HUN VISIE op
Fe ijenoord-Benfi ca
Tribune
met
vruchten
WELTCEIST
MET
TOETER
Vorm
Vent
REIS NAAR
CANOSSA
WIM KAN
„Benfica
ik hen üelukkir"
Mies Bouwman
„Dreun van Feijenoord
een ellende-lied
de pijptabak met het
unieke aroma
Zwaardere straffen voor
dronken automobilisten
Een echte
ontspanning
Samenwerking
met Garuda
Ook auto wordt verbeurd verklaard
mm
Verhuur van goederen
met recht van koop
NIET onwettig
KLM naar Djakarta
AMSTERDAMSE RECHTBANK
Courses Duindigt
DONDERDAG 11 APRIL 1963
PAGINA 11
TRIOMPHE DU COGNAC
Minachting
Racepaard-werkpaard
Weetgierig
Wat denkt Salazar?
Vaktermen
„Morele zege"
Cein gemist
(Van onze speciale verslaggever)
AMERSFOORT 11 april „Wij hebben de
Portugezen met 00 verpletterd", verklaarde
Wim Kan ons gisteravond na zijn optreden in het
Grand Theater in Amersfoort, toen wij hem naar
zijn mening vroegen over de wedstrijd Feijenoord
Benfica. „Ik voel me een gelukkig mens", ver
telde Wim Kan, „want ik heb dank zij onze pro
gramma indeling de eerste helft van de wedstrijd
op de t.v. kunnen zien. En Toon Hermans staat in
Arnhem en heeft niets kunnen zien. Weet je dat
Luns ook in het stadion was? Wij kunnen onze
zaken niet afzeggen. Luns wel, die kan er altijd
onder uit, minister van Buitenlandse Zaken. Hij
moet wel komen kijken. Hij moet toch zien hoe de
Portugezen gehuisvest zijn! Nederland gaat toch
vooruit", vervolgde hij. „We hebben tachtig jaar
nodig gehad om de Spanjaarden te verslaan en we
hadden slechts anderhalf uur nodig voor een
gelijk spel. Ik heb ook gehoord dat de Portugezen
zoveel wijn hebben gedronken. Nogal geen kunst
met zulk drinkwater. Weet je dat er nog kaarten
te krijgen zijn voor VolendamFeijenoord; je
móet er alleen een pond paling bij kopen. Ja, ja,
de vis wordt tegenwoordig duur betaald".
„Moulijn: balletdanser"
Cuatemalatetinken,
kostelijk!"
Sil™
FINE
CHAMPAGNE
V.S.O.P.
In de kuip van een voetbalstadion
kan men de mens „en masse" en
„en detail" bespieden. Op beide
wijzen blijft onze soort ook tijdens
het voetbalspel zeer fascinerend. Als
men even afziet van het geluid lijkt een
stadion by avond zeer veel op een
keurige, doch wat eentonige, stand op
een tentoonstelling voor groenten en
fruit. Alle vakken de eretribune niet
uitgezonderd zijn gevuld met een
soort vruchten, dat het midden houdt
tussen kokosnoten en geweldig grote
uien. Het beeld wordt wel verleven
digd door een onophoudelijk geflonker,
veroorzaakt door het aansteken van
enorm veel sigaretten, waarvan de
rook als een dikke mist langs de
schijnwerpers walmt. Maar het geluid
van de massa is natuurlijk indrukwek
kender dan haar aanzien. Tussen de
spelers en de toeschouwers bestaat een
kloof die men door geweldig veel la
waai poogt te overbruggen. De uitroe
pen van de toeschouwers van het soort
„Hup Koen", „Naar links die bal" en
„Afgeven nou" zijn natuurlijk zinloos.
Zij komen voort uit ongecontroleerd
enthousiasme of zij dienen de roepen
den er toe de omzittenden een indruk
te geven van hun inzicht in het voet
balspel.
Meer verfijnde pogingen om zich
langs auditieve weg van de massa te
onderscheiden zijn de bellen en toeters.
Helaas worden deze middelen zo veel
vuldig gebruikt, dat ook zij geen effect
meer hebben. Zij geven nog wel een
bepaalde kleur aan het lawaai, maar
dat is dan ook alles. De enige kans om
zich aan de spelers kenbaar te maken
ligt daar waar de massa zich met de
zelfde woorden of kreten tot één man
verdicht. Die situatie ontstaat spontaan
bij felle verontwaardiging door sner
pend gefluit bij oplaaiend enthousias
me en bij het missen van opgelegde
kansen. Minder spontaan, bar lelijk,
doch vermoedelijk zeer effectief is de
gezongen nationale jel die in weinig
fraaie bewoordingen zeer fraaie „daha-
den" eist.
Wat overigens de ondeskundige toe
schouwer opvalt is dat ook ondanks
het meeleven van het publiek het
contact tussen spelers en toeschou
wers op geen enkel moment zichtbaar
wordt. Ik zou het eigenlijk wel aardig
vinden als bijvoorbeeld een keeper
die met een hartelijk applaus beloond
wordt voor een mooie save het pu
bliek met een lichte buiging bedank
te. Maar dat is er in het geheel niet
bij. Het wordt ook duidelijk niet op
prijs gesteld. Vermoedelijk komt dit
o.m. omdat de massa in wezen zich
zelf zit toe te juichen, zodat zij ook
geen dank voor haar huldebetoon
verwacht. Hoezeer de band tussen
spelers en toeschouwers een vreemd
soortige is, blijkt ook wel uit de felle
minachting voor de speler die het
waagt „voor de tribune te spelen".
Men zou uit het bovenstaande de in
druk kiunnen krijgen dat de schrijver
weinig op het spel zelve gelet heeft.
Voor zover dat inderdaad zo is, komt
dit voort uit ondeskundigheid. Deze be
let mij echter niet een algemene uit
spraak over de wedstrijd te wagen.
Benfica speelde naar mijn mening een
meer stijlvol, gevoelig en doordacht
voetbal dan Feijenoord. De Rotterdam
mers zijn Moulijn wellicht uitgezon
derd minder veelzijdig atletisch dan
de Portugezen. Het is een verschil als
dat tussen warmbloed en koudbloed,
tussen racepaard en werkpaard. Daar
mee is niet gezegd dat ik niet heb zitten
popelen naar een winnend doelpunt
voor Feijenoord. Voetballen is één ding
en winnen is weer heel wat anders.
Maar als Feijenoord verloren had, zou
het niet in mijn achting gedaald zijn.
Nu mijn mening gevraagd is, geef ik
die ook graag onverbloemd en uiter
aard voor wat ze waard is. Dat is na
tuurlijk niet veel want ik ben er mij in
alle nederigheid van bewust dat ik
evenveel op een kruising tussen een
kokosnoot en een ui geleken heb als
alle andere bezoekers van het Feijen-
oord-stadion. Alleen dat lied, dat wilde
ar nog niet zo best uitkomen
Drs. A. CUPPEN
Zo'n voetbalwedstrijd als Feijen-
oord-Benfica heeft een verwar
rende uitwerking en ik ben er
niet zeker van, of het Hegel is
geweest, die als jongeman Napoléon
zag passeren en die hem toen be
schreef als „der Weltgeist zu Pfer-
de". Gisteravond was de Weltgeist in
Rotterdam niet Napoléon, maar een
geladen voetbalpubliek. De Weltgeist
zat ook niet te paard, hij had een
toeter aan de mond.
Minstens een uur tevoren was er al
frenetiek en zonder adempauze op dui
zenden toeters geblazen. Het leek wel,
of al dat geluid uit het kuipvormige
stadion niet weg kon, zoals ook de rook
van tienduizenden nerveus aangestoken
sigaretten bleef hangen als een blauwe
nevel onder de lichtmasten. Op de
plaats, waar ik zat, werd het geluid
van de dapper rondstappende harmo
nie royaal overstemd door het collec
tieve getoeter. Het was volkomen dui
delijk, wat de Weltgeist in dit geval
wilde: een overwinning van Feijenoord.
Dat die wens niet in vervulling is ge
gaan, is een staaltje van kosmische
onrechtvaardigheid, dat in menig Ne
derlands hart een gevoel van onvrede
heeft achtergelaten.
Ik heb overigens wel gemerkt, dat
de Rotterdammers een weetgierig
volkje zijn. In afwachting van de gro
te strijd schonken de mensen in mijn
buurt niet alleen koffie uit thermos
flessen, zij pleegden ook enig onder
ling overleg, met veelbetekenende
blikken, en begonnen mij vervolgens
nauwgezet, doch goedhartig te onder
vragen over de persoonlijke betrek
kingen tussen minister Luns, die ook
in het stadion moest zijn, en presi
dent De Gaulle. Ik werd voorts uit
genodigd enige opheldering te ver
schaffen over het bestaan van een
zogenaamde knop in Lopik, waarmee
de regering ongewenste televisie-in
terviews zou kunnen verdonkerema
nen.
De scepticus zal menen, dat deze
vragen voortsproten uit een vluchtige
behoefte aan divertissement. Want nu
alle nummers van de harmonie met
uitzondering van Feijenoords krijgsge
zang verdronken in de getoeterde
eenklank, was de stem van de naaste
buurman het enige geluid, dat van tijd
tot tijd herkenbaar was. Maar neen,
toen de wedstrijd eenmaal goed en wel
aan de gang was en men zich een
zeker beeld had kunnen vormen van
de krachtsverhoudingen in het veld,
toen keerde de Rotterdamse weetgie
righeid terug. Overal om mij heen wil
de men klaarheid omtrent de identiteit
van de Portugese club. „Is dit nu dat
beroemde Benfica, mijnheer," zo werd
mi) op de man af gevraagd. Aangezien
ik over geen enkele kwalificatie be
schik daarop te antwoorden wees ik de
vragensteller op de reacties van een
kleine Portugese kolonie in onze buurt
die vurig meeleefde en die zich niet
bewust scheen van enige mystificatie.
En toen Benfica enkele vrije schoppen
tegen zich kreeg, wilde mijn rechter
buurman weten, of het waar was, dat
Portugese vliegtuigen ook een weerloos
dorp in Senegal hadden gebombar
deerd.
Weetgierigheid mijnerzijds dat
begreep ik te laat viel in minder
goede aarde. Toen ik bijvoorbeeld
wilde weten, hoe de rechtsbuiten van
Feijenoord heette, wekte die vraag de
grootste bevreemding.
Tot het eind toe bleven de toeters
huilen om een overwinning van Feijen
oord. Het heeft niet zo mogen zijn. Dat
is jammer. Wat denkt Salazar, als
Benfica straks de Europa-cup zou win
nen? Fijn, denkt hij dan, nu hebben
mijn burgers weef iets, dat hen aange
naam stemt en dat hun aandacht af
leidt van de staatszaken, die ik zelf
wel behartig. Dat denkt Salazar. En
dat staat er ook voor hem persoonlijk
op het spel. Wat zou een zege dan bij
óns niet in veiliger handen zijn. Zelfs
al had Feijenoord gewonnen, dan zou
den wij volgende maand toch wel ver
kiezingen hebben gekregen. Maar neen,
het heeft niet zo mogen zijn. „Denk
eraan, mijnheer," zei mijn buurman,
„het is altijd nog een gelijk spel; er is
nog steeds geen man overboord. En nu
ik dat zeg, ga ik erover denken pas
sage te boeken op de Waterman."
H. J. NEUMAN
Als jongen heb ik een boek gelezen
ik meen, dat het „ontvoerd"
heette waarvan je maar enke
le bladzijden achter elkaar kon
verwerken. Dan moest je opstaan om
een kwartier in de buitenlucht te pau
zeren. Daarna ademde je diep en had
je weer moed voor een paar pagina's.
Het boek was onverantwoord spannend.
Ik heb er zeker drie weken aan ge
lezen en er toen nog veertien dagen
over gedroomd. Een dermate over
meesterend werk heb ik daarna nooit
meer onder ogen gehad. Vanavond pas
heeft de jeugdsensatie zich herhaald in
de eerste helft van Feijenoord-Benfica.
Een derde keer zal het niet meer ge
beuren; de match was immers de
„wedstrijd van de eeuw" en ik zie me
zelf echt met in 2010 op een tribune
zitten. De hele eerste helft was on
dragelijk spannend. Je kunt alleen niet
opstaan voor een kwartier onderbre
king. Dan kan net gebeuren wat je
vreest of hoopt. Je moet de drie kwar-
-i ,...en ze 'Tin voor mij ver
schrikkelijker geweest dan de genoem
de drie weken. Het zingen en toeteren
heeft voor my een diepe ondergrond
gekregen. Helaas had ik geen toeter en
ik zing te slecht om me aan de schep
ping van Johnny Hoes te durven wa
gen. Ik heb nu alles echt op moeten
vreten, zodat ik, om als sportvriend
te spreken, nu moreel ben aangeslagen.
Uit de voorbeschouwingen en de ver
slagen van vroegere wedstrijden had ik
begrepen, dat de wijze van voetballen
van Benfica en Feijenoord zich, literair
gesproken, verhouden als vorm en vent.
Het eerste is een manier van verblin
dend mooi voetballen, echt spelen; het
tweede is een kwestie van alleen maar
er staan. Uit de wedstrijd heb ik be
grepen, dat ik de verslagen verkeerd
begrepen heb of dat de experts zich
vergist hebben. Het was behalve in
de laatste minuten vorm tegen
vorm. Ik wist niet, dat Nederlandse
voetballers zoveel poëzie bijeen konden
trappen. Een kenner achter mij riep
wel voortdurend om „bouwen, bou
wen", misschien is er ook wel ge
bouwd, maar dan werd er toch een
dergelijke hoge vorm van architectuur
bedreven, dat het gewicht van de ste
nen vergeten kon worden.
„Bouwen" is een vakterm. Het pu
bliek om mij heen gebruikte continu
met adembenemend gemak de ter
men van de vakmensen. Ik hoorde
„beheerste hooghal'„keuriig afge
houden", „goed vrijgespeeld", „mo
rele overwinning" en „buitenspel",
dat off-side" betekent en dat ik nog
PS"3.11 heb begrepen. Ik vind, dat alle
Nederlandse sportjournalisten met die
kennis van het publiek van hun vak
gefeliciteerd mogen worden. Zij heb-
Den een hoogte bereikt, die alleen
enkele geestelijken en politici
«aaibaar is gebleken. Ik heb nog
„?o..ur?,,n huurman in de bioscoop
U eeljheid van beeld en rit-
nrip- fluisteren, in een leeszaal
tie" oi iemand „knappe composi-
kraóht v!?newel taalgebruik" of „de
lisDelen rL- k naakte woord" horen
heer RnnH en eoht J^oers op de
assfstemen tVi?1 2en Hende
mij horen napratenn°g nOOW iemand
Wellicht wordt van mij een oordeel
T°k6kanedant midUel- SpGle« verwacht
Ik kan dat tot myn spjjt niet geven,
omdat ik de spelers, de keepers uitgel
zonderd, met geen mogelijkheid uit el
kaar kon houden. Ten eerste zat ik
daarvoor te hoog; dan ging het spel
my werkelijk soms te snel en tenslotte
miste ik de televisie-commentator die
altijd elke speler bij zijn naam noemt
Als een speler geblesseerd raakte had
ik even houvast. Maar tot het laatste
fluitje heb ik Eusebio niet kunnen vin
den, de beste voetballer van ik geloof
Europa nog wel. Dat hij tussen de an
deren verdween, bewijst welk een bij
zonder goed voetbal hier gespeeld
werd. O, ja, Moulijn heb ik wel her
kend. Want die beweegt zich terzijde
van de andere negentien. Moulijn lijkt
mij een soort Kloos op voetbalgebied,
zoals Kruyver (die heb ik toch blijk
baar ook gezien) een voetballende Den
Doolaard is: hij doet veel ruw werk,
maar mooi is het niet en het haalt ook
weinig uit.
Tot slot: de scheidsrechter was, dacht
ik, goed, al zagen mijn buren van der
tig meter hoogte overtredingen die
hem op de begane grond ontgingen.
Het spel was sportief, één klap van 'n
tegenstander uitgezonderd. En het ver
schrikkelijkste liedje, ooit geschreven,
is „Geen woorden maar daden". Con
clusie: „een morele overwinning voor
Feijenoord", zoals mijn linkerbuurman
het zei. En dat is een mooie gedachte
bij de stand 0-0.
KEES FENS
Op het moment dat de deuren der
catacomben van het Feijenoord-
stadion zich openden en, als een
magische geboorte, 22 driftige
dribbelaars de pokdalige grasmat op
renden, lieten alle scheepshoorns van
Rotterdam tegelijk een ontstellende
blèrtoon los. De schelp van het formida
bele stadion kaatste als een radarscherm
de bijna tastbaar dikke klank tegen de
zwarte nachtwolken en zond hem toen
in steeds wijder uitwaaierende kringen
de Randstad in. De Hagenaars stokten
de adem; in Utrecht werden de kinde
ren wakker en in Amsterdam, zegt men,
echode de toon eindeloos door de ver
laten straten. Amsterdam zat voor de
T.V. In een goed bedoelde poging om
enig tegenwicht te scheppen tegen het
Rotterdamse geweld had men er nog een
fraaie uitslaande voorpagina-brand te
genaan gegooid, maar het bleef peuter-
werk: de krachtlijnen van het land
liepen stervormig naar het grauwe sta
dion in het even-grauwe Rotterdam
zuid, waar de biceps van het Vader
landse voetbalgeweld trillend gespannen
stonden. De kinderen van de Ajax-spe-
lers zongen uit school „geen woorden
maar dahaden" en de bleke maan stond
roerloos boven het verlaten Olympisch
stadion. Herinneringen aan de gulden
finale BenficaReal Madrid, het duel
der groten uitgevochten in Amsterdam,
weken voor de onwaarschijnlijke reali
teit: Benfica een jaar later in Rotterdam,
als tegenstander van Feijenoord; de my
the getoetst aan de spieren van de
luidruchtige havenstad. Met de kleine
groep Amsterdammers, die waardig was
bevonden op de Rotterdamse voetbal-
Olympus te worden ontvangen, hebben
wij de reis naar Canossa gemaakt.
Boven de stedelijke zuilen blonk de ster
van Feijenoord en alle schoven bogen
zich.
Rotterdam rukte al uren tevoren
naar zijn voetbaltempel op en de Feijen-
oord-hymne klonk als een soldaten
lied: een leger in de aanval dat zijn
vrees wegzingt. „Een grote dag voor
u", zeiden wij tegen onze buurman op
de tribune. „Pardon", zei hij, „ik kom
uit Amsterdam." Halverwege de
match hoorden wij hem meezingen:
„Geen woorden maar dahaden". „Ik
heb een doelpunt gemist," zei hij aan
het slot. „Ze zeggen dat dan de tribu
nes doorbuigen". Hij taxeerde de me
nigte met kennersblik. „Aardige men
sen. Heel sportief Maar je mist wel
de gein". Rotterdam marcheerde na
afloop in gesloten colonnes af. De span
ning van de vrees was gebroken. De ma
gische naam Eusebio, wekenlang met eer
bied genoemd op alle werven, ver
anderde in Eusebesio, en een leu
kerd sprak van Pijpje Drop. Rotterdam
was niet tevreden, maar het magische
voorhang was gescheurd. Coentje was
groot en Eddie Pieters Graafland soe
pel en rustig als altijd. Denkt Eddie
nog wel eens aan zijn Amsterdamse ja
ren terug? Thuis stond de maan nog
steeds boven het Olympisch stadion.
Samen fluisterden zjj over Benfica en
Real Madrid, maar langzaam dreef uit
het zuiden een zwarte wolk aan. De
maan verduisterde en uit het stadion
klonk een heel lange smartelijke zucht.
BEN KROON
Advertentie
DEN HAAG, 11 april Verhuur van
goederen met recht van koop is niet
in strijd met de bepalingen van de
wet op afbetaling. Dit kan worden ge
concludeerd uit het vrijsprekend schrif
telijk vonnis dat de Haagse econo
mische politierechter, mr. N. W. de
Grooth, gisteren heeft gewezen in de
strafzaak tegen de directeur van de
nv. Tomson alhier.
Deze firma leverde elektrische appa
raten, radio's en tv-toestellen op huur
contract. In het contract is bepaald dat
de huurder na enige jaren de goederen
tegen betaling van een zeker bedrag
in eigendom kan verkrijgen. Om in het
bezit te komen van de goederen werd
door de nv geen eerste aanbetaling
gevraagd. Dit nu werd door de offi
cier van .justitie mr. J. H. Maan be
schouwd als een vorm van huurkoop
waarvoor dus een eerste aanbetaling
dient te worden gevorderd om welke
reden hij veertien dagen geleden tegen
directeur der nv 300 gld boete, subsi
diair een maand hechtenis eiste.
Wim Kan tijdens een conference.
Wim Kan was zijn optreden in Amers
foort, dat tegen de verwachting in toch
nog door 600 bezoekers werd bijge
woond, begonnen met de wcorden
„Goede avond, cabaretliefhebbers en
voetbalhaters" Hij vervolgde: „Feijen
oord speelt vanavond tegei. Benfica,
maar ik speel tegen allebei. Het is eigen
lijk onbillijk, met 22 tegen 1".
iiiiiiliiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiliilliit
LAREN Mies Bouwman, die wij
ook haar mening vroegen zei van de
wedstrijd te hebben genoten. „We heb
ben met het hele gezin zitten kijken.
Ik vond het allemaal geweldig. Tot voor
kort heb ik altijd gedacht dat Benfica
het „einde" op voetbalgebied was. Ik
had niet anders verwacht of wij zouden
het ene doelpunt na het andere in het
Feijenoord-doel zien vliegen. Maar toen
de wedstrijd even op gang was begreep
ik dat men mij verkeerd had voorge
licht."
„Ja, ik heb werkelijk genoten", her
haalde ze. „Alleen dat lied. Het 'heeft
mij steeds beziggehouden. Steeds maar
dat lied „GEEN WOORDENMAAR
DADEN". Ik werd er gek van. Het
riep bij mij voortdurend reminiscen
ties op aan de oorlog. Vooral dat
„Hand in hand kameraden". Ik hóór
de ze weer tippelen. Bah. En dan die
dreun. Nee ik vind het werkelijk een
afschuwelijk gezang. Het deed me weer
denken aan de NSB en al die narig
heid. „Geen woorden, maar daden"
een „ellende-lied".
„Maar ja, daar kunnen die Feijen-
oorders niets aan doen. Ze hebben enorm
gespeeld. Vooral voor de rust in de eer
ste dertig minuten heb ik mijn ogen
uitgekeken. Wat ik van die Po-tugezen
denk? Leuke jongens. Ze kunnen ook
goeu voetballen. Maar ik heb eigenlijk
alleen maar naar de Feijenoorders ge
keken. Ik had gedacht elf stoere, recht-
toe-recht-aan Hollanders te treffen. Maar
wat zie ik. Een jongeman die zich als
een balletdanser over het veld beweegt.
Voor mij was Coen Moulijn de beste
speler. En Eddy Pieters Graafland niet
te vergeten. Wat een doelman. En wat
een keurige jongen ook."
n
Mies Bouwman vertelt dat ze niet
veel van de onsportiviteit heeft gezien.
„Ach", zegt ze, „dat gaat zo in het
vuur van de strijd. De een licht de
ander wel eens een beentje. Maar wie
let daar nou op". Van „stemming" had
ze ook niet veel gemerkt. Ze besloot:
„Ik vond het een geweldige wedstrijd
van die jongens van Feijenoord: «Be
rust van Eddy en die stijl van Coentje.
Het was teveel". Maar dan komt ze
terug op dat lied. „Begrijp me goed
hoor, het gaat echt niet om die Feijen
oorders. Die kunnen er niets aan doen.
Maar ik vind het toch zo afschuwelijk".
MIES BOUWMAN
Een duidelijk hoogtepunt meende ze na
de wedstrijd opgemerkt te hebben toen
minister Luns het op de TV had over
de laatste wedstrijd die hij in 1952 had
gezien tussen Guatemala en Honduras.
„Hoe komt zo'n man erop: Dat woord
Gnatemalatinken of zoiets. Kostelijk".
DEN HAAG, 10 april Dr. E. van
Konijnenburg is, gisteren uit Djakar
ta teruggekeerd, waar hij de afgelo
pen weken namens de KLM op tech
nisch niveau besprekingen heeft ge
voerd met de Indonesische overheid
en de Garuda Indonesian Airways ten
behoeve van de heropening van de
luchtlijn op Djakarta.
Deze dienst zal voor het eerst op
4 mei om 10.10 uur van Amsterdam
naar Djakarta vertrekken via de vol
gende route: Frankfort, Rome, Bei
rut, Teheran. Karachi, Rangoon.
Bangkok en Singapore.
De Garuda Indonesian Airways is
aangesteld als generaal agent, terwijl
op basis van wederkerigheid de KLM
voor de Garuda in Nederland zal op
treden. Voorts is met de Garuda een
contract voor de grondafhandeling op
het vliegveld Kemajoran gesloten. Als
vertegenwoordiger van de KLM in Dja
karta is de heer A. Morzer Bruyns aatv
gesteld, die tot nu toe in Pnhom Penh
werkzaam was. Voorts zal ter plaatse
een operationele KLM-functiorans wor
den gestationeerd.
Het opnemen van Djakarta in een
eventuele doorgaande dienst :s voor
alsnog niet mogelijk, in verband met
het toegestane afvlieggewicht op Ke
majoran.
Na 30 april, wanneer de laatste
dienst naar en van Sydney via Biak
zal zijn uitgevoerd, zal de route over
Manilla en Port Darwin worder. gevlo
gen. Daar op het traject Manilla-Dar
win via Indonesisch grondgebied moet
worden gevlogen, zijn overvhegrechten
van de Indonesische regering verkre
gen met de toestemming om in geval
van technische storing een tussenlan
ding in de Indonesische archipel te ma
ken.
Het verheugt de KLM dat de Indone
sische regering het verbod voor de
overheidsdienaren, met de KLM te rei
zen direct na het herstel van de diplo
matieke betrekkingen zal opheffen.
De Nederlandse renners Geldermans
en Maliepaard zullen deelnemen aan de
Ronde van Spanje.
Advertentie)
Clan
AMSTERDAM, 10 april De Am
sterdamse rechtbank heeft in het eer
ste kwartaal van dit jaar 77 vonnissen
wegens autorijden onder invloed van
alcohol uitgesproken. Dit blijkt uit ge
gevens van de griffie. In 47 gevallen
werd geheel of gedeeltelijk onvoor
waardelijke gevangenisstraf opgelegd
voor twee tot acht weken. In 26 geval
len werd een voorwaardelijke gevan
genisstraf van twee weken tot drie
maanden opgelegd.
Daarnaast werd in 24 gevallen een
boete opgelegd, variërende van 100
gulden tot 4000 gulden. Bij alle ver
oordelingen werd de rijbevoegdheid
ontzegd gedurende twaalf maanden tot
drie jaar, soms gedeeltelijk voorwaar
delijk. Bij drie vonnissen werd volstaan
met het opleggen van een boete naast
de uitgesproken ontzegging van de rij
bevoegdheid. Een verdachte werd vrij
gesproken en in één geval werd boven
dien de auto verbeurd verklaard.
L'it deze vonnissen van de laatste tijd
blijkt dat het onder invloed besturen
van een auto steeds strenger wordt be
straft.
Niet langer wordt zoals voorheen
volstaan met een boete. In Amster-
april De
op Duindigt
uitslagen
gehouden
m: 1. Wilmington (v.
Crusader en 3. Sir
pl. 4,40, 11,30,
DUINDIGT, 11
van de gisteren
rennen luiden
Vinkprijs, 1800
Dijk) 2.01.9: 2.
Carston. Tot.: win. 9,80,
kop. 87.30, cov. 11.60.
Grote sprinters handicap, 1350 m: 1.
Willibald (Delbrassinne) 1.25.2; 2. Rex
Mundi en 3. Susie Darlin'. Tot.: win.
5.10, pl. 1.40, 1.50, 1.80, kop. 8.60, cov.
4.60.
Courses: Vogelenprijs, 2000 m: 1. Arc
tic van 's-Gravenhof (Wagenaar) 2.56
(1.28)2. Bubby Six en 3. Be Happy.
Tot.: win. 4.50, pl. 1.30, 1.80, 1.20, kop.
15, cov. 9.90.
Fazantenprijs. 2040 m: 1. Aristo
Scotch (Vergay) 2.56.8 (1.26.7): 2. Xe-
nia Scott P en 3. Zambesi. Tot.: win.
2.40, pl. 2, 2.30, 2.50, kop. 5.30, cov. 17.40.
Kievitenprijs, 2000 m: 1. Zatopeka B
(Van Dooyeweerd) 2.55.6 (1.26.9)2.
Zonnestraaltje en 3. Zelda's Happiness.
Tot.: win. 6.10, pl. 1.80, 1.40, 2.40, kop.
6.90, cov. 4.50.
Merelprijs, 2120 m: 1. Walter Hol-
landia (Vergay), 2.53 (1.21.6): 2. Quick
silver S en 3. Marseille. Tot.win. 1.50,
pl. 1.10, 1.10, 1.10, kop. 1.90. cov. 2.70.
Zwaluwenprijs, 2000 m met autostart:
1. Yellowthroat S (Koppejan) 2.51.2
(1.25.6)2. Zanto en 3. Yankee Erebus.
Tot.: win. 13.90, pl. 3.30, 1.90, 1.90, kop.
13.80, cov. 6.40.
Eksterprijs, 2120 m: 1. Zwaluw S
(Wagenaar) 3.03.4 (1.26.5); 2. Zus
Scotch en 3. Zus van Spencer Gay. Tot.:
win. 3.20, pl. 1.90, 3.30 kop. 9.90, cov.
4.40.
Totalisatoromzet 76.540 gulden.
dam werden in 1961 412 dronken auto
mobilisten, bromfietsers en fietsers
door de politie geverbaliseerd. Vorig
jaar waren het er 476. De stijgende
lijn in deze cijfers zet zich voort. De
straffen van de rechtbank passen zich
daarbij aan: ze worden zwaarder. De
bekende Amsterdamse strafpleiter mr.
Frangois Pauwels zag in deze repres
sieve maatregel (hogere straffen) wei
nig heil toen hij vorige week een dron
ken rijder voor de rechtbank verdedig
de. Meer uitwerking verwachtte hij
van verbeurdverklaring van de auto.
Dat gebeurt trouwens ook wel eens.
Vanochtend nog werd bij de uitspraken,
een Amsterdammer wegens dronken
autorijden vijf jaar de rijbevoegdheid
ontzegd en werd bovendien zijn auto
verbeurd verklaard.
Advertentie)
.•.v.v.v.v.y.v.v.v-
ft: 4 SBügaWtt vnasm g
*tec«wooav*®» ftyft; ftwewWM
SAINT MARTIAL