T
1
ALS EEN KOSTBAAR JUWEEL
Europese manifestatie in Ridderzaal
Dr. Manshoit: „Engeland
MOET in E.E.G.
7
o/o
Opvattingen van prof. dr.
Wemelsfelder stuiten op
bezwaren van werkgevers
POLITIEK GEBAKKELEI
E
w
NIEUW
V
maskers
Cg: Mi:
Vakbeweging en loonpolitiek
Sociaal
commentaar
Een jaartje wèl
TSP1E GE L
VER--
U
Maurice Faure:
De geesten
moeten tot
rust komen
„Meer woningen
dan huishoudens
Sociaal-economische
VVD-conferentie
Oppositie hardnekkig negatief
Waar dering voor
ontwerp Algemene
Bijstandivet
„Als organist kan ie niet leven
Han
van
Koert
VAM
ZIJN
Sn»,
K n s~
'fes n
<d?7
DEM KA
Katholiek overheids
personeel acht kou
toeslag onvoldoende
Rapport Centrum voor
Staatkundige Vorming
ZATERDAG 23 FEBRUARI 1963
PAGINA 5
ltürgische weekkalender
2**
„grigII;
Hfe»
KONINKLIJKE DEMKA STAALFABRIEKEN N.V. - UTRECHT TEL. 030-42824
1 Cn PERFECT L
ACU AUTOMATISCH
SPIEGELGLADDE STALEN
ZOOL VEDERLICHT
NADRUK VERBODEN
'1'S; 2p4 f*1"'uari: Quinquagesima: eigen
H. |,«eb. H. Matthias; Credo; pref. v.
Ia, le-eenheid —paars—
-paars—
s v. d. zondag —paars
V v- d- zondag paars-
q A
n Aswoensdag; eigen Mis; pref. v.
Daar.«
v oa aswo.eigen Mis; pref. v. d.
aswo.: eigen Mis; (Utrecht,
vJ*eb. jj^otterdam, Den Bosch en Breda:
V^arj^ Switbertus); pref. v. d. vasten
i|r -
Llt) teri 4a--yo.ejgen Mis; pref. v. d.
Mi?.aart: le zondag v. d. Vasten;
Credo; pref. v. d. vasten
ofweI vanwege Eerste vrijdag;
s v h H. Hart
Advertentie)
Ö-';
rust In het hart van
een ingenieuze machine een glanzende matrijs. In eindeloze herhaling,
duizenden malen per uur vormt dit wonderlijke werktuig met één slag een
produkt: een mes, een bout, een onderdeel van uw auto, zonder zelf te
veranderen of te vervormen, als was het gemaakt van diamant. Toch is het
staal. Maar dan staal van een heel bijzondere samenstelling, een hoog
waardige legering aangepast aan een specifieke taak.
Deze hoogwaardige staallegeringen vormen een van de specialiteiten van
DEMKA. DEMKA, een begrip dat staat voor kwaliteit en betrouwbaarheid,
steunend op 60 jaren kennis en ervaring in de staalfabricage, nimmer af
latende zorg en nauwgezethéid, voortdurende kwaliteitscontrole en constant
wetenschappelijk speurwerk naar nieuwe toepassingen en mogelijkheden.
Het streven naar een snelle ontwikkeling van deze mogelijkheden komt o.a.
tot uitdrukking in de onlangs tot stand gekomen samenwerking met The
Carpenter Steel Company, een van de bekendste speciaalstaalfabrieken
in de Verenigde Staten.
DEMKA produceert speciaalstaal van de allerhoogste zuiverheid en kwali
teit, zoals snelstaal, gereedschapsstaal, corrosie- en hittebestendig stagjf
gelegeerd en ongelegeerd constructiestaai - ook In de reeds bekende
produkten als staalgietwerk en staal in gewalste, gesmede en getrokken
uitvoering.
(Van onze Haagse redactie)
DEN HAAG, 22 febr. In dezelfde
Ridderzaal, waar vijftien jaar geleden
de leidende politici in Europa de basis
(Van onze soc.-econ. redactie)
ROTTERDAM, 23 febr. Op een
sociaal-economische conferentie van de
V.V.D. heef) vandaag het liberale Eer
ste Kamerlid, mr. De Wilde, gezegd
dat het aantal woningen in Nederland
groter is dan het aantal huishoudens.
Het totale woninghezit bestaat thans
uit ruim drie miljoen woningen, het
aantal huishoudens bedraagt ca 2,85
miljoen.
Het percentage van de gezinsinko
mens dat aan huur wordt besteed, was
in 1938 vijftien en in 1958 acht pet. Van
de in 1961 gereedgekomen woningpro-
duktie van 1.366 miljoen kwam 21 pet
ten laste van de gemeenschap. Vo-lgens
mr. De Wilde moet de woningwetbouw
in de toekomst mede worden gericht
op de ouderen van dagen, die daarbij
voor anderen ruimte vrijmaken in het
bestaande woningbezit. Per individueel
geval zal de overheid uit de algemene
middelen het verschil moeten bijpassen
tussen de vastgestelde huur en het be
drag, dat in redelijkheid van het be
trokken gezin als offer mag worden ver
langd.
(Advertentie)
van
kas-
op
BELEGGING
en geldmiddelen
termijn.
Interess mogelijkheden
met 100 waarborg.
Rentevergoeding tot
7 per jaar.
Vragen om Inlichtingen worden strikt ver
trouwelijk behandeld door: M. A. C. Pruys
van der Hoeven, Bedrijfsadviseur, Scholten-
straat 25, Leiden, Tel 01710—23797
legden voor de integratie van dit we
relddeel, heeft de Europese Beweging
gisteravond een manifestatie gehouden
die niet het karnkter had van een her
denking maar eerder Van bezinning op
wat thans te doen staat. Drie buiten
landers en een Nederlander hebben er
hun hart gelucht over de moeilijkheden
die president De Gaulle heeft doen ont
staan.
Wat zal er nu moeten gebeuren, na
de mislukking van de pogingen En
geland aan de E.E.G te binden? Mau
rice Faure, de internationaal president
van de Europese Beweging, bleek
van oordeel te zjjn dat de geesten tot
rust moeten komen en dat men niets
moet forceren, om erger te voorko
men. Dr. Manshoit, vice-voorzitter
van de Europese Commissie, waar
schuwde tegen een „ombuigen naar
een vorm van vrjjhandelsunie of iets
dergelijks, waardoor de Europese Ge
meenschap wel eens voor goed onmo
gelijk zou kunnen worden". Hij meent
dat in elk geval Engeland tot de
E.E.G. zal moeten toetreden; een al
ternatief ziet hij niet.
Dr. Manshoit waarschuwde echter
ook tegen de mening van sommigen
ook in E.E.G.-kring die beginnen te
twijfelen of de kern van de E.E.G. wel
behouden zal moeten blijven. Hjj acht
permanent onderling overleg nodig, om
met behoud van de zes landen, de Ge
meenschap verder uit te houwen. Mis
schien, aldus dr. Manshoit, heeft de cri
sis dit voordeel opgeleverd, dat het in
zicht is ontstaan dat een politieke orga
nisatie onmisbaar is.
De Britse minister G. R. Rippon ge
tuigde van de waardering, die Enge
land de laatste weken in toenemende
mate ondervindt van de Europese lan
den, die naar de aansluiting van het
Britse Koninkrijk binnen de E.E.G. blij
ven streven.
Het Duitse christen-democratische
parlementslid dr. K. Birrenbach wees
op de doelstellingen van de Duitse bui
tenlandse politiek, die nog altijd gericht
zijn op een nauwe samenwerking binnen
Europa en ook met de Verenigde Sta
ten. Hij zei dat het Frans-Duitse vriend
schapsverdrag, waarover zoveel moei
lijkheden zijn ontstaan, onder geen voor
waarde een alternatief kan zijn van het
eenheidsstreven in Europa. Ook waar
schuwde hij tegen het gevaar van on
derlinge meningsverschillen, die thans
dreigen te ontstaan en die de Europese
geest zouden kunnen ondermijnen.
Ook de Duitser wil naar een weder-
opvatten van de onderhandelingen met
Engeland op basis van de voorstellen
van de Europese Commissie. Hjj vroeg
echter tegelijkertijd een herziening van
de politiek van Amerika, met name op
het gebied van de atoombewapening.
Zocoende zou een gemeenschappelijke
nucleaire politiek binnen de NAVO kun
nen ontstaan, waarbij het dan tevens
mogelijk zou zijn een nieuwe Europese
gemeenschappelijke atoom verdediging
op te zetten naar het voorbeeld van
de in 1954 mislukte Europese Defensie
gemeenschap.
UTRECHT, 23 febr Hel bestuur
van de katholieke centrale van over
heidspersoneel hier in vergadering hij
een, heeft gisteren in een telegram
aan de minister van Binnenlandse Za
ken uiting gegeven aan zijn verontwaar
diging over het besluit van de regering
inzake de toekenning van een koude-
toeslag.
Het bestuur meent, dat het bedrag
van deze toeslag en de gestelde sala-
risgrens zodanig is, dat zij in genendele
voldoen aan de behoeften, die zijn voort
gevloeid uit de zeer langdurige koude-
periode. Bovendien word betreurd, dat
de regering heeft gemeend in dezen
geen verantwoordelijkheid te hebben
voor de gepensioneerden, alsmede, dat
ook de ongehuwden, die een zelfstan
dige huishouding hebben of in pension
wonen, voor deze toeslag niet in aan
merking komen. Het bestuur wijst ten
slotte de koppeling van de koudetoe,-
slag aan de "ogenaamde buitenwerktoe
slag van de hand.
(Van onze Utrechtse redacteur)
UTRECHT, 23 febr. Zoals was te
verwachten, kwamen er op de rede,
die prof. dr. L. J. Wemelsfelder gister
middag in de vergadering van de
contactgroep van werkgevers in de
metaalnijverheid over de loonproble-
matlek hield, nogal wat reacties. In
deze kring van werkgevers kon men
kennelijk de laatdunkendheid, waar
mee de Eindhovense hoogleraar over
de funktie van de vakbeweging had
gesproken niet goed zetten.
Prof. Wemelsfelder mocht dan al
verklaren, dat zjjn woorden geen ver
wijt betekenen aan de vakbeweging als
zodanig, maar dat zjjn bezwaren tegen
hun funktie bjj de loonvorming voort
spruiten uit de tegenwoordige structuur
van de maatschappij een uitdruk
king als „gehuurde officieren" over
vakbondssecretarissen werd niet ge
accepteerd. De hoogleraar wilde dan
wel over generaals spreken, zei hij bij
zjjn beantwoording van de sprekers,
maar de ontstemming bleek daarmee
allerminst weggenomen. Een opmer
king, dat de vakbeweging terdege een
grote opgave heeft met de werknemers
voor te houden wat wel en niet moge
lijk is, deed prof. Wemelsfelder af met
te zeggen, dat bjj een kritische be
schouwing van de vakbeweging be
paalde ongunstige aspecten in het ge
drang komen.
De hoogleraar hield vol, dat de
vakbeweging niet het algemeen be
lang dient, maar dat van de leden.
Om deze bewering te staven verwees
hjj naar de discussie in de S.E.R.,
toen de vakbeweging bjj de beperkte
ruimte voor loonsverhoging door het
Centraal Planbureau aangegeven, als
argument de zwarte lonen aanvoer
de, waardoor onrust bij de leden was
ontstaan. „Daarom wilde men meer
hebben dan de nationale economie
gemiddeld toeliet", zo zei hij.
Enige sprekers voerden aan, dat
prof. Wemelsfelder zjjn betoog geheel
had gebouwd op het zich met meer
voordoen van een crisis, „maar hand
haaft u uw standpunt ook", zo werd
gevraagd, „als er een depressie
komt?" Loonvorming zo werd ge
redeneerd wordt toch altijd automa
tisch beheerst door de verhoudingen
van vraag en aanbod. Prof. Wemels
felder stelde, dat door de huidige
structuur alle voorwaarden zijn ver
vuld om een overproduktie op te van
gen; hierbij doelde hij op de hogere
uitgaven van de overheid. Bij zijn sug
gestie. in plaats van loonsverhogingen
Advertentie)
Rustig oud met OLVEH pensioen.
(Van een medewerker)
en verkiezingscampagne zonder
strijd is ondenkbaar. Strijd is
met verkiezingscampagne even
wezenlijk verbonden als met een
voetbalmatch. Het gaat er immers om,
het volk ervan te overtuigen dat de
groepering welke men propageert, zó
goed is dat het feitelijk een dwaasheid
is, zjjn vertrouwen aan een andere
groep te geven. En dat alles in het
vertrouwen of minstens in de hoop één
of twee zetels in het parlement te
winnen en met de wetenschap dat het
in de Nederlandse verhoudingen vrij
wel uitgesloten is dat inderdaad spec
taculaire verschuivingen in de stem
verhoudingen zich zullen voordoen. Bij
die Nederlandse strijd hoort ook enig
gebakkelei. Echt felle ruzies, zoals
we die in meerdere Europese landen
wel kennen met persoonlijke ver
dachtmakingen, lasterprocessen enzo
voorts, zijn hier vrijwel ondenkbaar.
De unfairheden waartoe wij ons laten
verleiden, beperken zich als regel tot
een soort van plagiaat: wat een be
paalde partij zowel langs programma
tische weg als door druk in het parle
ment wist tot stand te brengen, schrij
ven we graag op ons eigen tegoed.
Uit de toon, waarop we dit alles
stellen, is wel duidelijk, dat wij dit
soort strijd en strijdmethoden welis
waar niet kunnen bewonderen, maar
dat we toch ook geen neiging hebben
om daarover in de put te zitten. Zo
nu en dan is het nodig de zaken scherp
te stellen.
Op het Overijssels appèl hebben zo
wel de heren De Quay als De Kort
geconstateerd, dat de oppositie, die
door de Partij v. d. Arbeid de laatste
vier jaar is gepoogd te voeren, vrijwel
uitsluitend negatief was. Hierop zijn de
heren Suurhoff en Vondeling boos ge
worden en hebben de beide K.V.P.-
sprekers tot een publiek debat uitge
daagd. Het is niet voor het eerst, dat
een dergelijke uitnodiging uit de socia
listische hoek de K.V.P. bereikt. Als
regel wordt hier, zeker in de verkie
zingstijd, niet op ingegaan. De objektl-
viteit immers laat juist in een zodanige
periode vaak veel te wensen over. Wel
heeft de heer De Kort dezer dagen
in een Brabants blad als antwoord op
de uitnodiging gesteld, dat men voor
lopig in de socialistische kringen de
nadere uitwerking van het Overijssels
verwjjt maar eens moet afwachten en
als men daarna nog behoefte heeft aan
een debat, kan men het krijgen.
Het Vrije Volk vindt dit een grenze
loos arrogante houding. De reden daar
van is ons evenwel onduidelijk. Wjj
staan eerder aan de kant van de heren
De Quay en De Kort, wanneer het er
om gaat, de oppositie van de Partij
v. d. Arbeid te kwalificeren. Logisch,
zal men misschien denken, gij zit nu
eenmaal in de K.V.P.-hoek. Maar nog
maals, dat is voor ons geen criterium.
Bij het beoordelen van de oppositie
moet men zich op de eerste plaats
niet beperken tot het optreden van de
P.v.d.A.-fractie in de Tweede Kamer,
maar dient men de sfeer waar te
nemen, die van socialistische zijde ge
tracht werd in Nederland te scheppen
rond het beleid van het ministerie De
Quay. En daar ontmoeten we dan de
drie socialistische grootmachten V.A.-
R.A., N.V.V. en P.v.d.A. met als publi
citeitsmedia radio, televisie en het
partjjdagblad Het Vrije Volk. De wijze
waarop dit vrij compacte geheel zich
vanaf de eerste dag van het optreden
van het ministerie De Quay negatief
heeft opgesteld, is misschien genoeg
bekend, maar verdient hier nog wel
eens een vermelding. Men luistere
naar radiosprekers als Voskuil, Tans,
De Kadt, Daams. Men leze de altijd
weer negatieve rubrieken in Het Vrije
Volk over het sociale beleid. Men zie
zo nu en dan de „gekleurde" televisie
uitzendingen.
Het voortdurende negativisme erin
wordt ook door de politiek weinig ge
schoolden opgemerkt. Ja, zegt prof.
Vondeling, maar we hebben in die af
gelopen vier jaar 60 moties ingediend
en er zijn er bij, die zelfs door ver
tegenwoordigers van de regeringspar
tijen werden gesteund. Het moest er
nog bijkomen, dat ze allemaal onrede
lijk of nutteloos zouden zjjn geweest.
Het zou misschien goed geweest zjjn
als hü eraan had toegevoegd, dat er
van socialistische zijde ook tienmaal
een interpellatie is geweest over het
sociale beleid in het algemeen of over
het loonbeleid ten aanzien van bepaal
de groepen (buschauffeurs, metaalbe
werkers, radiopersoneel enz.) in het
bijzonder. Indien hij dat gesteld had,
had hjj er ook aan toe moeten voegen,
dat alle keren de interpellant een
overgrote Kamermeerderheid tegen
over zich had gevonden. M.a.w. wan
neer men een interpellatie vergelijkt
met een soort examen waaraan be
paalde ministers worden onderworpen,
dan liet de grote meerderheid van de
Kamer de geëxamineerde ministers
telkens met een „ruim voldoende"
slagen.
Kernpunt van deze interpellaties was
bjjna steeds niet de resultaten van het
loonsysteem, maar het loonsysteem
zelf. Met hardnekkigheid zag men
voorbij aan het feit, dat het in 1959
ingevoerde loonsysteem heus niet werd
gezien als de oplossing voor alle kwa
len. En ten bewijze daarvan vroeg de
regering reeds begin 1960 aan de
Stichting van de Arbeid een advies
over verbetering van het systeem. Met
instemming van de socialisten werd
dit systeem per 1 januari 1963 inge
voerd.
aar men kan de zaak ook anders
benaderen. Men kan ook b.v.
het verkiezingsprogram van de
Partij van de Arbeid 1959 als
uitgangspunt nemen en dan eens be
oordelen, of de eisen, die de P.v.d.A.
tijdens de nu bijna afgelopen periode
stelde, in enigszins redelijke verhouding
staan tot de eisen, waarmee men aan
de verkiezing 1959 heeft deelgenomen.
We citeren een aantal punten uit dat
verkiezingsprogram 1959:
1. „Nu de welvaart stijgt, allereerst
opheffing van de gevolgen van de
bestedingsbeperking door verhoging
van lonen, salarissen en sociale uit
keringen." N.V.V. en partij samen
hebben begin 1959 meer concrete in
houd aan dit begrip gegeven, o.a.
door aan te sturen op een loonsver
hoging van plm. 6 pet. Aan het eind van
1959 was de reële loonsverhoging in
Nederland gemiddeld 10 pet. Men
eiste een verhoging van de A.O.W.,
om te beginnen met 10 pet. Minister
Veldkamp bezorgde een verhoging
van 15 pet.
2. „Geleidelijke verkorting van de
arbeidstijd." In nadere verduidelij
kingen van partij en vakcentrale
bleek duidelijk, dat men aan het
uitsmeren dacht van de verwerke
lijking van dit verlangen over plm. 3 tot
4 jaar. De werkelijkheid was, dat
binnen anderhalf jaar het grootste
deel van de Nederlandse werknemers
arbeidstijdsverkorting kreeg met als
klap op de vuurpijl de invoering van
de vrije zaterdag.
3. „Invoering Weduwen- en Wezenwet,
totstandkoming van een nieuwe In
validiteitswet, verhoging van de loon
grens voor de Wachtgeld- en Werk
loosheidswet ten behoeve van de ge-
salarieerden. Naast de waardevaste
A.O.W.-uitkering een waardevast
ambtenarenpensioen, zo mogelijk ook
waardevaste bedrijfspensioenen, be
perking van alimentatieplicht en ver
haalsrecht."
We willen er natuurlijk niet aan
voorbij zien, dat we deze en nog
veel meer verlangens ook vinden in
het program, waarmee de Katholieke
Volkspartij in 1959 startte. Het resul
taat is: invoering van de Weduwen-
en Wezenwet, een interim-regeling
voor de invaliden, een verhoogde
loongrens in de W.W.-wet, een begin
van waardevast-maken van de
ambtenarenpensioenen; alimenta
tieplicht en verhaalsrecht werden be
perkt. Maar daarnaast kwam de Al
gemene Kinderbijslagwet tot stand.
Dat die wat gehavend uit de strijd
kwam is op de allereerste plaats te
wijten aan de slechte oppositie van
de Partij van de Arbeid, die zich
in eerste instantie vóór noch tegen
uitsprak en do K.V.P. daardoor tot
een compromis dwong met liberale
en christelijke groeperingen. Vervol
gens hoopt de Tweede Kamer in de
loop van de maand maart de Alge
mene Bijstandswet van dr. Klompé
te behandelen. Komt ook deze wet nog
tot stand, dan is hiermee een voor
treffelijk sluitstuk op ons stelsel van
sociale zekerheden bereikt, ook al
zullen in dit stelsel nog een aantal
voorzieningen moeten worden getrof
fen.
Telkens nu, wanneer de regering een
bepaald voorstel in de Kamer in
behandeling deed nemen, kenmerkte
de oppositie zich door te overvragen
en als regel dan tot een peil. waarvan
men zeker wist, dat de regering niet
zou kunnen meegaan en waarbij ook
wel mag gezegd worden, dat indien
socialistische bewindslieden achter de
regeringstafel zouden hebben gezeten,
ze deze overtrokken eisen beslist zou
den hebben afgewezen.
Het verhaal is voor vandaag wat
lang geworden, maar het heeft zin om
zich op deze dingen te beraden nu we
in fabriek en werkplaats, in cantine
en forensentrein nogal eens een ge
sprek moeten voeren over de politieke
verhoudingen in ons land. De werke
lijkheid zien is hierbij zeer belangrijk.
DEN HAAG, 23 febr. Een daar
toe ingestelde commissie van het Cen
trum voor Staatkundige Vorming van
de K.V.P. heeft in een rapport haar
visie neergelegd op het door de mi
nister van Maatschappelijk Werk bij
de Tweede Kamer ingediende ontwerp
Algemene Bijstandwet. Grote bezwaren
blijkt de commssie tegen het wetsont
werp niet te hebben, zij spreekt er
zelfs haar waardering voor uit.
De commissie heeft de indruk, dat
verschillende onderdelen op het gebied
van het maatschappelijk werk tot een
epenwichtig geheel zijn samengebracht
en dat de regering door af te zien
van een regeling van materiële en im
materiële bijstand, in één wet het twee
slachtig karakter van een dergelijke
regeling heeft weten te vermijden. Veel
waardering heeft de commissie voor de
toelichting op het ontwerp waarin naar
haar mening de achtergronden duidelijk
gestalte hebben gekregen. In haar rap
port gaat de commssie niet verder dan
een beschouwing van de principiële uit
gangspunten en rechtsgronden van het
wetsontwerp en de belangrijke onder
delen daarvan.
Wat betreft de wettelijke plicht tot
financiële bijsiand meent de commissie,
dat deze plicht terecht >n Je nieuwe
wet is gerealiseerd. Zij vraagt zich even
wel a> of tegenover deze rechtsplicht
van de overheid ook een recht van
de bijstandbehoevenöe dient te bestaan.
In dit verband wordt clan ook de vraag
gesteld of in 'iet ontwerp naast de
rechtsplicht ook het recht moet worden
vermeld.
De commissie juicht het toe, dat het
basisminimum bij algemene maatregel
van bestuur zal worden vastgesteld.
Op deze wijze kan een snelle aanpas
sing aan de verandere omstandigheden
worden verkregen. De commissie be
veelt aan bij het vaststellen van de ver
schillende normen de Soctaai Economi
sche Raad te raadplegen.
(Advertentie)
l wij geven ADVIES 020-24.64.95 J
U geeft ORDERS 020-24.93.21
JP. OUDHOF CO EFFECTEN;
dam 2a - amsterdam
beursbericht op aanvraag
de prijzen te verlagen, opdat alle groe
pen van de bevolking, ook gepensio
neerden en renteniers, van de hogere
welvaart profiteren, hield hjj naar het
ooraeel van een debater geen rekening
met de verhouding van ons land tot
het buitenland. Daartegenover stelde
prof. Wemelsfelder, dat ook in het
buitenland een inflatieproces door het
optreden var de vakbeweging gaande
is. Zjjn bezwaar: er is geen enkele
monitaire autoriteit in ons land bereid
de buitenlandse inflatie buiten de deur
te houden.
De voorzitter, de heer J. M. Njjman
Dzn, zei dat het goed was hoe
vreemd zijn opvattingen mogeljjk ook
hadden geklonken dat prof. Wemels
felder de door hem behandelde zaken
aan de orde had gesteld. „Door te
spreken over een zogenaamde wel
vaart", aldus de heer Njjman, „be
staat de geneigdheid in te slapen".
Nu wij het herstel van
Neerlands onafhankelijk
heid in 1813 gedurende bij
na een jaar van 30 april
1963 tot eind maart 1964
gaan herdenken is het goed
dat het Comité Nationale
Herdenking ons van te-vo
ren heeft doen weten dat
het géén feest zal worden. Ik had de
voetzoekers al in huis maar die kan
ik dus nu allemaal tegelijk op konin
ginnedag aansteken. Wat bewaren tot
2 februari 1964 is in .ieder geval niet
nodig.
En het staat zo pek als je op een
gegeven moment joelend de straat
oprent om 1813 te bejubelen en je
komt tot de ontdekking dat het hele
maal niet nodig is. Als er ooit een
waarschuwing op zjjn plaats was,
dan was het die van het Comité
Nationale Herdenking. Een gewaar
schuwd volk t_lt voor 12 miljoen.
Geen nationale feestdag dus. maar
ook „geen sluiting van bedrijven,
geen beperking van het vertier, dal
eind november valt waar te nemen".
Dat laatste vooral is een bemoedigen
de gedachte. Een periode van natio
nale rouw hoeft het dus ook niet
te worden. En Sinterklaas kan ge
woon doorgaan Evenals het voet- en
korfballen. Vooropgesteld natuurlijk
dat de nationale vorstperiode dan
inmiddels achter de rug is.
Geen feest dus, geen koek happen
en zakiopen, wél herdenken. Een her
denken dan vooral, dat op de toe
komst is gericht. Ofschoon men nau
welijks mag hopen dat over een jaar
of honderdvjjftig onze nationale onaf
hankelijkheid nóg eens hersteld moet
worden. Wjj hebben de pret van 5
mei 1945 per slot van rekening pas
achter de rug. Tussen twee haakjes:
in 1965 is ook dat toch al weer twintig
jaar geleden. Iets vooi een Nationaal
Herdenkingscomité misschien? Nee,
die herdenking hoeft dan natuurlijk
geen jaar te duren.
Overigens, er mag op 30 april a.s.
dan geen fontein van feestvreugde
openspringen, er gaat wél iets ge
beuren. Naar ik heb vernomen wor
den reeds verschillende redevoerin
gen voorbereid, die op 30 november
de officiële herdenkingsdalum
zullen worden uitgesproken, de
P.T.T. is bereids bezig duizenden
speciale herdenkingszegels aan te
maken en elders in den lande worden
weer speciale penningen geslagen. Ik
spreek nu niet eens over de vooruit
ziende studie-bjjeenkom.sten die waar
schijnlijk mét de bollen zullen op
bloeien.
Ook het particulier initiatief heeft
zich niet onbetuigd gelaten Ik heb
gehoord dat ergens in den lande een
tentoonstelling gaat ingericht worden,
die „Van jachthoorn tot kampvuur"
zal heten. Een onschuldig en didac
tisch evenement naar het mij wil
voorkomen, dat weinig aanleiding tot
feestelijke uitspattingen za: geven.
Verder zal onder leiding van Carel
Briels in Nijmegen te zijner tijd een
reconstructie plaatsvinden van de
Slag bjj Waterloo. En dat dreigt dan
wel een beetje de feestelilke kant
uit te gaan. In ieder geval lijkt mij
straks enig toezicht op de deelnemen
de, strijdende makkers geboden, op
dat de nationa.e herdenking niet on
verhoeds explodeert in eer nationale
ramp. En als de geruchten waar zijn,
die willen dat Carel Briels zelve
zich als Napoleon aan hei hoofd van
enige troepen zal plaatsen zou ik
het Comité Nationale Herdenking in
overweging willen geven hem nog
vóór de Slag naar Rottum te verban
nen. De zaak za] je maar uit handen
lopen.
Maar de soep wordt meestal niet
zo heet gegeten als zii wordt opge
diend, dat weet het Comité Nationale
Herdenking heus ook wel. En Ik ben
er dan ook van overtuigd dat wjj
een fjjn, lauw en stijlvol herdenkings
jaar tegemoet gaan.
Werkelijk, als ik goed nadenk, be
gin ik het oprecht te betreuren dat
wij in 1948 helemaal hebben ver
geten een gebrek aan feest te hebben
naar aanleiding van het feit dat het
toen driehonderd jaar geleden was
dat de Vrede van Munster werd ge
sloten.
Advertentie)
an de organist van de
Antonius Abt-kerk te
Scheveningen, Han van
Koert wonende te Den
Haag, is de volgende uitspraak:
Een organist begint als vakman
en gaat als dilettant „de kist"
in. De onlangs vijftig jaar ge
worden componist en organist
baseert zijn mening over het lot
van de musici niet zozeer op een
onvermijdelijke aftakeling als
wel op het feit „dat geen mens
van het orgel kan leven."
Hij heeft zelf, naar hij zegt,
een aanvaardbare middenweg ge
kozen tussen van honger omko
men achter de speeltafel en van
beneden onmachtig naar de pij
pen staren, denkend aan de auto
voor de kerkdeur. Hij geeft
drieëntwintig uren in de week
les op een Haagse huishoud
school, de overige uren zijn voor
de muziek. Geen enkele parti
culiere leerling hoeft bij hem
aan te komen; „dan verkommer
je helemaal."
Van die drieëntwintig uur les
geven moet hij grotendeels le
ven. Want de frequentie, waar
mee „Van Koert" wordt uitge
voerd in Nederland, is van dien
aard, dat zijn composities geen
gouden bergen opleveren. Zonder zich uit te spreken of dit aan zijn werk
voor orkest, koor, orgel en piano ligt. zegt de componist: „De dirigenten
zoeken de weg van de minste weerstand. Vroeger gokte men meer, durfde
men ook wel eens iets nieuws aan." Men begon zelfs wel een stuk te repe
teren, waarvan het eind voor de toondichter nog niet eens in zicht was.
Dat is hem zelf overkomen, toen hjj in 1939 passiemuziek schreef op een
tekst van Kees Meekel. De K.R.O. had zoveel haast met de uitvoering, dat
de onvoltooide partituur alvast maar in studie werd genomen. Het was
een wedstrijd tussen componist en orkest." vertelt Han van Koert lachend.
„Het papier ging nat naar het orkest."
Op het ogenblik schrijft hij muziek voor Amerika. Er is hem gevraagd
psalmbegeleidingen te maken in vrij ritme naar de stijl van de F ranse
Jezuïet Geheneau. Met Amerika heeft hij goede contacten. Er is een plaat
gemaakt van een Kerst-gospel, die hij heeft gecomponeerd en waarop
Rjnn PtgsIiH c\p fpleef STlTPPlff
Maar ook Nederland kent de Haagse toondichter. Verschillende kerk
koren voeren missen van hem uit, hoewel dit niet op grote schaal gebeurt.
Weer hetzelfde vraagstuk, volgens Han van Koert: „De kerkkoren zitten
vast aan een oud repertoire." Veel werkt hij ook voor „Ons Lekenspel"
Hij maakt zangspelen voor de jeugd en neemt daarbij niet alleen de muziek,
maar ook het schrijven van het verhaal voor zijn rekening.