Een Oostduits communistisch kaderlid begint bij de kribbe te twijfelen Vijandig studiemateriaa l stoot tot de gaf terug toch t de en gevangene in de wereld van Kaf ka D D Authentiek verslag van de omzwaaidie een Oostduits lid van partijkader maakte H Tenslotte met alleen tas westwaarts... een N M% mk 16 ZATERDAG 22 DECEMBER 1962 - MMli v?:' ;'K" -- M s'>: - - posmèus fS$ttALX0K!H9VJkS* et d z lil O ca a z j ac ui o 3 UI Z elf DE KERSTSTAL VAN KAMERAAD PRAUSS v «r 17 juni 1953, oproer, pantsers in Oost-Berlijn. Schuw en alleen woont Herbert ,rauss ergens in een Westduitse stad, veel te" oud voor zyn 35 jaar, *en h'6t rneer 20 joviaal als vroeger: donVe,^d8esch°uderde, korte man met Van ziin ud krulhaar. Het opstellen aangeert. ststal hee£t hem weer diep bruikeliii-Peil; Dieper dan uit de ge- taliteit t uitse Weihnacht-sentimen- dachto verklaren is. Door zijn ge- sc£loten harde, beschuldigende lip, men. Hy herinnerde zich letterlijk fragmenten. fi «Jij, Prauss, als doctor in de filoso- 'e. als afgestudeerde van het hoogste ?arHj-instituut, jij hebt geleerd en an- 'eren onderwezen dat de klassenstrijd j mensheid bevrijdt. En dan geef je j 6 aan die onzin een kerststal op te j®tten, met het kind van Betlehem, dat genaamd de mensheid heeft verlost. ba6 ..'n zulke elementaire vragen de verloochent en de basis van het hii ln de steek laat hoewel tUu n°ta 136116 °P de 'eer van he dicta- v ar van het proletariaat gepromo- V- rh is die is volledig ongeschikt wetenschappelijk werk." vei'dedigde zich uiterst zwak. „Ik b de de gezinstraditie voortzetten. Die t, _}djes waren voor mij aardige voor men van volkskunst." je niet aan Prauss. Als man- ttw 'bet hun vrouwen breken, zoons vÜa 111111 m°eders omdat die zich als jtj hden van de partij gedragen, moet can een traditie van reactionaire mkoppejj vasthouden?" voelden wel dat er een diepere W eegreaen wa"s. Hij kon het met ver- en- En als hfj het zou doen, zouden (W em niet begrijpen. Hij werd een fep ..grootste sensaties in '58, in Oost- Dr. Herbert Prauss, lid van W Centraal Comité van de S.E.D., ®nschapsman van de afdeling Pro- vJ!atlda, zag zijn leven beëindigd en "'euwd door een kerststal. Hij zijn levensverhaal in het boek: ch es war nicht die Wahrheit" l^Ü was in '27 geboren, in de Vete- t(j ®hstrasse, een huurkazernesbuurt CvjjferL noordelijk deel van Berlijn. Zijn nogal routme-achtig katnoneK, ^rai zijn vader, die met de sociaiis- ,l&1 sympathiseerde. Herbert was een y^Utelkmd", zijn ouders werkten en V6nig kind moest hij zich maar red- W,als hij uit school kwam. Lezen by bijzonder veel. Zijn geloof fejjj8 voor hem weinig betekenis, maar al als j°ngen van religieuze £Werken zoals hij ze op schoolreis- het Rijnland had gezien, en van W,?0riaanse zang. Van zijn vader de zang. walging mee voor het vervolging. Zij zouden Duitsland her bouwen. Toen Herbert Prauss als jongen van 18 jaar toetrad tot de communistische partij, was hij al een goed belezen en geschoolde marxist. Onder zijn nieuwe communistische vrienden ontmoette hij vele prachtige kameraden, die zich heldhaftig tegen Hitier verzet hadden, en nu begeesterd en koortsachtig druk meehielpen de nood in de stad te le nigen. In de werveling van activiteiten opgenomen, groeide hfj in de ijzeren partij-discipline en kreeg bewondering voor het hecht georganiseerde en ge raffineerde spel om zoveel mogelijk communisten in de bedryfsraden van de fabrieken te krijgen. Zonder de on gelooflijke werklust en discipline zou dat niet zo goed gelukt zijn en Prauss bewonderde de kracht van het collec tivisme van de partij. Zelf werd hij bestuurslid van de be- drijfspartijleiding op de drukkerij en vertegenwoordiger in de partijkring van grafische bedrijven. Het ging de jonge fanatieke Prauss lang niet streng genoeg naar de zin, en hoewel hij be greep dat het nu nog zaak was zoveel mogelijk mensen aan te trekken, ver langde hij naar de rigoureuze sfeer van de Russische revolutie. „Wacht maar," zo stelden ouderen hem ge rust, „wij zullen de Socialistische Een heidspartij Duitsland gaandeweg „bols jewiekseren", wij werken op langere termijn." regiem en in zijn stadsdeel waar <jy, s°cialisten en communisten woon- ^v6'nZag hfj hoe mensen hun goed en ^Sei offerden in hun strijd tegen het "brie, bitsland was al enige jaren in oorlog toen Herbert als zetter in d'enst kwam van een drukkerij. -Ifeke vond daar hulpvaardige, har- vQor oudere collega's, die bijna stuk Van aStuk vurige aanhangers waren Se jon* 'ourxistische leer. De leergieri- V(>edd ^en nam veel van hen aan. Het te» Z^n haat tegen het nazi-regiem ötig f6.n de oorlog. Kort na de oorlog bidhist?3 berken in een volledig Corn ells ,1Scbe drukkerij. Hij voelde zich ?4eht i llet milieu- Tot diep in de v*h \.las hjj „het nieuwe evangelie" arx> Lenin, Engels en Stalin. V>em!I8chfiWdngen van de bombar- e partij vulde zijp leven, dag en nacht. Negentien jaar was hij toen hij een betaalde partjjfunc- tie kreeg. 's Avonds bezocht hjj vergaderingen, hield hij toespraken, deed hij mee aan affiche-acties voor de verkiezingen en ging hij op pad met nachtelijke pa trouille-acties die moesten verhinderen dat de SED-verkiezingsplakkaten be smeurd of „overplakt" werden. In zijn werk kreeg hij te maken met politieke en gemeentelijke vraagstukken, ver zorgingsaangelegenheden, culturele en opvoedkundige zaken. De verkiezings nederlaag van de SED kwam voor hem als een grote teleurstelling Zijn katholiek geloof had hij al niet meer maar als rechtgeaard commu nist vond hij het ook nodig openlijk uit de Kerk te treden. Dat gaf verve lende discussies thuis, vooral met zijn moeder. Maar zoals zijn denken ver liep langs allerlei communistische slag zinnen, zo veegde hij ook alle bezwa ren weg. Benoemd tot leraar aan een van de stedelijke partijscholen, was hij met zjjn 19 jaar de jongste van het corps. Daar volgden de communisten een leergang van twee weken, later vier weken en daarna zelfs vier maanden, en kwam ieder lid van het stadsdeel ééns per maand voor politieke vor ming. Het ging er militair toe. De school werd met honden bewaakt. Men moest er collectief studeren en debat teren. Hij vond er veel vrienden en genoot een goede faam als theoreticus. Tallo ze jonge en oudere partijgangers kwa men voor een gesprek bij hem als ze, zoals dat heette, politieke buikpijnen hadden. Herbert Prauss kon hun dan het grote goed van het socialisme voor ogen houden en hun in die zin raad geven. De Partij, zo leerde hij, en zo voelde hij het ook zelf aan, was alles, je geweten, je denken, je rechter, je leven. Buiten de collectiviteit van de partij ben je niets. Prauss was een groot voorstander van de methode van openbare kritiek, die moest eindigen met een verklaring van zelfkritiek van degenen die zich buiten de sfeer en de richtlijnen van de partij hadden be geven. Toen stoorde het hem nog niet dat de hoge functionarissen van het Politburo zich aan de openbare partij kritiek onttrokken en zich ook verder van de harde partijmoraal weinig aan trokken. tot de praktijk van het communisme oehooröe. Zoals altyd vierden ze bü Prauss thuis Kerstmis. Onder de kerstboom zette zijn moeder de kerststal neer. Herbert sprak er niet over. Hij voelde er zich verstandelijk boven verheven. Toch vond hij wel dat die mooie stai, met de vertrouwde kerstliederen bij de steer ■roorde. Het leek hem iets onvergan kelijk Duits. In die jaren speelden in de j£U de wereldbeschouwelijke, persoon- .Jke aangelegenheden nog geen grote rol. De gewone partijleden vroeg men niet eens of ze nog bij een kerk hoor den. Wel op de partyscholen werd er over gestreden en het felle atheïsme gepredikt. Maar van een controle bij de uitgang van de kerken was toen nug geen sprake.. Men was nog bezig aan de opbouw van de socialistische maat schappij en men kon zich niet permitte ren mensen af te stoten. Aan de uni versiteit vond hij een aangenaam kli maat, waar hij zyn blik kon verwijden. vVel kreeg hij en'ge lichte „politieke ouikpijnen", toen een vrouwelijk par- tijlid, llona Möller, hysterische beschul digingen rondslingerde en aan de uni versiteit overal agenten, saboteurs en verraders meende te zien. Prauss be kleedde een functie die in de wande ling „chef-ideologie" werd genoemd enmoesf als zodanig enige docenten tegen haar in bescherming nemen. rot zijn grote droefenis kreeg hi) op zekere dag de overigens eervolle partij-opdracht af te studeren aan het hoogste partij-instituut „Insti tuut voor maatschappij-wetenschap". Als hij die studie zou kunnen beëindigen, hetgeen gemiddeld slecht een kwart van de studenten lukte, zou hjj gaan beho ren tot de communistische elite in Oost- Duitsland, de staalharde en 'bevoorrech te kaste van leidende figuren. Hij zou een leidende functie krijgen op weten schappelijk en propagandistisch ge bied, lid van het ZK, het Centraal Co mité. Het speet hem dat hij het vrij ongedwongen milieu van de universi teit moest verlaten, en zich moest schik ken naar de mechanische party-commu nistische sfeer, waar alle kameraden met nummers werden aangesproken. Prauss werd „Kameraad 240". Geen buitenstaander kan het zich voorstellen hoe het daar in het luxueuze, schitte rend toegeruste gebouw toegaat. Daar heerst de grauwe exstase van de geest loze maatschappij, zoals Kafka die al had afgeschilderd. Daar is studie en opvoeding geestelijke terreur, zonder wetenschappelöke vrijheid, zonder een moment van rust, zonder een moment van afzondering. Daar zijn geest en ge voel machines, die door docenten en boeken van brandstof worden voorzien. Er komen filosofen, historici en econo men uit heel het oostelijk blok. De Sta- lin-cultus vierde er hoogty, toen Prauss er kwam studeren. In doodse stilte wer den door de radio zyn (laatste) rede voeringen aangehoord. De directrice, prof. Lene Berg, hief na afloop ontroerd de „Internationale" aan, voor het ge nie, de onfeilbare leider en wetenschaps man Stalin. Bij zijn doodsbericht kre gen velen de tranen in hun ogen en er werd een dodewacht ingesteld by zijn met lauweren omkranste portret. Wie party-politiek ook principieel verkeert- kon zyn. Eindeiyk kreeg hy weer eens tyd er zin om concerten en opera's te bezor ken. Ook ging hy in een kerk eens de opvoering van Beethovens Missa Solem nis bijwonen en op zijn verlofreizen kwam hy in musea en kunstvolle kel ken, zoals de Dom van Naumberg. Hi. vergat de benauwende instituut-sfeer er. voelde zich op die ogenblikken in eer vrijere mooiere wereld verplaatst. Hi sprak er niet over met anderen, wan hy had gemerkt hoe oncultureel d' meeste partybonzen waren en hoe zi ook een werkelijke culturele vormin' van het volk vreesden. Ter voorbereiding van een weter schappelyke conferentie kregen de stu denten opdracht studiemateriaal te vei zamelen, vooral uit westerse bladen aan de hand waarvan men wilde aan tonen dat in het westen de werkzaam heiri en de wil van het volk verlam- worden door Kerk en overheid. Praus moest katholieke bladen lezen en za wekenlang in het archief aan de Fried richstrasse. By na alles daarin vond h: een leugen, maar in de katholieke si ciale leer ontdekte hy waardevolle ele menten. Dat had hy nooit geweten, e: op het instituut had men hem altij- als een axioma verteld dat de Kerk as de kant van de werkgevers en kapilr listen stond om het volk uit te buiten. Zyn bydrage aan de conferent. werd een slecht werkstuk. Op er kele punten kreeg hy twyfels ove het „Die Partei hat immer recht' Hy vroeg zyn moeder een abonnemen te nemen op hot in Oost-Berlyn ver schynende St. Hedwigsblatt". Hy voel de zich gedrongen ook zelfstandig na t( denken, maar overheersend waf nog de gedachte dat hy last had var kleinburgerlyke „Spinnerei". Doch d( lange weg terug was begonnen. Inner lijk woedend was hij om de bedriegli.i ke, chanterende verkiezingsmethoden ir oktober '54, waarby hy verantwoordoly! was voor een spionage-actie op kerk gangers en geestelijken. Voor de eerste maal stond hy oor een gewetenscon flict. De binnengekomen rapporten gaf hy in algemene abstracties weer. Toen hy over deze verkiezingspraktyken eens voorzichtig de hoge partyleider, en zyn 1 N S TI T l T F Ci R GES K 1.S G II F T S W I S S F S C 11 A FT K B EIM K I) K K S K H JVr liiiilEtht Eat -Iff !.vhi>tah|v v z 9 nus. M ilriiii tmii'f ilnn Yoraiu Ptaiejfor H*>rn» dfcrbtj ant 2Ö.7hhi JfcrOn <lrn Cra»! Doktor* Acr f/!*UcUy*h tr Q r. OWrUKieii ~Jrr4*iAUfi'. iiff and t/tr>nurxUttjdic*i%Aef ith d<r~fxl;tuti*rdt4 tfwfttanati durc/t kdtfun ju dtf dtstvdt. d<r lrrdtiritun<J in: ddtttrrh/ifU nt*ty dts'd,rcf{tn druttftiliidtm (\ïrkrrrtrcdutn"t). ifarth Dó' mtWiUirfir «*n Trr r< Uw n.r< .-r«\ n I ttt'Mtttiiltltttli €4*-m i*lu<U fjh.tÜGtt I -wc t* Ktspwrp* rl C-' c *00.Wreef *>-•(. i -v- M ÖkiotKif tpsr Dos Dokfordiplom des Verfassers, unterzeichnef vor Paul Wandel und Lene Berg - .y i W-A t 'y. f Het diploma dat Prauss machtigde als doktor onderwijs te geven in. de filosofie van het communisme. y zag hoe ongelooflyk geestdrif tig jongeren en ouderen de com munistische idealen waren toe gedaan, hoe ze bereid waren al les op te offeren, hoe ze ook het men selijk kwaad slikten dat de party hun vaak berokkende. Het was trouwens geen kwaad dat de party je dwong afstand te doen van je vrouw en kin deren, als dat nodig was voor de grote zaak: „Die Partei hat immer recht." Prauss zelf kon dat nog niet in alle opzichten volgen, maar hy meende dat hy zich niet door incidentele ne gatieve gebeurtenissen mocht laten misleiden. Het grote voorbeeld van ve len was veel meer waard. Het was wel gebleken hoezeer Her- bert Prauss verstandelyk begaafd was en hy kreeg in okt. '49 een beurs om te studeren aan de faculteit van arbei ders en boeren van de Berlynse Hum- boldt-universiteit. Tegelykertyd moesl hy ook veel politieke en organisatori sche activiteiten ontwikkelen in de func tie van propagandasecretaris in het Universiteits-partybestuur. Deze func tie legde hem o.a. de plicht op zonodig professoren en lectoren te kritiseren in ideologische vraagstukken. Het lag niet helemaal in de aard van de enthousias te student om daar een extreem ge bruik van te maken, hoewel de uni versiteit in communistische ogen veel te burgerlyk was. Maar uitermate woe dend en geschokt was hy toen op de zeventigste verjaardag van Stalin 's Berlijn 1945, Herbert Prauss enthousiast. morgens vroeg op het terrein van de universiteit een spandoek hing met de woorden: „Leve Stalin, de meester van de mensenroof". Voor hem was dat hetze, werk van betaalde agenten. De meeste Oostduitse communisten ge loofden geen moment dat mensenroof MÜÉ SfUi&ii'kérget-ati-, Ti ierlio, 1"-- l.'.t.';5 3 %,'SX/' i-59/3e/?r. S Van*1' de straatgevechten, 11 vrouwen en kinderen :6tti e van de weerlozen chVmü_ dieP® hunkering naar vrede de ly- en het hadden f-vilcmi, diePe en- ,,Hoe kon God dit toela vaakte ^0eg zich alsmaar af. Hy het°Vertuigd van de zeSenin8en ^arxistische systeem, dat de *Ou<j de bevrijden. De communis- 611 ®en ware democratie vesti- Mtr,* Zlxene Js.^eïeg'ïniteit *er ter t m t.;:t ttr.x in» tentraifcauB iet Singer-tn keens»*. - f- -4-'. -'"Uit- - - ?ür Xtoitm'rataéi ten P-v. .trt' *°hder fascisme, oorlog en joden- De noodlottige uitnodiging. zich niet kon opschroeven tot de voor geschreven ontroering werd vernietigd onder de openbare kritiek. De volksopstand van de 17e juni '53 verraste ook Herbert Prauss ten zeerste. Hoewel hy af en toe wel eens gemerkt had dat er onder de partij-kop stukken hielenlikkers, fanatici, sadisten en „Streber" te vinden waren, en hoe wel hti soms iets vermoedde van een kloof tussen de Ulbricht-leiders en bet volk en ook de welvaart-leugens van het partyblad „Neues Deutsch- land" wel eens als overdreven kon ken merken, had het isolement van het in stituut hem al vervreemd van het ge- vone dagelukse leven. Klakkeloos nam iy ook het „party-denken" over en be schouwde hy de volksopstand als een .fascistische Putsch". a alle moeiiykheden, waarby de meeste studenten als agitators de straat waren opgestuurd, was er sprake van „een nieuwe koers", waar Prauss helemaal in ge loofde. Hy hield een referaat m die zin, maar moest meteen een hecht ge- ar .aniseerde kritiek verstouwen op zyn onwetenschappeiyke thesen Hy werd eschuldigd van vals en gevaarlijk op portunisme en werd gedwonger tot een :elfkritiek, die voor hem een huichel achtige vertoning werd. De lust om nog eens creatief wetenschappelyk werk te doen werd hem wel wat ontnomen, maar hy bleef de zaak toegewijd om in het dagelykse leven de grondinhoud van de party-politiek te verwerkeiyken. Het kwam geen ogenblik in hem op dat de latere promotor Paul Wandel (inmid dels ook in ongenade gevallen) polste, kreeg hij als antwoord: „Deze openly- ke verkiezingen hebben tot doel onze vyanden te leren kennen. Wy moeten ze geen wapen of potlood in handen ge ven". Eind '54 ging hy weer eens naar de kerk, genoot van het Advents-gezang dat hem herinnerde aan zyn jeugd. Met Kerstmis voelde hy zich zeer verstoord dat de radio geen kerstliederen uitzond. Hy schreef een protestbrief aan de om- roepleiding en ging in een Berlynse kerk naar de nachtmis om toch de kerstlie deren te horen. Het Evangelieverhaal klonk hem in de oren als een sprookje uit duistere tijden. Toch ervoer hU sterk een gevoel van geborgenheid En daar na ging hy vaker naar een kerk. In tussen zette hij het lezen van de ka tholieke westeiyke bladen voort, waar toe hy als student van het Instituut ge rechtigd was. Veel berichten over de Oostzone vond hy schromelyk overdre ven. Zyn promotie stond voor de deur. Daarvoor kreeg hy dwingende richt- lynen. Hy kreeg van niemand toestem ming Trotski en Bucharin te lezen, hoewel dat eigenlyk noodzakelijk was, daar hy onder meer de geschiedenis van de Russische revoluties beschreef. Maar zy waren uitgestotenen, en hoe wel veel van hun opinies nog steeds overeenkomstig de marxistische leer waren, bestonden ze in de geschiedenis niet meer. Later ontdekte hij dat men het leesverbod o.a. handhaafde om de ze verschoppelingen foutief te kunnen citeren. Prauss zag geen mogelijkheid om voor zyn proefschrift tot een syn these te komen tussen hetgeen hem verstandig leek in de katholieke sociale leer en het communisme. Het zou het einde van zyn loopbaan betekend heb ben. Nu markeerde die onmogelijkheid het einde van zyn begeestering voor de communistische zaak. De tweespalt groeide in hem. Hy vreesde, dat spoe dig kritiek op hem zou losbarsten, daar er in de collectiviteit van de party niets verborgen kon blyven. In februari '56 werd hy benoemd in de propagandadienst van het Centraal Comité. Hy verdiende 1500 mark per maand, behoorde vanaf dat moment tot de kaste der „wetenden", gebruikte met zyn kaste-genoten een eigen lift, die ook niet door het overige personeel gebruikt mocht worden toen de perso- neelslift onklaar raakte. Hy maakte kennis met de ware gedaante van het Oostduitse communisme, en verloor de ene illusie na de andere. Vooral de ont maskering van de Stalin-cultus greep hem diep aan. Hy was lang niet de enige, en de verwarring was immens. De ketterjagers, de ontevredenen, de objectivisten kwamen om de beurt aan bod, maar Ulbrieht dwong de een na de ander spitsroeden te lopen en de huilerige zelfkritieken op de „uiteenzet tingsvergaderingen" waren niet van de lucht. Iedereen moest bezwyken onder de grillige druk van de ontmenselykte party-collectiviteit. In die tyd schijnt het aantal communistische patiënten van zenuwartsen enorm groot te zyn geweest. De party verlaten kan zo maar niet. Om te beginnen voorzien de statuten daar niet in. Maar als men uitgestoten wordt, raakt men gevangen in een moeiiyke situatie. Men wordt brodeloos, beroofd van huis en goed. Men staat voor een geestelyk vacuum. Herbert Prauss stond voor een ze nuwinstorting, vooral na de on derdrukking van de Hongaarse opstand. Hy onttrok ziöh aan zyn taak om materiaal te verschaffen voor de propagandalyn voor de party. In de kerk bad hy God om een uitweg. Vluch ten wilde hy niet; dat was verraad, verraad aan zyn vele leerlingen die hy dagelyks overal ontmoette. Hy had tot hun levensovertuiging bygedragen. Zelfs zyn vader had hy van de zege- ningen van het communisme kunnen overtuigen. Met een beroep op zyn slechte ge zondheidstoestand onttrok hy zich zo veel mogelyk aan de hem opgedragen werkzaamheden. Hij oefende zich in het trekken van een onbewogen ge zicht, het zich als rapporteur naar kerkdiensten sturen, waar hy met mets- eggende rapporten van terug kwam. In '57 begon het grote offensief tegen de Kerken. ,,de laatste georganiseerde vyand van de DDR". In het najaar werd hy arbeids ongeschikt verklaard. Zyn vader was inmiddels overleden en zyn moeder lag in een ziekenhuis. Men vond, dat hy zich in een party-tehuis moest laten verplegen, maar hy weigerde omdat hy het kerstfeest op zyn eigen ma nier wilde doorbrengen. Hy was alleen thuis op Kerstavond. Wat hy voorheen goedmoedig getolereerd had, deed hjj nu zelf: zorgvuldig zette hy de kerst stal neer onder de kerstboom, 's Avonds ging hy naar de H. Mis. De radio stemde hy af op RIAS en hij hoorde kardinaal Döpfner spreken. Hij voel de zich persoonly'k toegesproken toen de kardinaal zei: „Vandaag, zoals ten tij de van Herodes. wordt het Christus kind in de kribbe weer vervolgd." Prauss wist dat hy bezoek kon verwachten van collega's, maar hy wilde toch de stal niet opruimen. Ze kwamen: Heinz Klotz, partygroepen-organisator, en Horst Gabbert, plaatsvervanger. Ze zei den er niets over, maar Prauss wist pre cies wat er ging gebeuren. Hy zou op roepen krijgen voor „uiteenzettingsbijeen komsten".'Maar hy had zyn besluit ge nomen. Hij hoopte zo te manoeuvreren, dat hy uit de party zou worden gezet. Na twee weken kwam Hein Klotz hem melden, dat hy zich moest voor bereiden op zyn zelfkritiek, vanwege de „kerststal-affaire". Deze, en de ver gaderingen die volgden, werden huive ringwekkende geestelyke martelingen. Steeds zwaarder kwamen de beschuldi gingen op zyn hoofd neer, steeds gro ter werden de vergaderingen. Men bracht de „religieuze abnormaliteit" lis tig in verband met zyn verslappende yver van de laatste tyd. Het geval kreeg daardoor niet alleen een ideolo gisch, maar ook politiek aspect, zodat men hem van sabotage kon be tichten. Hy werd beschuldigd en be spot. De druk werd ondraaglyk, want hy weigerde in zyn zelfkritiek verder te gaan dan wat gehuichel over byza- ken. Zyn gezondheidstoestand was zo slecht, dat hy opgenomen moest wor den in een ziekenhuis. Maar ook daar liet de Party hem niet met rust. in de adht maanden dat hy er lag. Hy besefte dat het kritieke moment was gekomen. Alles moest hy opgeven. Een vlucht naar het westen overwoog hy nog niet serieus, voomamelyk om dat hy daar niemand kende en wist dat hy als ZK-functionaris argwanend zou worden ontvangen. Beter dan ooit voel de hy aan waarom vroeger overtuigde communisten zich plotseling voor hun hoofd schoten. Hy wist zich bespio neerd. Daar hy een arrestatie verwacht te stelde hy een gefalsificeerd dagboek samen, dat by zyn verdediging als ont lastend materiaal aangevoerd kon wor den. Eind september kreeg hy eindeiyk een kans een katholiek priester op te zoeken. Hywas angstig, voelde zich trouweloos, maar voor het eerst sinds lange tyd wist hy zich niet eenzaam meer toen deze priester naar hem luisterde en hem scheen te begrypen. Zyn chefs riepen hem weer aan het werk. Uit lyfsbehoud speelde hy de rol van de domme, zieke naïeveling. Hy werd ontslagen en als zetter in dienst gesteld by de „Tagliche Rundschau". Hy weigerde aan elke party-activiteit of demonstratie deel te nemen. Vol ver- 'angen wachtte hy op het kerstfeest. Hy bezocht zoveel mogelyk de kerk. Na Kerstmis '59 verwachtte hy dage lijks een arrestatie. De toestand werd volkomen onhoudbaar toen hy het be vel ontving te verschynen voor de Cen trale Partij-Con trolcommissie, het op perste party-gerecht. Er viel niet meer te manoeuvreren. Hy schreef een dui- delyke verklaring, stopte die in de bus en ging naar de zettery. Hoewel hy werd geschaduwd bereidde hy zorgvul dig zy'n vlucht voor. De terreur van de collectiviteit brak intussen los: party- vyand, ontslagen, doctorsbul ingetrok ken; hy moest uit de geschiedenis van het communisme verwijderd worden. Vlak voordat hy voor de officiële intrekking van zijn doctorsbul in het Instituut moest verschynen, stapte hij met een actentas, waarin een kerststal, wat papieren en foto's zaten, naar de politie in West-Beriyn. HENK SUÈR

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1962 | | pagina 17