Pasen
Duizend jaar
Luxemburg
VERKIEZINGEN IN ZICHT
Voorzichtig met oordeel
van de oppositie
E
G
DRIE KLANKBEELDEN
over jubilerend
Concertgebouw-orkest
m
I
1
^J^uyó
Twee landbouwpioniers
Sociaal
commentaar
LEXINGTON
r
Stagnatie op lijn
Roosendaal-Breda
VERMOUTH
Olie in brand
Jongen verdronken in
Noordhollands kanaal
m
mmm
mm: h
Sm
i
Mej. dr. N. A. Bmining
oud-voorzitster VPRO
overleden
„Der Stellvertreter"
ook als film?
Ir. A. P. Minderhoud
Ir. C. L. van Steen
ZATERDAG n APRIL WS5>
PAGINA 5
INTERBONDS
Vraag halfjaarverslag
per 31 okt. '62 bij uw
bank, commissionair
of bij de beheerders:
gespreide belegging in
buitenlandse obligaties.
Beurskoers ca. f
per participatie. Effectief
rendement 5£ moge
lijke extra koerswinstuit
kering.
.\jx
OwbV,
Waarom steeds méér mensen een 15-daagse vliegreis maken naar Griekenland
Hé-vliegen Is voordelig vliegen. Vliegreis verblijf In hotel -f maaltijden {«sten vaak weinig meer
dan het normale vliegtarlef. Dank zij de Inclusive Tour (lees: ité) komen verre, boeiende landen bin
nen ieders bereik. Begrijpelijk dus, dat steeds méér mensen op een goede dag naar Athene vliegen
voor een 15-daags verblijf op de bakermat van onze beschaving. Want reeds voor f1025.- bent u
de gast van het oude Hellas met een bezoek aan Athene, Delphi, Oiympla, Sparta, Epidaurus en
Korinthe èn een strandverblljf aan de baai van Lagonissie. Vraag inlichtingen en programma's over de
ité-mogelijkheden naar Griekenland. Een briefkaart of 'n telefoontje aan één van onze kantoren fs vol
doende. Voor 'n ité-vliegvakantie en voor dat onmisbare extra aan service van reisspecialist Ruys Co.
De betekenis van Christus' Ver
rijzenis, de meest fundamente
le en centrale waarheid van het
christelijk geloof, die wij met Pasen
herdenken, staat, begrijpelijkerwijze
en terecht, voor het besef van de
meeste gelovigen gericht op het hier
namaals, op het leven na de dood.
Men denkt daarbij echter niet zelden
aan een soort compensatie voor of
een vlucht uit de ellende en ontoe
reikendheid van het leven in dit
aardse tranendal". Een dergelijke
voorstelling van het hiernamaals is
in feite een misvorming van de wer
kelijkheid. Dit misverstand hangt op
de eerste plaats samen met de ver
keerde opvatting als zou de Verrij
zenis wezenlijk en uitsluitend een
aangelegenheid van de Verlosser al
léén zijn. Juist omdat dit niet zo is,
heeft men bovendien geen oog voor
het feit, dat het hiernamaals van
Gods schepping nu reeds bestaat.
Het geloof immers leert ons, dat de
nieuwe wereld, die haar ontstaan
dankt aan Gods tweede schepping
door Christus' Verlossing, nu reeds
een eeuwig feit is, en dat die nieuwe
wereld daar is, waar Jesus Christus
is.
De mens is door God geschapen
als een wezen, dat op aarde thuis
hoort. De schuld-van-het-begin ech
ter heeft de oorspronkelijke orde in
het leven op aarde verstoord, even
wel zonder daardoor het oneindig
heidsverlangen van de mens te do
ven. Vergankelijkheid en dood hebben
de aarde, ons tehuis-van-Godswege,
aangetast, en haar, ondanks haar
schoonheid en rijkdom, ontoereikend
gemaakt voor ons eeuwigheidsstre-
ven. Zo is er een onoplosbaar con
flict ontstaan tussen wat de mens van
de aarde verwacht en wat zij in feite
geven kan.
Het verlossende antwoord op de in
nerlijke tweespalt, veroorzaakt door
het weten, dat, naar Gods bedoeling,
de aarde ons eeuwig tehuis is, én
door het besef, dat zij toch niet aan
ons eeuwigheidsverlangen kan vol
doen, ligt uitsluitend in Gods macht.
Hij heeft inderdaad het antwoord ge
geven. Door Zijn Zoon te laten ster
ven en uit de dood te doen verrijzen.
Christus, zegt ïtahner, de Zoon van
de rijkdom Gods en het kind van de
armoede der aarde in één persoon,
is gestorven, in het dodenrijk afge
daald en verrezen. Maar Zijn ster
ven en dit is de grote waarheid,
Waar het op aankomt was geen
vlucht uit de wereld. Integendeel!
Door Zijn sterven is Hij doorgedron
gen tot in de diepste kern van de zon
dige, gebroken en ontoereikende we
reld en heeft haar daar voor altijd
deelachtig gemaakt aan Zijn godde
lijk leven. Juist door Zijn sterven is
Hij geheel één geworden met onze
aarde die daardoor haar zinloosheid
verloren heeft en weer teruggeplaatst
werd in Gods oorspronkelijke bedoe
ling. Door Zijn Verrijzenis heeft Hij
de aarde niet verlaten, maar haar ge
maakt tot de eeuwige woning van
God. In Zijn verheerlijkt lichaam im
mers, dat geheel vervuld is van God,
Is heel de mensheid, heel de schepping
nu reeds in het hiernamaals bij God,
want dit lichaam is Zijn aardse li
chaam, het lichaam van „de" mens
bij-uitnemendheid, dat ons allen in
zich heeft opgenomen. In Hem is de
nieuwe, eeuwige wereld een onver
gankelijk feit, zodat, ondanks de we
zenlijke beperktheid van onze voor
lopige situatie, de kern van ons be
staan voortaan eeuwig is in en door
Hem.
Door Christus' Verrijzenis is daar
om heel ons leven, heel de schepping
in diepste wezen anders geworden,
omdat het Rijk Gods reeds een aan
vang heeft genomen, m afwachting
van de definitieve voltooiing van de
verheerlijkte, nieuwe aarde.
Deze vernieuwing van wereld en
leven door Christus' Verrijzenis is
echter voorlopig nog slechts een
meestal onzichtbare vernieuwing m
haar eigenlijke wezen, maar daarom
met minder werkelijk. De zichtbare
betrekkelijkheid, de vergankelijkheid,
de dood van het aardse leven doet
ons te licht vergeten, dat dit in we-
Den_ de echte werkelijkheid niet is.
Er is geen afstand, geen onoverbrug
bare kloof meer tussen God en we-
De wereldgeschiedenis is heils
geschiedenis geworden. God leeft on-
2,®^ °ns, of wij het erkennen of niet.
Eens zal Zijn heerlijkheid naar bui-
°Pen,'aar worden in de verheer
lijkte aarde, die, sinds Christus' Ver
rijzenis, onafwendbaar op weg is
paar het eeuwige deelhebben aan
Zijn verheerlijking. Leed en dood, in
welke vorm zij zich ook aandienen,
gijn slechts schijn, omdat Christus in
alle leed en alle dood aanwezig is als
de definitieve Overwinnaar. Zelfs in
de zonde is Hij met Zijn vergevende
liefde aanwezig, aldus bewijzend, hoe
Hij het menselijk-betrekkelijke door
Zijn tegenwoordigheid boven zichzelf
uitheft tot goddelijke eeuwigheids
waarde. Eenmaal zal God alles in
allen" zijn; nu reeds leven wij daar
naar toe uit kracht van Christus'
aanwezigheid in en onder ons.
Door die aanwezigheid is Hij het
Centrum van heel de schepping en
de garantie voor haar eeuwig, nieuw
herstel. Daarom moeten wij de aar
de liefhebben en meewerken' om haar
te leiden naar haar definitieve ver
nieuwing. Al haar betrekkelijkheid is
immers slechts voorlopig. Wij mogen
de aarde beminnen, wij moeten haar
zelfs beminnen, omdat zij eens ver
heerlijkt zal worden zoals haar nu
reeds verheerlijkte Heer, want door
Christus' Verrijzenis heeft God haar
voor eeuwig tot de Zijne gemaakt.
Het eeuwige hiernamaals leeft
daarom nu reeds in ons diepste in
nerlijk, omdat God tot ons gekomen
is. Daar ligt de eigenlijke en essen
tiële betekenis van Pasen. Christus
Verrijzenis is het begin van de ver
rijzenis van de gehele schepping.
Eenmaal zal de dag komen, waar
op dit heilsplan van God glorieuze
werkelijkheid wordt. Niets en nie
mand kan de verwerkelijking daar
van verijdelen.
De enige voorwaarde om dit god
delijk heilsplan ook voor ons persoon
lijk tot eeuwige werkelijkheid te ma
ken is het aanvaarden daarvan in
dankbaar geloof. Daardoor alleen
zullen wij deel kunnen hebben aan
de uiteindelijke voltooiing van ons
mens-zijn. waarvoor Christus door
Zijn Verrijzenis de grondslag heeft
gelegd.
(Advertentie)
LABOUCHERE CO. N.Y. -THEODOOR GILISSEN N.Y. -AMSTERDAM
LUXEMBURG, 13 april (UPI) Lu
xemburg is sinds Goede Vrijdag dui
zend jaar oud, maar het feest wordt
vandaag gevoerd.
Groothertogin Charlotte en premier
Pierre Werner, komen persoonlijk een
kijkje nemen op een postzegeltentoon
stelling in de hoofdstad, omdat de post
zegel in het kleinste NAVO-land tussen
België, Frankrijk en West-Duitsland in,
van groot belang is. Premier Werner
is ook minister van de P.T.T.
r zijn minstens drie categorieën
mensen, die zich op een bijzon
dere wijze bemoeien met de po
litieke belangstelling zoals die in
de maanden voor de verkiezingen
merkbaar toeneemt. De beroepspoliti
cus in het algemeen, maar vooral hjj
die krachtens zijn politieke gezindheid
medeverantwoordelijkheid vóór het re
geringsbeleid heeft gedragen, vindt het
helemaal niet prettig dat hjj in zijn
contacten met kiezers het meer dan
drie en een half jaar per periode moet
stellen met een minimale interesse bij
het publiek voor de staatkunde. Niet
alleen immers dat dientengevolge het
voorlichtingswerk tijdens de verkie
zingsperiode veel moeilijker is dan no
dig zou zijn, maar primair ervaardt
hij het gebrek aan belangstelling als
een verkeerd zicht van de kiezer op
zijn gezond eigenbelang. Dat is zeker
één van de redenen waarom bedoelde
politici er in deze tijd geen bezwaar
tegen hebben avond aan avond ergens
in het land hun voorlichtend werk te
doen.
Tot de tweede categorie behoren de
laatdunkenden. De. mensen die in elke
politicus een geldwolf of baantjesjager,
in elke kiezer een stuk stem-vee zien.
Dat zjjn dus de tegenpolen van de
mensen die beroepsmatig, d.w.z. uit
roeping, trachten in wederzijds instruc
tief contact te blijven met hun kiezers.
Deze groep is daarom zo gevaarlijk,
omdat zij, vooral in de ontmoetings
centra van de gewone man, de kantine,
de bouwkeet, de forensentrein en de
werkplaats, het grootste woord hebben
en daarmee voedsel geven aan de po
litieke onverschilligheid.
Dan is daar vooral in de huidige
verkiezingsstrijd nog een derde groep,
namelijk de socialistische, welke haar
staatkundige verantwoordelijkheid heeft
trachten waar te maken door in de
oppositie te gaan.
Een verkiezingsstrijd is bedoeld om
de kiezer de gelegenheid te geven zich
te bezinnen, zich aan de hand van pu-
blicatiés, voorlichtingsavonden en ge
spreksbijeenkomsten een oordeel te
vormen. Zjj moeten dan natuurlijk min
stens de bereidheid hebben om te le
zen, te luisteren en eventueel aan een
gesprek deel te nemen. Deze bereid
heid wordt afgeremd door de tweede
categorie die wij signaleerden. Vandaar
dat wij tegen dat soort lieden zo'n be
zwaar hebben.
Een tweede voorwaarde is dat de
voorlichters voldoen aan zekere eisen
van duidelijkheid en eerlijkheid. Nu zijn
dat geen lichte eisen. Ieder van ons
ervaart dat ook persoonlijk. Men heeft
zo gauw de neiging om eigen fouten te
vergoelpken en de eigen goede daden
n=n„K®n extfa- kIeur«e te voorzien
Daarbij aansluitend wordt dan elke
^tegenstander een onver
geeflijke blunder en tot veel goeds blijkt
die tegenstander maar zelden in staat
Onder de aantekening derhalve, dat
ook onze voorlichting nooit ge
heel objectief kan zijn, stellen we
ons voor tussen nu en 15 mei
ser)e beschouwingen aan de bete-
f- Lvan,,e aanstaande verkiezingen
var"1aag zouden wij ons
graag willen beperken tot een beoor
deling van de opiniebevordering onder
de kiezers zoals die in woord en ge-
schrift, zowel in Het Vrjje Volk als vgor
de V.A.R.A.-microfoon en V.A.R A -
beeldbuis de laatste jaren en uiteraard
vooral de laatste maanden wordt nage-
streefd
Laten we beginnen met te zeggen dat
we vanzelfsprekend niet geloven in het
bestaan of zelfs maar de bestaansmo
gelijkheid van een volmaakte regering.
Zulk een regering is er nooit geweest
en zal er ook nooit komen. Wanneer
men derhalve stelt dat de regering-De
Quay fouten heeft gemaakt, dan is dat
het intrappen van een open deur. Het
is altijd mogelijk om in het leven twee
verschillende optelsommen te maken bij
de beoordeling van mensen en men
selijke daden. Men kan uitsluitend op
de zwakke zijde de aandacht vestigen
en dan wordt mén een kankerpit; men
kan uitsluitend op de goede daden iet
ten en dan is men een irrealist. De
t§iak van een oppositie-groepering in
de politiek is het niet alleen om aan
te tonen welke de zwakke punten zijn
van een aan het bewind zijnd kabinet,
maar vooral om, met afwezigheid van
eigen directe verantwoordelijkheid, aan
nemelijk te maken óf en hóe betere
resultaten in het belang van het volk
te bereiken waren geweest indien de
oppositie het voor het zeggen had ge
had.
Op het Overijssels appèl hebben de
heren De Quay en De Kort van de
socialistische oppositie gezegd dat deze
vrjjwel uitsluitend negatief was. De
heren Vondeling en Suurhoff hebben
daarop fel gereageerd en genoemde he
ren uitgedaagd deze stelling nu maar
eens te bewijzen. Dezer dagen zal hier
toe een gesprek voor de- televisie
plaats hebben en we zien daar met be
langstelling naar uit. In een eerste
reactie heeft de heer Vondeling gezegd
dat de oppositie wel degelijk positief
was, omdat' er o.a. door de Partij van
de Arbeid bijna zestig moties in de
Kamer zouden zijn ingediend en daar
naast nog tal van interpellaties. Nu
zegt dat op zich natuurlijk nog niets.
We hebben eens nagegaan wat er met
al die moties is gebeurd. Tot en met
de behandeling van de Bijstandswet in
de afgelopen week telden wij 54 moties,
waaronder één, juist de motie die be
trekking had op de Bijstandswet, geen
eigenlijke socialistische motie was maar
een van de bijzondere commissie van
voorbereiding van genoemde wet. Van
ae overige 53 moties werden er zes
ingetrokken, zes zonder hoofdelijke
stemming aangenomen en 41 door de
Tweede Kamer verworpen. Veel posi
tiefs is er uit die motie-regen derhalve
niet gekomen.
Van de vele interpellaties gingen er
maar liefst tien op een of andere wijze
over het loonbeleid van deze regering.
Alle tien keer was heel duidelijk de
regering de overwinnaar. Niet alleen
door een duidelijke uitspraak van de
Kamer maar vooral door de wijze
waarop de regering haar beleid ver
dedigde.
aarne willen we erkennen dat de
medewerking van de P.v.d.A. en
kele keren in de Kamer positief
was. We herinneren aan de be
handeling van de Mammoetwet en ook
aan de medewerking bij de totstand
koming van de Bijstandswet. Maar men
moet daarnaast ook aan het aantal ke
ren denken, dat de medewerking in
tegenwerking verkeerde, zoals bij de
Algemene Kinder Bijslagwet. Men moet
ook denken aan het overvragen, zoals
bij de totstandkoming van de Interim
regeling voor Invaliditeitsrentetrekkers.
Maar we willen nog een stapje ver
der gaan en daarbij denken aan de
wijze waarop door pers en radio een
voortdurende hetze is gevoerd tegen
deze regering. Mogen we eens met een
paar citaten werken? Een van de be
ruchtste oppositie-leden is zonder twij
fel de heer De Kadt. Op 5 oktober 1959
schreef deze gentleman in een parle
mentair overzicht: met het kabi
net als geheel is geen debat mogelijk
bij het ontbreken van een werkelijk
minister-president." Enkele dagen
daarvóór had hij al geschreven: „men
kan dit kabinet niet aanvallen op zijn
beleid, want het heeft geen beleid. Men
denke slechts aan wat zich op het ge
bied der loonvorming afspeelt." Be
roemd en berucht tegelijkertijd zal de
uitspraak van de heer Suurhoff blijven
van 22 oktober 1960, waarin hij voor
spelde dat er voor de regering een
vet konijn werd gemest maar dat met
de a.s. Kerstmis: „het loonkonijn voor
de arbeiders wel een mager schar
minkel zou blijken te zijn".
Ondertussen stegen de lonen onver
wacht hoog. Maar de heer Daams rea-
feerde op die loonstijgingen in een ra
io-toespraak als volgt: „...daarmee
wil ik niet zeggen dat het loon en huur
beleid op zichzelf geen belangrijke zaak
is. Integendeel. Het lijkt soms wel op
een klucht, op een spel van vergis
singen, maar voor veel gewone men
sen komt de loonpolitieke kolder, die
het toneelgezelschap De Quay opvoert,
neer op een reeks bittere teleurstel
lingen.
Het zou mogelijk zijn meerdere kran
tenpagina's met dit soort citaten te vul
len. Men merkt aan de toon dat men
maar één doel kende: wét er ook voor
goeds door dit kabinet gebeurt, het
moet gekraakt worden, want het mag
geen goede naam bjj het kiezersvolk
krijgen. Het lijkt nuttig om in een
volgende beschouwing eens te zien wel
ke concrete redenen men daartoe had.
Advertentie
CINZANO
ROOSENDAAL, 13 april In een
afvalput tegen de spoorlijn Roosendaal
-Breda is gisterochtend een massa olie
in brand geraakt. Door de tientallen-
meters-hoge vlammen, die uit de put
sloegen, smolten de toevoerleidingen
van de bovenleidingen. De schakelkast
werd vernield en de dwarsliggers vat
ten vlam. De brand, die omstreeks
twaalf uur ontstond, was om kwart
voor één geblust. De afvalput waarin
de brand woedde en waarin zich ook
afgewerkte olie bevond, ligt precies op
de punt van de vork van de spoorlijnen
naar Breda en naar Lage Zwaluwe.
Ook de bovenleiding van d lijn naar
Lage Zwaluwe werd beschadigd en ook
op deze lijn was dus gfeen treinver
keer mogelijk.
Tijdens de brand was er noch op het
sf>oor Roosendaal-Lage Zwaluwe, noch
op de lijn Roosendaal-Breda treinver-
£5er mogelijk. Nadat de gemeente
er and we er van Roosendaal het vuur
Sur geblust, kon het verkeer tussen
t8* en Hage Zwaluwe worden
t>' ter werd de verbinding tus
sen Roosendaal en Breda hersteld.
KOEDIJK, 13 april Donderdag
avond zag de vijfjarige Et el ka Visser
i?e,n t °P de fiets reed
bij het uitwijken voor een autobus het
Noordhollands kanaal inreed. Thuis ge
komen vertelde zij dat aan haar moe
der, die alarm sloeg. Toen men ter
plaatse niets ontdekte dacht men aan
kinderfantasie. Men is echter aan het
dreggen gegaan en vond een muts die
door de veehouder H. Kramer werd her
kend als de muts van zijn zevenjarig
zoontje Willem, 's Avonds om half tien
heeft de rijkspolitie het stoffelijk over
schot van het jongetje uit het water op
gehaald.
HILVERSUM, 13 april „Va« Kes
tot Haitink" is de titel van een serie
van drie klankbeelden waarin de AVRO
op de zondagen 14, 31 en 38 april, bij
gelegenheid van hun vijfenzeventigjarig
bestaan, aandacht zal schenken aan
het Concertgebouw en het Concertge
bouworkest.
Tot de muziek die in deze program
ma's ten gehore zal worden gebracht,
behoort de derde suite van Joh. Seb.
Bach, die ook op het programma stond
van het eerste in het Concertgebouw
gegeven concert. Voorts zal men kun
nen luisteren naar de ouverture „Zur
Weihe des Hauses"van Ludwig van
Beethoven, waarmee het Concertge
bouworkest 3 november 1888 zjjn eerste
concert opende, en het concert voor de
linkerhand van Maurice Ravel, van
welk werk 28 februari 1937 in het Am
sterdamse Concertgebouw de première
ging.
In de klankbeelden hoort men onder
(Advertentie)
0. A-f n f r:>
Oude eenever -> Bessscirood ötroèn jenever
CSNEVElf J
meer de stemmen van wijlen dr. W. de
Vlugt, oud-burgemeester van Amster
dam, de violist J. Poppelsdorf, de oud-
eerste trombonist van het orkest. Emile
Haagman, de sopraan Jo Vincent, wij
len prof. Willem Mengelberg, w. Vogt,
oud-directeur'van de AVRO, mr. Evert
Cornells, intendant van de Nederlandse
Opera, Louise Wijngaarden, oud-eerste
violiste van het orkest, de journalist
Paul F. Sanders, mr. E. van Kleffens,
oud-minister van buitenlandse zaken,
wijlen Eduard van Beinum, mr. J. W.
de Jong Schouwenburg, voorzitter van
de raad van bestuur van het Concert
gebouw, de pianist Hans Henkemans,
Max Tak, Piet Heuwekemeijer en Marius
Flothuis,' resp. directeur en artistiek
leider van het Concertgebouworkest.
(Advertentie)
Cl GAR ETTES
AM ERICA'S BEST TOBACCOS
DEN HAAG, 13 april Gisteren Is
in Den Haag op 76-jarige leeftijd over
leden mej. dr. N. A. Braining, ere
voorzitster van de VPRO. Zij was van
af de oprichting in 1926 tot 1955, dus
bijna dertig jaar, voorzitster van deze
omroepvereniging.
Nieolette Adriana Bruining werd 27
augustus 1886 geboren te Stompetoren,
waar haar vader predikant was. Haar
gymnasiale en universitaire vorming
ontving dr. Bruining in Amsterdam,
waar haar vader hoogleraar in de
theologie was. Hoewel dr. Bruining
nimmer predikante is geweest, heeft zij
in het vrijzinnig protestants kerkelijk
leven een vooraanstaande plaats inge
nomen. Bijna veertig jaren v/as zij als
godsdienstlerares verbonden aan de
kweekschool voor het Haags genoot
schap. Verder heeft zjj vele jaren op
verschillende gymnasia in Den Haag
onderwijs gegeven in de Hebreeuwse
taal. Dr. B raining was eerst secretares
se en later geruime tijd voorzitster van
de centrale commissie voor het vrij
zinnig protestantisme en van de oprich
ting af voorzitster van de VPRO.
Dr. Bruining was officier in de or
de van Oranje-Nassau.
(Van onze correspondent in Bonn)
KEULEN, 13 april Van Rolf
Hochhuths toneelstuk „der Stellvertre
ter" heeft de Franse producer Geor
ges de Beauregard voor een Frans-
Italiaanse filmmaatschappij de film
rechten verkregen.
De film mag echter, vanwege de
toneel-opvoeringen, in verschillende
landen niet voor 1965 in de theaters
worden vertoond.
■usSJoqeS HRAIO 3d ftq nsgjora jooa oa8joz Mfl
(&IIU31A311PV)
(Advertentie)
AMSTERDAM,
DEN HAAG,
HAARLEM,
ROTTERDAM,
ROTTERDAM,
UTRECHT,
D«m 3
K Vljvmfc. S
Kruisstraat 43
Veerhaven 4
Zuldpl.ln 114
i. JuumIp, 16
TM. 245608
Tul. 184070
Tul. 2 0679
Tul 114800
Tul. 173761
Tuk «9009
EINDHOVEN. DommutarwE 34
(Passage- Relsbur# „Brabant") Tal» 2 89 f3
HELMOND, V.estreet 59
(Ruys Co./PreasturlnR N.V.) Tul. 51 31
TILBURG, Wll!urrf1l.«l«.t 54
(Pong» i RouWr, uBrubtitV) M> 2 67 05
7*
- ^.\v> r&Nfs
De Rijksdienst voor de IJssel-
meerpolders sedert 29 ja
nuari opvolgster van het open
baar lichaam De Wi-ringer-
meer (Noordoostpolderwerken-IJssel-
meerpolders) ziet in korte tijd
twee van haar meest prominente fi
guren vertrekken. Nam op 31 maart
ir. A. P. Minderhoud afscheid als
directeur wegens zijn benoeming tot
voorzitter van het bestuur van de
Landbouwhogeschool te Wageningen,
aan het eind van deze maand gaat
ir. C. L. van Steen de dienst ver
laten wegens het bereiken van de
pensioengerechtigde leeftijd. Vooral
de laatste is sterk verbonden aan
deze dienst, die ongeveer twintig
jaar op naamsverandering heeft ge
wacht. Als pas afgestudeerd inge
nieur van „Wdgeningen" werd hij
verbonden aan de proefpolder-com-
missie (Andijlt); hij heeft sedert dat
tijdstip (februari 1928) zijn beste
krachten gegeven aan de ontginning
van de drooggelegde polders in het
IJsselmeer, sinds 1936 als hoofd van
de cultuurtechnische en wetenschap
pelijke afdeling.
De verbinding van ir. Minderhoud
(61) met de dienst is van jonger da
tum. Na het behalen v«n het inge
nieurs-diploma in Wageningen in
1925 werd hij spoedig verbonden aan
de Groninger Maatschappij van
Landbouw en was daarvan geduren
de vele jaren secretaris. In 1941 zou
hij aan het openbaar lichaam De
Wieringermeer even voor de ver
huizing van de dienst naar Zwolle
worden verbonden als hoofd van
de sociaal-economische afdeling, maar
het voorstel strandde bij de toen
malige waarnemend secretaris-gene
raal van financiën Rost van Ton
ningen, die een andere kandidaat
(partijgenootbeschikbaar had.
Eerst na de oorlog, met ingang van
1 januari 1946, kon ir. Minderhoud
in de voor hem gedachte functie
worden aangesteld. Die sociaal-eco
nomische functie heeft hij geheel
opnieuw moeten opbouwen. Er was
bovendien haast bij, tva t de halve
Noordoostpolder was reeds geduren
de de oorlog ontgonnen. De cultuur
technische afdeling kon vrij spoedig
na de oorlog overgaan tot mecha
nische ontginning, zodat het tijde
lijk staatsbedrijf tot abnormale pro
porties begon uit te groeien. De
bouwkundige afdeling kon door ge
brek aan bouwmaterialen evenwel
moeilijk op gang komen en er kwam
wel eens wat kunst en vliegwerk bij
om tot uitgifte van boerderijen te
kunnen komen. In 1954 volgde ir.
sppr Minderhoud de toenmalige directeur-
L landdrost dr. ir. S. Smeding op.
- In deze laatste functie heeft ir.
Minderhoud, die bovendien zitting
had in tal van commissies en ver-
enigingen, bijzonder «ruchtbaar werk
kunnen doen. Als landdrost bur
gerlijk bestuurder van het gebied
van de Noordoostpolder, dat eerst
1 juli van het vorig jaar tot zelf
standige gemeente we d verheven
had hij een vrijwel dictatoriale
macht, maar daarvan is in feite nooit
iets gebleken en het is bekend, dat
hij nimmer is afgewekën van de
meerderheidsgedach' van zijn advi
seurs.
Zlr. Van Steen, ook al afkomstig uit
het zuidwesten van het land, (hij
werd op 4 april 1898 in Roosendaal
geboren), heeft de inpoldering van
de voormalige Zuiderzee vrijwel van
het begin af meegemaakt. Toen hij
in februari 1928 was afgestudeerd,
dacht hij erover naar het toenmalige
Nederlands-Indië te gaan, maar zijn
benoeming tot ingenieur bij de proef-
polder-commissie Andijk, die een
half jaar tevoren haar praktisch werk
had kunnen beginnen omdat deze
polder was drooggevallen, lag toen
reeds enkele weken klaar. Die mod
dervlakte trok de jonge ingenieur
Van Steen wel -an en hij gaf zijn
Indische plannen dan ook maar met
een op. Volgens de toenmalige plan
nen van de regering, kon het cultuur
technisch werk bij zulke inpolderin
gen beperkt blijven tot .zwart maken
van de grond", waarvoor tien gul
den per hectare was uitgetrokken
Het is mede een van de grote ver
diensten van de reeds genoemde dr.
ir. Smeding geweest, dat hij bij de
regering heeft weten te bewerken,
dat met droogmolen en bedijken het
werk aan de inpoldering van het
IJsselmeer niet was afgelopen. Er
moest een studie gemaakt worden
van het in cultuur brengen van
Zoute" gronden. Dat bracht hem in
aanraking met de problemen van
de kwelderpolders in Groningen en
Zeeland. En toen kort daarop de
Wieringermeer kwam droog te lig
gen. was ir. Van Steen de eerste, die
het water achterop liep om te zien
welke soort grond wel aan het dag
licht was gekomen. In 1936 werd hij
als opvolger van een oudere broer
van ir. Minderhoud ir. A. Minder
houd hoofd van de cultuurtech
nische en wetenschappelijke afdeling
van het openbaar lichaam De Wie
ringermeer, die toen ook al voorbe
reidingen moest treffen voor het in
cultuur brengen van de Noordoost
polder, die in 1941/1942 droog viel
Intussen was hij omstreeks 1940
plaatsvervangend directeur gewor
den.
t