Waanzinnig toekomstbeeld komt toch steeds naderbij: Ruimtevaart-inspanningen zullen ook ONS baten DE „BASTAARD-MOTOR" op de MAAN Het ruimtepak voor dames: rose! SERIEUZE MAAN-AUTO PRIKTOL-PARACHUTE BRENGT RAKET TERUG Saai bestaan ZATERDAG 1 JUNI 1963 Gordon Cooper, ae jongste Amerikaanse astronaut heeft met zijn perfecte ruimte- vlucht deze maand opnieuw de maan een stapje dichter bij de aarde gebracht. Onze naaste buur aan het hemelfirmament blijkt ons steeds sterker te intrigeren nu de kans steeds groter wordt dat dit decennium een mens - zij het een Rus of een Amerikaan op de maan zal landen. Onvoor stelbaar ingewikkelde problemen zullen nog moeten worden over wonnen, vraagstukken waarvan de oplossing miljarden en miljar den zal vergen en honderdduizen den mensen onafgebroken aan het werk zal houden, jaren lang. Maar die kolossale inspanning, waarbij de gehele wereld adem loos toekijkt en die na voltooiing ongetwijfeld zal behoren tot onze grootste technische verworven heden, luidt een waarlijk avon tuur in, zeker gelijk staand aan de evolutie volgend op de ont dekkingen in de grijze oudheid van het vuur en het wiel. Hoeveel heeft de aardbewoner aan deze nu elementaire levensbehoeften niet te danken! Er is echter een tijd geweest, hoe ver die ook ach ter ons ligt, dat hij ze niet kende. En nu al, terwijl de ruimtevaart nog maar in haar babyschoentjes staat, kunnen geleerden al wijzen op een grote hoeveelheid weten schappelijke en technische „know how" die de wereld heeft opge daan teneinde de eerste nog maar primitive ruimtereizen te kunnen verwezenlijken. MAANREIZIGERS IN „MAAN-AUTO", LEVEND OP WARMTEBLOKJES EN OP TERUGKERENDE EIGEN ADEM Ook de raketmotor-techniek maakt een gestadige ont wikkeling door. Geleerden van het Amerikaanse United Technology Centre hebben een niewe zogenaamde „h ybrid" ontwikkeld, een „bastaard-motor", zo genaamd omdat ze een kruising is tussen een aandrijfraket met vaste en vloeibare brandstof. Ze verenigt in zich het handelbare en de grote prestaties van de motor met vloeibare brandstof en de betrouwbaarheid en de eenvoud van die met in te brandstof. In een kleine uitvoering zou ze bijzonder geschikt zijn voor ruimtevaarders, die zich buiten hun voertuig ten ruimte moeten voortbewegen, terwijl ze ook in staat geacht wordt delen van een ruimtestation op de maan of op Planeet op de daarvoor bestemde plaats te manoeuvreren. Deze foto laat zien hoe een tekenaar zich voorstelt, dat °Pbouw van een ruimtestation met zulke motoren, waarvan de UTC-technici al sommige hebben getest met 10.000 pounds aan aandrijvingskracht, in zijn werk zou kunnen gaan. A Is het straks zo ver is dat ook y-l vrouwen de ruimte gaan ver- overen en wie twijfelt ook aan deze vorm van emancipatie jjj 2aï het verschil in sexe door Z0uTew moeten worden aangegeven, kip, nkt tenminste de Amerikaanse 0l>,~renexpert Howard Ketcham er hut!' heeft van Cyanamid lnter- nJful. oen van de grootste kleur- drn h°^ucenten ter wereld, de op- Vast t 9ekre9en een kleurenschema ruirnt stel^eïl voor de interieurs van ken che.pen en v°or de ruimtepak- htalc Waar^n de astronauten hun reis Vro.,en- Aangezien een man en een Van WrL.ln z°'n ruimtekostuum niet Retrh zVn te onderscheiden, wil rniriH im fleï verschil aangeven door PasteïliVan de 'cieur van de kleding. hiepJ uren komen volgens hem het Kefph- ln aanmerking. Rose acht en n 7X1 9eschikt voor de vrouwen vindt voor de mannen. Blauw komt 3 j et 00k wel mooi. maar dat bplyi eerder in aanmerking voor de toet- 9 van het ruimteschip. De bit ^sUge ruimtevaarders staan er J dat alles dus wel gekleurd op. Dank zij de verbeterde raRettechniek draaien Tiros- en andere satellieten rond de aardbol en stellen ons in staat betere weersvoorspellingen te doen en orkanen tijdig te lokaliseren; onderhou den Telstar en Relay een communi catieverbinding Amerika-Europa, die ons in eikaars huiskamers laat kijken eo ons straks wellicht op de "oorste rij laat zitten bij de Olympische Spelen in Japan. De astronomie heeft prachtige kansen gekregen planeten en sterren aan het volgehangen hemelruim zonder de belemmeringen van de aardse damp kring beter te observeren. Explorer-, Echo-, Stratosfeer- en Kosmossatellie- ten hebben de Amerikaanse en Russische wetenschap dingen verteld over de bui tenaardse ruimte waarover zij anders in volslagen onwetendheid was blijven verkeren. Wij kennen nu de Van Allen- strahngsgordels van radio-actieve deel tjes om de aarde en de zogenaamde magnetosfeer en hun invloed op onze communicatiemiddelen. We hebben raketten vol met wetenschappelijke ap paratuur langs Venus' wolkendek ge stuurd en ze Mars' woestijnen laten ob serveren. De zon heeft al veel van haar geheimen prijs gegeven en men hoopt op veel meer gegevens als wellicht dit jaar nog de nieuwe Amerikaanse zonne- wacht-satelliet OSO II van ver boven de aarde de „levenbrengende ster" nog intenser zal bestuderen. Trouwens het gehele jaar '64-"65 zal in haar teken staan, omdat de zon dan in een rustig stadium verkeert, een minimum aan uitbarstingen (zonnevlekken) produceert en daardoor de astronomen de kans geeft haar doen en laten beter te ontle den. Net als we in '57-'58 het Geofysisch Jaar hebben gekend, waarin de geleer den veel van hun inspanning op de aar de zelf concentreerden, zal de komende wetenschappelijke periode het „Interna tionale Jaar van de Rustige Zon" wor den genoemd. Intussen gaat natuurlijk het maan- avontuur onbelemmerd voort. Som migen vragen zich af wat de mens er zoekt. Zij vinden, net als prof. G. v. d. Bergh uit Amsterdam, wiens heftige fulminaties tegen bemande ruimtereizen de laatste tijd wat zijn verstomd, de risico's te groot en menen dat de mens zo'n tocht nooit tot een goed einde kan brengen. Prof. dr. J. Jongbloed uit Utrecht noemt in een ar tikel in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde de huidige overigens bewonderenswaardige reizen van be mande aardsatellieten niet meer dan „kustvaarten" en veronderstelt dat het niet onwaarschijnlijk is dat juist de psy chische spanningen de meeste bezwaren zullen opleveren voor de echte mense lijke ruimtevaart. Volgens de Utrechtse hoogleraar hebben de technici de grote moeilijkheden overwonnen die zich voor doen als men een projectiel in een gewenste baan in de ruimte wil bren gen. Nog grotere problemen zijn er ech ter wanneer er in dat projectiel mensen zitten. De vraagstukken die zich hier- bp voordoen moeten nog voor verreweg het grootste deel bestudeerd en opge lost worden, zegt hij. Er zijn tal van redenen om de uit daging van de ruimte en van een maan- reis te aanvaarden. Nog nimmer is de mens voor gevaren teruggedeinsd als het ging om verkenning van het onzekere en de aarde heeft er haar evolutie aan te danken. De maan moet dienen als spring plank naar het heelal, maar wellicht zal zij nog belangrijker blijken als bron van gegevens over de „missende schakels" in de vroegste geschiedenis van de aarde. Veel is daarvan bekend, doch volgens de maanstudie-groep van „Caltech", het California Institute of Technology, is men nu op het punt gekomen dat men ,meer over het ontstaan van de aarde te weten zal komen als men van deze planeet afspringt dan wanneer men er op blijft speuren en wroeten. Een belangrjjk feit is dat de maan in de loop der tijden vrijwel niet veranderd is door lucht of water of een kern van gesmolten mate riaal, zoals de aarde. Het is wel moge lijk dat er ijs is op de maan, verborgen in diepe dalen of grotten waar nooit zonlicht komt. De temperatuur van het maanoppervlak varieert van 250 gra den Fahrenheit in de zon tot min 240 graden Fahrenheit in de schaduw; een verschil dat wordt veroorzaakt door de afwezigheid van een dampkring. IJs op de maan kan gevormd zijn, aldus deze maanstudiegroep, doordat water, in che mische verbindingen met ander mate riaal op de maan kwam en daaruit later werd vrijgemaakt. Meteorieten zouden er ook debet aan kunnen zijn. In tegen stelling tot de aarde heeft de maan sinds onheugelijke tijden een nogal saai be staan gevoerd, waarin echt niet veel schokkends gebeurde. Daarom kan de astronaut er vermoedelijk veel te weten komen over de toestand op de wereld, lang voordat de mens er zich druk over maakte. Als hij zijn voetsporen in het maanstof drukt zal hij waarschijnlijk bevindingen doen die de wetenschap een beter begrip over de ontstaansgeschie denis van ae aarde bijbrengen. Het pro fijt van een maanreis is daarom alleen al voor de wetenschap buiten kijf. De ruimtevaart zal echter ook ruim schoots haar weerslag hebben op het leven van alledag voor de gewone mens. Men beseft dat niet zo, maar de gewel dige krachtsinspanning die voor een ruim tereis technologisch nodig is, zet overal ter wereld researchgroepen aan het werk, die nieuwe materialen beproeven, werktuigen uitdenken en electronische apparatuur miniseren. In eerste instan tie dus voor het ruimte-avontuur, maai de grote commerciële maatschappijen maken ogenblikkelijk gebruik van dezi vindingen om ze zo mogelijk over te he. velen naar hun produktie-apparaat voo. de dagelijkse levensbehoeften van de ge wone mens. Men mag rustig stellen da de verkleining van de elektronische ap paratuur er een gevolg van is. Laser- de nieuwe super-lichtstraal, die als eei felle schijnwerper op de maan gerich, kan worden, zal in het dagelijks leven diamant kunnen splijten of het hardste staal zonder moeite snijden, terwijl de geneeskunde vol spanning de verdere ontwikkeling van deze vinding afwacht omdat zij hoopt op een soort perfecte lancet voor chirurgen. De ruimtevaart heeft voorts de brandstofcel opnieuw in het centrum van de belangstelling geplaatst. Of- s :oon het beginsel al meer dan eer eeuw bekend is heeft de toepassing als n.juwe vorm van energieproduktie nog op zich laten wachten. Het Amerikaanse Bureau voor Ruimtevaart NASA heeft het plan opgevat een brandstofcel, die op zuurstof en water stof werkt, te gebruiken voor een deel van de stroomvoorziening in de ruim tevaartuigen Gemini en Apollo. Een bijzonder voordeel van de brandstof cel is c'.a produktie van water als bij- produkt. En men denkt er nu al aan kleine vrachtauto's, die b.v. in de steden vaak moeten stoppen, er mee uit te rusten, hetgeen vijf keer zo goed koop zou zijn als gebruik van een benzinemotor. Ook in de mijnindustrie en de bouwnijverheid zouden wagen tjes die op brandstofcellen lopen, goe de diensten kunnen bewijzen, evenals in elektrische centrales. Maar de ruim tevaartdeskundigen zullen dan eerst de brandstofcel bedrijfsklaar dienen te maken. Usblokjes zijn, niet alleen in Amerika, een veel gevraagd con sumptie-artikel. De ruimtevaart technici zijn thans druk bezig met het fabriceren van „warmteblokjes" en ook die zullen te zijner tijd ongetwij feld tot ons comfort gaan behoren. Het primaire doel van dergelijke blokjes is warmte te verschaffen voor elektri citeit aan boord van oen ruimteschip. Men gaat er van uit dat het mogelijk moet zijn warmte net zo op te sparen in „blokjes" en daarna op de onmiddel lijke omgeving te laten inwerken als kou wordt geconcentreerd in ijsblokjes, die langzaam smelten wanneer ze een maal aan gebruik toe zijn. De „warm teblokjes" krijgen vermoedelijk de vorm van een metalen of een metaal achtige stof, die zich in een warmte- bestendige ruimte bevindt. Hun taak zou zijn warmte van de zon te verga ren en vast te houden gedurende de tijd dat de baan van de satelliet door zonlicht is overgoten en deze warmte af te geven wanneer het ruimtevaar tuig de schaduwkant van de aarde bin nengaat. De research naar hittebestendige ma terialen vergt ook veel studie. Een laag siliconen, dunner dan een kranten pagina maar harder dan staal, zal kun nen voorkomen dat ruimtevaartuigen en raketten door de grote wrijvingshit- te bij terugkeer in de dampkring wor den verteerd. Het materiaal dat men momenteel gebruikt is wel goed, maar hoe groter de capsules worden en Gemini en Apollo zijn behoorlijk groter dan de Mercury-capsules waarmee de eerste Amerikanen de ruimte verken den hoe meer zekerheid de technici willen hebben. Molybdeen, een metaal soort die bijzonder geschikt is voor de bouw van ruimtevaartuigen, gaat letter lijk in rook op als het wordt verhit tot de hoge temperaturen die ontstaan bij het verlaten van of het terugkeren in de aardatmosfeer en in sommige stadia van het ontsteken van raketmo toren. Maar als datzelfde molybdeen is bekleed met dat uiterst dunne laagje siliconen een soort glasfilm komt het er glansrijk doorheen. Men vreest alleen nog dat een langdurig meteorie tenbombardement wel eens deze silico- nenlaag zal kunnen doen afbladderen. Een bijzonder belangrijk onder zoek, dat ook voor het leven op aarde van groot gewicht zal blijken te zijn, is de research welke wordt ingesteld naar de moge lijkheid om de ruimtevaarder zijn eigen adem weer als zuurstof tot zich te doen nemen. In ruimtevaartlabo ratoria in Pennsylvania experimen teert men met het zgn. procédé van „katalytische afscheiding", d.w.z. uit geademde kooldioxyde veranderen in in te ademen zuurstof door de kool stof over heet platina te geleiden. De kooldioxyde in een bemande ruim tecapsule wordt naar een luchtledige ruimte gevoerd, waarin zich een platina- draad met een temperatuur van 2000 of meer graden Celsius bevindt. Deze draad werkt als een katalysator en heeft een afscheiding van C02-moleculen tot gevolg. De ruimte zal dan gevuld wor den met een combinatie van in te ademen zuurstof, die direct naar de capsule wordt teruggevoerd, kool dioxyde die niet afgescheiden raakte en die via een andere weg moet verdwij nen en koolmonoxyde die verder behan deld zou kunnen worden om een tweede zuurstofbron te vormen. Uitgeademde Een maanvoertuig zoals de Chrysler Corporation heeft ontworpen voor het verkeer op onze naaste buur. Zes brede wielen moeten het bezwaar van een waarschijnlijk dikke laag maanstof en daaronder verborgen rotsspleten opheffen. Ook voor het verkeer op aarde bijvoorbeeld om ingesneeuwde dorpen bereikbaar te maken zou een dergelijke auto van veel nut kunnen zijn. •■IIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlllllllllllllinillllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllUUtHUIIIHtnillllllllllIIIIIIIIIIIIHIIIIIIUIItlHH» kooldioxyde bevat slechts tachtig procent van hetgeen voor de zuurstof van de mens is vereist. De overige twintig pro cent zou men echter kunne i onttrekken aan het water dat zich in de adem bevindt. Dit zou kunnen gebeuren via elektrolyse: het verdelen van het wa ter in waterstof en zuurstof via elektri sche stroom. In de laboratoria schat men, dat tenminste dertig procent van de kooldioxyde na iedere kringloop door de platina-katalysator als zuivere zuur stof terugkeert. Daarom zullen er per operationele eenheid verscheidene „re actiekamers" nodig zijn. We spraken al eerder over de on voorstelbare problemen bij de bemande ruimtevaart. Een daar van is b.v. het herstel saskeen vaartuig in de ruimte. Gewoon gereed schap verricht zijn taak niet goed, want elke beweging die de ruimtevaarder er buiten de cabine mee maakt, zet hen zelf in beweging maar niet de schroef of bout waarmee hjj wat wil doen. Dat komt door de gewichtsloosheid die de man bij elke krachtsinspanning doet wegdrijven. Alleen al deze weten schap maakte de ingenieurs duidelijk, dat werktuigen moesten worden ontwor- oen die uit twee delen bestaan, namelijk één om het werk te verrichten en een ander om de tijdens de arbeid opge roepen wringkracht op te heffen. De onderzoekers van de American Machine and Foudry Corporation slaag den er in de omstandigheden in de buitenaardse ruimte enigszins te bena deren. In een klein vertrek installeerden zij een aant-1 buizen, tanks, kleppen en verbindingen, die in ruimteschepen wordt gebruikt. Vóór deze installatie be vestigden zij een stoel die niet met de poten op de grond stond maar met be hulp van een luchtkussen in zwevende toestand werd gebracht. Een van de ad- spirant-astronauten ging gekleed in een ruimtepak, op deze stoel zitten en poog de met de op aarde gebruikelijke ge reedschappen werkzaamheden aan de installatie te verrichten. Hij ging met stoel en al draaien en „dreef weg" van zijn werk. Met behulp van de nieuw- ontworpen gereedschappen bleef hij ech ter op zijn plaats en kon hij zijn opgedra gen taak uitvoeren. De Amerikaanse maatschappij ontwierp tot nu toe drie stuks ruimtegereedschap namelijk een schroefsleutel. een ver lengde versie daarvan voor gebruik op moeilijk bereikbare plaatsen en een moer- sleutel. Zij acht het overigens heel wel mogelijk, dat deze gereedschappen slechts de voorlopers zijn van de nu nog ongekende instrumenten die straks in de ruimte hun diensten moeten ver richten. Ook aan de constructie van voertui gen, die, als alles naar wens gaat, over een luttel aantal jaren op de maan zul len moeten worden gebruikt, wordt na tuurlijk al hard gedokterd. De Chrysler Corporation ontwierp een maan-twosea- ter, die de astronauten alle comfort geeft. Ze weegt op aarde I7E00 kilo maar op de maan slechts 300 vanwege de geringere zwaartekracht. Zes brede wie len moeten de auto behoeden voor het wegzakken in de stoffige bodem en ver raderlijke rotsspleten. Het voertuig is voor alle omstandigheden die zich op de maan zouden kunnen voordoen, ge test en de technici zijn er enthousiast over. De Amerikaanse Martinfabrieken zorgden voor een krachtbron voor maan- auto's. Ze wordt aangedreven door elek tromotoren, die hun energie betrekken van een turbine-generator. Deze krijgt zijn kracht van waterstofgas onder druk. De uitlaatgassen worden opgevangen en later geregenereerd met behulp van een kleine kernreactor. De Chrysler-maan- auto Hjkt ook bijzonder geschikt om in gesneeuwde dorpen op aarde weer be reikbaar te maken. En met zo'n winter als we nu achter de rug hebben, is dit een wel heel sprekend voorbeeld van een ruimtevaartinspanning, waarvan niet alleen astronauten plezier kunnen hebben JAN WIENEMA De kostbare raketten waarmee ruimtevaartuigen worden gelanceerd, gaan tot nu toe nog steeds verloren Douglas Aircraft heeft echter een spectaculair bergingssysteem ontwikkeld, waarmee deze raketten zonder één krasje weer op de lanceerbasis kunnen worden teruggebracht. Aan de onderkant van een eentrapsraket is een kamer aangebracht waarin zich een opblaasbare „ruimteparachute" bevindt. Nadat de raket zijn werk heeft gedaan en de capsule is losgemaakt, opent zich de parachutekamer waarna het remwerktuig met vloeibare waterstof wordt opgeblazen. Rondom de raket ontstaat zo een reusachtig kussen in de v orm van een immense priktol met een doorsnede van honderd meter aan de top en zestig meter aan de punt. Het materiaal van de parachute is gewapend tegen een hitte van duizend graden om de wrijving van de aardse atmosfeer te weerstaan bij terugkeer. De luchtweerstand en remrdketten vermin deren de snelheid van het gevaarte tenslotte tot anderhalve km per uur. Bij landing op de zee blijft de „priktol" als ee duikelaartje in het water staan. Helikopters en sleepboten moeten de aandrijf-raket met omhulsel dan naar de lanceerbo' terugbrengen, waar ze opnieuw kan worden gebruikt. De foto toont een schets van deze sleeppartij.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1963 | | pagina 11