Hooglanden van Schotland Maarten van Rossum Ailrcdo Objectieve informatie over communisme Cursus van katholieke en protestantse zijde BOODSCHAPPER VAN DE NACHT DB „GREENHORN De oorlog van de Zeven Bronnen 7 Lad DE STILLE STRIJD m ft Wi T elefoonvcrkeer met Duitsland m BIRMINGHAM ST. MORITZ Een vrouw doctor in het canonieke recht HBS-opleiding voor onderofficieren ZATERDAG 29 JUNI 1963 PAGINA mmmjÊMSmm W52BB STOKVIS hjcrt-Q-TruaJ: hmmhsq, SaMflHBÏK rUiSiiSiiSJ» door JOHN BINGHAM KARL MAY n let Etc.... ERIC DE NOORMAN Hl - mmmt JX~*,X W$m Het Schotse Hoogland biedt veel aantrekkelijks door zijn ongerepte natuurschoon, waarin fraaie water- en bospartijen van een zeldzame bekoring zijn. Mux van. Maarten van Rossum. te "SLaC-t-BommeL Deze maand is het 485 jaar geleden dat de gevreesde Gelderse krijgsover ste Maarten van Rossum, berucht door zijn plunderingen in ons land, te Zalt- bommel werd geboren. Hij nam op jeugdige leeftijd dienst in de ruiterti van hertog Karei van Gelre en onder nam voor diens rekening plundertoch ten naar Holland, (o.a. 1528 Den Haag). Zjjn troep bestond uit ongeveer duizend man ruiters en voetvolk. Ze drongen huizen binnen en namen natuurlijk op de eerste plaats, kostbaarheden mee, maar ook mooie kieren enz. Later ging Maarten in Franse dienst over en trok in het jaar 1542 brand schattend door Brabant en tenslotte stelde hij zijn „diensten" ter beschik king van Keizer Karei V. Door de voortdurende veldtochten had Maarten geen vast verblijf, doch hij liet te Zalt- bommel een fraai kasteel bouwen. Hij stierf te Antwerpen aan de pestziekte in 1555. Het Maarten van Rossumhuis te Zaltbommel is thans als museum ingericht. Het grootste deel van de Schotse Hooglanden behoren tot stukken onge repte natuur. Men kan er kilometers reizen door land waar men aan alle kanten omringd is door scheppingen van de natuur: grote stukken moeras en laagveen, afgewisseld door hoge, kale bergen; een land ook met zach tere contouren waarin varens en heide zich uitspreiden over heuvels en dalen, een toevluchtsoord voor korhoen en sneeuwhoen, das en vos, waar de bui zerd en de zwerfvalk zweven en dui ken boven eenzame rotsen; een land van bergen en dalen en bruisende ri vieren. Het water van de ontelbare meren onophoudelijk kabbelend tegen rots en oever, is meestal rustig en vredig. In het merengebied van de Hooglanden is een overvloed van vis, vooral zalm. Bij goed weer en goed water zijn de meren ideaal voor de hengelsport in Groot-Brittannië en misschien wel in heel Europa. En wat de bruine fo rel betreft, de meest onwetende leek kan ze vangen op ieder piekje in de Hooglanden. Een andere attractieve sport is golf. Het werd reeds in de veertiende eeuw gespeeld, ook is er volop gelegenheid voor bergklimmen en zeilen. Waar denkt men het eerst aan als men de naam Birmingham hoort? Na- tuuriyk aan de industrie. Vele jaren werd de plaats ,,de stad der duizend ambachten" genoemd. Er zyn niet minder dan 2456 bedryven, in alfabeti sche volgorde, van gereedschappen tot zinkplaten, met daar tussenin briljant- ringen, hondebanden, tractoren, kof fers, touw, klinknagels, enz. enz. Het inwonertal is 1.105.000, iets meer dan Glasgow, zodat Birmingham niet slechts de hoofdstad van de Midlands is, maar tevens de tweede stad van Groot-Brittannië. St. Moritz werd in de 19e eeuw wereld beroemd. Een gemoedeiyk boerendorp veranderde, onder de ongewoon grote toeloop van toeristen van overal ter we reld, in een hotelstad, waaraan ook het opnieuw in gebruik stellen van de krach tige zouthoudende geneeskrachtige bron nen van St. Moritz-Bad een groot aan deel had. Die groei duurde tot de eerste wereldoorlog. St. Moritz is rykeiyk door de natuur gezegend en geschikt voor de beoefening van alle sporten, ook zeilen, vissen, golf en de wintersport vooral. Een kabelbaan en de laatste jaren een zweefbaan voeren de toeristen naar de gebergten, waar zü langs verschil lende wegen weer naar het dorp kunnen terugwandelen. Het Engadiner Museum bewaart de mooiste dingen van de oude Engadiner volkskuituur en is een aan- schouweiyke les in kuituurgeschiedenis. MOCO DEN HAAG, 28 juni Vanmorgen heeft de Westduit se minister voor PTT-zaken, de heer R. Stücklen een telefoongesprek gevoerd met de dir.-gene- raal van de Nederlandse PTT prof. ir. G. H. Bast. Dit gebeurde ter gelegen heid van het in gebruik nemen van de automatische telfoonverbinding tussen de Westduitse steden Bonn, Aken, Dort mund en Roetgen met Amsterdam, Den Haag en Rotterdam. Automatisch tele foonverkeer in omgekeerde richting was al enige tyd mogelijk. Tydens dit gesprek deelde prof. Bast aai. de Westduitse minister mede, dat binnenkort de abonnees in Utrecht, Eindhoven, Venlo en Maastricht ook de mogeiykheid zullen krygen automatisch met genoemde plaatsen in Duitsland te telefoneren. Advertentie Wat moet die Fasto geiser met 'n brander voor alle aoorten gas? Jongen, die universele brander zal narigheid voorkomen als we hier ooit ander gas gaan krijgen, presenteert d« enige geiser veilig voor Uw kinderen vanaf f 169.50 UW VASTE KEUSï'N FASTO GEISER i Advertentie) hi - nt*ï' "i nan -1 OMI Tilt taal m nu W90 i iHuaJiaaiiflpr PftgJüi! iW# O 1*1) 1*1 DRIEBERGEN, 29 juni Half oktober start een schrifteiyke cursus over het communisme, van katholie ke en protestantse zyde gegeven, om vattend veertien lessen. De lessen worden om de veertien dagen aan de deelnemers toegezonden, voor wie halverwege en aan het einde van de cursus een contactdag wordt belegd met een inleider en een gedachten- wisseling. Het initiatief is uitgegaan van het Katholiek Genootschap voor Internatio nale Betrekkingen (Kagib), gevestigd in het vormingscentrum De Horstink te Amersfoort en van het instituut Kerk en Wereld in Driebergen van de Ned. Hervormde Kerk. Gebleken is, dat er een grote behoefte bestaat aan objectieve voorlichting omtrent het communisme, zoals het voornameiyk in de Sovjet-Unie aan de dag treedt. Het Kagib had reeds eerder bij wpze van experiment verschillende schrifteiyke cursussen georganiseerd, waarvoor een byzonder grote belangstelling bestond. Ook het houden van een contactdag voor een mondeling gesprek werd daar zeer gewaardeerd, gezien de op komst van 200 cursisten op een totaal van 650. Op Kerk en Wereld werden geregeld bijeenkomsten over het com munisme gehouden. Sinds een jaar bestond er een studie groep over communisme en Marxisme, uitgaande ook van Kerk en Wereld en De Horstink, die zich nader op de ver schillende aspecten van het communis me bezon. De verkregen kennis wil men nu nader brengen tot een zo breed mogelijk publiek. Uit de laatste Jaren gevoerde polemieken is de nood zaak van objectieve informatie, ge baseerd op feitenmateriaal maar al te duldeiyk gebleken. In de lessen behandelen kundige schrijvers bij de keuze is meer ge let op deskundigheid dan godsdienstige overtuiging achtereenvolgens de historie, de politiek, de economie, de cultuur, de leer en het communisme. oe Ten invloed gerieve van van de cursisten is aan het eind by whze van test een vrageniyst opgenomen. Het is echter niet de bedoeling dat antwoorden worden opgestuurd. Een van de schrijvers is prof. Bezemer uit Amsterdam, die thans een studie reis door Rusland maakt. Er mogen van deze cursus zo verklaarden mej. M. H. C. Vendrik van De Horstink en dr. A. Th. van Leeuwen van Kerk en Wereld, die bei den in de redactie-raad zitten, op een persconferentie geen pasklare ant woorden of conclusies worden ver wacht. Er zullen geen stevige apolo getische bolwerken worden opgetrok ken, waarin het „veilig schuilen" is. Het doel is te komen tot openheid in de confrontatie door een heldere uiteen zetting van de feiten en een oordeels vorming door inzicht in verhoudingen en achtergronden. Van de redactie-raad maken verder deel uit: pater drs. A. Dekker O.P., mevr. dr. A. M. v.d. Eng-Liedmeier en dr. J. M. v. Veen (dir. Kerk en Wereld). Een raad van advies wordt gevormd door: prof. dr. W. Banning, prof. dr. B. Delfgaauw, Groningen; prof. dr. J. de GraaL Utrecht; prof. dr. G. Kuypers, Amsterdam en prof dr. R. Kwant O.E.S.A., Utrecht. (Van onze correspondent in Brussel) BRUSSEL, 29 juni Waarschynlljk voor de allereerste keer in de kerkelij ke geschiedenis heeft een vrouw de doc torstitel in het canonieke recht behaald. Deze inderdaad vermeldenswaardige „primeur" is te beurt gevallen aan een jonge Nederlandse, mej. Jacoba Hanen- burg, uit Sneek. Tijdens een plechtige zitting der faculteiten van godgeleerd heid en canoniek recht aan de Kath. Universiteit van Leuven, werd deze hooggeleerde jongedame gepromoveerd door de rector van de Alma Mater, mgr. Descamps, zelf. 41 Geïnspireerd door machtige, zij het ongeziene krachten besloot Don tenslotte vloekend, het vermoorde meisje op de frontpagina te houden en die pagina op te vrolijken met het verhaal over die filmster (plus foto) als tweede blikvanger en de weggelopen advocaat als hoofdbericht op het voornaamste binnenblad te zetten. Op datzelfde binnenblad kwam een kop over drie kolommen en een foto van het dode raadslid. Behalve het sim pele maar veelzeggende feit, dat er een leeg flesje dat slaaptabletten had bevat, naast zijn bed was gevonden, konden geen nadere details verwacht worden vóór de lijkschouwing had plaatsgevonden. Het bericht bevatte dan verder ook alleen een „in memoriam" waarin de lange en toegewijde diensten, door het raadslid de stad bewezen, werden geprezen. Er werd ook in vermeld, dat het arbeidzame raadslid begonnen was als winkelbediende en door hard werken en spaarzaamheid was op geklommen tot eigenaar van het op een na grootste warenhuis in Hollington en lekeprediker van een afgescheiden kerk. Hoewel het in elk opzicht een plezierig verhaal leek over behaalde suc cessen en het als zodanig een weldadige variatie was op de dagelijkse triester verhalen over tegenspoed en ellende, waarmee de heilige werd ge plaagd, zou zelfs een ziel begiftigd met heilig erbarmen moeilijk hebben kunnen ontkennen dat het maar een saaie bedoening was geweest. En daar hij ongetwijfeld begiftigd was met heilig inzicht zou hij geweten hebben, dat de brief die het raadslid aan de lijkschouwer had geadresseerd en waarin hij hem zijn beweerde financiële moeilijkheden beschreef, al heel weinig overeenkwam met de waarheid. Piekerend over het levenloze lichaam van het raadslid, zoals dat in het lijkenhuisje van het Centrale Ziekenhuis lag, zal de heilige ongetwijfeld gedacht hebben dat het een verloren zaak was en dat hij er niets aan kon doen, althans niet in deze wereld. En dan had je Barbara Hardy, de vrouw van de blinde, dappere, ge wezen officier Alan Hardy hoe stond het met haar? Ik mag me graag de heilige zacht handenwrijvend voorstellen. Dit was een geval dat waard was gered te worden en dat ook gered kón worden zonder al te veel inspanning, vooropgezet, dat ze haar kaarten goed uitspeelde, beter dan in het ver leden. Alles zou toch nog voor haar terecht kunnen komen en ook voor Alan, die alléén worstelde met zijn verborgen angst. En tenslotte is het mogelijk dat de onvermoeibare heilige, toen tegen het eind van de dag de Londense trein Hollington naderde, dokter Robert Augustus Burrows in het oog kreeg, die uit een van de raampjes keek. En, plaats nemend naast de dokter, zal hij misschien gezegd hebben; „Hoe staat het met jou, vriend? Ik geloof dat je een moeilijk geval bent. Nog niet verloren dat niet, hoewel, als je het mij vraagt, ik moet bekennen dat ik je kansen niet erg hoog aansla." Dr. Burrows zou niet aangedrongen hebben, dr. Burrows wijdde mooie gedachten aan wellustige vrouwen of, om juister te zijn, wellustige ge dachten aan mooie vrouwen en in 't bijzonder aan Barbara Hardy, én hoe hij voor het eerst verliefd op haar was geworden en hoe prettig het af gelopen week-end in dat hotel in Sussex was geweest. Dat was ironisch, omdat Barbara Hardy op dat moment gedachten aan dr. Burrows wijdde, die allesbehalve mooi waren laat staan wellustig. Toch was Barbara Hardy de dag normaal begonnen. Het was woensdag. Ze was maandag van haar week-end teruggekeerd. Vandaag zou Robert terugkomen. Hij had haar, trots op zijn pienter brein, uitgelegd, dat het veiliger zou zijn om op verschillende dagen terug te reizen. Hij zou maan dag en dinsdag in Londen blijven om twee belangrijke medische conferen ties bij te wonen. En zo zat Barbara Hardy die woensdagmorgen, tegen de tijd dat dr. Burrows erover zat te denken welke trein naar Hollington hij zou nemen, met haar man te ontbijten misschien een beetje nerveus door haar schuldige geweten, maar in staat de schoonheid van de zonnige meimorgen te waarderen. Ze was een klein, goed geproportioneerd vrouwtje, midden dertig, met een rond gezicht, blauwe ogen en een klein wipneusje. Ze had blond haar, in het midden gescheiden en kort genoeg gehouden om de lijn van achter hoofd en hals goed uit te doen komen. Er waren een paar kraaiepootjes bij de ooghoeken, maar verder verkeerde haar blank-rose huid in prima conditie. Haar mond was goed gevormd en haar tanden waren klein en wit. Ze nam het kopje van haar man mee naar de zijtafel bij het grote venster, waar de koffiekan op een electrisch plaatje stond, en vulde de kop. Ze keek even de tuin in, naar het goed onderhouden gazon met de twee ovale rozenbedden in het midden en een altijd groene heg aan het eind. Daarachter was het een woestenij. Vóór de tweede oorlog en vóór twee maal successierechten was het geen woestenij geweest. Het gazon was toen tweemaal zo breed en drie maal zo lang geweest en strekte zich uit tot aan de kleine vijver met de rustieke brug, waarover je in het bos kwam. Achter de groene heg waren nog restanten van vroegere bloemenborders en van bloeiende' COmiGBT iWA* rtATDBE» «YKDICAT» 41. Sam Hawkins deed zijn best, mij zoveel moge lijk over het sporenlezen te leren. Hij vertelde mij. hoe men uit het spoor kon opmaken, of de paarden in draf, of in galop hadden gelopen en verder alles, wat hij er aan zag. Dit was niet weinig, want Sam was een goede woudloper. Op een gegeven moment waren de Indianen achter elkaar gaan rijden. Wij maakten hieruit op, dat één van hen vooruit was gereden, om zijn makkers te waarschuwen, terwijl de andere met het lastpaard zijn spoor verborg, door dit precies te volgen. Vermoedelijk was Int- schu Tschuna vooruit gereden, om zijn krijgers te verzamelen, terwijl Winnetou langzaam volgde. Tegen één uur in de middag vond Sam het welletjes. We wisten nu, dat de Indianen de hele nacht had den doorgereden, zodat we de aanval binnen vijf dagen konden verwachten. We namen dezelfde weg terug. Bij een beekje, stegen wij af om de paarden te laten drinken en zelf een uurtje te rusten. Ik zou de wacht houden en Sam deed een tukje. Sam's muildier graasde op enige afstand, terwijl mijn paard vlakbij ihij liep te eten. Plotseling liet de eerste een kort geluid horen en tegelijkertijd stond Sam naast me. „Mary heeft me gewaarschuwd, ia hoorde haar in mijn slaap. Kom mee kijken." Mary stond in een bosje verborgen ergens naar te kijken. Toen wijzelf naderbij waren gekomen en eveneens door de bladeren keken, kon ik mijn ogen niet ge loven. DÓT IS ALLEMAAL NOU U/EL HEEL MOOI HAAF [NAT ZOU OU DM! WILLEN DOEN, ON /NDirULND HETIVATE/Z TE- fFUG TE LATEN JZOMEHF J}AT (WEETHZ NOG WETJE ZOU EE SOT MOETEN IA/ETENU/AT EQ VAN DB OUDE SABA GEIDOEDEWS MAAIZ, ZEG, OE VE&SEET CAT D'E GESCHIEDENIS HONJDEIZD VAAfZ GELEDEN GE&EU/ZD tS D/E TD VEeHEkLS NA ET u/EL DOOD ~EN &EGHZAYEN ZJJMf DA TBEN UZ NET OE EENS. MAA/Z, H/SSCH/EN HEEFT ZE HAA&. TO VEtZFOENULES AAN/ENAND CVEPGEDPA GEN. OFWEL ZE HEEFT "ZE IN EEN TTDVEtZBOE/Z. CP- GETEIZEND F e/E MOETEN GAAN zrisJZfrN t JA HOOtZ HZBEGZUP HET AL- {WE MOETENJLLE TOVENAARS IN HET HELE LAND AFLOPEN, DPGEVAAIZ AF DP BEN /ZEEF /N lAIIOZEJZS VEtZANDETZD TE U/DeDENiVATy 15. Erwins krijgers die gehoorzamend aan het bevel van hun aanvoerder zonder links of rechts te kijken de Britse vluchteling achtervolgd hebben, staken hun triomfantelijk gebrul als zij het meisje herkennen, dat nu vergeefs worstelt in de ijzeren greep van hun prooi... „Stijgt allen af," brult Artor, „Erwins vrouw is in mijn macht, haar leven is in uw handen Vloekend en grommend voldoen de krijgers aan dit bevel en gehoorzaam gooien ze ook hun wapens af, als Artor ze dit beveelt. „Dit meisje zal niets overkomen, daar is mijn naam borg voor," roept Artor hen toe. „Ik breng haar slechts terug naar koning Eric en dat is voorwaar een daad waar niets op aan te merken is..." „Dat dacht je maar," gromt op dat ogenblik de ruiter, die vanaf een hel ling dit tafereel knarsetandend gadeslaat. Het is Erwin, die in het holst van de nacht weggeglipt is uit Olafs burcht. „Snel handelen moet ik," prevelt de Noorse prins, „want lang kan het niet duren voor ik m'n vader en m'n schoonvader en ik weet niet hoeveel krijgers op m'n hielen heb." Hij over tuigt zich er even van dat dit nog niet 't geval is en stijgt dan snel af. „Hoor hem brallen," prevelt de jonge Noorman. Met ogen als vuurbollen slaat hij Artor gade, die Ingrid meetrekkende lang zaam achteruit wijkt om bij zijn paard te komen... De stekende pijn in zijn schouder is vergeten, als Erwin onheilspellend en grimmig als een doods engel op de plek waar Artor staat toesluipt... struiken te onderscheiden en planten, die zichzelf hadden uitgezaaid en wild waren opgeschoten. Verder was er niets dan door onkruid verstikt gras, en de waterhoentjes nestelden ongestoord aan de oevers, waar eens de tuinlui hun grasmachines hadden laten glijden. „De rozen doen het goed," zei ze. Alan Hardy stak een stuk toast met marmelade in zijn mond. „Dat zal wel." „Er loopt een fazant over het grasveld." ..Zo? Die zullen ze over zes maanden wel neerschieten, denk ik." Barbara Hardy zuchtte. Ze wendde zich van het raam af en zette de kop koffie naast het bord van haar man. Wat waren er toch een massa misverstanden in de wereld, dacht ze. Zogenaamde lieve oude dames konden verschrikkelijk vervelend en snibbig zijn en dikwijls bepaald onhebbelijk. Blinden konden erg twist ziek, veeleisend en zelfzuchtig zijn, als Alan was. En erg achterdochtig ook. Bezaten ze een zesde zintuig dat hun vertelde wanneer die achterdocht gerechtvaardigd was? Hoeveel tijd zou er nodig zijn om dat zintuig te ontwikkelen? Twee jaar? Hoe lang duurde het voor ze leerden berusten in hun donkere wereld Ze bedacht triest, dat hij toch zeker nu, na twee jaar, wel eens kon beginnen zich een beetje ln te spannen en wat belangstelling te krijgen in. het leven en om eens uit te gaan, al deed hij het dat alleen maar terwille van haar. (Wordt vervolgd) DEN HAAG, 29 juni De minister van defensie heeft voor jonge beroeps onderofficieren van de landmacht en de luchtmacht de mogeiykheid geopend om op rgkskosten en in diensttijd te studeren voor het HBS-diploma, waarna zy aan een school voor reserve-officie ren verder opgeleid kunnen worden tot officier. De nieuwe regeling treedt 1 ju li in werking. UTRECHT, 29 juni Aan de univer siteit promoveerde gistermiddag tot doctor in de diergeneeskunde op proef schrift „Mortaliteit van kalveren bij de partus a terme van M. R. IJ-runderen" de heer S. W. J. van Dieten, direc teur van het K.I.-centrum „De Kem pen" in Oerle.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1963 | | pagina 15