en naai
machines
Ik wil van die poppen af
JOOP GEESINK - morgen 50 -
de man die niet kan verliezen
Vriendelijkemoderne
Bul Super-figuur
,WAMPA'S" stippelen
de grote politiek uit
Aanblijven van
ir. Djuanda is
niet zeker
Twee miljoen
communisten
Het begon met een toeristisch uitstapje....
Utrechts echtpaar werkt onder
Indianen van Bolivia
zoekt geld
ZATERDAG 27 APRIL 1963
Zeventien jaar geleden lachte
men Joop Geesink in zijn
gezicht uit. „Dollywood?
■Leuke naam. Maar zie er maar
eens geld uit te krijgen", zei men.
Als men „Dollywood" noemde,
aan dacht men onwillekeurig aan
een vriendelijk wereldje waar ge
snorde en gebaarde mannetjes
^et grote petten op en toeters
voor hun mond in kleine, fris ge
schilderde, houten gebouwtjes
me studio's moesten voorstellen
aanwijzingen schreeuwden
tegen elfjes die het sprookje niet
begrepen. Men dacht aan een Dis-
ney-achtig paradijsje, een beschei
den imitatie van het grote Ame-
rjkaanse voorbeeld, waar men
zich dag in dag uit onledig hield
jhet „filmpje spelen". Men speeh
1° Dollywood Hollywood in het
klein", zei men.
Bul Super-figuur
Geen „Pare!"
by
Reclameschilder
Ja, heft wa« mijn werk na oen-
Het immense bedrijf met zijn
150 man personeel, met zijn pro
duktie van 600 a 700 films per
jaar moet het even zonder de baas
doen. De artiest, de zakenman, de
tekenaar, de poppenman, de orga
nisator, de filmer Geesink gaat
naar huis. Naar zijn vrouw en
kinderen. „Ik heb een zoon hij
is twintig die naar mijn gevoel
beter tekent dan ik. Hij heeft alles
om in dit bedrijf te slagen. Alleen:
hij is wars van alle commercie, hij
gaat vast een andere kant uit.
Nee, een opvolger heb ik nog
niet," zegt hij, iets zachter.
Kan Joop Geesink dan toch
verliezen?
„Ik heb vijf kinderen," zegt hij
bij het weggaan.
Dit is het verhaal van een
Utrechts echtpaar, dat op
vijftigjarige leeftijd een
nieuw leven begon. Het ging in
1956 voor de tweede maal op de
huwelijksreis en vierde zijn zilve
ren bruiloft met een toeristisch
uitstapje van drie maanden-naar
Bolivia, een van de Zuidameri-
kaanse staten ten westen van
Brazilië. Het echtpaar vermoedde
toen nog niet, dat het in dit verre
land een nieuwe levensbestem
ming zou vinden. Maar Bolivia
liet het echtpaar terug in Hol
land niet los.
Naar de yungas
Ziekenhuis
Met een beminnelijke welwillendheid
Zagen de mensen op dit amusante be
drijfje aan de Duivendrechtsekade in
Amsterdam alleen te bereiken via
een ontmoedigend hobbelweggetje
heer. Het amusante bedrijfje, gesticht
hoor een „artistiekerige meneer die in
Poppen deed", is nu uitgegroeid tot een
sterke, over de hele wereld bekende,
tmancieel zeer gezonde N.V. waar ieder-
een maar al te graag zaken mee doet.
Morgen wordt Joop Geesink 50 jaar.
Hij viert die dag een dubbel jubileum.
w"ant tevens herdenkt hij dan het feit
hat hij 25 jaar geleden ,,in het vak"
ging. Hij heeft er nooit een dag spüt
van gehad, al wordt hij soms „ziek"
zoals hij zelf zegt van de mensen
hie hem begroeten met: oh, bent u
me meneer van de poppen. ,,Ik wil van
hie poppen af", zegt Geesink. ,,Of lie
ver: ik wil van dat overbekende re
freintje af. In het buitenland vooral
kennen de mensen mij van de poppen.
Ik weet het niet," zegt Geesink, „maar
3e voelt je net zo'n spullebaasje. En
waarachtig, ik heb in al die jaren toch
iets opgebouwd; ik heb toch ook wel
Iets anders gedaan dan met poppen
werken."
Joop Geesink heeft inderdaad iets an
ders gedaan. Hy, de indrukwekkende
xiguur met de „onmiskenbare leiders
gaven (in zpn uiterlijk vertoont Gee
sink wel enige gelijkenis met de uit
Tom Poes-verhalen bekende Bul Super
alleen kijkt hij wat vriendelijker) heeft
in - weinig jaren een bedrijf opgebouwd
dat hoewel nog altijd slecht te berei
ken via de hinderlijke hobbelweg in
kinnen- en buitenland een grote faam
heeft gekregen. En terecht.
Aan de wanden in zyn merkwaar
dige, eigenlijk vrp eenvoudige direc
tiekamer in studio 2 hangen de zeven
tig prijzen die hij met zyn films in
he afgelopen jaren heeft gewonnen:
herinneringstegels, ere-medailles, be
kers en oorkonden uit Venetië (Biën
nale), Milaan, Home, Berlin, Monte
Carlo, Cannes, Arnhem, Amsterdam,
Oberhausen en verschillende steden
bit de Verenigde Staten. Hö kijkt
er met gepaste trots naar. Met zijn
hen-minuten film „The Travelling
Tune", een produktie waarin voor het
eerst in de geschiedenis van de re
clamefilm papieren poppen werden
gebruikt en waaraan anderhalf jaar
heel hard is gewerkt, behaalde hy
hefst zeven onderscheidingen tegelijk.
~e film heeft in de hele wereld ge-
hraaid.
Le zeventig prijzen heeft Joop Gee-
f'.hk niet cadeau gekregen. Hij en zijn
uitgebreide staf van medewerkers (re-
vntelijk wist hij de ex-hoofdredac-
«hir van het NTS-joumaal Carel Enke-
Tjfr als directeur voor zijn tweede be-
Arhf, de N.V. Starfilm aan te
j'ökken) hebben er voor moeten wer-
,eh. Maar alleen met hard werken
men er niet. Br moet talent en
«kkennis bijkomen. En wat dit laat-
r-e betreft behoeft Joop Geesink voor
ie n> van z«n wellicht beroemdere col-
Sa's in het buitenland onder te doen.
Hfl kan het dan ook ergens niet
goed verkroppen dat de eerste en
tot dusver enige niet-commerciële
(Vi„, speelfilm die hp gemaakt heeft
«*t leven van Willem Parel) min of
Bolfu een mislukking is geworden. Da-
ijks wordt hij benaderd door talloze
een n die hem verzoeken nogmaals
film ?°Sing te wagen om een speel-
beeim brengen. Maar Joop Geesink
de mL er v°orlopig niet aan. Hp is er
maai hiet naar om voor een tweede
lem o n bet schip te gaan. Van de Wil-
mer melfilm ze& bp: „Het is jam-
Man' we, geloofden er eigenlpk wel in.
jUi„, WU konden niet vermoeden dat
korrL .Willem Parel-publiek niet is
Wei 2. kyken. Achteraf begrijp je het
kchtp ?ar ia achteraf.Hij trekt met
lano-I "aaitjes aan zpn buitengei
lane» "aaitjes aan zpn buitengewoon
conrtk„S1,?.aar en wimpelt in enkele se-
een i? bd twee „dode" telefoontjes en
hii •,;„,?e!lde bezoeker af. Dan draait
groot"" "aiJ om en wpst ons op een
Kijk T" lerrein achter de studio's,
bouwen t?r komen onze nieuwe ge-
Alle Het is geen doen meer hier.
BovenHi„ Uw-?n 7bn te klein geworden,
te sorin^11 zb" ze verouderd. Wij zitten
het hio en om meer ruimte. Wy kunnen
er nauwelijks meer af..."
film>"yWOO(1 en sinds 1955 °°k Star-
Word Z^n Van bedryfJ6®, bedrijven ge
in Ren" Jo°P Geesink heeft kantoren
lian T en Milaan Dolly wood-Ita-
Stoevi! Dusseldorp, New York, Parijs,
ri„C ,olm en Londen. Hij verzorgt tal-
ten|6 j reclame"(>Pdrachten in het bui-
(vooral Amerika). Dit speciale
evert hem tachtig percent van
b totale inkomsten op.
G^fnk ^ent beeft de Jonge Joop
hi? ni? re i n kuimen denken, toen
n.b,aIs. reclame-schilder in Den Haag
schrik ™6S w P.nfiteinse lieden de
schreon P e het joeg met zijn
schreeuwende reclameborden. „De bor-
v®", dle ik schilderde hebben indertijd
yeel wat ergernis gegeven, geloof ik.
maal..Op zijn negentiende jaar werkte
hp bij een reclamebureau. Hij maakte
tekeningetjes en lay-outs aan de lopen
de band. Het beviel hem niet. Door
Bob Peters kwam hij in aanraking met
de show-business. Hp ontwierp kos
tuums en decors voor tal van voorstel
lingen. Voor de film „Spooktrein" (met
o.a. Fien de la Mar) ontwierp hij de
décors. Toen gingen zijn ogen open.
Geesink rook zijn kans. Een korte tpd
- achttien maanden werkte hij sa
men met Marten Toonder. Al spoedig
begrepen zp dat een samengaan op den
duur onmogelijk zou blijken. Twee ka
piteins op de brug, dat ging niet. Er
werd overeengekomen dat Toonder
zich in het vervolg zou toeleggen op
tekenfilms en Geesink door zou gaan
met het vervaardigen van poppenfilms.
Een jaar na de oorlog richtte Geesink
Dollywood op. Goede contacten met de
Nederlandse Spoorwegen en Philips ga
ven hem een royale start.
In 1947 al won hij zijn eerste prps
met een poppenfilmpje „The big
four" getiteld. De basis was gelegd.
Over de naam Dollywood vertelt Gee
sink het volgende. „In het buitenland
kon men mpn naam maar niet ont
houden. De naam Geesink is voor
een buitenlander dan ook niet uit te
spreken. Toen kwam ik op het idee
om een goede firma-naam te beden
ken. „Dollywood" was voor mp abc.
Later begreep ik dat ik met deze
naam toch „ergens" in de roos had
geschoten".
Het zou niet alléén met de naam zijn.
Dollywood is nog altijd geen
Hollywood geworden, maar het
handjevol personeel uit de begin
dagen is nu uitgebreid tot een omvang
rijke, deskundige staf van medewer
kers: van art-directors tot dolly-duwers,
van cartoon-animators tot sound-engi
neers. Joop Geesink had gerekend dat
er op dit moment in ons land al „re
clame in de televisie" zou zijn. De n.v.
Starfilm heeft een groot aantal recla
me-spots en documentaires klaar lig
gen. Maar het feest ging niet door. „Nog
twee jaar", schat hij. „Dan is het zover,
Wij gaan ons ook bezighouden met
schooltelevisie. Dat wordt heel belang-
rpk".
Waar gaat Joop Geesink zich eigen
lijk niet mee bezig houden? „In ieder
geval niet met liefhebberpen buiten
mpn bedrpf om", is het antwoord. „Ais
ik iets buiten mijn werk zoek, dan ga
ik maar naar de film. Maar dan nog
meer uit een soort sociale verplichting
ten opzichte van mijn vrouw", laat hij
er direct op volgen. „Mijn bedrpf is al
les. Voor de komende reclame-filmdag
in Amsterdam heb ik een mooie pro
duktie gereed liggen. Verleden jaar heb
ben wij geen prps gewonnen. Pech ge
had. De anderen moeten ook eens een
kans hebben". Maar hp zegt het met
een verbetenheid die naar een lichte
verbitterdheid neigt.
Joop Geesink is geen figuur om te
„verliezen". Hij komt altijd terug. Hij
begeeft zich graag op zijwegen. Hij is
nu bezig met de uitwerking van een gi
gantisch, toeristisch object. Het „spekta-
sink's Holland-promenade. Het „spekta
kel" waarover binnenkort uitvoerige
gegevens zullen worden verstrekt komt
in Amsterdam. „Denk niet dat ik Carel
Brielsje speel", zegt Geesink. „A propos
ik vind het een grote vent, die Briels.
Hij had in Amerika moeten wonen. Nee",
zegt hij, „Holland-Promenade gaat iets
groots worden. Het is al voor 99 per
cent „rond".
Hp kpkt weer gejaagd op de klok.
■Sorry, ik moet weg", zegt hp.
FRANS BOELEN.
lr. Djuanda
aantal van zpn taken. De mogelijkheid
bestaat, dat hp volgende maand geheel
wordt vervangen.
Hieronder volgen de namen van de
acht „Wampa's" met daarachter een
omschrijving van hun werkterrein:
Dr. Subandrio (buitenlandse zaken en
buitenlandse economische betrekkin
gen; hp is bovendien belast met
de taken van de eerste minister,
die liggen op het gebied van de
buitenlandse politiek, financiën en
economie).
Dr. Sahardjo (binnenlandse zaken en
regionale autonomie).
Generaal Abdul Haris Nasution (vei
ligheid en defensie).
Generaal-majoor Suprajogi produktie)
Dr. Johannes Leimena (distributie:
ook is hp heiast met de taken van
de eerste minister, die liggen op het
gebied van binnenlandse zaken en
defensie).
Notohamiprodjo (financiën).
Muljadi Djojomartono (openbaar wel-
zpn).
Dr. Ruslan Abdulgani (speciale za
ken en voorlichting: hp volgde als
zodanig in oktober 1962 wpien pro
fessor Mohammed Yamin op).
Vervolgens .zpn er nog drie ..Wam
pa's", die niet belast zijn met een
bijzondere portefeuille. Het zijn:
Chairul Saleh (voorzitter van het
Raadgevend Volkscongres).
Zainul Arifin (voorzitter van het par
lement)
Mr. Sartono (vice-voorzitter van de
Opperste Adviesraad).
In het kader van de „geleide demo
cratie", die een remedie bedoeld te zpn
tegen de destructieve twisten tussen re
gering en parlement, kent Indonesië een
z.g. Gotong-Rojong' '-parlement. „Go-
tong Rojong" is de benaming voor de
wijze, waarop dorpsbewoners met el
kaar een grote taak verrichten. Het
parlement bestaat uit vertegenwoordi
gers van politieke partijen en van func
tionele groepen.
Op 1 januari 1961 was de samenstel
ling als volgt:
P.N.I. 44 zetels, Nahdatul Ulama 36
zetels, P.K.I. 30 zetels. Parkindo 6 ze
tels. Partai Katolik 5 zetels, P.S.I.I. 5
zetels, Perti 2 zetels, Partai Murba 1
zetel en Pertindo eveneens 1 zetel.
De functionele groepen waren als
volgt vertegenwoordigd: Landmacht 15
zetels, Zeemacht 7 zetels. Luchtmacht
7 zetels, Staatspolitie 5 zetels, Boeren
25 zetels. Arbeiders 25 zetels, Islamiti
sche geestelijkheid 24 zetels. Protes
tantse geestelijkheid 3 zetels, Katholie
ke geestelijkheid 2 zetels, Balinese Hin
doe-geestelijkheid 2 zetels, jeugdbewe
ging 8 zetels, Vrouwenbeweging 8 ze
tels en dan nog een groot aantal klei
nere groepen met in totaal 20 zetels.
Het parlement in zpn geheel telt 281
zetels.
Bij speciaal decreet van 5 juli 1959
heeft president Soekarno de grond
wet van 1945 weer van toepassing
verklaard. Het z.g. „Karya Ka
binet" van ir. Djuanda trad daags daar
na af en er werd een nieuwe regering
gevormd, die de nationale politiek, zo
als vastgesteld door de Madjelis Per-
musjawaratan Rakjat (Volkscongres)
moest uitvoeren. Op 9 juli 1959 werd
een „Kabinet Kerdja" geformeerd, dat
heeft gefunctioneerd tot 6 maart 1962.
Op die dag is president Soekarno over
gegaan tot reorganisatie van het kabi
net. Het nieuwe team zou bestaan uit
39 ministers (sindsdien zijn er nog een
paar bp gekomen). Het werd onderver
deeld in acht sectoren: elke sector heeft
deeld in acht sectoren; elke sector heeft
tama of „Wampa") als coördinator.
Eerste minister is nog steeds ir.
Djuanda Kartawidjaja, maar met het
oog op zijn gezondheidstoestand is hp
vorig jaar oktober ontlast van een groot
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIItlllllltlllllfllllllllllllllllllllllllltlllllllVlllllllllllllllllllklIIIIIIIIIIIIIIlllllIIIIIIII
De toename van het aantal christenen en van het aantal christelijke kerken en
kapellen in Indonesië valt af te leiden uit de cijfers, die het Biro Pusat Statistik
te Djakarta in 1961 heeft gepubliceerd:
Aantal katholieken
Aantal niet-katholieke
christenen
Katholieke kerken en
kapellen
Niet-katholieke kerken en
en andere plaatsen van
samenkomst
1956
1.028.529
3.471.283
2.233
7.054
1957
1.075.045
3.603.448
2.233
5.481
1958
1.178.965
3.527.841
2.420
7.731
1959
1.310.712
3.543.533
2.951
7.841
1960
1.367.949
ontbr.
3.039
ontbr.
S:
D. N. Aidit
Bniten het communistische blok heeft
Indonesië de plaats ingenomen van
Italië als het land met de grootste
communistische partij. Op 30 april
van het vorig jaar sprak president Soe
karno het congres van de Partai Ko-
munis Indonesia (P^K.I.) in Djakarta
toe en hij prees toen de partij, omdat
zij in minder dan drie jaar tijds haar
ledental had opgevoerd van 150.000 tot
2 miljoen.
De P.K.I. wordt geleid door de 40-ja-
rige op Sumatra geboren Dipo Nusa-
tara Aidit. Hij is de geestelijke vader
van een theorie over de rol van de
communistische partijen in onder
ontwikkelde landen. Zp beschikken vol
gens Aidit nog niet over voldoende in
vloed en organisatorische geslotenheid
om alleen reeds de leiding van het na
tionale bevrijdingsfront" te nemen. De
bourgeoisie, ook in Indonesië, is nog
te sterk.
De P.K.I. is met name herhaaldelijk
in conflict geraakt met het leger onder
leiding van generaal Nasution.
Daarom meent Aidit, dat de beste
communistische kaderleden in de Afri
kaans-Aziatische landen niet in de partij
moeten werken, maar daarbuiten, in de
massa-organisaties, de vakbonden e.d.
Bp de inter-communistische discussie,
die thans aan de gang is, heeft Aidit
een aantal keren nagelaten het stand
punt, van de Russische communistische
partij te steunen tegen dat van de Chi
nezen. Men heeft daaruit wel geconclu
deerd, dat hp geheel onderhorig is aan
Peking.
Wat daarvan zp, Aidit legt niet het
koortsachtige tempo van de Chinezen
aan de dag. Vorge week dinsdag liet
hp door middel vein het partijblad „Ha-
rian Rakjat" een scherpe waarschuwing
toedienen aan de grote Indonesische vak
beweging, de SOBSI. De vakbeweging
had zich namelijk uitgesproken voor het
opruimen van alle kapitalistische res
tanten in Indonesië.
Die eis is volgens de P.K.I in stijd
met de economische verklaring, die pre
sident Soekarno in maart heeft afge
legd en waarin hp maatregelen aangaf
ter bestrijding van de inflatie, tot ver
hoging van de produktie en tot be
perking van de invoer. Soekarno had
aangetoond, aldus de „Harian Rakjat",
dat het thans nog niet mogelijk is het
kapitalistsme geheel over boord te zet
ten. Volgens het artikel maken de lei
ders van de SOBSI zich schuldig aan
wat Soekarno heeft betiteld als „links
opportunisme".
(Van een verslaggever)
groot is, maar de werklieden weinig in
getal zpn. En zo rijpte het plan als leke-
missionarissen in Bolivia te gaan wer-
ken. Maar de heer en mevrouw Smit
wilden zich niet rauwelings in het
avontuur storten en gingen daarom
nóg eens voor drie maanden naar Bo
livia, om het land nader te bekijken.
Het jaar daarna in 1958 namen
zij een definitief besluit: zij gingen de
paters Augustijnen helpen bij hun mis
siewerk onder de Boliviaanse Indianen.
Na een audiëntie bij paus Pius XII
ondernam het echtpaar voor de derde
maal de verre reis naar Bolivia. Het
bleef er zes jaren. Op sinterklaas
avond vorig jaar kwam het terug naar
Holland; niet voorgoed, maar om en
kele maanden van een welverdiende
vakantie te genieten en tevens belang
stelling te wekken voor hun missie
werk en de projecten, die zij daar op
stapel hebben staan.
Bolivia is veertig maal zo groot als
Nederland en telt 3)4 miljoen inwoners;
de Indianen, de armste bevolkings
groep, maken hiervan zestig procent
uit. In de hoofdstad La Paz 500.000
inwoners hebben de paters Augus-
tpnen de zorg voor een parochie van
40.000 zielen, waarvoor zes priesters
en twee broeders beschikbaar zpn. er
is een groot tekort aan inlandse pries
ters; het groot-seminarie telt slechts
twee inheemse priesterkandidaten.
Na het verblpf van een week in
La Paz vertrok het echtpaar Smit
naar de zuidelijke yungas, daf bete
kent letterlijk „hete grond"; in feite
is het de jungle, de rimboe. Daar
woont een verpauperde Indianenbe
volking en hier vonden de lekemis-
sionarissen een ruim arbeidsveld.
Mevrouw H. M. Smit-Hendriksen (55)
is vroeger aan het nijverheidsonder
wijs verbonden geweest; het lag dus
voor de hand, dat zp hier huishoud-
onderwps ging geven aan de Indianen
meisjes. In eigen huis werd een ka
mer van vier bp vier meter als les
lokaal bestemd, waar veertig leer
lingen, in twee groepen, les kregen.
Die leerlingen waren „sirvientes".
letterlijk „dienstmeisjes" maar, zo
vertelt de heer Smits, in feite niet
meer dan slavinnetjes. Met behulp
van een dozijn oude naaimachines
leerde mevrouw Smit de meisjes
naaien en na een paar jaar bleken
vpf van de veertig meisjes geschikt
om tot lerares te worden opgeleid.
„Wij hadden al eerder het plan al
dus de heer J. W. Smit (56), „om on
ze levensavond te gaan besteden aan
een of ander charitatief werk". Die le
vensavond begon voor hem, toen hij
vijftig jaar werd en hij zijn functie als
directeur van een verzekeringsmaat
schappij te Utrecht neerlegde, om ver
der van zijn pensioen te gaan leven.
In Bolivia had het echtpaar Smit ken
nis gemaakt met het missiewerk van
de paters Augustijnen, die zij al ken
den van het parochiewerk in Utrecht.
Het bleek een missie waar de oogst
De Calle de los Andes in La Paz, waar het echtpaar Smit temidden van de
Indianen woonde.
In Irupana, de missiepost waar het
echtpaar zich had gevestigd, stond al
twintig jaar een ziekenhuis leeg, om
dat er geen medische hulp was. Na
veel vieren en vijven kreeg het echt
paar Smit dit gebouw van de staat in
gebruik en mede dank zp de hulp van
de Nederlandse Memisa wist het er
een modern ziekenhuis van te maken
met een capaciteit van twintig bedden.
Er is echter nog geen arts in Irupana,
maar een der missiezusters, die een
niet door Bolivia erkend artsen-
diploma heeft, doet er vruchtbaar
werk.
Intussen vond de heer Smit een
werkterrein in het op twintig kilo-meter
van Irupana gelegen Lavi, waar hij
met medewerking van paters en broe
ders en dank zp de goede steun van de
Duitse Caritas „Misereor" een land
bouwschool stichtte voor jongens; hy
had er twee jaren onder meer het toe
zicht op de bouw. Uit Duitsland kwa
men later ook deskundige leerkrach
ten, waardoor de heer Smit cum suis
hier overbodig werd.
De lekemissionarissen vertrokken na
twee jaren in Irupana te hebben ge
werkt naar de hoofdstad La Paz, waar
zp in overleg met de paters Augustij
nen in de Indianenwijk gingen wonen.
Daar vonden zp een dankbaar werkter
rein. In deze Indianenwijk begon me
vrouw Smit weer een huishoudschool;
de animo bij de Indianenmeisjes, van
wie velen zelfs geen dak boven het
hoofd hebben, was zó groot, dat bpna
dagelijks dertig tot veertig meisjes
moesten worden afgewezen.
Mevrouw Smit, die nog niet, zoals
haar man, de Indianentaal Aymara
volledig beheerst, geeft les volgens het
Dalton-systeem, een visueel systeem,
waar de meisjes zeer ontvankelijk voor
bleken «te zpn; dit systeem vult zo het
tekort aan, dat het tekort aan taalken
nis veroorzaakt. Er ging al spoedig een
goede roep van deze huishoudschool uit,
zodat de landsregering zelfs leerkrach
ten erop afstuurde, om het systeem af
te kijken. De heer Smit vond in La Paz
een taak als directeur-secretaris van de
diocesane Caritas en was belast met
de verdeling van de hulpgoederen uit
Noord-Amerika; hp moest erop toezien,
dat deze goederen op de goede plaats
terecht kwamen. Daarbij had hp ook
de zorg voor het dagelpks ontbijt van
20.000 schoolkinderen en voor het gratis
consultatiebureau, waarvan de Indiaan
se bevolking een dankbaar gebruik
maakt.
Toen het echtpaar Smit eind vorig
jaar naar Holland kwam, lagen de
plannen gereed voor de bouw van
een nieuwe huishoudschool; ook de
bouwsom van 12.000 dollar was er;
hiervan hadden de paters Augustpnen
er zesduizend gefourneerd en de an
dere helft van de som had de heer
Smit met de hulp van vrienden bij
eengebracht. Het zou aanvankelijk
een gelijkvloers gebouwde school
worden voor honderd leerlingen: de
plannen zpn intussen echter gewij
zigd. Uit Cuba verdreven Canadese
Spaans -sprekende missiezusters
Oblatinnen van de Onbevlekte Ont
vangenis boden aan het werk aan
de huishoudschool over te nemen, als
de missie zou zorgen voor bouw en
inrichting; daarna zouden de zusters
zorgen, dat de school „selfsuppor
ting" was.
Een bekend straattafereeltje in La Paz:
niiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiHiimiiiiiiHiiiimiiim
Graag ging men op dit aanbod in,
maar het betekende, dat er een ver
dieping op de school moest worden ge
bouwd. De twaalfduizend dollar zullen
nu opgaan aan het betonskelet; er zul
len nog eens achtduizend dollar nodig
zijn, om het gebouw te voltooien en in
te richten. Daarbij wil de heer Smit
naast het terrein van vierhonderd vier
kante meter een nog beschikbaar even
groot stuk grond kopen, om er later
een internaat op te bouwen; dit zou
vijfduizend dollar extra vergen; in to
taal dus dertienduizend dollar. Natuur
lijk wil de heer Smit zijn vakantie in
Holland besteden om dit geld bijelkaar
te krijgen. Daarom is hij voortdurend
op pad om lezingen met vertoning van
dia's te houden; om geld en oude naai
machines te verzamelen.
In augustus wil het echtpaar weer
voor vijf jaar terug naar zijn missie
gebied in Bolivia, „wij hopen het werk
nog enige tijd vol te houden", zegt de
heer Smit, die toegeeft dat het niet
meevalt op een hoogte van drie tot
vierduizend meter, waarop La Paz ligt,
te werken. In La Paz spreekt men
als men naar de weg vraagt niet
van links en rechts, maar van boven
en beneden. De lucht is er ijl „en
dat komt op het hart aan." Daarbij
is Bolivia, ook wat het klimaat betreft,
een land van tegenstrijdigheden. „Het
kan gebeuren, dat er aan de ene kant
van de straat nog ijs in de goot ligt
van de nachtvorst, maar dat terzelfde
tijd aan de andere kant van de straat
de keien zo heet zijn, dat je er een
spiegelei op kunt heiken".