A
Na zes uren van bittere strijd tegen schotsig ijs,
snerpende wind, eenzaamheid en vooral vermoeidheid
ZILVEREN HUWELIJK" VAN STOMPWUK EN VEUR
Schitterende triomf na een
eenzame rit van 80 kilometer
mp Arrijf fe
Het was toch
te gek dat ik
Sou afremmen!
Bijna luguber gezwoeg
van de rijders van
het laatste uur
Druk werk voor
E.H.B.O.
Verloving van
negentig jaar
OMSTREDEN PROTEST
TEGEN PAPING
Afgewezen; geholpen
tegen eigen wil
j^^lT
mm
Toertocht der verschrikkingen
Klassement van
de wedstrijdtocht
AL OF NIET „VOORGEREDEN"?
Drie Papings bonden schaats af
i i iniüm
SlSllli
Als i
flits
ZATERDAG 19 JANUARI 1963
I -
Zwaar
M M Ék h K'. A' M, i M m
BÖUaiI! fi
- A -i; V; - i—m
-
(Van onze sportredacteur)
LEEUWARDEN, 19 jan. Voor het eerst in
de Elfstedentocht en meteen winnaar. Winnaar?
Triomfator met een verpletterende superioriteit.
Deze typering past beter bij de schitterende triomf
van de eenendertigjarige sportleraar uit Ommen,
Reinier Paping. Vol respect maar tegelijk diep
verslagen heeft Friesland geaccepteerd hoe een
„buitenstaander" de Friese elfsteden op het ijs
heeft bedwongen, hoe hij vooral een onwezenlijke
superioriteit heeft getoond. Onwezenlijk, niet
alleen door het verschil met zijn naaste „belagers"
ja, de aanhalingstekens staan er terecht als het
r verschil tussen de winnaar en nummer twee, de
^roninger Jan Uitham wel geteld 21 minuten bedraagt maar
°oral door het feit, dat deze triomf in de twaalfde wedstrijdtocht op
e schaats langs de elf Friese steden is bereikt in een eenzame rit
ari ruim tachtig kilometer; in de tachtig zwaarste kilometers, die
es Uren van bittere strijd tegen schotsig ijs, snerpende, steeds meer
auwakkerende wind, onbarmhartig door alles dringende stuif-
heeuw, eenzaamheid en vooral vermoeidheid.
Nuchter
k.,HSrste voorsprong
Tweede voorsprong
in een
MKllÉiisppli
Nu nog staat een hooimijt (links op de foto nog juist een deel van de boerderij te zien) in de nieuwe
woonwijk te Leidschendam. Maar hoe lang nogOp de achtergrond moderne huizenblokken.
Men is bezig de oude molen af te breken, die plaats moet maken
voor nieuwe flats.
Protest afgewezen
-ais
tus;
V8®
ais
REINIER PAPINGIk reed
steeds in mijn eigen tempo
Onder grote belangstelling strijdt Paping
eenzaam de zware strijd.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiinniiiiiiiiiNiiiiiiiiiiiiii
Ik had het zo moeilijk gevonden. Dan
moesten die anderen et slecht aan toe
zijn. En zou Ik dan op hen wachten!
Ik bedacht bovendien, dat ik deen van
den Berg de overwinning cadeau zou
geven. Twee keer had ik dit jaar met
hem een wedstrijdtocht gereden, twee
keer zat ik in de kopgroep, maar beide
keren was Jeen van den Berg me in
de eindsprint te vlug al. Ik zou wel
gek zijn als ik nu wachtte. Tien minuten
voorsprong Hoe groot de elende
van de eenzaamheid ook zou zijn, ik
zou alleen doorgaan en in het tempo dat
ik wilde.
O, wat is het toen zwaar geweest.
Eerst naar Bartlehiem. Al en toe wa
ren er stukken dat je geen streek meer
kon maken. In het begin liep ik dan
met de schaatsen onder. Later heb ik ze
twee keer afgebonden, twee keer zo'n
anderhalve kilometer lopen. En toen
besefte ik hoe verstandig het was ge
weest om het alleen te willen doen. An
deren konden me nu niet dwingen te
schaatsen waar ik lopen wilde. Als je
met een groepje was, kon je ook niet
toegeven aan een plotseling opkomende
vermoeidheid. Nu echter kon ik vlak
voor Bartlehiem naar wat mensen langs
de kant roepen: „Een jas, een jas." Ik
kreeg er prompt drie, legde ze op het
ijs, ging er met de rug op liggen om
zo een paar minuten met de benen om
hoog wat uit te rusten. Man, wat
knap je daar van op' En wat heerlijk
is het, zo even te rusten en te weten
dat je tegenstanders toch ver achter je
blijven.
■RPRRIMIRRRgiiaHHaaMHPIiRRlMHiBaiIRHgiMliHHiHHHBpMaiPRIRMMajM
•ft '5 3 r t w i r 7-
K éi f - >§*-. &?ywlSr,^F
lm
- f
t v"V.'
T T
èf\-£:
-m "J*"
«lf® ®chter kan deze onbarmhartige
lorja ntocht, waarvoor men in de his-
fle r„.,fruS moet gaan tot de zesde in
to Vj®!is' °P 30 januari 1940, om er een
^'tskoo u' die zoveel tijd en energie,
fraar wat 8elu!< natuurlijk
tempo en keek eens om. Laat ik me
daar een voorsprong van een honderd
meter hebben! Ik zei al, ik voelde mij
uitstekend by mijn eigen tempo en reed
dus door. Mijn voorsprong werd steeds
groter. Toen reageerde Jeen van den
Berg en met hem kwamen Anton Ver
hoeven, Jan Uitham, Jan van der Hoorn
en Anton Weijs by me. Van der Hoorn,
die al heel vaak was gevallen viel ech
ter weg en door een val raakte ook
Weijs uit onze groep.
Zo kwamen we met vier man in
Bolsward. Jeen van den Berg kwam
P®ter K00ral Pure klasse heeft gevergd,
*eif? "eschrjjven dan Reinier Paping
Vee !f°f hem gisteravond, een uur of
Jhoeip„i„ race, toen hij de eerste ver-
*an „!®uen met een verkwikkend bad
i e8eprini had afgeschud, behaaglijk
v n in een fau,eu'i in de pers-
Sin zijde n Gr°ene Weide" met aan
l^rigp JtJh charmante vierentwintig-
^aakte k ote Joke. Reinier Paping
?t8ebe„i,Tepa.al.ti niet de indruk van de
,iat hii ftrijder die nauwelijks wist
a strikt j "estond en aan wie alles
ne -- al, ontberingen en de vreug-
b 'hier p» een roes was voorbijgegaan.
i®hoties „a?lnS kon zich precies zijn
i heren' gadachten en bedoelingen her-
h nu('.v,tï^B ,de het bovendien met
feht eigpnii-i0 als°t deze Elfsteden-
x, "einier i^Jk met zo opzienbarend was.
hu11 2Ün XaP'ng hegon het verhaal
if de start plleuUze tocht overigens niet
hk°es' hii n?f» Van Harinxmakanaal.
s,k sportma" u-Grst verklaren waarom
enhaatser an"hil-uitstek (enthousiast
sto^Wemineri er' tennisser, judoër
tochht had u pas z«n eerste Elf-
WaL h°g als a g®reden? „U kent mij
la„ar? Vjjf ia de langebaanrijder niet-
ep,.^6 schaatsDin lk met de Neder-
öe soVm va" iFams naar het trainings-
Nop01ectieploec-^2,r «eweest. Ik heb in
reea ,°happen op F tle Europese kam-
ik de i" gezeten. Pas dit jaar
bpEn dan m ge'a£standstochten".
W^h, valt nieta?daaS' "öch. van het
Pas ?°nker en rifoveel te zeggen. Het
oiijv, wel op en r?ute was smal. Dan
Varip" m de vnp.bFperk le je in het
het hf e °ns gezeK^ groeP- Daarom
hian Im ook van ",u5.aan de kop in
een ?s toen het tot tachtig
^h»i hetere ',lcht werd, kwam
nfL'hen vooraap *g' Zo'" vUten-
!S0P fl'r? clic trrr? Maar Het zinde
hie 0feh. Steeds wbp' Niemand wilde
v0' Vier rhdlrs zag dezelfde
Nul)» v'pf he'emaal niet. Ik vond
Ua.hnp ho«„en. Ik 'm'k Ik moest me
en v#S a maar weer
^ard ï°'n tw^«de,bet tempo op.
*k reed "Hg kilometer voor
0 ®kker in m«n eigen
toen naast me rijden. „Doe niet zo
gek", zei hij. „We moeten nog hon
derdtwintig kilometer, hoe wil je dat
volhouden?" Maar ik dacht; „Jeen,
om te beginnen is het geen 120 maar
100 kilometer. Verder heb ik allang
gemerkt, dat jij en Anton Verhoeven
het niet zo fijn hebben. Jullie tweeën
doen nauwelijks kopwerk. Uitham en
ik moeten er het meest aan trekken.
Ik ga rijden zoals ik zelf voel dat ik
moet".
Goed en wel buiten Bolsward ik
had juist weer kop gedaan keek ik
weer eens om. Ik vond het zo stil ach
ter me. Laat ik nu alweer een voor
sprong hebben! Eerst tien meter, maar
al heel gauw dertig en zelfs honderd
meter. Geloof me, ik zit nu achteraf,
als de winnaar die goed praten heeft
niet te snoeven. Ik reed lekker en pre
cies in het tempo, waarvan ik voelde
dat het goed voor mij was. Het was
toch te gek dat ik zou afremmen. Ik
reed dus door. En in Harlingen riepen
de mensen dat ik drie minuten voor
lag. Dat zo'n voorsprong zo gemakkelijk
behaald kan worden! lk begreep er niets
van. Het was tot nu toe allemaal zo
licht gegaan.
Zo licht! Nauwelijks was ik uit Har
lingen of daar begon de stuifsneeuw.
Plotseling opstekende tegenwind. Toen
ik in Franeker kwam was ik toch wel
geschrokken. Zou het toch niet verstan
diger zijn om op de andere drie te
wachten en samen de ellende van de
tocht naar Dokkum tegen de wind in, te
delen? Ik was juist van plan om uit te
rusten tot de drie anderen er waren,
toen ik hoorde dat mijn voorsprong
toen tien minuten was. Hoe kon dat?
lllllllllllllllllllllillllllilllllllllllllllilllllllllllllllllllllliiilllililiTlliiiiiliiiiliiitilliliilllliiiillllllllllllllllimilllllllllllllllMlllllllk
(Van onze verslaggever)
LEEUWARDEN,
19 jan. - „Wat? Ben
ik als veertiende
aangekomen?" riep
een al wat oudere
toerrijder gister
avond verrast uit.
Om half elf zes
uur later dan wed
strijdwinnaar Rei
nier Paping was
hij over de finish
aan de Grote Wielen
gekomen: niet eens
zo moe en in een
opperbest humeur.
„Vanochtend ben
lk gestart met vier
duizend rijders voor
mij. Nu heb ik er
niet minder dan 950 achtergelaten. Hoe
is het mogelijk. En ik dacht nog wel dat
ik zo ontzettend langzaam ging", zei hij.
Alsof hij zo weer aan een nieuwe Elf
stedentocht wilde meedoen, huppelde de
rijder naar het hotel. Hij behoorde ove
rigens tot de weinigen. De meeste tocht-
rijders (gisteravond om half elf waren
er pas achttien rijders binnen) kwamen
moeizaam strompelend het beursgebouw
binnen, steunend op de scthouder van
een E.H.B.O.-er, hinkend als een aan
geschoten dier. Met pijnlijk vertrokken
gezicht en verkleumde ledematen lie
ten zij zich door een zorgzame verloof
de of echtgenote van de knellende
schaatsschoenen ontdoen. Het was erg
geweest, heel erg. Enkelen van hen had
den zonder het te weten steeds de slui
tingen van de diverse controleposten
ontlopen. Om 1 uur 's middags name
lijk besloten de organisatoren de post
Woudsend vóór de meren te sluiten.
Een ieder, die later zou passeren, zou
uit de tocht worden genomen. De stuif
sneeuw had de uitgezette wegen hier
onherkenbaar gemaakt. Bovendien had
den zich diverse sneeuwhopen gevormd,
die voor de rijders onneembare barriè
res zouden blijken.
Het was vijf over zes toen de toer
tocht der verschrikkingen in het Klein
Diep in Dokkum voor de heer Peoysz
uit Steenwijk op 23 kilometer na ten
einde was. Hij had de verschrikkelijke
tegenwind van de Ee achter de rug en
zou op de laatste 23 kilometer met de
nog snijdende wind in de. rug niet meer
sneuvelen. Toen hü het rode dak van
de boerderij van Brouwer aan de Ee
had zien oprijzen en in de verre verte
de lokkende muziek in de noordelijkste
Friese stad had opgesnoven, wierp hij
voor de laatste maal het hoofd in de
wind. De harde toerheld uit Steenwijk
wist. dat hh op de laatste paar kilo
meter naar Dokkum een beslissende be
proeving doormaakte. Peoysz draaide in
Dokkum als een vorst. Er kwamen
geen vrouwen aan het bevrijdende
keerpunt. Van de tweehonderd deel
neemsters aan dit barre festijn ver
dween de laatste na 127 kilometer van
de tweehonderd kilometer uit de tocht.
Nog tien rijders op de baan, meldde
de politie 's avonds om half twaalf
zonder een toon van opwindu»®;. Men
had op deze verschrikkelijke dag zo
veel meegemaakt, dat zelfs hot bijna
lugubere gezwoeg van de rijders van
het laatste uur in het zicht van de
finish kalm werd gemeld. Even later
deelde een boer in de omgeving van
Dokkum telefonisch mede, dat hij twee
uitgeputte deelnemers onderdak had
verleend. Hun droomloze slaap in de
bodsteden was in ieder geval verkies
lijk boven het lot. dat een drietal ont
redderde .jongemannen in de slotfase
onderging. Zij werden met bevroren
ledematen en sneeuwblindheid opgeno
men in de Roode-Kruiswagen, die hen
in snel tempo naar de Groene Weide
bracht.
Even nog heb ik ze gezien, de drie
die ik buiten Bolsward gedag heb ge
zegd. Dat was toen ik een eindje bui
ten Dokkum was, op weg naar Leeu
warden. Alles juichte toen in me. Ik
had de wind pal In de rug. Ik vlóóg. En
zo zag ik een flits, even de drie, ge
broken optornend tegen de wind, rich
ting Dokkum. „Ha," dacht ik „Ik de
wind in de rug en jullie nog midden
in de ellende." Wat doet zo'n flits je
goed. Dat ik daarna nog eens vier kilo
meter moest lopen omdat in de opge
stoven sneeuw niet meer te rijden was,
deed me niets. Ik had gewonnen!"
(Van onze speciale verslaggever)
LEEUWARDEN, 19 jan. De ijve- 1
rige EHBO-ploegen In de Groene Wei
de en evenzeer die in het paviljoen
Grote Wielen bij de finish hebben op
volle toeren moeten werken. Legio was
het aantal bevroren benen, voeten,
vingers en door de felle noordooster-
wind ook ogen. Bevriezingen in de
derde graad zijn echter niet voorge
komen, en hoe ernstig de gevallen
zich ook deden aanzien, met de be
trekkelijk eenvoudige hulpmiddelen die
de eerste hulp ter beschikking ston
den, bleek het mogelijk de eerste pa
tiënten weer op de been te krtjtgen.
Sneeuwblindheid was een ander euvel
dat ernstige hinder veroorzaakte. Twee
wedstrijdrijders braken gistermorgen
even na de start al een dijbeen, voorts
een nog een arm.
Jeen van den Berg, de derde prijs
winnaar, moest geruime tijd achter
het E.H.B.O.-scherm verblijven om
wat bij te komen. Later verscheen hij
met vier krammen in de kin op het
podium, om zich te laten huldigen.
Tóch vielen alle ongelukken dokter
Pasma, een der hulpverlenende artsen,
nog mee. Werkelijk ernstige valpartij
en of bevriezingen zijn uitgebleven,
mede dank zij de maatregelen om de
toerrijders uit het tournooi te halen.
LEEUWARDEN, 19 jan. De uitslag van
de Elfstedentocht 1963 luidt: Reinier Pa
ping (Dedemsvaart) 10 uur en 59 minuten.
2. J. Uitham (Noorderhogebrug) op 21 min.,
3. Jeen van den Berg (Heerenveen) op 22
min., 4. Weljss (Blankenham) op 22% min.,
5. Ottema (Tolbert Leek), 6. Arends (Goin-
gahulzen), 7. H. Uitham (Noorderhogebrug),
8. A. de Koning (Purmerend), 9. Venema
(Heerenveen), 10. Veldstra (Akkrum), 11. A.
Verkade (Alphen a/d Rijn), 12. van Oor
schot (Made), 13. IJska (Exmorra), 14.
Augustin (Amsterdam), 15. Van der Aar
(Haarlem), 16. Slagter (Hoogkarspel), 17.
Stavenulter (Andljk), 18 De Bruin (Aals
meer), 19. Hopman (Egmond a/d Hoef), 20.
Post (Rutten Nop), 21. A. Verhoeven (Dus-
sen), 22. v. d. Lely (Maasland). 23. Dekker
(Bovenkarspel), 24. Weerman (Nljholtwolde),
25. A. Fekken (Stobbega), 26 Ale Fekken
(Stobbega), 27. Visser (Sneek), 28. Van
Vliet (Wateringen), 29. Groothuijsen (Am
sterdam). 30 Hoba (Haarlemmermeer), 81.
Udding (Groningen), 32 B. F. Udding (Boven-
smllde), 33. Water (Amsterdam), 34. Bergs-
ma (Golngarijp), 35. J. Kooistra (Warga),
36. Elsenaar (Vugnt), 37. G. v. d. Bosch
(Muiden), 38. J. v. d, Bosch (Weesper-
karspel), 39. Reitsma (Janum), 40 Bast-
dorp (Amsterdam), 41. Pietersen (Oude
Tonge), 42. Bos (Maasdam), 43. Laan
(Zwaagdijk), 44. Oldekamp (Wagenlngen),
45 Scharloo (Rotterdam), 46. Woudstra
(Zutphen), 47. Schapp (Nieuw Loosdrecht),
48. G. W. van Vliet (Nieuwerkerk a/d IJs-
sel), 49. Tas (Berkel). 50. Buma (Schettens),
61. Duursma (Beesterzwaag), 62. Oud (Lut
jebroek), 53. J. T. Koolstra (Bolsward), 54.
Gorter (Apeldoorn), 55. Hummeling (Ambt
Delden), 56. Zwaan (Venhulzen), 57. Mees
ter (Ursum).
A-,
V .A
Leidschendam „Een oude gemeen
te", zal men zeggen bij het zien
van de onmiskenbaar antieke
letters „sch" in de naam, be
reikte echter pas in de jongste nieuw
jaarsnacht de nog jeugdige leeftijd
van vijfentwintig jaar. Deze week vie
ren de Leidschendammers wat zij
noemen „Het zilveren huwelijk van
Stompwijk en Veur". Aan de echtver
eniging bij de wet van 31 dec 1937 is
een „verloving" van bijna een eeuw
vooraf gegaan
Sinds 1848 immers hadden Stomp
wijk en Veur dezelfde burgemeester,
die werd bijgestaan door één en de
zelfde gemeentesecretaris. Beide be-
stuurderen zetelden in één secretarie
gebouw. Maar de burgemeester zat
tot oudjaar 1937 twee gemeenteraden
voor, die afzonderlijk vervaderden.
De beide „gehuwden" zijn overigens
al eens meer „in de echt verbonden
geweest", al was het voor slechts
zes jaar. Napoleon heeft door een
decreet van 1811 met dit vroegtijdige
„huwelijk" op de geschiedenis vooruit
gelopen.
De „Leidsche dam" is echter al
veel ouder. Het is een dijk die da
teert uit de middeleeuwen en loopt
van de duinen naar Nootdorp. De
dam is er de oorzaak van dat de
gemeente, die tot voor kort niet (of
bijna niet), bestaan heeft, toch een
oude dorpskom heeft: bond de sluis
in de Vliet. Die sluis was er Voor
de vijftiende eeuw niet. Toen liepen
de schepen in de Vliet vast tegen de
dam. Maar er kwamen weldra lie
den die er hun brood van maakten
de schepen over te halen, of over te
slaan, als het hele grote schuiten be
trof. De tfjd die daarmee in beslag
werd genomen bood weer andere lie
den de gelegenheid de schippers over
te halen hun waren te kopen of hun
bier te drinken. Die lieden zijn Leid
schendammers gaan heten, omdat de
oorzaak van hun broodwinning in
1609 gekocht was door de gemeente
Leiden en sindsdien naar de Sleutel
stad genoemd werd.
Maar een Nederlandse gemeente
die zichzelt hoog acht, laat het er niet
bjj, of de oorsprong van haar ge
schiedenis moet toch minstens in de
Romeinse tijd gevonden zijn. De Leid
schendammers wijzen op de Romein
se veldheer Corbulo, die er voor
wordt aangezien de Vliet te hebben
gegraven. In die Vliet kwam later
een dam...enzovoorts. Maar daarbij
blijft het niet: de Romeinen zelf
schijnen het plekje tussen Veur en
Stompwijk al als woonplaats gekend
te hebben: werden er geen munten
van het keizerrijk gevonden aan de
Sluiskant?
Ook thans wordt Leidschendam
door vreemdelingen bewoond. Tien
van de zeventien raadsleden zijn fo
rensen. De gemeente maakt nu deel
uit van de „Haagse agglomeratie".
De Leidschendamse woningbouw
moet het volgebouwde Den Haag ont
lasten. Daarvoor dienen zes uitbrei
dingsplannen, die gezamenlijk veer
tig miljoen gaan kosten. Daarom
wordt in Leidschendam hardop
gedacht over een „supermarket"
voor een gebied van honderdvijftig
duizend inwoners. En Leidsendam.
gelegen tussen de duinen en het
mooiste polderlandschap, vergeet
daarbij de recreatie niet: tweehon
derdveertig hectare worden daarvoor
uitgetrokken.
(Van onze speciale verslaggever)
DOKKUM, 19 jan.
- Op de Kleine
Wiede van Fries-
ands elfde stad, al-
hans wanneer wij
van de Elfsteden
tocht spreken, is de
hom gebarsten. De
bom van het protest,
liet incident waar de
Friese schaatsmara-
thons nu eenmaal
niet buiten schijnt
te kunnen. Jeen van
den Berg siste het
nijdig tussen zijn
anden door. daar in
het stempelkraam-
n.je van de Dok
kumer IJsvereni
ging. „Weten jullie al dat Reinier is
miiiiMiiiiiimmiimNiiiiiiiiiiiiHiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiih.iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMi
(Van onze speciale verslaggever)
LEEUWARDEN, 19 jan. Philip
Papir.g, Bomme Paping en Richard
Paping, respectievelijk bezitters van
drie, drie en twee Elfstedenkruisjes,
steeds vergaard in de toertocht, reden
gistermiddag, dicht bij elkaar tussen
Hindeiopen en Workum. Zij voelden
zich al zeker van het volgende Elfste-
denkruisje toen het plotseling van
mond tot mond in de karavaan der
toerrijders ging: „Reinier Pacing
heeft een voorsprong van tien minu
ten in Franeker". De drie broers ke
ken elkaar eens aan. Zonder dat ie
mand iets zei, bonden zij hun schaat
sen af, huurden een auto en snelden
naar de finish in Leeuwarden. Hun
Elfstedenkruisje was niet meer be
langrijk. Zij moesten de winnaar, hun
broer Reinier, in hun armen drukken.
Terzelfder tijd had ook vader Hen-
nie Paping. zeventig jaar oud en de
vorige week nog op de skilatten op de
Lemelerberg, de auto gepakt. In de
Groene Weide vierde een sportieve fa
milie een groot feest.
voorgereden?" Jeen griste kwaadaardig
zfin kaart terug en reed meteen door
voor de terugrit. Nog eenmaal draaide
hy zich om: „Jullie weet het toch wel
he: Reinier is voorgereden." En met
deze harde woorden verdween de on
derwijzer uit Njjbeets in de richting
Bartlehiem.
Jeen heeft gezien nooh gehoord dat
op het vervaarlijk krakende ijs het
publiek brak ook hier massaal door de
afzetting een woeste jongeman pro
beerde hem na te gaan. „Hoe durft ie.
Zoiets doet Reinier niet. Ik zal hem
leren. Is hij nu helemaal...", brulde
deze supporter verbolgen. Hij kreeg bij
val van de Dokkumers die juist tien
minuten tevoren een groot stuk heroïek
van Reinier Paping met eigen ogen had
den aanschouwd. Hij kwam daar moei
zaam aangereden, ret gezicht dik en ge
zwollen. Paping plofte onmiddellijk
op de stempeltafel neer, niet in staat
ook maar een woord uit te brengen.
Dokter D. Huyser van Reenen, de Elf
stedentocht-consul van het Noordelijke,
en zoals wel gebleken is, het meest
barre district, moest eigenhandig de con-
trolekaart uit Papings tas trekken, deze
van een stempel voorzien en terug in
de tas stoppen. Paping trachtte onder
tussen een beker vol warme chocolade
melk aanzijn mond te brengen. Het
vocht droop naast zijn mond op de
maillot. Reinier Paping maakte op weg
naar zijn zege in Dokkum aan het eind
van het moordende tegenwind-traject
een volkomen ontredderde indruk. Maar
hjj ging, opnieuw de vedelstreken op
het besneeuwde ijs.
Waar haalde Reinier Paping de eu
vele moed vandaan om zo door te
gaan? Was er niet ook nog het relaas
jonge Wartz de Haan uit
Hij had met eigen ogen ge-
Vanuit het statige raadhuis var
Kropholler worden thans de voorzie
ningen getroffen voor Leidschendam
van 1970: een stad van veertigduizend
zielen. Een snelle ■groei staat dus de
gemeente nog te wachten, die thans
achttienduizend inwoners telt. In 1953
waren het er nog dertienduizend. En
daarvoor?
Voor onze tijd, in de negentiende
eeuw, was Veur bekend om de kost
school. Die instelling werd niet al
leen beroemd, omdat twee zonen van
koning Willem III er werden opge
voed, maar ook berucht, omdat de
school in 1880 gesloten werd, toen een
wanhopige leerling zich voor de trein
had gegooid. En lang daarvoor, in
het grijze verleden, genoot Stompwijk
bekendheid om de buurtschap Wils-
veen, de oudste nederzetting in het
gebied van de gemeente, nochtans in
de middeleeuwen slechts een verza
meling schamele hutten, verlaten in
de modder, staande op de enig be
woonbare plek: een bultig eiland. De
naam Wilsveen en deze nomen zij
de Hagenaars een omen schijnt te
komen van „wilde venen", dat wil
zeggen: onherbergzaam land.
van de
Stiens?
zien hoe Paping op de Finkumervaart
eenvoudig niet meer kon, de schaat
sen afbond en ging lopen, drie kilo
meter lang, of moeten we strompelen
zeggen. Omstanders hadden hem erop
gewezen, dat het beter was de schaat
sen maar weer onder te binden. En
dat heeft Reinier de Grote tenslotte
gedaan. En toen kwam dan het dorpje
irdaard, met die onmogelijk lage
brug. De wachtmeester hier scheen
al gezien te hebben hoe voor de brug
al een groep nlet-deelnemers achter
Paping aantrok. Uit heel hun doen en
laten maakte hij op, dat zij van plan
waren hem voor te rijden, Paping te
laten profiteren van de zuigkracht te
gen die moordende en snijdende wind.
Heeft dan de wachtmeester van de
motorpolitie, die voor de koploper uit
reed, niets gezien? Wf) hebben het hem
m Dokkum gevraagd. „Nee, noem mijn
naam liever niet", sprak hij beslist.
„Maar wel kan ik u zeggen dat ik men
sen bij Paping heb gezien. Ik kan me
natuurlijk vergissen, maar ik dacht dat
Paping hun toch steeds voorbleef."
Van de politie in Dokkum hoorden
wo trouwens meer. De wachtmeester,
die hier de mobilofoonpost bediende,
wist zich heel goed te herinneren, dat
uit de helikopter der Rijkspolitie was
gezien, hoe ook het groepje van Jeen
van den Berg e^pmaal door niet-deel-
nemers was omrmgd, als het ware dus
ook werd voorgereden. Er is veel ge
hoord en gezien op deze barre monster
rit. Nog voor Jeen in Dokkum zijn be
schuldigende woorden uitte, waren er
bij de Dokkumse Elfstedencommissie al
twee telefonische meldingen binnengeko
men van de geheime controles langs
de route, die Van den Bergs woorden
onderstreepten. Dit alles heeft Dokkum
aan het hoofdbestuur in Leeuwarden
doorgegeven.
Het protest werd op voorstel van de
wedstrijdleiding door het bestuur van de
Friese Elfsteden vereniging terzijde ge
legd. Wedstrijdleider, de heer J. de
Jong zei: „Misschien is Paping door de
hulpvaardigheid in het Friese land wel
wat geholpen al zal dat tegen zijn
eigen wil zijn geweest maar de wijze,
waarop hij heeft gereden en gewonnen
heeft ons doen besluiten hem definitief
tot winnaar uit te roepen".
In Belgrado is eein voet bal poolonga-
niiisatie eirvam beschuldigd gedurende
twee jaar ongeveer 150.000 gulden t»
hebben verdiend door spelers om M
kopen en de uitslagen van wedstrijden
van t» varen „vast te stell°n".
I