MAARTEN vangt het boze speel tu in-m ann et je LUCHTBALLON Alfredo BOODSCHAPPER VAN DE NACHT DE „GREENHORN De oorlog van de Zeven Bronnen ram DE STILLE STRIJD Televisiecamera EXAMENS fc.. HIK.. BOE mmmmmm Benoeming Audiëntie Wijding ff Oriënterend gesprek Gasunie-Hoo govens Nieuwe Pocketserie bij het Spectrum ZATERDAG 22 JUNI 196o rAGINA IV I k door JOHN BINGHAM KARL MAY rr ERIC DE NOORMAN Liturgische weekkalender Net zoals alle jongens, die vijf, zes of zeven jaar zijn, hield kleine Maarten van steppen, ballen, au to's en dropjes. Maar het meest van al hield Maarten toch van de speel tuin. Daar kon je draaien, wippen, glijden en schommelen, zolang je maar wilde. Of nóg langer. Luister maar eens naar het verhaaltje. Op 'r morgen was Maarten met zijn moeder naar de speeltuin gegaan. Eerst had hij met een klein meisje op de wip gezeten. Dat was wel leuk, maar het kleine meisje riep de hele tijd maar: niet zo hard, niet zo wild. Toen vond Maarten dat hij beter maar naai de draaimolen kon gaan. Zeven keer maakte Maarten een ritje met de draaimolen en daarna ging hij van de glijbaan, roets, naar beneden, ik weet niet hoe dikwijls wel achter elkaar. Eindelijk waren er alleen de schom mels nog. waar Maarten nog niet mee gespeeld had. En Maarten hield van schommelen. Hij had het extra voor het laatst bewaard. Vlug kiom nfl in een schuitje en daar ging het al: op - neer, op - neer, steeds hoger en steeds harder. Maarten had 'n pret! Ik blijf schommelen tot morgenvroeg! riep hij tegen zijn moeder. En hij hoorde er niets van, dat een klein, groezelig kereltje, hóóg boven hem in het schommeltouw, zei: ik zal je laten schommelen. Tot morgenvroeg, haha, misschien wel tot morgenavond. Dat kleine kereltje was het speeltuin mannetje. Het sloop heel de zomer van de ene speeltuin naar de andere. En je raadt nooit waarom. Het vond 't leuk om kinderen te plagen. Kinderen die in de speeltuin aan 't spelen waren. Het speeltuinmannetje was wél klein, maar het was reuze sterk. Dat kon je zien aan zijn armen, waar veel haren op groeiden. Met die kleine sterke armpjes kon hij best de draaimolen tegenhouden. Dat deed hij dan ook dikwijls Dan had den de kinderen pech, want de draai molen draaide niet meer. Het speeltuin mannetje had ook sterke beentjes. Als het ermee op de wip sprong, bleef de wip precies in het midden hangen. Hij wipte niet meer omhoog en omlaag en de kinderen lieten zich er gauw af helpen, omdat ze dachten dat de wip kapot was. Nu klom het speeltuinmannetje haas je repje in het schommeltouw van de schommel, waarin kleine Maarten op en neer vloog. Ik réi je laten schommelen! lachte het mannetje. Met een zwaai stond hij boven op de paal en elke keer als het schommeltouw langs zwierde, gaf hij er met zijn voetje een trap tegenaan. Kleine Maarten had 'n reuze Ouderwetse luchtballon van gebroeders Montgolfière. Deze maand was het 180 jaar geleden dat de gebroeders Montgolfière een gro te luchtballon lieten opstijgen. In het jaar 1680 had de natuurkundige Lana reeds een idee uitgewerkt om een vliegend schip te maken dat door vier grote balons van erg dun koper zou gedragen worden, die vooraf luchtledig gemaakt moesten worden. Het is bij deze plannen gebleven. Omstreeks het jaar 1770 vervaardigde men grote pa pieren ballons (soort enorme vliegers), die kunstig waren versierd en beschil derd. Het was meer een volksvermaak om die „luchtbollen" op te laten. In Frankrijk namen de zonen van een papierfabrikant, Jozef en Etienne Mont golfière, allerlei proeven met enorme papieren ballons. Die werden met water stof gevuld, doch hoger dan enkele me ters gingen de ballons niet. Daarna pro beerden zij het met linnen ballons, die van binnen met papier waren beplakt. Tenslotte probeerden zij het nog eens met een ballon, die gevuld was met verwarmde lucht en jawel hoor, 5 juni 1783 ging de eerste ballon in Frank rijk de lucht in. De verbazing van de mensen was grenzeloos; het was als of zij een wonder aanschouwden! Men sen gingen toen nog niet mee de hoog te in. In Amerika is een nieuw televisie systeem ontwikkeld met een camera, die verder kijkt dan het menselijk oog. Ook kan de camera beelden opvangen bij praktisch volslagen duisternis. Dit nieuwe systeem is bijzonder geschikt voor de luchtvaart. Gemonteerd in de neus van een vliegtuig kan de camera beelden opvangen en weergeven van grote afstand, die met het menselijk oog niet of nauwelijks waarneembaar zijn. Naar verwacht wordt zal de camera goede diensten bewijzen bij opsporings- en reddingswerkzaamheden. Zo zal deze nieuwe camera, die tien tot hon derd maal gevoeliger is dan het men selijk oog, gebruikt kunnen worden bij het zoeken naar schipbreukelingen en verongelukte vliegtuigen. Door zijn vermogen door de duister nis heen te kijken zonder dat hiervoor een licht- of infrarode bron nodig is, is de TV-apparatuur onder meer ook van betekenis voor de militaire luchtvaart. Hierdoor is het namelijk mogelijk nach telijke verkenningsvluchten te houden, terwijl bovendien landingen bij nacht op onverlichte terreinen uitgevoerd kunnen worden. iret. Zo gemakkelijk als het schomme len nü toch ging. Hij hoefde er hele maal geen moeite voor te doen. Het ging vanzelf. Toen zei moeder: kom, Maarten, nu moet je maar eens ophouden. We gaan naar huis. Nog éven, bedelde Maarten. Maar dat ,even' werd een hele tijd. Maarten kon de schommel niet meer stil krijgen, al deed hij er ook nog zo zijn best voor. Moeder keek eerst 'n beetje boos: komkom, zei ze, nu is het welletjes. Als je niet dadelijk stilhoudt, gaan we nooit meer naar de speeltuin. Maar ik kan niet! schreeuwde Maar ten. De schommel gaat telkens weer omhoog, kijk maar. En Maarten had gelijk. Elke keer kreeg het schommel touw van het speeltuinmannetje zo'n geweldige trap, dat het de hoogte in vloog. Zelfs toen moeder probeerde de schom mel tegen te houden lukte het niet. Het speeltuinmannetje kon harder trap pen dan moeder trekken kon. Moeder ging er de baas van de speeltuin bij nalen. Die trok dadelijk 'een bezorgd gezicht. Kunt u de schom mel niet stil krijgen? zei hij. Wel, dat is verleden week in een andere speel tuin ook al eens gebeurd. Toen heeft 'n klein meisje drie dagen lang moeten schommelen. Drie dagen lang! riep de moeder van Maarter verschrikt. O, maar dat mag niet gebeuren. Houdt u de schommel toch tegen. U bent sterk, meneer de speeltuinbaas. Maar al was de speel tuinbaas dan sterk, de schommel zwier de rustig door, want het kleine speel tuinmannetje was sterker dan hij. Ik wil eruit! riep Maarten met een benauwd gezicht. Ik wordt misselijk. Haha, lachte het speeltuinmannetje, jij wou schommelen tot morgenvroeg! Haha, dan moet je maar niet zo op scheppen. Haha, haha! Het stoute speeltuinmannetje lachte zó hard, dat Maarten dacht: wat hoor ik toch daar boven me? Hij keek om- noog en zag het kleine kereltje dat met zijn voet het schommeltouw aan de fang hield. Toen begreep Maarten wie e schuld was. Hij probeerde te schreeuwen tegen de speeltuinbaas, Maar die verstond het niet. Dan zal ik dat mannetje zelf moeten vangen, dacht Maarten. Hij voelde in zfln broekzak en jawel hoor: daar zat een lang springtouw in. Vlug maakte Maarten een lus erin en toen de schom mel helemaal hoog in de lucht was, mikte hij die lus precies om het manne tje op de paal. Je begrijpt dat het stoute speeltuinmannetje meteen was uitgelachen. Maarten trok hem omlaag en al spartelde het kereltje ook nog zo hard, het kwam niet los. Moeder en de speeltuinbaas, die de politie er al bij hadden geroepen, waren erg opgelucht toen de schommel geleidelijk-aan wat lager ging en eindelijk stilstond. Gelukkig, Maarten, riep moeder, toen haar kleine jongen eruit sprong. En de speeltuinbaas zei tegen de politie, die juist op de motor kwam aangereden: neem me niet kwalijk, we dachten dat de schommel stuk was. We konden hem niet stilhouden. Hum, deed de politie agent. als u maar weet, dat u ons niet voor zulke kleinigheidjes kunt roepen. Wij, politiemannen, hebben wel wat an ders te doen. Het is niet voor niets! schreeuwde Maarten. Hier agent, neem dit manne tje maar mee. Hij is de schuld van alles. Hij stond boven op de paal en trapte telkens tegen het schommeltouw! De agent heeft het speeltuinmannetje meegenomen en hem opgesloten In een huisje, waar hij nooit meer uit weg kan gaan. Sinds die tijd worden de kinderen in de speeltuin niet meer geplaagd. Alle draaimolens draaien, alle wippen wippen, en alle sohomm;ls schomme len weer en houden ook op tijd weer stil. En omdat Maarten het stoute speeltuinmannetje gevangen had, mocht hij voortaan helemaal voor mets in alle speeltuinen van het land en kreeg hjj nog een ijsje op de koop toe. LEA SMULDERS 320? MOCO AMSTERDAM, 22 juni Het Am sterdams Conservatorium einddiploma piano solospel: R. Jansen, H. Levano, Ar..sterdam; L. Neeling, Den Haag; H. Voor en, Beverwijk; Orgel: M. Metz, Amsterdam; Violoncel: mej. M. Ver- berne, Amsterdam; Zang: mej. T. van der Laan, Wormerveer; Dwarsfluit: J. Kikkert, Amsterdam; Trompet: C. Vlak Amsterdam. Onderkvijsakte piano A: J. Vischja- ger, Amsterdam; Piano B: de dames H. Albers, Amsterdam: J. van der Lem, Leidschendam en D. Wynia, Haar lem; Viool A: mej. E. van Daalen, Amsterdam; Violoncel A: mevr. A. Koolhoven-Joustra, Amsterdam; Violon cel B; de dames E. Neuman, Amster dam; A. Scholtens, De Bilt: Zang A: Mej. W. Hissink, Amsterdam; mej. A. Phillippo, Haarlem; J. Veuger, Amster dam; Dwarsfluit B: R. Maas, Amster dam; Klarinet B: J. Stoop, Bussum; Schoolmuziek B: mej. P. Sijses, Amster dam; Theorie B: kapelaan J. Valke- stijn, Heemstede. AMSTERDAM, 22 juni Universi teit doet. natuurk.: J. Michels, Amster dam; kand. rechten: J. Benjamins, R. Engels, G. Schuyte en E. Lissone, Am sterdam; kand. Duits: N. Van Dalen en R. Creutz Lechleitner, Amsterdam. ROTTERDAM, 22 juni Ned Econ. Hoogeseh. accountant A. Dek, Den Haag. DELFT, 22 juni Technische Hoge school geod. ing. C. van Gelderen, Zeist; T. van den Hout, Delft; J. Ni- colai, Steenwijk; E. Slotboom, Dor drecht; M. Tienstra, Delft. LEIDEN, 22 juni. De rijksuniver siteit: kand. Westerse sociol.: C. van Eijkeren, H. Bakker en V. Danckaerts Den Haag, doet. pedag.: mej. W. Bou- man Den Hulst: kand. pedag. C. Goes Den Haag. GRONINGEN, 22 juni. De rijks universiteit Frans M.O. B: mej. M. Kalma, Boekelo, Engels MO A: de he ren J Graeper Amsterdam, J. Lae- nen Maastricht; kand. geneeskunde 2a: de dames G. Egberink Deventer, A. Jager Beetsterzwaag, N. van der Mo len Zwolle, M. Roos Borculo, E. van Wering Rotterdam, en de heren A. van Drooge Warga, H. van der Veen Nijverdal; arts le ged.: mevr. M. Bart- stra Soest en de heren E. Sietsma en E. Smit Groningen, H. Welvaart Zand- voort; arts: de dames S. Groenhuis Groningen, Z. Sassen Roswinkel en de heren W. de Boer Groningen, D. Hil- brands Zuidwolde, (Gr.), A. Smeets Helden- P anningen DEN HAAG, 22 juni. Mr. Chr Lijesen is met ingang van 1 juli be noemd tot hoofddirecteur van de straf- gestichten te Veenhuizen. Hij is de op volger van ir. J. F. H. F. v. Mehtrop, die 1 februari is overleden. Mr. Lije sen is tot de overdracht van het be stuur over Nieuw-Guinea aan de Un- tea vorig jaar directeur van de dienst van Culturele Zaken te Hollandia ge weest. DEN BOSCH, 22 juni. Kardinaal Alfrink heeft namens het Nederlands episcopaat benoemd tot geestelijk ad viseur van de bond van het katholiek nijverheidsonderwijs mgr. dr. G. F. J. Bannenberg te Boxtel, onder gelijktij dig eervol ontslag aan mgr. drs. J. C. v. Overbeek. HAARLEM, 22 juni. Mgr. Van Dodewaard zal woensdag geen audiën tie verlenen. DEN BOSCH. 22 juni. Mgr. Bek kers zal zaterdag 29 juni de priester wijding toedienen in de parochiekerk te Mierlo-Hout aan frater H. van Oor schot van de Congregatie der Pries ters van het H. Hart v Montreal. van Jezus te 85 „Ze zullen zeggen: „Zo, dus daar hebben we weer die geheimzinnige mr. X, die niemand ooit kan vinden. Bestaat die eigenlijk wel?" zullen ze zeogen. Het is niet voor het eerst, dat de schuld op zo iemand gegooid wordt! Waar of niet?" „Waar of niet?" mompelde Summers. „Ze duiken altijd weer op," zei de brigadier op verveelde toon. „Ik heb het niet gedaan," zeggen ze, ,maar de een of andere geheimzinnige kerel moet binnen zijn geslopen en het gedaan hebben.' „Politie zoekt myste rieuze man" staat er dan in de kranten. Maar hij wordt nooit gevonden." Harold Summers veegde snel met zijn zakdoek langs zijn voorhoofd. „Nogal warm hier, hè?" zei de brigadier. Summers zei bitter: „Misschien zoeken ze niet hard genoeg naar hem." „Zoeken naar wie?" vroeg de inspecteur. „Naar de andere man." „Natuurlijk zoeken ze naar hem," zei de inspecteur ^onverschillig. „Ze weten, dat de verdediging daarop zal berusten," zei de brigadier verveeld. „Ze proberen 'm altijd te vinden, zo vast als een huis." „Natuurlijk proberen ze het," zei d inspecteur op weer dezelfde onver schillige toon. Hij lacht dat ze hem meteen zouden arresteren, want hij wist niets van zulke dingen af, maar natuurlijk deden ze het niet. Afgaan op vermoedens is altijd een précaire zaak en een jury moet er niets van hebben. Maar voor een eerste verhoor was het niet kwaad geweest. De oude Harold Summers ondertekende de verklaring, die vrij onbetekenend leek in vergelijking met de andere verklaringen die ze al hadden. Ze hielden hem nog een paar uur vast en toen zond de inspecteur, vroeg in de middag, een boodschap, dat ze hem die dag niet meer nodig hadden. Hij keerde terug naar wat eens zijn huis was geweest. In de hal kwam hij tot de conclusie, dat de ware profiteurs van de dood niet de wapenfabrikanten zijn, want er waren allerlei soorten druk werk in de bus gestopt. Begrafenis-ondernemers boden hem diensten aan, bloemisten wilden graag kransen leveren, opkopers van tweedehands kle ren boden de hoogste prijzen en steenhouwers prezen hun grafzerken aan. Slecht nieuws verspreidt zich gauw. Niemand laat tijd verloren gaan, dat kan men zich niet veroorloven, want haast betekent geld en geld be tekent huur, voedsel en kleren, en nog veel andere dingen. Bij de parti culiere ondernemingen die op de sterfgevallen afkomen op een tijdstip, dat niemand geneigd is om prijzen te vergelijken, is het een kwestie van i.wie het eerst komt het eerst maalt". Maar al wat Harold nu begeerde was met rust gelaten te worden, al v/as het maar een uur of twee. Niet op zijn bed, met ernaast dat van Eispetn, waar de slaap niet zou komen, juist omdat hij er op wachtte, tnaar in zijn leunstoel waar het later in de middag al gauw schemerig zou zijn. Hij knipte het elektrische haardje aan, ging zitten, leunde ach terover en sloot zijn ogen. Hij was nu te moe om te tobben over zijn eigen situatie. Hij wilde wel, dat hij niet had gezegd dat Elspeth wist van zijn vriendschap met Isobel Brook. Dat was een zwak punt. Maar je moest ook zo gauw beslissen en je had geen tijd om na te denken. Toen de warmte hem doezelig maakte, begon hij aan Ann en Jean te denken en opnieuw hield hij zich voor dat je het ze niet kwalijk kon nemen. Hij was al half in slaap en nog steeds bezig zich dat goed voor te houden, toen er werd gebeld. Hij deed zijn ogen open en sloot ze weer. Hij zou die bel gewoon negeren. Toen de bel voor de derde maal overging, dacht hij er aan, dat er geen gordijnen meer voor de ramen hingen en dat degeen die gebeld had, hem bij het gloeiende haardje kon zien zitten. Hij stond op en liep met tegenzin langzaam naar de voordeur. Op de stoep stond John Noker. Een lange, magere kerel met blauwe kaken en erg rode lippen, gekleed in een slecht zittend pak met een slobberige broek. Summers kende hem wel, hij had hem wel eens gezien als Elspeth hem meebracht: een ultra-moderne opvoedkundige, net als zij, die een eigen school had geopend. Elspeth had dikwijls gezegd dat hij prachtig werk deed, hoofdzakelijk langs experimentele lijnen. Summers nad eerst tegengeworpen, dat kinderen niet het juiste materiaal waren voor experimenten, maar ze had zijn argumenten natuurlijk ter zijde geschoven. „O, bent u het?" zei Summers. „Hebt u even tijd voor me?" vroeg No ker. „O jawel, ja zeker," zei Summers, de deur iets verder openend. „Kop thee?" vroeg hij met tegenzin, toen ze in de eetkamer waren die nij nu als zitkamer gebruikte. Noker schudde zijn hoofd. „Sigaret?" „Dank u." Noker ging in de kleinste van de beide leunstoelen zitten, de stoel die Elspeth altijd gebruikte en sloeg het ene been over het andere. „Wat een ontzettende gebeurtenis!" „Ja." „U weet hoe ik met u meevoel, dat behoef ik u wel niet te zeggen." „Dank u. Hoe hèbt u het gehoord?" „Het staat nu natuurlijk in de kranten, maar ik had het al eerder gehoord. De politie is bij me geweest. De gewone routine." Ze hadden wel vlug gewerkt, dacht Summers, waarschijnlijk de hele nacht door en deze morgen. Mijn hemel, wat hadden ze er een haast achter gezet, geen wonder dat ze zoveel wisten toen ze hem verhoorden. Hummers kuchte eens en zweeg weer. Hij mocht die Noker niet, hij had hem nooit kunnen uitstaan en hij hoopte maar dat hij weer gauw weg zou gaan. „Het zal een dure tijd voor u zijn," zei Noker zacht, „en u zult na de begrafenis ongetwijfeld wel een poosje weg willen gaan. Ik kom eigenlijk eens informeren... nu ja... of u wel over contant geld beschikt." Summers keek hem verwonderd aan. Hij had grote lust hem te vragen, waarom hij dacht dat hij slecht bij kas was. „Het zou jammer zijn om bij de tegenwoordige stand van de geldmarkt aandelen te verkopen," ging Noker verder. Hij had zijn lang, somber ge zicht naar het vuur gewend. Summers deed een lange trek aan zijn sigaret. Al wat gebeurd was had zijn zenuwen uiterst kwetsbaar gemaakt en zijn emoties dichter naar de oppervlakte gebracht. Hij was bepaald ontroerd. Je wist toch maar nooit wat je aan de mensen had, dacht hij met iets van zijn vroegere diepzinnigheid, mensen waren onberekenbaar. Mensen, waarvan je het nooit had verwacht, boden je hulp aan als je in moeilijkheden zat. Hij glimlachte en kreeg opeens een warm en dankbaar gevoel voor Noker. „Het is heel vriendelijk van u, maar ik heb niets nodig. Ik heb ver zekeringen lopen en daarop zou ik geld kunnen opnemen en ik heb een Donus gekregen van mijn vroeger departement." „En dan is er natuurlijk Elspeths geld," zei Noker. „Zowat vijfduizend pond meen ik dat ze eens heeft gezegd, maar het zal wel even duren voor iemand daaraan kan komen, daarom dacht ik..." (Wordt vervolgd) I 29. Met alle kracht die in hem is, slaat Artor toe en dat is wel nodig ook, want Erwins schedel zit ver borgen onder zijn helm... maar de slag komt aan en met een onduidelijk gepruttel zakt Erwin in elkaar. Geheel onkundig van deze gang van zaken, naderen Erwins mannen en zij schrikken niet weinig als zij hun Britse tegenstander zo zien... In zijn hand Er wins eigen zwaard, zijn voet in de nek van hun aan voerder, die roerloos terneer ligt. „Leg je wapens af en gauw een beetje," zegt Artor kalm. „Ik heb je meester gegijzeld en ik hoop dat jullie weten wat dat betekent." Het klinkt onheilspellender dan de ergste dreigementen en de tien krijgers beijveren zich, zich van hun wapentuig te ontdoen. „Netjes," zegt Artor spottend, „draai je nu allemaal om, want ik ben nogal verlegen van natuur." Grommend wenden de kerels zich om en snel hijst Artor zijn gevangene omhoog en houdt deze met de ene arm als een schild voor zich, terwijl hij zijn zwaard dicht in de buurt van Erwins hals laat zweven. „Staan blijven," klinkt het koel, als de mannen zich stiekem willen om draaien, steeds verder zeult Artor het zware lichaam weg van de plek... „Staan blijven, dan ge beurt er niets..." Maar helaas daarin vergist de dappere Brit zich toch, want hij is nauwelijks een paar honderd meter weg, of Erwin opent sloom de ogen. Verbaasd staart hij naar de zwaardkling voor zijn neus... voelt Artors sterke arm om zijn nek, en gaat meteen tot actie over... HUM HEGJHA/E/ZT U ZICH M/SSCH/EA/ DE !=0/ZMULE/ DIE ZE<3EBeu//cr HEEFT* W/JN eeai eeou MET W/JU?... DAT ts TOCH A//ET MAE? EU OFU/TS TEEEHDE tV/JAf mOUtVEA/S EM U/r DE ZES ANDEEE 8GOA/A/EH OHTSmOWS OOK IV/JA/ r DE BoeeEKI VEEUETEN HUM velden OM MW DE ElVlEK TE GMN VZMKEH... NEEVDAT IVEJZD TOEf/ HET BE<S/A/ YAA/AC MA/A/ OHGEUHC' MS> JUU/E EN/GE DOcSEA/ DAA/ZA/A HADDEA/GEZ/EM/N MAT UOCHZ STAATM/J/J MOO/E LAJ/D l/Ee/AEEBDE... DE DIEEEN wee DEN WET MEEC2 GEHOED EJJ LIEPEN VAN LINKS UAAIZ EECHTS, STOMPeONKEM... 35. „Ik was zo gelukkig bescherming te vinden bij een oudere vrouw en haar dochter, die mij een schüilplaats gaven, terwille van de mannen, wier kameraad ik geweest was. Zij wisten echter niet wie ik was. De jonge vrouw was pas een jaar ge trouwd. Haar man hoorde één van mijn redevoerin gen en kwam onder de indruk. Hij nam zijn schoon vader mee naar de volgende vergadering en deze werd eveneens enthousiast. De jonge man viel op het slagveld, dat geen veld van eer was en de oude werd tot tuchthuisstraf veroordeeld. Dit alles ver telde de vrouwen onder tranen aan hem, die de schuld was van hun ongeluk. Ik zat >n hun midden als door de bliksem getroffen. Vanaf dat ogenblik had ik geen rust meer. De vrijheid had ik behouden, maar innerlijk leed ik, zoals zelden oen mens kan hebben geleden. Ik wilde boete doen. Toen ik hoorde, dat het rode ras in Noord-Amerika zich wanhopig verzette tegen de ondergang, vloeide mijn hart over van toom en medelijden. Ik ging naar Ame rika en trok de wildernis in. Waar ik kon, pro beerde ik de ondergang van de Indianen te ver zachten. Ik sloot mij aan bij de Apachen en onder wees hen. Hun vertrouwen wist ik tenslotte te winnen." (Vanonze soc.-econ. redactie) DEN HAAG, 21 juni. Het eerste oriënterende gesprek tussen de Gasunie en de Hoogovens is dezer da gen gevoerd. Zoals bekend zal de Gas unie de gasvoorziening van een groot deel van Noordholland (met inbegrip van Amsterdam) van de Hoogovens overnemen. Het laatste zal overigens in elk ge val pas over enkele jaren kunnen ge beuren. omdat de gehele aanvoer van uit Groningen naar het bestaande Hoogovennet nog moet worden opge bouwd. Toch is het van belang, dat men op niet al te lange termijn tot overeenstemming komt omdat de Hoogovens zeker geruime tijd nodig zullen hebben om zich voor te berei den op de toekomstige situatie. AMSTERDAM, 21 juni. Uitgeverij Het Spectrum te Utrecht, die reeds een zestal pocketseries uitgeeft, waaronder Prisma en Aula, heeft hier een zevende serie aan toegevoegd: Marka, het pocket boek voor organisatie en bedrijf. De bedoeling is hiermee het bedrijfs leven een middel in handen te geven zich op de hoogte te stellen van de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van organisatie en efficiency. De redactieraad wordt gevormd door prof. dr. A. J. Diepenhorst, prof. drs. A. A. de Jong, prof. dr. W. Monhemius, prof. dr. J Pen en prol ir. H. K. Vol- beda. Het geheel staat onder hoofdre dactie van dr, ir. H. de Boer. KAASMARKT GOUDA, 20 juni Op de kaasmarkt alhier zijn vandaag 181 partijen aangevoerd, le kw. noteerde 2.35-2.41, 2e kw. 2.25-2 34 en extra kw. 2.42 tot 2.60. Alles per kg. Zondag 23 juni: 3e zondag na Pinksteren: eigen Mis: credo: pref. v. d. H. Drie eenheid —groen— Maandag: Geboorte v. d H. Joannes de Doper: eigen Mis; credo: —wit Dinsdag: H. Wilhelmus, abt; Mis Os Jus tl wit Utrecht: 2e geb. H. Adelbertus. Haarlem en Rotterdam: H. Adelbertus, belijder; Mis Os justi: 2e geb. H. Wilhelmus —wit Woensdag: H.H. Joannes en Paulus, marte laren; eigen Mis rood— Donderdag: Mis v. d. zondag —groen— Den Bosch: Eucharistisch Hart van Jezus; Mig Sciens; pref. v. h. H. Hart wit— Vrijdag: Vigilie van de H.H. Petrus en Pau lus, apostelen: eigen Mis —paars Zaterdag: H.H. Petrus en Paulus, apostelen; eigen Mis; credo; pret v. d. apostelen rood Zondag 30 Jnni: 4e zondag na Pinksteren: eigen Mis; credo; pret v. d. H. Drie- eenheid groen—

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1963 | | pagina 19