HET RAADSEL ECIL 1 Alfredo Middenstand en jeugd van Dongen in het geweer DE FLUIT MET ZES SMURFEN Het derde ICC-Concours SNELFIX de snelle lijm *98^ Ceta-Bever 0/0 Moord in d@ Moskee Sprookjesbos DE EFTELING BE SOEPSTE Echte stierengevechten in Tilburg DE BALDAKIJN Jonge Tonelisten dingen naar drie goede prijzen Saneringsacties van burgemeester roepen verzet op smËmÈÊÊ lêpP BIJ LUSTRUM VAN STUDENTEN ZATERDAG 20 APRIL 1963 PAGINA 19 ÏÏRIC DE NOORMAN „Vrees niets, Egil, wij weten dat je de waarheid gesproken hebt, want onze mannen hebben de oude min weten te vinden,,' roept de voorste der krijgers de sidderende Wuffa toe. En even later dringt Aldor zelf zich glimlachend door de om Wuffa heen staande krijgers heen. Deze begrijpt onmiddellijk, dat men hem voor zijn dubbelganger aanziet. Als hij er nu maar in slaagt Aldor en zijn mannen in die waan te laten, kan hem, om een of andere voorlopige nog voor hem duistere reden, niets gebeuren. „Toen wij merkten, dat je gevlucht was, dachten We eerst, dat je toch werkelijk Wuffa was", grijnst Aldor, „kom beste jongen, kijk maar niet zo sip, wij zijn je vrienden." „Gelukkig", stamelt Wuffa en dat meent hij uit de grond van zijn hart, want daarmee is het gevaar geweken... tenminste, zolang hij zich niet verspreekt. „Wat Sa je nu doen?" vraagt hp dan. „Tja... we kunnen een boodschap naar Noorwegen sturen," antwoordt Aldor, .„want de kans is natuurlijk groot, dat de echte Wuffa daarheen gebracht is door Ulfa, zoals jij hem noemt. Maar dat kan allemaal heel lang duren en eigenlijk heb ik een beter plannetje bedacht. Als je tenminste wilt en durft meewerken." Wuffa knippert onzeker met de ogen: „D-dat ligt er maar aan," pre velt hij voorzichtig; „wat voor een plan heb je, Aldor?" „Ha, je bent een kerel," grijnst de aanvoerder der vogelvrijen. „Kijk, ik heb bedacht, dat we nu de kans hebben Harg en zijn bende beulen in één klap on schadelijk te maken, maar dan zou je naar de burcht moeten gaan. Durf je dat?" Een grijns van oor tot oor toont Wuffa's gezicht nu. Werkelijk, mooier kan het al niet gaan en hij heeft nog nooit zo vurig de waarheid gesproken als thans, nu hij antwoordt: „Voor dat plan netje van jou ga ik graag naar de burcht terug!" >B as7^\ uulue u/ssch/ea/ -irrr r door MARTIN MONS ïi MOCO 1 BREDA, 19 april In het zuiden klinken steeds meer protesten tegen de overvloed van zonder vergunning ge- weeen*6 re<:lames langs dc openbare wordt ('e meeste gemeenten den n°s nauwelijks de hand gehou- van a'-)n, de voorschriften. De gevels i winkels en oude boerderijen langs Tfi„ïf;'^!irrs.lv<'Ken zlin volgeplakt en Volgetimmerd met affiches en blikken reclameborden. De burgemeester van het Brabantse leer- en schoenendorp Dongen wil er wat zijn gemeente be treft een einde aan maken en is ten strijde getrokken tegen winkeliers, dié hun panden vol hebben laten hangen met reclameleuzen en sigaretten- of andere automaten. Deze actie van de burgemeester, kalmpjes ingezet, dreigt Bu uit te groeien tot een fikse rel. Het eerste procesverbaal is al geval len, nadat het gemeentehuis een kleine reeks waarschuwingen had gestuurd. De handeldrijvende middenstand mop- Pert, dat de burgemeester van Dongen een dode plaats wil maken en dreigt hem een handje te zullen helpen door bU wijze van represaillemaatregel een Paar weken lang alle lichtreclames en etalagelichten gedoofd te laten. Burge meester Kooijman, die sommige winke- hers persoonlijk ging aanzeggen, dat Oe bontgekleurde reclameborden van de gevels moesten, zegt over de zaak: >,Ik heb niets tegen goede lichtrecla mes, die kunnen het straatbeeld op- missen, maar ik wil voorkomen, dat het dorp één kakelbonte etalage ivordt". Overigens wordt er in Dongen nog jheer gesaneerd. Op Tweede Paasdag ls de plaatselijke rijkspolitie een grote hctie begonrien tegen de dansende jeugd beneden de achttien jaar, die krachtens een politieverordening geen jhegang tot openbare dansgelegenheden heeft. Bij bosjes werden de jongelui hit de plaatselijke danszalen verwij derd. Bovendien werd het gemeente lijke; park, geliefde plaats om te minne kozen, duchtig uitgekamd. De jeugd, danig in haar wiek geschoten, heeft ?t> de eerste maatregel gereageerd met een protestoptocht naar het huis van de burgemeester. ZJi.SAi.LBS MEELOOPT ZJAS WE MORGEAS SAS DB LOOP VAAS DE DAG KLAAR DAAS KUSSASEAS cSULL/B PEPERSACK VERDER JAS A/U ZAL SK DE f HELE DAG LAS VAAS HOOFOPUAS HEBBEK/. DAT VS" us AT SQaJ- OEfZS WATDAT BETREET HEB /KUB AL AFGEVRAAGD HOB WE KEM TERUG ZULLE K V/A/DEAS! WE HEBBEK ERGEE AS FLAUW /DEE VAAS WAAR HU USTHAASGT.' AS/EZ UAAR WU <1. wel! J si lAX OORDJ SK ZE/ iSULL/E AL DAT BASKELE SMURFEAS HEM OVERAL VOLGEAS! ZB HOUDEAS OASS OP DB HOOGTé. VAAS ZUAS DOEAS BAS LATEAjl ZODRA DE FLU/T KLAAR SS GEEF /K HUAS ORDERS UiSLL/B ASAAR HEU TOE TE 3REA/GE AS J (Van onze kunstredactie) AMSTERDAM, 20 april Een be langrijk aantal jonge toneelspeelsters en -spelers zal op donderdag 25 april optreden voor een jury met gevestigde namen om deel te nemen aan het Con cours voor Jonge Tonelisten, een wed strijd die is georganiseerd door de di recteur van het Internationale Culture le Centrum te Amsterdam, de heer Jo Elsendoorn. Drie jaar geleden organi seerde het ICC voor het laatst een der gelijk concours. Winnaar was toen Pe ter Oosthoek. Het eerste concours werd gewonnen door Henk van Ulsen. De deelnemers van dit jaar zijn: Joop Admiraal, Arthur Boni, Jacques Com mandeur, Kees Coolen, Hans en Jules Croiset, Rudolf Damsté, Carol Linssen, Guido de Moor, Willem Njjholt, Huib Rooymans, Jules Rooyaards, Eric Schneider, Will van Seist, Dolf de Vries en de dames Kitty Courbois, Thérèse Steinmetz en Lucie de Vries. In de jury zullen zitting hebben: Ma ry Dresselliuys, Caro van Eyck, Elise r Advertentie) 7 (Advertentie) BELEGGING van kas- en geldmiddelen op termijn. Interess. mogelijkheden met 100 waarborg. Rentevergoeding tot 7 per jaar. Vragen om Inlichtingen worden strikt ver trouwelijk behandeld door: M. A. C. Pruys van der Hoeven, Bedrijfsadviseur, Scholten- straat 25. Leiden. Tel 0171023797 Hoomans, Ank van der Moer, Han Bentz van den Berg, Joris Diels, Karl Gutt- mann, Ton Lutz, Guus Oster, Gerard Rekers en Jan Teulings. De eerste prijs is 1000 gulden groot en is beschikbaar gesteld door het Prins Bernhard Fonds: de tweede prijs is 600 gulden, afkomstig van de gemeente Am sterdam en de derde 400 gulden groot komt van het Nederlands Toneel Ver bond. Alle deelnemers spelen vflf minu ten uit een klassiek en vijf minuten uit een modern stuk. De meesten hebben in het eerste genre Shakespeares gekozen; bjj het tweede komt de naam van Iones- co nogal veel voor. Degenen, die door dringen tot de finale op zaterdag 27 april a.s. om half twee in het Nieuwe de la Mar Theater, mogen nog een vrjj nummer brengen. Voor toegangsbewij zen kan het publiek zich wenden tot het ICC te Amsterdam. Hij besloot eerst uit te kienen, wat wel de reden *on zijn, dat juist hij het slachtoffer moest worden ^an deze machinaties. Haat? Hij was er zeker van Seen enkele vijand te hebben. Neen, haat als drijf- eer was onmogelijk. Eigenbelang'? Dat kon. Maar aan geen financieel belang. Hij mocht nu wel sinds hicht Suze's dood schatrijk zijn, maar wie had er aan, als hij stierf? Zolang Leo leefde niemand. Wai zeHs a's die X er in slaagde Leo ook... Och, lana een anzln kletste hii nu. Er bestond in Neder- anq geen doodstraf, ergo, er was geen sprake van hem ITloord langs een omweg. Neen, degene, die ove T" deze s'tuat'e ha<d gebracht, voelde tegen- Het persoonlijk niet de minste animositeit, te stWn s er 116111 a"een maar om te doen zich veilig dan 1100 kon een moordenaar veiliger zlin TnisrtWaJlneer een an(üer werd veroordeeld voor zijn veiliof? '1 Dat was llet en'Se, dat deze man zocht: De m J En hlJ was de meest geschikte zondebok, len vIoc>Trdenaar had zijn keus ook kunnen laten val- hiet t h°' Natuurlijk had hij een reden gehad dat beznot oen- Als de moordenaar onder de moskee- hehho„TS te vinden was, zou hij alle redenen gehad LPn ,!T„ j niet in de zaak te betrekken. Als hij Van j deze r°l had gekozen, zou de aandacht Wat Ho P°"tie automatisch op de moskee en al kon J„armoe samanhing worden gericht. En dat Dio T(j>-r werkeljjke schuldige gevaarlijk zijn. er ncfi u a m EI Hoessein? Och neen, die had met het minste voordeel bij tante Heieen te vermoorden. Levend was ze voor hem voordeliger dan dood. Neen, hij kwam er niet uit. Die kerel was hem te slim af. Hij zag geen kans... Ze zouden hem eenvoudig niet willen geloven. En hij kon hun moei lijk ongelijk geven. Welk zinnig mens geloofde nu zo n stripverhaal? „Luuk?" zei Leo Verweert, „Luuk? Luuk zou een handelaar in narcotica zijn en een moordenaar?" Hij begon zenuwachtig te lachen. „Maar dat is toch kwatsch, mijnheer Perquin, doodgewone kwatsch! zegt u toch ook eens, oom Abdoellah, het is immers onmogelijk, dat Luuk..." hals de inspecteur het zegt..." Professor De Pauw haalde moe de schouders op. „Jij moet nu zo langzamerhand ook wel tot de conclusie zijn geko- m?r; i?ati er n'ets onmogelijk is." ir-H verongelijkt voor zich. Professor De Pauw was altijd gesteld geweest op een rustig leven zonder botsingen of grote emoties. Die arme Heieen had hem dat dikwijls moeilijk gemaakt. Haar dood was hem, ook al zou hij zichzelf dat nooit willen be kennen, een verlichting geweest. Maar inplaats van beter scheen het leven er nog turbulenter en vrees wekkender door geworden. De manier waarop die arme Welmoet was gestorven... Hij nam het He- leen, ook al was ze dan dood, erg kwalijk, want al deze Grand Guignolgebeurtenissen vonden ten- slotte hun oorsprong in haar dwaze bevliegingen, haar gebrek aan evenwicht. Dikwijls zocht hij zijn toevlucht hp Lily van Heerdt. Lily had alles, wal die arme Heieen steeds had ontbroken Tact een gelijkmatig humeur, een gevoel voor verhoudingen. Als hij bij haar kwam, kon hij altijd zeker zijn van intelligente gesprekken over dingen, die hem inter esseerden. Of beter gezegd,, die hem geïnteresseerd hadden. Want het enige, waarin hij nu nog belang stelde, was de vraag of verdere schokken hem nu eindelijk eens bespaard zouden blijven. Of die lange politie-inspecteur, die maar kringetjes scheen te lo pen, er nu eens in zou slagen deze ellendige historie op te helderen. De zorgvuldigheid, waarmee Lily van Heerdt elke toespeling op de recente gebeurte nissen vermeed, scheen hem een overmaat van tact, die grensde aan het gevoelloze, om niet te zeggen, dat zij blijk gaf van weinig begrip of mede leven. Als hij bij haar zat in haar zo verantwoord ingerichte kamer en haar rustig betoog over alles en nog wat hoorde, kreeg hij soms zin te vloeken of de boel in elkaar te trappen. Wat voor een vrouw was Lily toch, alles wat er de laatste tijd aan enor miteiten was gebeurd zo volkomen te negeren? Als of je het daardoor ongedaan kon maken. En nu kwam weer die politieman en vertelde, dat Luuk, die hij van klein jochie had gekend, een moor denaar was en handelde in verdovende middelen! Enfin, dat kon er nog wel bij, dacht hij verongelijkt Langzamerhand leerde hij wel zich over niets te verbazen. Hoofdinspecteur Perquin keek van zijn gemelijk ge zicht naar de goedige hondekop van Leo Verweert. Onder een voorhoofd, dat een en al rimpel was, zagen zijn melancholieke ogen hem verslagen aan. Zoals altijd in ogenblikken van crisis hield zijn ene hand weer stevig de benedenhelft van zijn gezicht omklemd, alsof hij bang was, dat het uit elkaar zou vallen. „Ik begrijp waarlijk niet, hoe u op zo'n dwaas idee komt," hield hij vol. „Ik weet wel, dat er dikwijls moeilijkheden waren tussen mijn broer en tante Cha- didja, maar die waren er al jaren. Al sinds wij als kinderen bij oom en tante in huis kwamen. Maar je kunt toch wel niet met iemand kunnen opschieten zonder hem te willen vermoorden? En wat Welmoet betreft, Luuk was dol op Welmoet. Tenminste...." „Tenminste, mijnheer Verweert?" „Heb ik tenminste gezegd, dan weet ik werkelijk niet waarom. Luuk was dol op Welmoet, werkelijk, inspecteur. Ze hadden nooit ruzie. Tenminste zo goed als nooit. Ook bij de beste verstandhouding komt toch wel eens een enkele keer... een enkele keer..." Hij keek Perquin hulpeloos aan. „Zeker, zeker," suste deze. „En als ieders zenuwen dan zo gespannen zijn... U begrijpt wel, dat na tante Chadidja's dood we allemaal op waren van de zenuwen..." Leo," viel professor De Pauw wrevelig uit. „Ik kan tante werkelijk niet anders noemen, oom. Ik heb het gevoel, dat, als ik dat deed, zij..." Ditmaal was het hoofdinspecteur Perquin, die hem in de rede viel. (Wordt vervolgd) Een fraai kasteel in het park van de Efteling in Noordbrabant. Op zekere dag kwam een van de oorlog terugkerende soldaat op zijn voettocht bij een dorp. De lucht was grauw en de soldaat had honger. Hij klopte aan bij een hlis aan de rand van het dorp en vroeg iets te eten. „We hebben zelf niets", zeiden de men sen en dus liep de soldaat door. Hij klopte aan bij het volgende huis en- vroeg iets te eten. „We hebben zelf niets", zeiden de mensen. „Heb je een grote pot?", vroeg de soldaat. Ja dat hadden ze, een grote ijzeren pot. „Heb je water?" vroeg hij. Ja, ze hadden water zat. „Vul de pot met water en zet 'm op het vuur", zei de soldaat, „want ik heb een soepsteen bij me". „Een soepsteen?", zeiden ze, „Wat is dat?" „Dat is een steen, die soep maakt", antwoordde de soldaat. En ze gingen allemaal om hem heen staan om dat wonder te zien. De vrouw des huizes vulde de grote pot met water en hing 'm boven het vuur. De soldaat nam een steen uit zijn zak (hij zag er uit els elke wille keurige steen, die je van de straat zou oprapen) en gooide die in de pot. „Laat het nu maar koken", zei hij. En zo gingen zij zitten wachten tot het water zou gaan koken. „Heb je misschien nog een beetje zout? „vroeg de soldaat. „Natuurlijk", zei de vrouw en zij haalde de doos met zout te voorschijn. De soldaat narr een handvol zout en gooide dat in de pot, want het was een grote pot. Toen gingen zij allemaal weer zitten wachten. „Een paar wortelen zouden er goed in smaken", zei de soldaat verlan gend. „Oh, we hebben wel een paar wortelen", zei de vrouw en ze haalde ze meteen vanonder een bank van daan, waar de soldaat ze al had zien liggen. De wortels gingen ook het wa ter in. En terwijl de wortels stonden te koken vertelde de soldaat hen van zijn avonturen. „Een paar aardappelen zou ook niet gek zijn, denk je niet?", zei de sol daat. „dat zou de soep een beetje bin den." „We hebben wel wat aardappelen", zei de oudste dochter. „Ik zal ze even halen. „Ze deden de aardappelen erin en gingen weer zitten wachten tot de soep klaar zou zijn. „Een ui geeft er extra geur aan'", zei de soldaat. „Ga hiernaast bij de buren een ui vragen", zei de boer tegen zijn jong ste zoon. Het kind ging weg en kwam terug met drie uien. Ook de uien gin gen in de pot. Terwijl zij zaten te wachten, maakten zij grapjes en ver telden elkaar verhalen. en ik heb geen kool meer ge proefd sinds ik het ouderlijk huis ver liet", zei de soldaat aarzelend. „Ga naar buiten en trek in de tuin een kool uit," zei de moeder. En een klein meisje holde naar buiten en kwam met een kool terug. En ook die ging in de pot. „Het zal nu niet lang meer duren", zei de soldaat. „Nog eventjes", zei de vrouw terwijl zij met een lange spaan in de pot roerde. Op dat moment kwam de oud ste zoon thuis met twee konijnen. „Dat hebben wij net nodig voor het op smaak brengen", riep de soldaat uit. In enkele minuten waren de ko nijnen in stukken gesneden en in de pot gegooid. „Ha", zei de hongerige jager. „Ik ruik een heerlijke soepgeur". „De reiziger heeft een soepsteen meegebracht", zei de boer tegen zijn zoon," en hij maakt er nu in die pot soep mee." Eindelijk was de soep klaar en zij was goed. Er was genoeg voor ieder een: de soldaat en de boer en zijn vrouw, de oudste dochter en de oudste zoon, het kleine meisje en de jongste zoon. „Het is een verrukkelijke soep", zei de boer. „Het is zo", zei de soldaat, „en hij zal altijd weer soep maken, als- je maar steeds het recept volgt, dat wij vandaag hebben gebruikt. Ze aten de soep helemaal op. En toen de soldaat afscheid nam gaf hij de vrouw de steen uit dank voor haar vriendelijkheid. Zij stribbelde beleefd tegen. „Laat maar", zei de soldaat en vervolgde zijn reis zonder steen. Gelukkig vond hjj een nieuwe, net toen hij het vol gende dorp naderde. (Bovenstaand oud verhaal uit België is uit de verzameling „Ride with the Sun", die is samengesteld door H. Courlander voor de Verenigde Naties Vrouwen Liga en uitgegeven door Mc Graw Hill Book Company Inc.) Een baldakijn is een uit een kost bare, meestal met goud- en zilver draad doorwerkte stof vervaardigde hemel voor een altaar, troonzetel, enz. Ook het afzonderlijke vleugelmidden stuk van een vliegmachine, waaraan de bovenvleugel bevestigd is, draagt de naam baldakijn. Het woord komt van het Italiaanse baldacchino, dat is zijde van Baldac (de Latijnse naam voor Bagdad), welke stad beroemd was om haar met gouddraad bestikte zijden stoffen. Het beroemde ontspanningspark te Kaatsheuvel in Noord-Brabant is in zijn twaalfjarig bestaan uitgegroeid tot een van de bekendste van Nederland. Van vèr buiten de landsgrenzen komen de bezoekers, aangelokt door de ro mantische bekoring van het sprookjes bos, dat nergens in Europa zijn weer ga vindt. Alle sprookjes, die je uit je jeugd herinnert, worden er levensgroot in beeld, klank en beweging,t ot werke lijkheid gebracht. En toch beslaat dit uitgestrekte sprookjeswoud nog maar een klein gedeelte van de 150 ha grote oppervlakte. Uitgestrekte bossen, on afzienbare kano- en roeivijvers, siei> tuinen en meren, duinen, watervallen en vogelvijvers, vormen een landschap van een bekoorlijke en veelzijdige schoonheid. In deze prachtige omgeving komen de verschillende attracties bijzonder goed tot hun recht. De grote speeltuin bijvoorbeeld, wordt overschaduwd door hoge dennen, het prachtige zwembad ligt omsloten door bossen en heuvels en ook de sprookjesfiguren van Grimm en Andersen werden in hun natuur lijke omgeving teruggevoerd. Wij kunnen natuurlijk niet alles af zonderlijk opnoemen, maar als je er eens komt, verzuimt in geen geval om de ouderwetse draaimolen, de stoom- carrousel van Janvier te bezoeken. Of een ritje op een pony te maken, een voorstelling bij te wonen in het pop pentheater of je eigen trein te bestu ren op het uitgestrekte kinderspoorter- rein. Er is een heleboel te beleven in de Efteling. Een hoekje van een sprookjesvijver kasteeltoren in het park van De Efteling. 8!IÈ»« Levensgroot zijn de paddestoelen in het prachtige sprookjesbos van de Efteling te Katsheuvel. (Van onze verslaggever) TILBURG, 19 april Het Tilburgs studentencorps St. Olof gaat van 8 tot en met 20 mei zijn zevende lustrum vieren met een aantal spectaculaire evenementen. Daaronder vallen op de eerste plaats twee echte stierengevech ten, die wel het summum zullen vor men van wat er aan Spaanse attrao ties geboden wordt. De Tilburgse stu denten vieren hun lustrum nl. als Spaanse Brabanders hetgeen hun inspi ratie heeft gegeven voor allerlei zuide lijke activiteiten. Om de dierenbescher mers vooral niet kopschuw te maken is besloten, dat de stieren niet zullen worden gewond of gedood. De stierengevechten de eerste in Nederland worden gegeven op 11 en 12 mei, resp. om half drie en half twee in een speciaal gebouwde arena bü het sportpark aan de Goirleseweg. Op de tribunes is plaats voor 7000 men sen. De in ons land verblijvende Span jaarden krijgen reductie op de prijzen. In elke voorstelling treden vijf stie ren op, afkomstig uit fokkerijen in Camarque, Z.-Frankrijk. Ze worden te paard bevochten door befaamde stierenvechters, die tussen de hoorns van de stieren cocardes zullen weg trekken in plaats van de woedende dieren de doodsteek toe te brengen. De dierenbescherming heeft zich met de bloedeloze gevechten akkoord ver klaard.. Belangrijke punten van de lustrum viering zijn verder: een studiedag over het thema „Europees Europa" op 10 mei. waarop prof. dr. B. Vlekke uit Leiden een inleiding zal houden over het begrip machtspolitiek: een studen ten-cabaret-festival op 14 mei, met als deelnemers het Amsterdams studenten cabaret Sing-Sing, het Berlijns studen tencabaret „Die Sieben Schafe" en de studentencabarets uit Nijmegen en Wa- geningen; een galaconcert door Het Bra bants Orkest op 16 mei en een officiële herdenking van de 35-ste dies op 18 mei. Op deze dag zal prof. dr. F. van der ven als ere-lid van het corps worden geïnstalleerd en zal de Brits- onder minister van Buitenlandse Zaken Edw. Heath de feestrede houden. Het Til burgs studententoneel geeft 's avonds de Nederlandse première van het toneel stuk „Los etudiantes de Salamanca" van Scarron, vertaling ;n bewerking Fried Peters. Verder is er in en buiten Tilburg ook in het jubilerende Oisterwijk en zelfs op slot Loevestein nog van alles te doen, o.a. sigarenrookwedstrij den voor bejaarden, springconcoursen, soirées, vuurwerken en sporttoumooi- en.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1963 | | pagina 19