen
("et een gevoel van „wat kan me ge
beuren". Achteraf bleek dat er heel
",*t kan gebeuren. Ik was zoals
Aat tegenwoordig zo treffend heet
^'Begaan. Nu
eerd en na ae pauze neen myn
rbfdeonist maar uit pure ellende een
,-scgaan. i>u waren de rollen omge-
®»rd en na de pauze heeft mijn ac
cordeonist maar uit pure ellende een
v',r lang moppen verteld om de avond
ho? een volledig fiasco te redden. Op
t moment zelf was ik er boos om;
?a arioop
6l" ziels dankbaar.
j) afloop Vau de voorstelling was ik
e zoon van André Carrell, geboren
getogen Alkmaarder, zit nu negen
in het vak. De eerste jaren bleef
in
de schaduw van zijn vader. Hij
v w J WP
bat*?11 eens invalien, dan "eens voor de
£akkers in Nieuwe Pekela, een andere
ha j als betaalde grappenmaker op de
(j^'shoudbeurs. „Eigenlijk heb ik op
manier het vak goed geleerd,"
tn?J hij- Op de huishoudbeurs stond hij
Vejs en heen en weer lopende, druk keu
vele dames zijn repertoire af te
te i5ien> i" een openluchttheater praat-
voor anderhalve man en een paar-
\Vq1°P over de voordelen van een flat-
tie"lnS terwijl de regen in stromen
blis ste> °P een hefdadigheids-ker-
te,,?..Probeerde hij een liedje te zingen
dfa v' de zweefmolens over hem heen
de sirene bij de spooktent
bonk-aan5agend iTilde en een straatorgel
beh ziJn melodietjes uitstootte. „Zo
gin» bet geleerd", herhaalt hij. Ik
veg zelf mopjes maken, liedjes sohrij-
kre ®n sketches opbouwen. Voorlopig
Pinff" alleen de kantoorbedienden uit
VeJ^olde, de melkboeren uit Hil-
iets en de winkeliers uit Emmen
tverrtvan de resultaten te zien. Later
hipnet de radio. Er kwamen me-
*oifp„er??hi"en met mijn vader, niet
*beni„ "dlopend in slaande ruzies. Onze
bitecJ?®'?? over het cabaret liepen sterk
biet iV, g a'tiid. Maar wij denken er
•bet ilfer aan en trekken weer vrolijk
®tkaar op.
Ij "di Carrell niet zó mager als
4.\ jnen wel denkt kijkt wat on
bestemd voor zich uit. „Ik kan
het, 'les' vinden met vader. Ik
k. hoop van hem geleerd, weet
"•t u? mÜn vader heb ik buiten
'even ook veel zeifvertrou-
wen gekregen. Ik ben niet zo ner
veus meer, zo bang als een tijd ge
leden. Wij helpen elkaar. Laatst kwam
ik met mijn auto langs de studio. Ik
denk: dat is de auto van die ouwe.
Even naar binnen gaan. Mijn vader
moest optreden in het Gastenavond-
programma, maar was zijn stem
kwijt. Bleekjes zat hij op een bank.
Hij maakte wat gebaren en stootte
onbegrijpelijke (zeer hese) klanken
uit. Maar vader, je moet toch zo op,
zei ik. Met moeite bracht hij uit:
„Dat - is - ook - zo, - maar - ik -
weet - niet - hoe. Ik - moet - die -
Westfriese - sketch - brengen, Wil -
jij - het - voor - me - doen?"
„Maar vader," riep ik uit. „In jaren
heb ik dat nummer niet meer gedaan.
Misschien kan ik wel helemaal geen
Westfries meer spreken. Onder een
„God-zegene-de-greep" ben ik de büh
ne op gestapt. Als tegenspeelster had
ik een meisje, dat naar zeggen
de „taal" volledig beheerste. Enfin, de
zoon zou voor zijn vader invallen. En
waarachtig, het ging. Halverwege het
nummer verloor net meisje plotseling
haar stem. Stel je eens voor. Ze keek
hulpeloos naar haar moeder, die in de
zaal zat. Toen riep ik: mensen, ik ben
voor mijn vader ingevallen, is het nou
niet aardig als mevrouw voor haar
dochter invalt? Je begrijpt: het werd
een lollige avond.
De grote verandering in mijn leven
kwam zo'n drie jaar geleden. Ik won
het concours voor jonge cabaretiers in
Amsterdam. Dat was erg belangrijk.
De VARA vroeg mij om een show te
brengen op de televisie. Ik greep de
kans met beide handen. Want ik ben
gek op televisie. Op het scherm kun
je zo oneindig veel meer doen dan in
't theater." Als wij het over de televisie
hebben, dan is Ruili één en al aan
dacht. Voor hem zijn de beginjaren
leerzaam geweest, heel nuttig. Maar
het was voorspel, een inleiding tot het
grotere veel meer eisende werk. Zeker,
hij denkt met genoegen terug aan al
die avondjes van bonte gein. van lekke
re liedjes, van intelligente improvisa
ties. Hij denkt terug aan het Eurovisie
songfestival. „Ik ben toen weer eens
afgegaan.
Toch geloof ik dat het een aardig
liedje was. Sommige deskundigen ver
zekerden mij al van tevoren dat ik geen
kans zou maken daar Nederland al een
paar maal zegevierend uit de strijd was
gekomen. Hoe het ook zij: een feit is,
dat ik commercieel gezien er veel meer
uit gehaald heb dan bijvoorbeeld Ted
dy, die er tenslotte maar financieel
„Televisie is in ons land echt een
„ramilie-kastje-kijken". De mensen be
schouwen hun toestel als een toverdoos
waar je slechts op hoeft te drukken
om er springende, dansende, pratende
en fluitende mannetjes uit te halen. Ik
krijg na iedere uitzending honderden
brieven. Brieven van bakkers met het
verzoek of ik in het vervolg niet een
half uur eerder kan beginnen, daar zij
anders niet kunnen kijken wegens het
vroege uur waarop zij uit de veren
moeten komen. Laatst kreeg ik een brief
je van een mevrouw, waarin zij schreef
dat haar man sinds enige tijd televisie-
ziek was en of ik nu maar zo goed wil
de zijn de show een maand of wat uit
te stellen."
Rudi Carrell vindt al die reacties
enorm belangrijk. „Na iedere show ga
ik de volgende dag op de straat ap
plaus halen. Misschien lijkt dat over
dreven, maar werkelijk het doet me
goed als een jongetje roept: „Hé, vuile
Urker!", of een marktvrouw tegen mij
zegt „Jongen, ik heb mij gisteravond
rotgelachen,"
Soms spreek je mensen op straat,
die zeggen: Nou, ik heb altijd gedacht,
dat u zo verschrikkelijk arrogant was.
Dat vind ik toch zo vreemd. Ik ben
helemaal niet arrogant. Nooit geweest."
Wij vragen naar de oorzaak van dit
misverstand. „Kijk eens," zegt hij,
„Voor de camera's beweeg ik mij even
gemakkelijk als in de huiskamer. Toch
hen ik vaak nerveus voor ik op moet.
Bovendien als je regelmatig voor de
t.v. komt en je blijft gewoon doen
dan beginnen de mensen je te wan
trouwen. En daarbij ben ik natuurlijk
nog jong. Al deze dingen bij elkaar
hebben wellicht het misverstand veroor
zaakt. Hier in Nederland mag je nooit
een ster worden. Hollanders houden
niet van sterren. Je moet nooit zeggen,
dat je een glanzende Lotus hebt, wel
dat je iedere dag met je fiets voor
het stoplicht moet wachten. Dat gaat
er in."
ij heeft van zijn publiek een uitge
breide studie gemaakt, want hij
wil, dat iedereen naar zijn show
kijkt. „Het is de moeilijkheid
om Charles, de intellectueel, en Jan
met-de-pet drie kwartier te blijven
boeien. Toch geloof ik dat ik daar zo
nu en dan in slaag," zegt hij. „De
Mounties, bijvoorbeeld. Ik ben van me
ning, dat iedereen naar hen kijkt. Oh,
ik heb zo'n gein met ze. Ze doen ook
alles voor mij. Ik schrijf de teksten
voor hun sketches en geef precies aan
wat ze moeten doen. Je kunt er heer
lijk mee werken. Trouwens het team,
dat ik dit seizoen bij elkaar heb, is
geweldig. Op zo'n manier kan de show
bijna niet de mist in gaan. En toch is
het een paar maal gebeurd, naar mijn
gevoel. Trouwens, de kranten hebben
dat ook geschreven. Ik lees jullie al
tijd heel goed. Vaak wordt mij gezegd,
dat wat ik doe, goed is, maar nog
niet helemaal af. Maar dat kan ook
niet. Het moet ook niet. De show is
aantrekkelijk door een enkele vondst,
een enkele onbetaalbare „gag", een
simpel liedje, een klem^ indringend ge
baar. Bewaar mij m s hemelsnaam
voor twaalf shows die allemaal even
volmaakt zijn. Dat is een ramp. Op
den duur kijkt niemand meer naar je.
Natuurlijk streven wy in iedere show
naar perfectie, maar dat bereik je,
gezien de korte tijd van voorbereiding
vrijwel nooit."
an Rudi is bekend dat hij het
liefst eens in de veertien dagen
een show zou willen brengen.
Hij zelf zegt: „Een show zoals
ik mü die voorstel moet eigenlek even
normaal zijn als het journaal."
Hü is niet bang dat hij over een aan
tal jaren door het publiek zal wor
den weggekeken. „Ik ben 27, ik leef
intens genoeg om nog jaren mee te
kunnen. Op televisie? „Nee, dit sei
zoen maak ik nog uit. En dan neem
ik eens een hele tijd rust. Dan ga ik
helemaal niets doen. Het is goed als
de mensen je een paar jaar niet
zien. Ik ga een half jaar „bij-lezen",
want ik ben behoorlyk achter geko
men.
Misschien ga ik na deze periode in
de journalistiek. Ik heb altijd journalist
willen worden. In 1952 werd in Alk
maar de eerste wedstrijd van de toen
malige beroepsvoetbalbond gespeeld
tussen de profclubs van Alkmaar en
Amsterdam. Er mocht om de een of
andere onnaspeurlijke reden geen pu
bliek bij. Alleen de trainer van Alk
maar en de voorzitter van Amsterdam
zouden worden toegelaten. Buiten stond
de pers te wachten. Ik zei: wacht maar
ik zal jullie zo verslag uitbrengen. Tussen
de trainer en de voorzitter in heb ik de
wedstrijd gevolgd. Eerstgenoemde dacht
dat ik de zoon van de voorzitter was
en de voorzitter was op zijn beurt van
mening dat ik een zoon van de trainer
was. Na afloop heb ik een persconfe
rentie gehouden. In die tijd had ik ook
een zelfgemaakte perskaart op zak. Ik
vond het prachtig."
Misschien ben ik toch wel ergens
een sensatie-jongetje", zegt hij
even later. „Toch vertel ik zel
den onwaarheden. In mijn
shows verwerk ik dingen die allemaal
gebeuren of gebeurd zijn. Het is opmer
kelijk dat in de shows van nu veel
jeugdherinneringen naar voren komen,
soms van 15 jaar terug. Dat is een
hele vreemde ervaring. Die tournee
naar Nieuw-Guinea heeft mij veel goed
gedaan. Ik ben een ander mens ge
worden. Het is moeilijk te definiëren,
maar ik voelde dat dit nog ontbrak in
mijn leven". Wat? „Ik kan het niet
onder woorden brengen", antwoordt hij.
„Er is zoveel gebeurd, dat ik mij van
de hele reis vrijwel niets meer herin
ner.
Vergeet niet, ik heb een paar jaar
geen vakantie gehad. Ik had geen
rust meer. De tv neemt mij hele
maal in beslag. Ik ben nu bezig
met de voorbereidingen voor de kerst
show. Dat wordt iets bijzonders. Ik heb
jarenlang op deze kans gewacht." Of de
kijkers het ook mooi zullen vinden?
„Daar ben ik bijna zeker van", antwoordt
hij, „al kun je daar nooit helemaal van
op aan. De mensen zijn moeilijk. Als
een jong zangeresje in de show op
treedt (het Spaanse meisje Marisol bij
voorbeeld) dan weet ik dat ze gedu
rende haar eerste nummer in het ge
heel niet luisteren. Er wordt alleen
maar gekwekt over het feit dat ze zo
jong is, over de kleren die ze aan-
heeft, over de vraag of dat nu alle
maal wel mag en over de houding
van haar ouders die hun dochtertje zo
maar op wereldreis sturen. Eerst te
gen het tweede of derde liedje gaan
ze luisteren.
FRANS BOELEN.
(Advertentie)
SMOKE THE BEST
BÜ de Nederlandsche Uitgevers
maatschappij verscheen van de
hand van H. G. Nagelen „Toe
komstregelingen in vrij beroep en
onderneming". Wat ieder moet weten
van de fiscale, juridische, economische
en sociale aspecten bij vestiging, over
name, omzetting, in- en uittreding enz.
is de ondertitel, die duidelijk aangeeft
waar het in dit werkje om gaat. Het
zwaartepunt is niet zozeer op het fis
cale alswel op het economische en
juridische gelegd. Het boekje preten
deert geen handboek te zijn. Het heeft
uitsluitend, zo zegt de schrijver een
algemeen voorlichtende taak, liever
nog een waarschuwende functie. Ge
wezen wordt op de vele problemen,
die zich in vrij beroep op de drie ge
noemde gebieden kunnen voordoen. On
derkent men de moeilijkheden, waar
men voor kan komen te staan en doet
men dan het noodzakelijke beroep op
de in aanmerking komende adviseurs,
dan heeft de schrijver, naar hij meent,
zijn doel bereikt. En gezien het steeds
ingewikkelder worden van onze maat
schappij lijkt ons voor een dergelijk
boekje alle ruimt» te bestaan.
Blozend van weelde vertoont mevrouw Bjergbakke, een op het Deense eiland
Seeland woonachtige liefhebster van het vissen, haar vangst: de grootste zc'
sinds mensenheugenis ter plaatse gevangen. Het onwaarschijnlijk grote dier wei
11.25 kilo en vocht twintig minuten lang voor fijn leven.