Een Oostduits communistisch kaderlid begint bij de kribbe te twijfelen
Vijandig studiemateriaa l
stoot tot de
gaf
terug toch t
de
en gevangene in
de
wereld van Kaf ka
D
D
Authentiek verslag van de
omzwaaidie een Oostduits
lid van partijkader maakte
H
Tenslotte met alleen
tas westwaarts...
een
N
M%
mk
16
ZATERDAG 22 DECEMBER 1962
-
MMli
v?:' ;'K" -- M s'>: - -
posmèus fS$ttALX0K!H9VJkS*
et
d
z
lil
O
ca
a
z
j
ac
ui
o
3 UI
Z
elf
DE KERSTSTAL VAN KAMERAAD PRAUSS
v
«r
17 juni 1953, oproer, pantsers in Oost-Berlijn.
Schuw en alleen woont Herbert
,rauss ergens in een Westduitse
stad, veel te" oud voor zyn 35 jaar,
*en h'6t rneer 20 joviaal als vroeger:
donVe,^d8esch°uderde, korte man met
Van ziin ud krulhaar. Het opstellen
aangeert. ststal hee£t hem weer diep
bruikeliii-Peil; Dieper dan uit de ge-
taliteit t uitse Weihnacht-sentimen-
dachto verklaren is. Door zijn ge-
sc£loten harde, beschuldigende
lip, men. Hy herinnerde zich letterlijk
fragmenten.
fi «Jij, Prauss, als doctor in de filoso-
'e. als afgestudeerde van het hoogste
?arHj-instituut, jij hebt geleerd en an-
'eren onderwezen dat de klassenstrijd
j mensheid bevrijdt. En dan geef je
j 6 aan die onzin een kerststal op te
j®tten, met het kind van Betlehem, dat
genaamd de mensheid heeft verlost.
ba6 ..'n zulke elementaire vragen de
verloochent en de basis van het
hii ln de steek laat hoewel
tUu n°ta 136116 °P de 'eer van he dicta-
v ar van het proletariaat gepromo-
V- rh is die is volledig ongeschikt
wetenschappelijk werk."
vei'dedigde zich uiterst zwak. „Ik
b de de gezinstraditie voortzetten. Die
t, _}djes waren voor mij aardige voor
men van volkskunst."
je niet aan Prauss. Als man-
ttw 'bet hun vrouwen breken, zoons
vÜa 111111 m°eders omdat die zich als
jtj hden van de partij gedragen, moet
can een traditie van reactionaire
mkoppejj vasthouden?"
voelden wel dat er een diepere
W eegreaen wa"s. Hij kon het met ver-
en- En als hfj het zou doen, zouden
(W em niet begrijpen. Hij werd een
fep ..grootste sensaties in '58, in Oost-
Dr. Herbert Prauss, lid van
W Centraal Comité van de S.E.D.,
®nschapsman van de afdeling Pro-
vJ!atlda, zag zijn leven beëindigd en
"'euwd door een kerststal. Hij
zijn levensverhaal in het boek:
ch es war nicht die Wahrheit"
l^Ü was in '27 geboren, in de Vete-
t(j ®hstrasse, een huurkazernesbuurt
CvjjferL noordelijk deel van Berlijn. Zijn
nogal routme-achtig katnoneK,
^rai zijn vader, die met de sociaiis-
,l&1 sympathiseerde. Herbert was een
y^Utelkmd", zijn ouders werkten en
V6nig kind moest hij zich maar red-
W,als hij uit school kwam. Lezen
by bijzonder veel. Zijn geloof
fejjj8 voor hem weinig betekenis, maar
al als j°ngen van religieuze
£Werken zoals hij ze op schoolreis-
het Rijnland had gezien, en van
W,?0riaanse zang. Van zijn vader
de
zang.
walging
mee voor het
vervolging. Zij zouden Duitsland her
bouwen.
Toen Herbert Prauss als jongen van
18 jaar toetrad tot de communistische
partij, was hij al een goed belezen en
geschoolde marxist. Onder zijn nieuwe
communistische vrienden ontmoette hij
vele prachtige kameraden, die zich
heldhaftig tegen Hitier verzet hadden,
en nu begeesterd en koortsachtig druk
meehielpen de nood in de stad te le
nigen. In de werveling van activiteiten
opgenomen, groeide hfj in de ijzeren
partij-discipline en kreeg bewondering
voor het hecht georganiseerde en ge
raffineerde spel om zoveel mogelijk
communisten in de bedryfsraden van
de fabrieken te krijgen. Zonder de on
gelooflijke werklust en discipline zou
dat niet zo goed gelukt zijn en Prauss
bewonderde de kracht van het collec
tivisme van de partij.
Zelf werd hij bestuurslid van de be-
drijfspartijleiding op de drukkerij en
vertegenwoordiger in de partijkring
van grafische bedrijven. Het ging de
jonge fanatieke Prauss lang niet streng
genoeg naar de zin, en hoewel hij be
greep dat het nu nog zaak was zoveel
mogelijk mensen aan te trekken, ver
langde hij naar de rigoureuze sfeer
van de Russische revolutie. „Wacht
maar," zo stelden ouderen hem ge
rust, „wij zullen de Socialistische Een
heidspartij Duitsland gaandeweg „bols
jewiekseren", wij werken op langere
termijn."
regiem en in zijn stadsdeel waar
<jy, s°cialisten en communisten woon-
^v6'nZag hfj hoe mensen hun goed en
^Sei offerden in hun strijd tegen het
"brie,
bitsland was al enige jaren in
oorlog toen Herbert als zetter in
d'enst kwam van een drukkerij.
-Ifeke vond daar hulpvaardige, har-
vQor oudere collega's, die bijna stuk
Van aStuk vurige aanhangers waren
Se jon* 'ourxistische leer. De leergieri-
V(>edd ^en nam veel van hen aan. Het
te» Z^n haat tegen het nazi-regiem
ötig f6.n de oorlog. Kort na de oorlog
bidhist?3 berken in een volledig Corn
ells ,1Scbe drukkerij. Hij voelde zich
?4eht i llet milieu- Tot diep in de
v*h \.las hjj „het nieuwe evangelie"
arx> Lenin, Engels en Stalin.
V>em!I8chfiWdngen van de bombar-
e partij vulde zijp leven, dag en
nacht. Negentien jaar was hij
toen hij een betaalde partjjfunc-
tie kreeg.
's Avonds bezocht hjj vergaderingen,
hield hij toespraken, deed hij mee aan
affiche-acties voor de verkiezingen en
ging hij op pad met nachtelijke pa
trouille-acties die moesten verhinderen
dat de SED-verkiezingsplakkaten be
smeurd of „overplakt" werden. In zijn
werk kreeg hij te maken met politieke
en gemeentelijke vraagstukken, ver
zorgingsaangelegenheden, culturele en
opvoedkundige zaken. De verkiezings
nederlaag van de SED kwam voor
hem als een grote teleurstelling
Zijn katholiek geloof had hij al niet
meer maar als rechtgeaard commu
nist vond hij het ook nodig openlijk
uit de Kerk te treden. Dat gaf verve
lende discussies thuis, vooral met zijn
moeder. Maar zoals zijn denken ver
liep langs allerlei communistische slag
zinnen, zo veegde hij ook alle bezwa
ren weg.
Benoemd tot leraar aan een van de
stedelijke partijscholen, was hij met
zjjn 19 jaar de jongste van het corps.
Daar volgden de communisten een
leergang van twee weken, later vier
weken en daarna zelfs vier maanden,
en kwam ieder lid van het stadsdeel
ééns per maand voor politieke vor
ming. Het ging er militair toe. De
school werd met honden bewaakt. Men
moest er collectief studeren en debat
teren.
Hij vond er veel vrienden en genoot
een goede faam als theoreticus. Tallo
ze jonge en oudere partijgangers kwa
men voor een gesprek bij hem als ze,
zoals dat heette, politieke buikpijnen
hadden. Herbert Prauss kon hun dan
het grote goed van het socialisme voor
ogen houden en hun in die zin raad
geven. De Partij, zo leerde hij, en zo
voelde hij het ook zelf aan, was alles,
je geweten, je denken, je rechter, je
leven. Buiten de collectiviteit van de
partij ben je niets. Prauss was een
groot voorstander van de methode van
openbare kritiek, die moest eindigen
met een verklaring van zelfkritiek van
degenen die zich buiten de sfeer en
de richtlijnen van de partij hadden be
geven. Toen stoorde het hem nog niet
dat de hoge functionarissen van het
Politburo zich aan de openbare partij
kritiek onttrokken en zich ook verder
van de harde partijmoraal weinig aan
trokken.
tot de praktijk van het communisme
oehooröe.
Zoals altyd vierden ze bü Prauss thuis
Kerstmis. Onder de kerstboom zette zijn
moeder de kerststal neer. Herbert
sprak er niet over. Hij voelde er zich
verstandelijk boven verheven. Toch
vond hij wel dat die mooie stai, met de
vertrouwde kerstliederen bij de steer
■roorde. Het leek hem iets onvergan
kelijk Duits. In die jaren speelden in de
j£U de wereldbeschouwelijke, persoon-
.Jke aangelegenheden nog geen grote
rol. De gewone partijleden vroeg men
niet eens of ze nog bij een kerk hoor
den. Wel op de partyscholen werd er
over gestreden en het felle atheïsme
gepredikt. Maar van een controle bij de
uitgang van de kerken was toen nug
geen sprake.. Men was nog bezig aan
de opbouw van de socialistische maat
schappij en men kon zich niet permitte
ren mensen af te stoten. Aan de uni
versiteit vond hij een aangenaam kli
maat, waar hij zyn blik kon verwijden.
vVel kreeg hij en'ge lichte „politieke
ouikpijnen", toen een vrouwelijk par-
tijlid, llona Möller, hysterische beschul
digingen rondslingerde en aan de uni
versiteit overal agenten, saboteurs en
verraders meende te zien. Prauss be
kleedde een functie die in de wande
ling „chef-ideologie" werd genoemd
enmoesf als zodanig enige docenten
tegen haar in bescherming nemen.
rot zijn grote droefenis kreeg hi) op
zekere dag de overigens eervolle
partij-opdracht af te studeren aan
het hoogste partij-instituut „Insti
tuut voor maatschappij-wetenschap". Als
hij die studie zou kunnen beëindigen,
hetgeen gemiddeld slecht een kwart van
de studenten lukte, zou hjj gaan beho
ren tot de communistische elite in Oost-
Duitsland, de staalharde en 'bevoorrech
te kaste van leidende figuren. Hij zou
een leidende functie krijgen op weten
schappelijk en propagandistisch ge
bied, lid van het ZK, het Centraal Co
mité. Het speet hem dat hij het vrij
ongedwongen milieu van de universi
teit moest verlaten, en zich moest schik
ken naar de mechanische party-commu
nistische sfeer, waar alle kameraden
met nummers werden aangesproken.
Prauss werd „Kameraad 240". Geen
buitenstaander kan het zich voorstellen
hoe het daar in het luxueuze, schitte
rend toegeruste gebouw toegaat. Daar
heerst de grauwe exstase van de geest
loze maatschappij, zoals Kafka die al
had afgeschilderd. Daar is studie en
opvoeding geestelijke terreur, zonder
wetenschappelöke vrijheid, zonder een
moment van rust, zonder een moment
van afzondering. Daar zijn geest en ge
voel machines, die door docenten en
boeken van brandstof worden voorzien.
Er komen filosofen, historici en econo
men uit heel het oostelijk blok. De Sta-
lin-cultus vierde er hoogty, toen Prauss
er kwam studeren. In doodse stilte wer
den door de radio zyn (laatste) rede
voeringen aangehoord. De directrice,
prof. Lene Berg, hief na afloop ontroerd
de „Internationale" aan, voor het ge
nie, de onfeilbare leider en wetenschaps
man Stalin. Bij zijn doodsbericht kre
gen velen de tranen in hun ogen en er
werd een dodewacht ingesteld by zijn
met lauweren omkranste portret. Wie
party-politiek ook principieel verkeert-
kon zyn.
Eindeiyk kreeg hy weer eens tyd er
zin om concerten en opera's te bezor
ken. Ook ging hy in een kerk eens de
opvoering van Beethovens Missa Solem
nis bijwonen en op zijn verlofreizen
kwam hy in musea en kunstvolle kel
ken, zoals de Dom van Naumberg. Hi.
vergat de benauwende instituut-sfeer er.
voelde zich op die ogenblikken in eer
vrijere mooiere wereld verplaatst. Hi
sprak er niet over met anderen, wan
hy had gemerkt hoe oncultureel d'
meeste partybonzen waren en hoe zi
ook een werkelijke culturele vormin'
van het volk vreesden.
Ter voorbereiding van een weter
schappelyke conferentie kregen de stu
denten opdracht studiemateriaal te vei
zamelen, vooral uit westerse bladen
aan de hand waarvan men wilde aan
tonen dat in het westen de werkzaam
heiri en de wil van het volk verlam-
worden door Kerk en overheid. Praus
moest katholieke bladen lezen en za
wekenlang in het archief aan de Fried
richstrasse. By na alles daarin vond h:
een leugen, maar in de katholieke si
ciale leer ontdekte hy waardevolle ele
menten. Dat had hy nooit geweten, e:
op het instituut had men hem altij-
als een axioma verteld dat de Kerk as
de kant van de werkgevers en kapilr
listen stond om het volk uit te buiten.
Zyn bydrage aan de conferent.
werd een slecht werkstuk. Op er
kele punten kreeg hy twyfels ove
het „Die Partei hat immer recht'
Hy vroeg zyn moeder een abonnemen
te nemen op hot in Oost-Berlyn ver
schynende St. Hedwigsblatt". Hy voel
de zich gedrongen ook zelfstandig na t(
denken, maar overheersend waf
nog de gedachte dat hy last had var
kleinburgerlyke „Spinnerei". Doch d(
lange weg terug was begonnen. Inner
lijk woedend was hij om de bedriegli.i
ke, chanterende verkiezingsmethoden ir
oktober '54, waarby hy verantwoordoly!
was voor een spionage-actie op kerk
gangers en geestelijken. Voor de eerste
maal stond hy oor een gewetenscon
flict. De binnengekomen rapporten gaf
hy in algemene abstracties weer. Toen
hy over deze verkiezingspraktyken eens
voorzichtig de hoge partyleider, en zyn
1 N S TI T l T
F Ci R GES K 1.S G II F T S W I S S F S C 11 A FT K
B EIM K I) K K S K H
JVr liiiilEtht Eat -Iff !.vhi>tah|v v z 9 nus.
M ilriiii tmii'f ilnn Yoraiu Ptaiejfor
H*>rn» dfcrbtj ant 2Ö.7hhi JfcrOn
<lrn Cra»! Doktor* Acr f/!*UcUy*h tr Q r.
OWrUKieii ~Jrr4*iAUfi'. iiff and
t/tr>nurxUttjdic*i%Aef ith d<r~fxl;tuti*rdt4 tfwfttanati
durc/t kdtfun ju dtf dtstvdt. d<r lrrdtiritun<J in: ddtttrrh/ifU
nt*ty dts'd,rcf{tn druttftiliidtm (\ïrkrrrtrcdutn"t).
ifarth Dó' mtWiUirfir «*n
Trr r< Uw n.r< .-r«\ n I
ttt'Mtttiiltltttli €4*-m i*lu<U fjh.tÜGtt
I -wc t* Ktspwrp*
rl
C-' c *00.Wreef *>-•(. i
-v- M ÖkiotKif tpsr
Dos Dokfordiplom des Verfassers, unterzeichnef vor
Paul Wandel und Lene Berg
- .y
i W-A t 'y. f
Het diploma dat Prauss machtigde als doktor onderwijs te geven in. de filosofie
van het communisme.
y zag hoe ongelooflyk geestdrif
tig jongeren en ouderen de com
munistische idealen waren toe
gedaan, hoe ze bereid waren al
les op te offeren, hoe ze ook het men
selijk kwaad slikten dat de party hun
vaak berokkende. Het was trouwens
geen kwaad dat de party je dwong
afstand te doen van je vrouw en kin
deren, als dat nodig was voor de grote
zaak: „Die Partei hat immer recht."
Prauss zelf kon dat nog niet in alle
opzichten volgen, maar hy meende
dat hy zich niet door incidentele ne
gatieve gebeurtenissen mocht laten
misleiden. Het grote voorbeeld van ve
len was veel meer waard.
Het was wel gebleken hoezeer Her-
bert Prauss verstandelyk begaafd was
en hy kreeg in okt. '49 een beurs om
te studeren aan de faculteit van arbei
ders en boeren van de Berlynse Hum-
boldt-universiteit. Tegelykertyd moesl
hy ook veel politieke en organisatori
sche activiteiten ontwikkelen in de func
tie van propagandasecretaris in het
Universiteits-partybestuur. Deze func
tie legde hem o.a. de plicht op zonodig
professoren en lectoren te kritiseren in
ideologische vraagstukken. Het lag niet
helemaal in de aard van de enthousias
te student om daar een extreem ge
bruik van te maken, hoewel de uni
versiteit in communistische ogen veel
te burgerlyk was. Maar uitermate woe
dend en geschokt was hy toen op de
zeventigste verjaardag van Stalin 's
Berlijn 1945, Herbert Prauss enthousiast.
morgens vroeg op het terrein van de
universiteit een spandoek hing met de
woorden: „Leve Stalin, de meester
van de mensenroof". Voor hem was
dat hetze, werk van betaalde agenten.
De meeste Oostduitse communisten ge
loofden geen moment dat mensenroof
MÜÉ
SfUi&ii'kérget-ati-,
Ti
ierlio, 1"-- l.'.t.';5
3 %,'SX/' i-59/3e/?r.
S Van*1' de straatgevechten,
11 vrouwen en kinderen
:6tti e van de weerlozen
chVmü_ dieP® hunkering naar vrede
de ly-
en het
hadden
f-vilcmi, diePe
en- ,,Hoe kon God dit toela
vaakte ^0eg zich alsmaar af. Hy
het°Vertuigd van de zeSenin8en
^arxistische systeem, dat de
*Ou<j de bevrijden. De communis-
611 ®en ware democratie vesti-
Mtr,* Zlxene Js.^eïeg'ïniteit
*er ter
t
m t.;:t ttr.x in» tentraifcauB iet Singer-tn keens»*.
- f- -4-'. -'"Uit- - -
?ür Xtoitm'rataéi ten P-v. .trt'
*°hder
fascisme, oorlog en joden-
De noodlottige uitnodiging.
zich niet kon opschroeven tot de voor
geschreven ontroering werd vernietigd
onder de openbare kritiek.
De volksopstand van de 17e juni
'53 verraste ook Herbert Prauss ten
zeerste. Hoewel hy af en toe wel eens
gemerkt had dat er onder de partij-kop
stukken hielenlikkers, fanatici, sadisten
en „Streber" te vinden waren, en hoe
wel hti soms iets vermoedde van een
kloof tussen de Ulbricht-leiders en
bet volk en ook de welvaart-leugens
van het partyblad „Neues Deutsch-
land" wel eens als overdreven kon ken
merken, had het isolement van het in
stituut hem al vervreemd van het ge-
vone dagelukse leven. Klakkeloos nam
iy ook het „party-denken" over en be
schouwde hy de volksopstand als een
.fascistische Putsch".
a alle moeiiykheden, waarby de
meeste studenten als agitators
de straat waren opgestuurd, was
er sprake van „een nieuwe
koers", waar Prauss helemaal in ge
loofde. Hy hield een referaat m die
zin, maar moest meteen een hecht ge-
ar .aniseerde kritiek verstouwen op zyn
onwetenschappeiyke thesen Hy werd
eschuldigd van vals en gevaarlijk op
portunisme en werd gedwonger tot een
:elfkritiek, die voor hem een huichel
achtige vertoning werd. De lust om nog
eens creatief wetenschappelyk werk te
doen werd hem wel wat ontnomen, maar
hy bleef de zaak toegewijd om in het
dagelykse leven de grondinhoud van de
party-politiek te verwerkeiyken. Het
kwam geen ogenblik in hem op dat de
latere promotor Paul Wandel (inmid
dels ook in ongenade gevallen) polste,
kreeg hij als antwoord: „Deze openly-
ke verkiezingen hebben tot doel onze
vyanden te leren kennen. Wy moeten ze
geen wapen of potlood in handen ge
ven".
Eind '54 ging hy weer eens naar de
kerk, genoot van het Advents-gezang dat
hem herinnerde aan zyn jeugd. Met
Kerstmis voelde hy zich zeer verstoord
dat de radio geen kerstliederen uitzond.
Hy schreef een protestbrief aan de om-
roepleiding en ging in een Berlynse kerk
naar de nachtmis om toch de kerstlie
deren te horen. Het Evangelieverhaal
klonk hem in de oren als een sprookje
uit duistere tijden. Toch ervoer hU sterk
een gevoel van geborgenheid En daar
na ging hy vaker naar een kerk. In
tussen zette hij het lezen van de ka
tholieke westeiyke bladen voort, waar
toe hy als student van het Instituut ge
rechtigd was. Veel berichten over de
Oostzone vond hy schromelyk overdre
ven.
Zyn promotie stond voor de deur.
Daarvoor kreeg hy dwingende richt-
lynen. Hy kreeg van niemand toestem
ming Trotski en Bucharin te lezen,
hoewel dat eigenlyk noodzakelijk was,
daar hy onder meer de geschiedenis
van de Russische revoluties beschreef.
Maar zy waren uitgestotenen, en hoe
wel veel van hun opinies nog steeds
overeenkomstig de marxistische leer
waren, bestonden ze in de geschiedenis
niet meer. Later ontdekte hij dat men
het leesverbod o.a. handhaafde om de
ze verschoppelingen foutief te kunnen
citeren. Prauss zag geen mogelijkheid
om voor zyn proefschrift tot een syn
these te komen tussen hetgeen hem
verstandig leek in de katholieke sociale
leer en het communisme. Het zou het
einde van zyn loopbaan betekend heb
ben. Nu markeerde die onmogelijkheid
het einde van zyn begeestering voor
de communistische zaak. De tweespalt
groeide in hem. Hy vreesde, dat spoe
dig kritiek op hem zou losbarsten, daar
er in de collectiviteit van de party niets
verborgen kon blyven.
In februari '56 werd hy benoemd in
de propagandadienst van het Centraal
Comité. Hy verdiende 1500 mark per
maand, behoorde vanaf dat moment
tot de kaste der „wetenden", gebruikte
met zyn kaste-genoten een eigen lift,
die ook niet door het overige personeel
gebruikt mocht worden toen de perso-
neelslift onklaar raakte. Hy maakte
kennis met de ware gedaante van het
Oostduitse communisme, en verloor de
ene illusie na de andere. Vooral de ont
maskering van de Stalin-cultus greep
hem diep aan. Hy was lang niet de
enige, en de verwarring was immens.
De ketterjagers, de ontevredenen, de
objectivisten kwamen om de beurt aan
bod, maar Ulbrieht dwong de een na
de ander spitsroeden te lopen en de
huilerige zelfkritieken op de „uiteenzet
tingsvergaderingen" waren niet van de
lucht. Iedereen moest bezwyken onder
de grillige druk van de ontmenselykte
party-collectiviteit. In die tyd schijnt
het aantal communistische patiënten
van zenuwartsen enorm groot te zyn
geweest. De party verlaten kan zo
maar niet. Om te beginnen voorzien de
statuten daar niet in. Maar als men
uitgestoten wordt, raakt men gevangen
in een moeiiyke situatie. Men wordt
brodeloos, beroofd van huis en goed.
Men staat voor een geestelyk vacuum.
Herbert Prauss stond voor een ze
nuwinstorting, vooral na de on
derdrukking van de Hongaarse
opstand. Hy onttrok ziöh aan zyn
taak om materiaal te verschaffen voor
de propagandalyn voor de party. In de
kerk bad hy God om een uitweg. Vluch
ten wilde hy niet; dat was verraad,
verraad aan zyn vele leerlingen die
hy dagelyks overal ontmoette. Hy had
tot hun levensovertuiging bygedragen.
Zelfs zyn vader had hy van de zege-
ningen van het communisme kunnen
overtuigen.
Met een beroep op zyn slechte ge
zondheidstoestand onttrok hy zich zo
veel mogelyk aan de hem opgedragen
werkzaamheden. Hij oefende zich in
het trekken van een onbewogen ge
zicht, het zich als rapporteur naar
kerkdiensten sturen, waar hy met mets-
eggende rapporten van terug kwam.
In '57 begon het grote offensief tegen
de Kerken. ,,de laatste georganiseerde
vyand van de DDR".
In het najaar werd hy arbeids
ongeschikt verklaard. Zyn vader was
inmiddels overleden en zyn moeder lag
in een ziekenhuis. Men vond, dat hy
zich in een party-tehuis moest laten
verplegen, maar hy weigerde omdat
hy het kerstfeest op zyn eigen ma
nier wilde doorbrengen. Hy was alleen
thuis op Kerstavond. Wat hy voorheen
goedmoedig getolereerd had, deed hjj
nu zelf: zorgvuldig zette hy de kerst
stal neer onder de kerstboom, 's Avonds
ging hy naar de H. Mis. De radio
stemde hy af op RIAS en hij hoorde
kardinaal Döpfner spreken. Hij voel
de zich persoonly'k toegesproken toen de
kardinaal zei: „Vandaag, zoals ten tij
de van Herodes. wordt het Christus
kind in de kribbe weer vervolgd." Prauss
wist dat hy bezoek kon verwachten
van collega's, maar hy wilde toch de
stal niet opruimen. Ze kwamen: Heinz
Klotz, partygroepen-organisator, en
Horst Gabbert, plaatsvervanger. Ze zei
den er niets over, maar Prauss wist pre
cies wat er ging gebeuren. Hy zou op
roepen krijgen voor „uiteenzettingsbijeen
komsten".'Maar hy had zyn besluit ge
nomen. Hij hoopte zo te manoeuvreren,
dat hy uit de party zou worden gezet.
Na twee weken kwam Hein Klotz
hem melden, dat hy zich moest voor
bereiden op zyn zelfkritiek, vanwege
de „kerststal-affaire". Deze, en de ver
gaderingen die volgden, werden huive
ringwekkende geestelyke martelingen.
Steeds zwaarder kwamen de beschuldi
gingen op zyn hoofd neer, steeds gro
ter werden de vergaderingen. Men
bracht de „religieuze abnormaliteit" lis
tig in verband met zyn verslappende
yver van de laatste tyd. Het geval
kreeg daardoor niet alleen een ideolo
gisch, maar ook politiek aspect, zodat
men hem van sabotage kon be
tichten. Hy werd beschuldigd en be
spot. De druk werd ondraaglyk, want
hy weigerde in zyn zelfkritiek verder
te gaan dan wat gehuichel over byza-
ken. Zyn gezondheidstoestand was zo
slecht, dat hy opgenomen moest wor
den in een ziekenhuis. Maar ook daar
liet de Party hem niet met rust. in
de adht maanden dat hy er lag. Hy
besefte dat het kritieke moment was
gekomen. Alles moest hy opgeven. Een
vlucht naar het westen overwoog hy
nog niet serieus, voomamelyk om
dat hy daar niemand kende en wist dat
hy als ZK-functionaris argwanend zou
worden ontvangen. Beter dan ooit voel
de hy aan waarom vroeger overtuigde
communisten zich plotseling voor hun
hoofd schoten. Hy wist zich bespio
neerd. Daar hy een arrestatie verwacht
te stelde hy een gefalsificeerd dagboek
samen, dat by zyn verdediging als ont
lastend materiaal aangevoerd kon wor
den.
Eind september kreeg hy eindeiyk
een kans een katholiek priester
op te zoeken. Hywas angstig,
voelde zich trouweloos, maar voor
het eerst sinds lange tyd wist hy zich
niet eenzaam meer toen deze priester
naar hem luisterde en hem scheen te
begrypen.
Zyn chefs riepen hem weer aan het
werk. Uit lyfsbehoud speelde hy de rol
van de domme, zieke naïeveling. Hy
werd ontslagen en als zetter in dienst
gesteld by de „Tagliche Rundschau".
Hy weigerde aan elke party-activiteit
of demonstratie deel te nemen. Vol ver-
'angen wachtte hy op het kerstfeest.
Hy bezocht zoveel mogelyk de kerk.
Na Kerstmis '59 verwachtte hy dage
lijks een arrestatie. De toestand werd
volkomen onhoudbaar toen hy het be
vel ontving te verschynen voor de Cen
trale Partij-Con trolcommissie, het op
perste party-gerecht. Er viel niet meer
te manoeuvreren. Hy schreef een dui-
delyke verklaring, stopte die in de bus
en ging naar de zettery. Hoewel hy
werd geschaduwd bereidde hy zorgvul
dig zy'n vlucht voor. De terreur van de
collectiviteit brak intussen los: party-
vyand, ontslagen, doctorsbul ingetrok
ken; hy moest uit de geschiedenis van
het communisme verwijderd worden.
Vlak voordat hy voor de officiële
intrekking van zijn doctorsbul in
het Instituut moest verschynen,
stapte hij met een actentas, waarin
een kerststal, wat papieren en foto's
zaten, naar de politie in West-Beriyn.
HENK SUÈR