Sluimerend voetbalgeschil
na vijftien jaar nu terug!
STAPHORST:
Staphorst:
ALS MET LAUWE DWEILEN....
„DAT IS HET PROBLEEM
STUDENTENVAKBEWEGING
(DE WIEG STAAT IN NIJMEGEN)
VAN ONZE JEUGD
STAPHORST:
„Onze" jongens naar de stad?
Karren vol mee terug!
verzet tegen het conservatisme
Problemen rond
de Kerk
ZATERDAG 1 JUNI 1963
Staphor st 196S
EX-BURGEMEESTER
H. v. d. WAL
vakantie in Parijs
Toen wij de ex-burgemeester
van de gemeente Staphorst,
de heer H. van der Wal aan
telefoon vroegen, kregen wij
Van Van der Wal jr. te horen dat
%i vader in Parijs was. „Parijs"
"^haalden wij vragend in een
vtaag van bewustzijnsvernauwing.
»Ja Parijs", antwoordde Van der
^al jr. heel vriendelijk.
Staphorst 1963. Het is een wat
droevige dag als wij er zijn. Er is
"aast niemand op straat. Alleen
een kat sluipt met zijn staart tus
sen de poten een heg in. Een mie
zerige regen is in staat de laatste
goede voornemens weg te spoelen.
De heer H. van der Wal (65), zo
juist teruggekeerd van een week
onbezorgd vakantiegenot in de
Franse hoofdstad, staat ons in de
deuropening op te wachten.
i.N-ooit op mndap
Terwijl in IJhorst (nog altijd
gemeente Staphorst) vooruitstre
vende jongelui zelfs een cabaret
clubje hebben opgericht zijn de
eerste plannen om in Staphorst
een bibliotheekje vestigen al de
finitief van de baan. Terwijl men
in IJhorst ook zondags
zwemt in een prachtig openlucht-
bad temidden van een weergaloos
mooie natuur, bestaat er in Stap
horst geen gelegenheid om in
clubverband een klaverjasje te
spelen.
Maar zolang de Staphorster ge
meenschap nog kan rekenen op
de steun van de jonge academicus
Hendrik Hieltje Hans Haverkamp
en zijn voorganger, de onverzette
lijke Groningse landbouwerszoon
„Rieks" van der Wal, zolang is er
hoop voor het oude Staphorst.
BURGEMEESTER
H. H. H. HAVERKAMP
een kwestie van tijd
Bijeenkomst van de Nijmeegse werkgroep van de studentenvakbeweging; helemaal links de initiatiefnemer Ton Regtier,
'■Welkom in Staphorst," zegt hij zo-
f*s hij dat bijna een kwart eeuw lang
JJ^eft gezegd tegen gasten die zijn ge
meente kwamen bezoeken. Want Stap
horst is nog altijd zijn gemeente,
hoewel hij in april van dit jaar wegens
hp pensioengerechtigde leeftijd zijn
jjhibt heeft moeten neerleggen. Stap-
fhrst en de buurtschappen Rouveen en
•«horst zijn gewend geraakt aan hun
hhrgemeester. In november 1940 werd
heer Van der Wal hier als burge
meester geïnstalleerd. Het was zijn eer-
en laatste gemeente.
Hij heeft er gewerkt met hart en ziel,
met inzet van al zijn krachten en
v'ht belangrijker is tot volle tevre-
hsnheid van alle inwoners. Een tevre-
hhriheid, die zich demonstreerde tijdens
ven grote afscheidsreceptie waarbij
p5rn naast talrijke andere geschenken
bungalow in de gemeente en een
,Gdrag van 1500 gulden ewrden aangebo-
*»n' zu"en hem nooit vergeten,"
®6gen de boeren. „Hij heeft voor ons
r° ontzaglijk veel gedaan. Het was
Jjh beste burger," zeggen zij. Zeggen
die in hun contact met de burgers,
tiia U?nsen"van"buiten een v00r deze
hlj bÜna angstwekkende terughoudend-
Tjd aan de dag leggen.
stT® 18 april van dit jaar geïn-
vG1'eerde nieuwe burgervader van
Maphorst, mr. Hendrik Hieltje Hans
haverkamp (36) moet voorlopig nog
t>]Mn~neer re'zen van z«n laatste stand-
f aats Zwolle naar zijn nieuwe woon-
aats Staphorst. Mr. H. H. H. Haver-
arnp is lang plaatsvervangend chef
«vweest van het kabinet van de commis-
-"vat vail ilfcfl ivauiiltJl van uc wnuius-
heifS van de Koningin in Overijsel. Hij
Wei? daar gedurende zeven jaar een
Viv! ast ideale vooropleiding gehad
het burgemeestersambt. De naam
ti^Wiorst heeft altijd al op zijn solii-
:le-liistje gestaan. Burgemeester
Haverkamp heeft in Staphorst. Rouveen
en IJhorst een triomfantelijke intocht
gemaakt. De ontvangst was buitenge
woon hartelijk en niets wees er op dat
de bevolking hem kort na zijl installa
tie reeds de eerste moeilijkheden zou
bezorgen.
Moeilijkheden. Een blozende Stap
horster vrouw zei het burgemeester
Haverkamp toen we er waren
heel duidelijk: „Wacht maar. burge
meester. Je zult hier nog wel het een
en ander meemaken. Let maar eens
op." En daarbij wierp zij een veel
betekenende, weinig goeds voorspel
lende blik in de richting van haar
moeder, die in een hoek van de in
drukwekkende huiskamer onverstoor
baar, maar met een merkwaardige
glimlach op de lippen aardappels
schilde voor haar dochter en klein
kinderen. Burgemeester Haverkamp
heeft er om gelachen. „Nou dat zal
wel meevallen, denk ik," zei hij.
Maar hij zei het snel en haastig.
In de eerste raadsvergadering de
beste wordt het hem duidelijk dat er
bij de raad bezwaren leven. Bezwa
ren tegen zijn persoon? Hij heeft niet
de indruk. Dan brengt een der wet
houders het probleem ter tafel. Het
ontlokt aan de overige raadsleden
hete, felle discussies. Een geschil is
geboren: het voetballen op zondag in
IJhorst.
Ex-burgemeester Van der Wal haalt
er min of meer zijn schouders voor
op. „Dat komt allemaal wel weer te
recht. Dat zijn dingen die hun tijd
moeten hebben." Maar wel voegt hij
er aan toe: „het is overigens lang
geen eenvoudige zaak." Zijn opvolger
denkt er anders over. „Het is vreemd,"
zegt hy, „maar er wordt al 15 jaar
lang op zondag gevoetbald in IJhorst.
Gedurende al die jaren hebben de in
woners van Staphorst erover gezwe
gen. Nauwelijks ben ik in functie, of
men komt met de kwestie voor de dag."
„De narigheid is," zegt de jonge bur
gemeester, „dat het terrein in IJhorst
een gemeentelijk terrein is. Een terrein
dus van de gemeente Staphorst. Daar
om maakt men bezwaren. Waarom de
ze hele affaire juist nu wordt opge
haald, is mij echter onduidelijk. Er
zullen nog harde woorden vallen."
Het voetbalgeschil is hét gesprek var
de dag in Staphorst. „Voetballen op
zondag is niks," zegt een lid van de
voetbalvereniging „Staphorst". Zijn
moeder gaat nog iets verder. Hoewel
zjj drie zoons heeft die eigenlijk niets
liever willen dan voetballen (zij vragen
of zij in trainingspak op de foto mogen)
keurt zij eigenlijk ook het voetballen
op zaterdag af. ,,'t Moest verboden
worden," zegt ze. Als even later haar
drie zoons zich presenteren in tenue
klaart haar gezicht een moment op,
om dan snel weer te betrekken als ze
bemerkt dat één van de drie in korte
broek op het plaatje wil. „Jongen ga
je omkleden," zegt ze. „Dat gaat niet
in die blote benen."
Problemen. In znn installatierede
heeft burgemeester Haverkamp gewe-
zen op het feit dat aan de opvang,
aan het leiden, aan het positief bezig
houden van de jeugd, aan het creëren
van een juiste, een goede vrijetijdsbe
steding in zijn gemeente nog zeer veel
zal moeten gebeuren. „Om dit alles te
realiseren is in een sterke godsdienstige
gemeenschap als deze een positieve in
stelling van de kerkelijke overheid on
ontbeerlijk," aldus burgemeester Ha
verkamp. De heer Van der Wal wijst
ook op het ontzaglijke probleem
van de jeugd in Staphorst. „De kerke
lijke overheid, met name de gerefor
meerde bondsmodaliteit binnen de Her
vormde Kerk, doet niets voor de jeugd,
tn de tijd dat ik burgemeester was zijn
er overal clubs verschenen: gymnas
tiek-, tafeltennis-, judo-, toneelclubs.
Die verenigingen leiden nu een bloei
end bestaan... in Rouveen en IJhorst
(de meest „vrije" buurtgemeenschap
van de drie). Maar in Staphorst en
vooral voor de zeer streng Hervormde
jeugd is er weinig vertier. Televisie
en in de meeste gevallen ook radio
(als er een toestel is, dan staat het
verborgen onder de kap van de naai
machine) zijn er niet. Buiten een gym
nastiek- en een voetbalclub hebben de
jonge Staphorsters eigenlijk niets. Wel
hebben ze brommers en maken ze
zoals overal elders een „heidens"
lawaai. Ik heb zegt de heer Van der
Wal wel eens een paar van die
jongens aangehouden. „Vinden jullie
dat nou leuk dat gevaarlijke rijden,
dat „scheuren' met die knaldingen, dat
rustverstoren in de gemeente?" Het
antwoord was duidelijk: „Wat moeten
wij anders doen?"
Burgemeester Haverkamp ziet de
konsekwenties van het niet opvan
gen van de jeugd ook op een ander
vlak: dat van de liefde. „Het is een
trieste realiteit, maar juist in Stap
horst waar men toch zo kerks is,
wordt zelden of nooit in de kerk ge
trouwd. Het aantal gedwongen huwe
lijken is nog altijd zeer groot. En in
dergelijke situaties mag men niet in
de kerk trouwen. Het is gelukkig niet
meer zo dat men uitsluitend binnen
de Staphorster gemeenschap trouwt.
Jongens en meisjes zoeken hun part
ners ook wel eens in de omgeving:
in de grote steden als Zwolle en Mep-
pel. Maar hun aantal is gering."
Staphorst: dat is het probleem van de
jeugd. Het probleem ook van ouders
en kerk. Sinds de komst van burge
meester Van der Wal („ik heb inder
tijd ook naar Staphorst gesolliciteerd")
in 1940 is er in Staphorst veel gedaan
om de jonge boeren geleidelijk te laten
overschakelen op de industrie. Want
ook hier is geen grond meer voor de
boerenzoon om een eigen bedrijf te be
ginnen. Niemand beter dan burgemees
ter Van der Wal zelf afkomstig van
het platteland (uit Nieuworda bij Win
schoten) begreep de moeilijkheden
van de vaders en hun zonen in zijn
gemeente. Een jaar na zijn benoeming
bracht hij het „Plan Staphorst '41" in
de raad. Het plan werd met enthou
siasme begroet. Er werd een begin
gemaakt met een intensievere bodem
cultuur en een gigantisch ruilverkave
lingsproject van 11.000 ha bracht tot
dusver 1300 personen uitkomst. De eer
ste industriebedrijven vestigden zich in
de gemeente. Veel weerstand onder
vond de „burger" Van der Wal niet.
Men was veel te blij dat er nu eindelijk
iets gedaan werd. Thans, 22 jaar later,
is er in Staphorst een condensatoren-
fabriek van Philips gevestigd waar ze
ker een honderdtal meisjes kunnen
werken. Maar er zijn op dit moment
slechts dertig meisjes in dienst. Het
merendeel gaat liever werken b;j ge
zinnen in Meppel en Zwolle. Er is meer
industrie: een metalen-ramen- en deu-
renfabriek, een aanhangwagen- en trai-
lerbedrijf, een wegenbouwmaatschappij,
een kettingfabriek, een rioleringsbedrijf,
enkele constructiewerkplaatsen, een
viertal coöperatieve zuivelfabrieken,
een houtwarenbedrijf en enkele kleine
re vestigingen. De omschakeling die
burgemeester Van der Wal voor ogen
stond, is voor het grootste deel ge
slaagd, al is het ideaal nog lang niet
bereikt.
De omschakeling van de landbouw
op de industrie heeft ook een nieuwe
Ïjeest b(j tal van Staphorsters gebracht,
n het zogenaamde Nieuw Staphorst
wonen de jonge gezinnen. Er hangt een
andere sfeer, een andere lucht. TV-
antennes moet men er nog niet zoeken,
maar de huizen zijn modern, de hy
giëne is opgevoerd en wat heel belang
rijk is: het contact met de „burgers"
is uitstekend. Onlangs vestigde de heer
Van der Wal jr. zich hier als tandarts,
de eerste en enige tandarts in de hele
omgeving. „Welk een sterk contrast,"
aldus ex-burgemeester Van der Wal,
„vormt het nieuwe, moderne Staphorst
met de honderd meter verder gelegen
oude dorpskern met zijn machtige
Saksische boerderijen. Hier is de tijd
nog blijven stilstaan ook al heb ik ge
zorgd dat in ieder huis nu een behoor
lijke waterleiding, een keurig toilet en
elektriciteit is. Het is echt nog niet zo
heel lang geleden dat dit „comfort"
in de meeste huizen ontbrak. De hy
giënische toestand van enkele jaren ge
leden was in de meeste gezinnen be
droevend. Daaraan heb ik het eerst
een einde gemaakt," zegt de heer Van
der Wal verbeten trekkend aan een
nat stompje sigaar.
Verschillen. Ziet men In bet nieuwe
phoret, in he* vrije" IJhorst en
de studentenvakbeweging haar beslag
moeten krijgen.
Ton Regtien is Amsterdammer, mi
vierdejaars in de psychologie. Toen hij
na een paar Amsterdamse studiejaren
in Nijmegen kwam, voelde hij zich
plotseling als met lauwe dweilen van
conservatisme omwikkeld. Het studen
tencorps vertoonde in zijn ogen erger
lijke kaste-eigenschappen, maar om
zich als vernieuwer aan te dienen in
het corps-parlement stuitte hem tegen
de borst. Een verkiezingskandidaat
dient zich daar met een fles sherry te
melden, en dat verplichte spelletje
stond hem allerminst aan. Dat
van de 3000 Nijmeegse studenten zich
slechts een kleine 500 actief bezighiel
den met het „georganiseerde gezellig
heidsleven" achtte hij symptomatisch
voor de armzalige representatieve
functie die het corps vervult. „Het Ne
derlandse studentenleven hobbelt tot
groot vermaak van de dagbladpers
nog steeds voort op een verwaterd pa
troon van de oude Duitse stu den ten-
corpora". zo schreef hij. Het is die
conservatieve minderheid in de corpo
ra die van het begrip „student" een
ietwat drankzuchtig, raaskallerig, be
kakt en lawaaierig creatuur heeft ge
maakt. Voor die student wilde Ton
Regtien niet versleten worden. Dat de
ze vertekende „image" bij het grote
publiek ingang heeft gevonden, wmi
mogelijk doordat de meeste studenten-
corpora van een democratisering van
het milieu naar het oordeel van velen
weinig terecht hebben gebracht.
Hij ziet de student heel anders, als
iemand die zich bezig houdt met een
volwaardige maatschappelijke taak,
als een jonge intellectuele werkne
mer, een onmisbare schakel in het
algemene produktieproces. De maat
schappij, die zeer afhankelijk is van
wetenschapsbeoefening, wacht on
geduldig op zijn komst. De maat
schappij heeft verplichtingen tegen
over de student, maar die moeten
niet geregeld worden met een zeke
re vaderlijke welwillendheid, doch op
basis van een wederkerige rechtsver
houding. Temeer daar de komende
tien jaren een meer dan verdubbeld
studentenaantal zullen opleveren, zal
de gewenste dialoog met de overhe
den gevoerd moeten worden door een
gereglementeerde groep. De oude
structuren van de studentencorpora
(die geen actief maatschappelijk en
gagement nastreven) zijn daarvoor
ongeschikt. De Nederlandse Studen
tenraad, die ook niet als representa
tief mag gelden voor de gehele stu
dentengemeenschap, vertoont es-en-
min grote voortvarendheid in die
richting en het Belgische studenten
syndicaat heeft de heren van deze
Raad al eens hardvochtig betiteld
met „de paladijnen der onverschil
ligheid".
Dus een vakbeweging, heeft Ton
Regtien geconcludeerd, die als pres
siegroep zou kunnen functioneren. In
andere landen leeft het studentensyn-
dicalisme al veel langer. Vanuit Nij
megen heeft men contact opgenomen
met deze organisaties en de „public
relations-man" van de Studentenvak
beweging. Hans Hermans, student so
ciologie, is al naar Parijs gelift om
de banden nauw aan te halen. De
Franse UNEF (Union nationale des
étudiants de France) immer:- is voor
de heer Regtien een inspirerend voor
beeld geweest. „Het zal waarschijn
lijk die kant op gaan. Het moet wel.
De a-politieke houding van verreweg
de meeste studenten is niet meer houd
baar."
De studentenvakbeweging wil aan
dacht vragen voor belangrijke ver
schijnselen en grote moeilijkheden in
het eigen milieu. Voorop staat ge
noemd het studentenhuwelijk (dat
langzamerhand veel wegheeft van een
verzwegen verschijnsel van grote om
vang), de huisvesting en de controle
op de kamerhuren, de herziening van
de mensasubsidies, verdediging van de
vrijheden en verbetering van de loca
le situaties in de verschillende univer-
siteits- en hogeschoolplaatsen.
Zijn het voornamelijk de materiële
belangen van de studenten die de vak
beweging in haar werkterrein ziet?
Door zijn behoefte aan concreetheid en
zijn ongeloof jegens slogans heeft hij
voor alles nog niet steeds de goed*
woorden kunnen vinden. Hij is er ech
ter van overtuigd dat de studentenvak-
vereniging duidelijk invloed moet uit
oefenen op de geestelijke vorming, de
politieke en sociale bewustwording van
de studentengemeenschap. „Ook de
kritische functie van de studentenge
meenschap, de nieuwe generatie, moet
waar nodig concreet gestalte krijgen.
Waar de humaniteit in het gedrang is,
moeten wij een eerlijk standpunt in
nemen". zo zegt hij.
De hele geest van een studenten
vakbeweging wordt pas logisch al*
men de plaats van de student me4
nieuwe ogen gaat zien, aldus heeft
Ton Regtien geredeneerd. „Econo
misch en wetenschappelijk is de stu
dent op langere termijn een belang
rijke factor. Wijzelf moeten ons daar
van bewust zijn en onze verplichtin
gen aanvaarden. De maatschappij
moet bereid zijn het nodige in ons
te investeren. Vandaar dat wij voor
stander zijn van studieloon. opgevat
in de zin van „voor-betaling", zoüa
de Fransen zeggen, présalaire. Stu
dieloon en studievrijheid sluiten el
kaar niet uit". De studentenvakbe
weging heeft hiermee een van ha»r
eerste standpunten geformuleerd.
Het présalaire geeft gelijke kan
sen aan iedereen en kan dos de so
ciaal rechtvaardige dern «cratisering
van het onderwijs be*v telligen.
Het benadrukt tevens dit studeren
een volwaardige brait vd en een
maatschappelijke nombask ia.
het gematigde Rouveen de klederdrach
ten langzaam maar zeker verdwijnen,
in het oude Staphorst is nog iedereen
van kleuter tot grijsaard in het tra
ditionele costuum gestoken. De vrou
wen dragen hier nog het bekende kap
je, de rokken in de groen-blauwe kleu
ren en de rode omslagdoek. Is er rouw
in de familie, dan wordt het rood ver
vangen door blauw. Vier jaar duurt
die rouw. Direct na de tragische ge
beurtenis wordt de rode omslagdoek
vervangen door een donkerblauwe. De
kleur blauw wordt lichter en lichter
naarmate het aantal jaren in de rouw-
tijd verstrijkt. In het oude Staphorst
is weinig of niets veranderd. Over het
dorp hangt een zware melancholie, een
dreiging van dood, straf, zonde en hel,
die haar neerslag vindt in een verre
gaand solidariteitsgevoel met de ge
meenschap, en een angstige, haast on
natuurlijke afkeer van iedereen, die
„vreemd" is, van alles dat nieuw is
en ongewoon en daardoor gevaarlijk.
Slechts een enkele maal wordt de som
berheid onderbroken. Bijvoorbeeld door
een huwelijksfeest, dat twee weken in
beslag neemt en vroeg in de morgen
van de eigenlijke trouwdag onverwacht
en hard afbreekt. „Men is in Staphorst
erg koningsgezind maar op Koningin
nedag hangt er geen vlag buiten," zegt
de heer Van der Wal. „Het woord
„feest" mag men in Staphorst niet uit
spreken."
Want de kerkelijke overheid is hier
de wetgever. Hoewel men het toelaat,
is men in feite tegen het voetballen
op zaterdag. „Zo'n wedstrijd blijft de
jongelui in de benen zitten," redeneert
men. „En dan is men er zondags in
de kerk „geestelijk" niet bij." Boven
dien bestaat het gevaar dat men tij
dens de dienst over de wedstrijd van
de vorige dag blijft nakaarten. Het
voetballen laat men dus doorgaan.
Omdat de jeugd tenslotte één uitweg
moet hebben. Als het aan burgemees
ter Haverkamp, de jonge energieke
zoon van de vroegere burgemeester
van .Dinxperlo ligt, dan komt er bin
nenkort ook in Staphorst een zwem
bad. Maar hij is voorzichtig en wil er
nog niet te veel ruchtbaarheid aan
geven. Er wordt momenteel al genoeg
gepraat in zijn gemeente. Merkwaardi
gerwijs komen tijdens deze gesprekken
vaak oudere zaken weer naar boven.
Een van die zaken is het „volksge
richt" van 1961, waarbij een getrouwde
vrouw en een getrouwde man op een
boerenwagen als straf het dorp wer
den rondgereden omdat zij overspel
hadden gepleegd.
In zijn installatierede heeft burge
meester Haverkamp ook hierover een
duidelijke taal gesproken. Hij noemde
het gebeurde ontoelaatbaar en afkeu
renswaardig. Toch kon hij het ge-
beurde wel verklaren. „Iemand die
zich enigermate in de geschiedenis van
Staphorst heeft kunnen verdiepen, die
de achtergronden, de levensopvattin
gen en de instelling van de bevolking
heeft leren kennen en daarbij met na
me de drang tot bescherming van de
eigen leefgemeenschap heeft onder
kend, .zal een en ander kunnen ver
klaren," aldus burgemeester Haver
kamp.
De heer Van der Wal zegt erover:
„Ik was er te laat bij. Anders had ik
zo'n honderd of tweehonderd meter
meegereden en dan gezegd: jongens,
afnokken. Het is mooi geweest zo. Je
kunt zo iets toch niet tegenhouden.
En het merkwaardigste is dat beide
echtparen weer verenigd zijn, zelfs bij
elkaar over huis komen en dat heel
het dorp weer in vrede met hen leeft.
De huwelijkstrouw staat in Staphorst
heel hoog aangeschreven. Niemand
mag daarop inbreuk maken." „Daar
kwam in dit geval nog bij", vertelt bur
gemeester Haverkamp, „dat de man van
de overspelige vrouw al enkele malen
gepoogd had zich van het leven te
beroven. Kijk, en in zo'n geval neemt
de bevolking het recht in eigen hand."
Mèt de gesprekken over het voetbal
len op zondag wordt er vandaag de
dag wederom gesproken over het volks
gericht van '61. Maar het valt op dat
de meeste inwoners er eigenlijk een
aisebmv van hebben. Een oude vrouw
zegt: „Ik vond het eng. En heel erg.
Het is een schande om een vrouw zo
te vernederen, hoe slecht ze ook is."
Eh dan tegen ons: „Eén ding is
zeker. Als onze jongens naar de grote
stad zouden gaan, zouden zij met kar
ren vól thuiskomen. Als u dat maar
gelooft."
Het is dankzij burgemeester Haver
kamp dat wij in haar prachtige boer
derij kunnen doordringen. ,,U maakt er
toch geen prentbriefkaarten van,"
vraagt zij aan de fotograaf. „Ik heb
het er niet op," zegt ze. „Je weet
nooit wat die mensen doen. Die bui
tenlandse pers heeft na het volksge
richt schandalig over ons geschreven.
Trouwens de hele pers komt hier niet
meer. Men heeft de hele affaire over
dreven." Sinds het volksgericht is er
ook een fotografeer-verbod in Staphorst
uitgevaardigd. Het vereist nu heel veel
moeite om dat wonderlijke, wekelijks
terugkerende evenement van de kerk
gang op zondagmorgen vast te leggen.
Vaak is het gebeurd dat zich iemand
uit de lange stoet losmaakte om een
niets vermoedende toerist de camera
uit de hand te slaan. Dat risico loopt
men nog.
Dat risico loopt men in het Staphorst
van 1963. Zowel burgemeester Haver
kamp bljj met zijn gemeente als
een kapelaan met zijn eerste benoe
ming als ex-burgemeester H. van
der Wal zijn er van overtuigd dat de
ontwikkeling, het ontwaken van de
Staphorsters een kwestie van tijd is.
Maar zolang er in Staphorst geen
betere samenwerking is tussen de
kerkelijke overheid (met name met
de streng Hervormden) en het hoofd
van de gemeente, zolang er nog ge
boren en getogen Staphorsters, streng
godsdienstig opgevoed, in het nabu
rige Rouveen ter kerke gaan omdat
het in hun eigen plaats te orthodox
is, zolang er door de kerk niets,
maar dan ook helemaal niets voor
de jeugd wordt gedaan, zolang ieder
wezenlek contact met de wereld
rondom onmogelijk wordt gemaakt,
zolang zal Staphorst, het stille, in-
zichzelf-gekeerdedroevige dorpje
blijven.
FRANS BOELEN.
de studentenwereld wordt op die ma
nier een burgerlijke troep.waren zo
de anti-kreten. Maar de bijval kwam
ook. Heel bemoedigend van enige
hoogleraren en van buitenlandse stu
dentenbewegingen, maar ook uit de ei
gen kringen. Er zijn nu werkgroepen
in Nijmegen, Amsterdam, Delft,
Utrecht en Wageningen. Deze en nog
eventuele andere werkgroepen hoeden
half juni een landelijke vergadering.
Begin september zullen 40.000 studen
ten een „Democratisch Manifest" on
der ogen krijgen en kort daarna zal
(Van onze speciale verslaggever)
Omdat Ton Regtien zich niet geluk
kig voelde met de verhoudingen in de
Nijmeegse studentenmaatschappij be
gon hij eraan. Maandenlang werkte
hij zich door een enorme stapel litera
tuur en uitvoerig overwoog hij zijn
mogelijkheden. In het Nijmeegs Stu
denten Blad van 15 febr. kwam hij
voo de dag met zijn plannen: een lan
delijke vakbeweging voor studenten.
De protesten zijn niet uitgebleven.
„Wij zijn geen arbeiders, onze indivi
duele vrijheid zal naar de maan gaan,