Sluimerend voetbalgeschil na vijftien jaar nu terug! STAPHORST: Staphorst: ALS MET LAUWE DWEILEN.... „DAT IS HET PROBLEEM STUDENTENVAKBEWEGING (DE WIEG STAAT IN NIJMEGEN) VAN ONZE JEUGD STAPHORST: „Onze" jongens naar de stad? Karren vol mee terug! verzet tegen het conservatisme Problemen rond de Kerk ZATERDAG 1 JUNI 1963 Staphor st 196S EX-BURGEMEESTER H. v. d. WAL vakantie in Parijs Toen wij de ex-burgemeester van de gemeente Staphorst, de heer H. van der Wal aan telefoon vroegen, kregen wij Van Van der Wal jr. te horen dat %i vader in Parijs was. „Parijs" "^haalden wij vragend in een vtaag van bewustzijnsvernauwing. »Ja Parijs", antwoordde Van der ^al jr. heel vriendelijk. Staphorst 1963. Het is een wat droevige dag als wij er zijn. Er is "aast niemand op straat. Alleen een kat sluipt met zijn staart tus sen de poten een heg in. Een mie zerige regen is in staat de laatste goede voornemens weg te spoelen. De heer H. van der Wal (65), zo juist teruggekeerd van een week onbezorgd vakantiegenot in de Franse hoofdstad, staat ons in de deuropening op te wachten. i.N-ooit op mndap Terwijl in IJhorst (nog altijd gemeente Staphorst) vooruitstre vende jongelui zelfs een cabaret clubje hebben opgericht zijn de eerste plannen om in Staphorst een bibliotheekje vestigen al de finitief van de baan. Terwijl men in IJhorst ook zondags zwemt in een prachtig openlucht- bad temidden van een weergaloos mooie natuur, bestaat er in Stap horst geen gelegenheid om in clubverband een klaverjasje te spelen. Maar zolang de Staphorster ge meenschap nog kan rekenen op de steun van de jonge academicus Hendrik Hieltje Hans Haverkamp en zijn voorganger, de onverzette lijke Groningse landbouwerszoon „Rieks" van der Wal, zolang is er hoop voor het oude Staphorst. BURGEMEESTER H. H. H. HAVERKAMP een kwestie van tijd Bijeenkomst van de Nijmeegse werkgroep van de studentenvakbeweging; helemaal links de initiatiefnemer Ton Regtier, '■Welkom in Staphorst," zegt hij zo- f*s hij dat bijna een kwart eeuw lang JJ^eft gezegd tegen gasten die zijn ge meente kwamen bezoeken. Want Stap horst is nog altijd zijn gemeente, hoewel hij in april van dit jaar wegens hp pensioengerechtigde leeftijd zijn jjhibt heeft moeten neerleggen. Stap- fhrst en de buurtschappen Rouveen en •«horst zijn gewend geraakt aan hun hhrgemeester. In november 1940 werd heer Van der Wal hier als burge meester geïnstalleerd. Het was zijn eer- en laatste gemeente. Hij heeft er gewerkt met hart en ziel, met inzet van al zijn krachten en v'ht belangrijker is tot volle tevre- hsnheid van alle inwoners. Een tevre- hhriheid, die zich demonstreerde tijdens ven grote afscheidsreceptie waarbij p5rn naast talrijke andere geschenken bungalow in de gemeente en een ,Gdrag van 1500 gulden ewrden aangebo- *»n' zu"en hem nooit vergeten," ®6gen de boeren. „Hij heeft voor ons r° ontzaglijk veel gedaan. Het was Jjh beste burger," zeggen zij. Zeggen die in hun contact met de burgers, tiia U?nsen"van"buiten een v00r deze hlj bÜna angstwekkende terughoudend- Tjd aan de dag leggen. stT® 18 april van dit jaar geïn- vG1'eerde nieuwe burgervader van Maphorst, mr. Hendrik Hieltje Hans haverkamp (36) moet voorlopig nog t>]Mn~neer re'zen van z«n laatste stand- f aats Zwolle naar zijn nieuwe woon- aats Staphorst. Mr. H. H. H. Haver- arnp is lang plaatsvervangend chef «vweest van het kabinet van de commis- -"vat vail ilfcfl ivauiiltJl van uc wnuius- heifS van de Koningin in Overijsel. Hij Wei? daar gedurende zeven jaar een Viv! ast ideale vooropleiding gehad het burgemeestersambt. De naam ti^Wiorst heeft altijd al op zijn solii- :le-liistje gestaan. Burgemeester Haverkamp heeft in Staphorst. Rouveen en IJhorst een triomfantelijke intocht gemaakt. De ontvangst was buitenge woon hartelijk en niets wees er op dat de bevolking hem kort na zijl installa tie reeds de eerste moeilijkheden zou bezorgen. Moeilijkheden. Een blozende Stap horster vrouw zei het burgemeester Haverkamp toen we er waren heel duidelijk: „Wacht maar. burge meester. Je zult hier nog wel het een en ander meemaken. Let maar eens op." En daarbij wierp zij een veel betekenende, weinig goeds voorspel lende blik in de richting van haar moeder, die in een hoek van de in drukwekkende huiskamer onverstoor baar, maar met een merkwaardige glimlach op de lippen aardappels schilde voor haar dochter en klein kinderen. Burgemeester Haverkamp heeft er om gelachen. „Nou dat zal wel meevallen, denk ik," zei hij. Maar hij zei het snel en haastig. In de eerste raadsvergadering de beste wordt het hem duidelijk dat er bij de raad bezwaren leven. Bezwa ren tegen zijn persoon? Hij heeft niet de indruk. Dan brengt een der wet houders het probleem ter tafel. Het ontlokt aan de overige raadsleden hete, felle discussies. Een geschil is geboren: het voetballen op zondag in IJhorst. Ex-burgemeester Van der Wal haalt er min of meer zijn schouders voor op. „Dat komt allemaal wel weer te recht. Dat zijn dingen die hun tijd moeten hebben." Maar wel voegt hij er aan toe: „het is overigens lang geen eenvoudige zaak." Zijn opvolger denkt er anders over. „Het is vreemd," zegt hy, „maar er wordt al 15 jaar lang op zondag gevoetbald in IJhorst. Gedurende al die jaren hebben de in woners van Staphorst erover gezwe gen. Nauwelijks ben ik in functie, of men komt met de kwestie voor de dag." „De narigheid is," zegt de jonge bur gemeester, „dat het terrein in IJhorst een gemeentelijk terrein is. Een terrein dus van de gemeente Staphorst. Daar om maakt men bezwaren. Waarom de ze hele affaire juist nu wordt opge haald, is mij echter onduidelijk. Er zullen nog harde woorden vallen." Het voetbalgeschil is hét gesprek var de dag in Staphorst. „Voetballen op zondag is niks," zegt een lid van de voetbalvereniging „Staphorst". Zijn moeder gaat nog iets verder. Hoewel zjj drie zoons heeft die eigenlijk niets liever willen dan voetballen (zij vragen of zij in trainingspak op de foto mogen) keurt zij eigenlijk ook het voetballen op zaterdag af. ,,'t Moest verboden worden," zegt ze. Als even later haar drie zoons zich presenteren in tenue klaart haar gezicht een moment op, om dan snel weer te betrekken als ze bemerkt dat één van de drie in korte broek op het plaatje wil. „Jongen ga je omkleden," zegt ze. „Dat gaat niet in die blote benen." Problemen. In znn installatierede heeft burgemeester Haverkamp gewe- zen op het feit dat aan de opvang, aan het leiden, aan het positief bezig houden van de jeugd, aan het creëren van een juiste, een goede vrijetijdsbe steding in zijn gemeente nog zeer veel zal moeten gebeuren. „Om dit alles te realiseren is in een sterke godsdienstige gemeenschap als deze een positieve in stelling van de kerkelijke overheid on ontbeerlijk," aldus burgemeester Ha verkamp. De heer Van der Wal wijst ook op het ontzaglijke probleem van de jeugd in Staphorst. „De kerke lijke overheid, met name de gerefor meerde bondsmodaliteit binnen de Her vormde Kerk, doet niets voor de jeugd, tn de tijd dat ik burgemeester was zijn er overal clubs verschenen: gymnas tiek-, tafeltennis-, judo-, toneelclubs. Die verenigingen leiden nu een bloei end bestaan... in Rouveen en IJhorst (de meest „vrije" buurtgemeenschap van de drie). Maar in Staphorst en vooral voor de zeer streng Hervormde jeugd is er weinig vertier. Televisie en in de meeste gevallen ook radio (als er een toestel is, dan staat het verborgen onder de kap van de naai machine) zijn er niet. Buiten een gym nastiek- en een voetbalclub hebben de jonge Staphorsters eigenlijk niets. Wel hebben ze brommers en maken ze zoals overal elders een „heidens" lawaai. Ik heb zegt de heer Van der Wal wel eens een paar van die jongens aangehouden. „Vinden jullie dat nou leuk dat gevaarlijke rijden, dat „scheuren' met die knaldingen, dat rustverstoren in de gemeente?" Het antwoord was duidelijk: „Wat moeten wij anders doen?" Burgemeester Haverkamp ziet de konsekwenties van het niet opvan gen van de jeugd ook op een ander vlak: dat van de liefde. „Het is een trieste realiteit, maar juist in Stap horst waar men toch zo kerks is, wordt zelden of nooit in de kerk ge trouwd. Het aantal gedwongen huwe lijken is nog altijd zeer groot. En in dergelijke situaties mag men niet in de kerk trouwen. Het is gelukkig niet meer zo dat men uitsluitend binnen de Staphorster gemeenschap trouwt. Jongens en meisjes zoeken hun part ners ook wel eens in de omgeving: in de grote steden als Zwolle en Mep- pel. Maar hun aantal is gering." Staphorst: dat is het probleem van de jeugd. Het probleem ook van ouders en kerk. Sinds de komst van burge meester Van der Wal („ik heb inder tijd ook naar Staphorst gesolliciteerd") in 1940 is er in Staphorst veel gedaan om de jonge boeren geleidelijk te laten overschakelen op de industrie. Want ook hier is geen grond meer voor de boerenzoon om een eigen bedrijf te be ginnen. Niemand beter dan burgemees ter Van der Wal zelf afkomstig van het platteland (uit Nieuworda bij Win schoten) begreep de moeilijkheden van de vaders en hun zonen in zijn gemeente. Een jaar na zijn benoeming bracht hij het „Plan Staphorst '41" in de raad. Het plan werd met enthou siasme begroet. Er werd een begin gemaakt met een intensievere bodem cultuur en een gigantisch ruilverkave lingsproject van 11.000 ha bracht tot dusver 1300 personen uitkomst. De eer ste industriebedrijven vestigden zich in de gemeente. Veel weerstand onder vond de „burger" Van der Wal niet. Men was veel te blij dat er nu eindelijk iets gedaan werd. Thans, 22 jaar later, is er in Staphorst een condensatoren- fabriek van Philips gevestigd waar ze ker een honderdtal meisjes kunnen werken. Maar er zijn op dit moment slechts dertig meisjes in dienst. Het merendeel gaat liever werken b;j ge zinnen in Meppel en Zwolle. Er is meer industrie: een metalen-ramen- en deu- renfabriek, een aanhangwagen- en trai- lerbedrijf, een wegenbouwmaatschappij, een kettingfabriek, een rioleringsbedrijf, enkele constructiewerkplaatsen, een viertal coöperatieve zuivelfabrieken, een houtwarenbedrijf en enkele kleine re vestigingen. De omschakeling die burgemeester Van der Wal voor ogen stond, is voor het grootste deel ge slaagd, al is het ideaal nog lang niet bereikt. De omschakeling van de landbouw op de industrie heeft ook een nieuwe Ïjeest b(j tal van Staphorsters gebracht, n het zogenaamde Nieuw Staphorst wonen de jonge gezinnen. Er hangt een andere sfeer, een andere lucht. TV- antennes moet men er nog niet zoeken, maar de huizen zijn modern, de hy giëne is opgevoerd en wat heel belang rijk is: het contact met de „burgers" is uitstekend. Onlangs vestigde de heer Van der Wal jr. zich hier als tandarts, de eerste en enige tandarts in de hele omgeving. „Welk een sterk contrast," aldus ex-burgemeester Van der Wal, „vormt het nieuwe, moderne Staphorst met de honderd meter verder gelegen oude dorpskern met zijn machtige Saksische boerderijen. Hier is de tijd nog blijven stilstaan ook al heb ik ge zorgd dat in ieder huis nu een behoor lijke waterleiding, een keurig toilet en elektriciteit is. Het is echt nog niet zo heel lang geleden dat dit „comfort" in de meeste huizen ontbrak. De hy giënische toestand van enkele jaren ge leden was in de meeste gezinnen be droevend. Daaraan heb ik het eerst een einde gemaakt," zegt de heer Van der Wal verbeten trekkend aan een nat stompje sigaar. Verschillen. Ziet men In bet nieuwe phoret, in he* vrije" IJhorst en de studentenvakbeweging haar beslag moeten krijgen. Ton Regtien is Amsterdammer, mi vierdejaars in de psychologie. Toen hij na een paar Amsterdamse studiejaren in Nijmegen kwam, voelde hij zich plotseling als met lauwe dweilen van conservatisme omwikkeld. Het studen tencorps vertoonde in zijn ogen erger lijke kaste-eigenschappen, maar om zich als vernieuwer aan te dienen in het corps-parlement stuitte hem tegen de borst. Een verkiezingskandidaat dient zich daar met een fles sherry te melden, en dat verplichte spelletje stond hem allerminst aan. Dat van de 3000 Nijmeegse studenten zich slechts een kleine 500 actief bezighiel den met het „georganiseerde gezellig heidsleven" achtte hij symptomatisch voor de armzalige representatieve functie die het corps vervult. „Het Ne derlandse studentenleven hobbelt tot groot vermaak van de dagbladpers nog steeds voort op een verwaterd pa troon van de oude Duitse stu den ten- corpora". zo schreef hij. Het is die conservatieve minderheid in de corpo ra die van het begrip „student" een ietwat drankzuchtig, raaskallerig, be kakt en lawaaierig creatuur heeft ge maakt. Voor die student wilde Ton Regtien niet versleten worden. Dat de ze vertekende „image" bij het grote publiek ingang heeft gevonden, wmi mogelijk doordat de meeste studenten- corpora van een democratisering van het milieu naar het oordeel van velen weinig terecht hebben gebracht. Hij ziet de student heel anders, als iemand die zich bezig houdt met een volwaardige maatschappelijke taak, als een jonge intellectuele werkne mer, een onmisbare schakel in het algemene produktieproces. De maat schappij, die zeer afhankelijk is van wetenschapsbeoefening, wacht on geduldig op zijn komst. De maat schappij heeft verplichtingen tegen over de student, maar die moeten niet geregeld worden met een zeke re vaderlijke welwillendheid, doch op basis van een wederkerige rechtsver houding. Temeer daar de komende tien jaren een meer dan verdubbeld studentenaantal zullen opleveren, zal de gewenste dialoog met de overhe den gevoerd moeten worden door een gereglementeerde groep. De oude structuren van de studentencorpora (die geen actief maatschappelijk en gagement nastreven) zijn daarvoor ongeschikt. De Nederlandse Studen tenraad, die ook niet als representa tief mag gelden voor de gehele stu dentengemeenschap, vertoont es-en- min grote voortvarendheid in die richting en het Belgische studenten syndicaat heeft de heren van deze Raad al eens hardvochtig betiteld met „de paladijnen der onverschil ligheid". Dus een vakbeweging, heeft Ton Regtien geconcludeerd, die als pres siegroep zou kunnen functioneren. In andere landen leeft het studentensyn- dicalisme al veel langer. Vanuit Nij megen heeft men contact opgenomen met deze organisaties en de „public relations-man" van de Studentenvak beweging. Hans Hermans, student so ciologie, is al naar Parijs gelift om de banden nauw aan te halen. De Franse UNEF (Union nationale des étudiants de France) immer:- is voor de heer Regtien een inspirerend voor beeld geweest. „Het zal waarschijn lijk die kant op gaan. Het moet wel. De a-politieke houding van verreweg de meeste studenten is niet meer houd baar." De studentenvakbeweging wil aan dacht vragen voor belangrijke ver schijnselen en grote moeilijkheden in het eigen milieu. Voorop staat ge noemd het studentenhuwelijk (dat langzamerhand veel wegheeft van een verzwegen verschijnsel van grote om vang), de huisvesting en de controle op de kamerhuren, de herziening van de mensasubsidies, verdediging van de vrijheden en verbetering van de loca le situaties in de verschillende univer- siteits- en hogeschoolplaatsen. Zijn het voornamelijk de materiële belangen van de studenten die de vak beweging in haar werkterrein ziet? Door zijn behoefte aan concreetheid en zijn ongeloof jegens slogans heeft hij voor alles nog niet steeds de goed* woorden kunnen vinden. Hij is er ech ter van overtuigd dat de studentenvak- vereniging duidelijk invloed moet uit oefenen op de geestelijke vorming, de politieke en sociale bewustwording van de studentengemeenschap. „Ook de kritische functie van de studentenge meenschap, de nieuwe generatie, moet waar nodig concreet gestalte krijgen. Waar de humaniteit in het gedrang is, moeten wij een eerlijk standpunt in nemen". zo zegt hij. De hele geest van een studenten vakbeweging wordt pas logisch al* men de plaats van de student me4 nieuwe ogen gaat zien, aldus heeft Ton Regtien geredeneerd. „Econo misch en wetenschappelijk is de stu dent op langere termijn een belang rijke factor. Wijzelf moeten ons daar van bewust zijn en onze verplichtin gen aanvaarden. De maatschappij moet bereid zijn het nodige in ons te investeren. Vandaar dat wij voor stander zijn van studieloon. opgevat in de zin van „voor-betaling", zoüa de Fransen zeggen, présalaire. Stu dieloon en studievrijheid sluiten el kaar niet uit". De studentenvakbe weging heeft hiermee een van ha»r eerste standpunten geformuleerd. Het présalaire geeft gelijke kan sen aan iedereen en kan dos de so ciaal rechtvaardige dern «cratisering van het onderwijs be*v telligen. Het benadrukt tevens dit studeren een volwaardige brait vd en een maatschappelijke nombask ia. het gematigde Rouveen de klederdrach ten langzaam maar zeker verdwijnen, in het oude Staphorst is nog iedereen van kleuter tot grijsaard in het tra ditionele costuum gestoken. De vrou wen dragen hier nog het bekende kap je, de rokken in de groen-blauwe kleu ren en de rode omslagdoek. Is er rouw in de familie, dan wordt het rood ver vangen door blauw. Vier jaar duurt die rouw. Direct na de tragische ge beurtenis wordt de rode omslagdoek vervangen door een donkerblauwe. De kleur blauw wordt lichter en lichter naarmate het aantal jaren in de rouw- tijd verstrijkt. In het oude Staphorst is weinig of niets veranderd. Over het dorp hangt een zware melancholie, een dreiging van dood, straf, zonde en hel, die haar neerslag vindt in een verre gaand solidariteitsgevoel met de ge meenschap, en een angstige, haast on natuurlijke afkeer van iedereen, die „vreemd" is, van alles dat nieuw is en ongewoon en daardoor gevaarlijk. Slechts een enkele maal wordt de som berheid onderbroken. Bijvoorbeeld door een huwelijksfeest, dat twee weken in beslag neemt en vroeg in de morgen van de eigenlijke trouwdag onverwacht en hard afbreekt. „Men is in Staphorst erg koningsgezind maar op Koningin nedag hangt er geen vlag buiten," zegt de heer Van der Wal. „Het woord „feest" mag men in Staphorst niet uit spreken." Want de kerkelijke overheid is hier de wetgever. Hoewel men het toelaat, is men in feite tegen het voetballen op zaterdag. „Zo'n wedstrijd blijft de jongelui in de benen zitten," redeneert men. „En dan is men er zondags in de kerk „geestelijk" niet bij." Boven dien bestaat het gevaar dat men tij dens de dienst over de wedstrijd van de vorige dag blijft nakaarten. Het voetballen laat men dus doorgaan. Omdat de jeugd tenslotte één uitweg moet hebben. Als het aan burgemees ter Haverkamp, de jonge energieke zoon van de vroegere burgemeester van .Dinxperlo ligt, dan komt er bin nenkort ook in Staphorst een zwem bad. Maar hij is voorzichtig en wil er nog niet te veel ruchtbaarheid aan geven. Er wordt momenteel al genoeg gepraat in zijn gemeente. Merkwaardi gerwijs komen tijdens deze gesprekken vaak oudere zaken weer naar boven. Een van die zaken is het „volksge richt" van 1961, waarbij een getrouwde vrouw en een getrouwde man op een boerenwagen als straf het dorp wer den rondgereden omdat zij overspel hadden gepleegd. In zijn installatierede heeft burge meester Haverkamp ook hierover een duidelijke taal gesproken. Hij noemde het gebeurde ontoelaatbaar en afkeu renswaardig. Toch kon hij het ge- beurde wel verklaren. „Iemand die zich enigermate in de geschiedenis van Staphorst heeft kunnen verdiepen, die de achtergronden, de levensopvattin gen en de instelling van de bevolking heeft leren kennen en daarbij met na me de drang tot bescherming van de eigen leefgemeenschap heeft onder kend, .zal een en ander kunnen ver klaren," aldus burgemeester Haver kamp. De heer Van der Wal zegt erover: „Ik was er te laat bij. Anders had ik zo'n honderd of tweehonderd meter meegereden en dan gezegd: jongens, afnokken. Het is mooi geweest zo. Je kunt zo iets toch niet tegenhouden. En het merkwaardigste is dat beide echtparen weer verenigd zijn, zelfs bij elkaar over huis komen en dat heel het dorp weer in vrede met hen leeft. De huwelijkstrouw staat in Staphorst heel hoog aangeschreven. Niemand mag daarop inbreuk maken." „Daar kwam in dit geval nog bij", vertelt bur gemeester Haverkamp, „dat de man van de overspelige vrouw al enkele malen gepoogd had zich van het leven te beroven. Kijk, en in zo'n geval neemt de bevolking het recht in eigen hand." Mèt de gesprekken over het voetbal len op zondag wordt er vandaag de dag wederom gesproken over het volks gericht van '61. Maar het valt op dat de meeste inwoners er eigenlijk een aisebmv van hebben. Een oude vrouw zegt: „Ik vond het eng. En heel erg. Het is een schande om een vrouw zo te vernederen, hoe slecht ze ook is." Eh dan tegen ons: „Eén ding is zeker. Als onze jongens naar de grote stad zouden gaan, zouden zij met kar ren vól thuiskomen. Als u dat maar gelooft." Het is dankzij burgemeester Haver kamp dat wij in haar prachtige boer derij kunnen doordringen. ,,U maakt er toch geen prentbriefkaarten van," vraagt zij aan de fotograaf. „Ik heb het er niet op," zegt ze. „Je weet nooit wat die mensen doen. Die bui tenlandse pers heeft na het volksge richt schandalig over ons geschreven. Trouwens de hele pers komt hier niet meer. Men heeft de hele affaire over dreven." Sinds het volksgericht is er ook een fotografeer-verbod in Staphorst uitgevaardigd. Het vereist nu heel veel moeite om dat wonderlijke, wekelijks terugkerende evenement van de kerk gang op zondagmorgen vast te leggen. Vaak is het gebeurd dat zich iemand uit de lange stoet losmaakte om een niets vermoedende toerist de camera uit de hand te slaan. Dat risico loopt men nog. Dat risico loopt men in het Staphorst van 1963. Zowel burgemeester Haver kamp bljj met zijn gemeente als een kapelaan met zijn eerste benoe ming als ex-burgemeester H. van der Wal zijn er van overtuigd dat de ontwikkeling, het ontwaken van de Staphorsters een kwestie van tijd is. Maar zolang er in Staphorst geen betere samenwerking is tussen de kerkelijke overheid (met name met de streng Hervormden) en het hoofd van de gemeente, zolang er nog ge boren en getogen Staphorsters, streng godsdienstig opgevoed, in het nabu rige Rouveen ter kerke gaan omdat het in hun eigen plaats te orthodox is, zolang er door de kerk niets, maar dan ook helemaal niets voor de jeugd wordt gedaan, zolang ieder wezenlek contact met de wereld rondom onmogelijk wordt gemaakt, zolang zal Staphorst, het stille, in- zichzelf-gekeerdedroevige dorpje blijven. FRANS BOELEN. de studentenwereld wordt op die ma nier een burgerlijke troep.waren zo de anti-kreten. Maar de bijval kwam ook. Heel bemoedigend van enige hoogleraren en van buitenlandse stu dentenbewegingen, maar ook uit de ei gen kringen. Er zijn nu werkgroepen in Nijmegen, Amsterdam, Delft, Utrecht en Wageningen. Deze en nog eventuele andere werkgroepen hoeden half juni een landelijke vergadering. Begin september zullen 40.000 studen ten een „Democratisch Manifest" on der ogen krijgen en kort daarna zal (Van onze speciale verslaggever) Omdat Ton Regtien zich niet geluk kig voelde met de verhoudingen in de Nijmeegse studentenmaatschappij be gon hij eraan. Maandenlang werkte hij zich door een enorme stapel litera tuur en uitvoerig overwoog hij zijn mogelijkheden. In het Nijmeegs Stu denten Blad van 15 febr. kwam hij voo de dag met zijn plannen: een lan delijke vakbeweging voor studenten. De protesten zijn niet uitgebleven. „Wij zijn geen arbeiders, onze indivi duele vrijheid zal naar de maan gaan,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1963 | | pagina 15