Stroom van produhten moet afzet vinden en dwindt hen binnen te daan KR UIDENIER WORDT VAN ALLE KANTEN BEDREIGD ondernemer FOLSGARE strydt tegen ontvolking Culturele UITWISSELINGEN tussen Nederland en Italië Nieuwe opbloei op bijna verdorde grond sg.ntt'aft'B V akman wordt mmm. DINSDAG 9 JULI 1963 PAGINA 11 Het Friese gehucht Folsgare, op een paar kilometer van Sneek, telt rond zijn een voudig kerkje meer grafzerken dan woningen; het aantal doden overtreft dat der levenden aan zienlijk, en tot voor kort zag het er naar uit, dat ook deze eeuwen oude nederzetting niet zou kun nen ontkomen aan de doem waar onder zoveel noordelijke buurt schappen gebukt gaan: de geleide lijke terugval in een staat van ver kalking en afsterving tot onder de gevreesde marge van het be staansminimum. Maar Folsgare lijkt deze dodendans te ontsprin gen. Op het laatste nippertje mo biliseerden de tweehonderd in woners hun krachten om te voor komen, dat hun dorp binnen afzienbare tijd nog slechts zou bestaan uit smadelijk verlaten huizen, en een lege, onnutte kerk, omringd door talrijke, maar zel den bezochte doden. Binnen twee maanden begint het heiwerk voor vier nieuwe woningen, geen in drukwekkend getal, maar Fols gare heeft ruim dertien jaar ge teerd op zijn oude, schamele hui- zenvoorraad, en de terugkeer van metselaars en timmerlieden naar dit verloren gewaande dorp, wordt daar beschouwd als de belangrijk ste gebeurtenis van het laatste decennium, als een voorzichtig begin van hernieuwde bloei op bijna verdorde grond. ABEL JONGSMA leegloop stuiten Éénderde van de hele woning voorraad in Wymbritseradeel be staat uit één- en tweekamerwonin gen, en de situatie in Folsgare maakt daar geen uitzondering op. Jonge mensen nemen met deze toestand geen genoegen en trek ken weg, naar de stad. 9$9 9 9 9 In ieder nummer van ieder kruide niersvakblad staan wel een paar foto's met als onderschrift: „Het was feest in G. toen de heer P. zijn levensmiddeienbedrijf heropende on der grote belangstelling. De opper vlakte werd met 30 m2 uitgebreid. Het interieur is van de Fa. K." Dan is er wéér een winkel gemo derniseerd. Er is t.l.-verlichting ge komen, en er zijn rekken voor de „speciale aanbiedingen". De kruide nier staat voortaan niet meer achter de toonbank, maar zweeft ergens op de achtergrond en helpt de onhandige mannen, die niet weten waar de ma caroni staat. Er zit een juffrouw bij de deur, achter de kassa aan het eind van een met buizen afgezet gangetje. Zij wacht op de klanten, die hun keus hebben gedaan en moeten afrekenen. In de vakken liggen stukjes zeep, in drieën gebundeld met een was handje: „Speciale aanbieding". Kaar ten bij de pakjes soep: „Voor vjjf merkjes een soepkom a 1,23." Een rek met flesjes bier: „Bij twee fles sen 10 zegels extra." De bonen zijn verpakt in zakjes met een cellofaan- venstertje, witte en bruine. De kaas in plastic verpakking met een eti ketje: „Jonge Goudse 240 gram", „belegen Edammer 315 gram." Met de prijs erbij. De juffrouw slaat het aan op de kassa, rekent af en geeft er zegeltjes bij. De kruidenier is dood, leve de krui denier Geen tijd meer voor een praatje en de huisvrouw hoeft ook niet meer aan te komen met een boodschappenboekje waarin ze, aan de hand van de keukenvoorraad, alle bestellingen heeft geschreven. „Pakt U maar een mandje, mevrouw." En de kruidenier rekent er op, dat me vrouw de kassa zal passeren met méér dan zjj had opgeschreven. Want: „O ja, laat ik nog een pak koekjes nemen" en „Hé, er is een goedkope aanbieding tomatenpuree." Mevrouw heeft nog geen idee wat zé met die puree moet doen, maar „het komt altyd van pas en het eet geen brood." Kom naar de supermart Toen de detailhandel zich na de oor log enigszins van de schok had her steld en toen aan de rantsoenering een einde was gekomen z«n met grote snelheid de nieuwste, uit de tAS. over gewaaide, distributiemethoden toege past. De kruidenier is daarbij voorop gegaan. Op de golf van een steeds stijgend welvaartspeil en onder ae druk van een zwellende stroom fa- brieksproducten, die een afzetmarkt moeten vinden, moet de kruidenier verkopen of ondergaan. Nog steeds verdwenen er ieder jaar winkels zon der een spoor achter te laten. Zij heb ben de strijd niet vol kunnen houden of er was geen opvolger, die er „brood in zag". Op 1 januari 1961 wa ren er nog 23,594 vestigingen in de branche. Een jaar later waren het er nog maar 23.491. Een achteruitgang dus met 103 vestigingen. Maar op het moment verdwijnen er méér bak kers per jaar dan het jaar dagen telt. Hoe dat moet gaan als de conjunc tuur zou teruglopen, durft niemand te voorspellen. Wél hebben de kruide niers al vaker voor hete vuren ge staan. Men kan wel zeggen, dat een krui denierszaak met een omzet van 50 60.000 gulden er niet meer uitkomt. De bruto-winst, het verschil tussen in- en verkoopprijs, is zoiets als 15 A 17 pet. maar daar moeten de exploitatiekos ten nog af. Het boekhoudbureau van een organi satie heeft uitgerekend dat met een jaaromzet van 53.873 (een voorbeeld uit de groep met een omzet van 40.000- 70.000) de netto winst 4.259 be draagt. Waardeert men het loon van de ondernemer en overige niet-betaai- de krachten (vrouw en kinderen) op 5.649. aldus dit bureau, dan teert hij dus jaarlijks 1.390 op het geïnvesteer de vermogen in. Hij mag dan ten op zichte van een werknemer met een zelfde inkomen het voordeeltje hebben dat hij zijn suiker, zijn rijst en jam en andere artikelen in eigen zaak te gen inkoopsprijs kan krijgen, maar hij moet óók de gewone prijs betalen aan zijn melkboer en zijn bakker. Hj] kent :één werkgeversbijdrage in het zie- .enfonds, géén werkloosheidsverzeke ring, géén ziektewet en géén vakantie toeslag. Hij heeft zijn zelfstandigheid, maar betaalt daarvoor de prijs van het risico. Pas ais een kruidenier in een wat hogere omzetklasse valt, ziet het er financiee' wat gunstiger voor hem uit. Is zijn omzet b.v. 103.385 (dat is ca. f 350 omzet per dag, iedere dag weer, maar met zondagen en verplichte vakantiesluiting niet mee gerekend) dan komt hij volgens het zelfde boekhoudbureau aan een netto winst van 8.440, te verdelen in 6.715 dernemersloon en f 1.725 als resultaat van zijn onderneming. Als hij dus iedere werkdag van ne gen uur ieder uur 4 klanten heeft die ieder voor een tientje kopen en hoeveel zijn er niet, die alleen maar een pond zout en twee pakjes margarine moeten hebben? dan bereikt zijn netto winst nog niet het Peil, dat bij werknemers „welstands- grens" heet. Nog één voorbeeld: Bij een jaar omzet van 270.695 (en het zijn er Piet zo héél veel, die f 900 per dag halen) is de netto-winst f 10.065. He kruidenier is wel verplicht de huisvrouw onder druk te zetten en hfar met alle gepaste en soms wel •ons ongepaste methoden te verlei den tot kopen. Het is een moderne va riant van het bijbelse: „En dwingt hen binnen te gaan..." Maar het is niet de' gast, di zonder bruiloftskleed ver schijnt,. ..die wordt buitengeworpen „waar geween is en geknars van tan den". Het kan de kruidenier niet sche len wie er bij hem binnenkomt en hoe hij of zij gekleed gaat. Als er iemand is, die kans loopt te worden buitenge worpen, dan is hjj het zélf. Van de klant wordt alleen maar ver wacht, dat hij koopt en helpt de omzet cijfers omhoog te drukken. Déarom de „speciale aanbiedingen" daérom de ex tra vakken die in het eerst zo ruime interieur worden neergezet, zodat moe ders met kinderwagens er haast niet door kunnen. Daarom de nieuwe arti kelen, de borstels en de kousen, de plastic afwasteiltjes en de schrijfbe hoeften, de mottenballen en de kleer- haakjes. Daarom ook verkoopt de kruidenier verse groenten en voorver pakt vlees en melk en bier (en de melkboer kruidenierswaren). Op het Departement van Economische Zaken noemt men dat „parallellisatie" en „assortimentsverbreding." Het is :iet alleen voldoende, dat de klant koopt maar hij moet ook terug komen. De concurrentie in de branche is groot, vooral sinds het grootbedrijf, eeruggesteund door een groter be drijfskapitaal, zich met vernieuwde kracht 'n Je strijd heeft geworpen. Tij dens de oorlog was het marktaandeel persoonlijke band, maar hy minder veroorloven. Het grootbedrijf kwam van de oorlog terug met zijn kapitaal, met zijn ei„en fabrieken, met zijn specialisten voor bedrijfsleiding, boekhouding en recla me. Met zijn deskundigen ook, die tll- dig op de hoogte zijn van gemeente lijke uitbreidingsplannen en geplande winkelcentra en die kunnen zorgen voor de financiering. De concurrentie wordt steeds scherper en steeds duiken weer nieuwe verkoopmethoden op: de zelfbedieningszaak, de supermart en de (kleinere) „superette". De „dis countzaak" waar met grote kortingen wordt gewerkt, maar waar winkelin richting en service nauwelijks aan de allerbescheidenste eisen voldoen. Als contrast daarmee het gespecialiseerde kleinbedrijf, waar men altijd „iets an ders" kan kopen, waar het meer ex clusieve artikel in vele soorten voorra dig is, maar waar dan ook met een ruimere marge wordt gerekend. Dr. A. C. R. Dreesmann, de onlangs gepro moveerde directeur van een warenhuis concern schrijft in zijn proefschrift:de dynamiek van de detailhandel heeft het élan van een estafetteloop, waarbij steeds weer nieuwe jonge detailhan delsvormen de fakkel van oudere en meer vermoeide ondernemingsvormen overnemen. De kruidenier heeft nog -net een an dere concurrentie te maken. nl. die tussen de fabrikanten onderling. Wij schreven hierboven al, dat de zwel lende goederenstroom uit de fabrie ken een afzetmarkt moet vinden. De detaillist kan daar voordeel van heb ben. Hem wordt een aantrekkelijke premie aangeboden als hij wel zo goed wil zijn een bepaald artikel in zjjn zaak te pousseren. De fabrikan ten zorgen wel voor de reclameac ties: „Drie pakken voor de prijs van twee". Maar het is niet alles goud wat er blinkt. In een bepaalde opzet wordt hij gedwongen de .aanwezige voorraad met een zeer geringe winst te verkopen en zijn magazijn vol te laten stoppen met "lauwe voorraad. In ieder'geval moet hij 's avonds en in het weekend merkjes opplakken en zegelboekjes tellen. Zegels, die zijn uit gevonden als middel om de klanten aan de zaak te binden, maar die al heel gauw door iedere winkelier werden ge geven. Waardoor het beoogde effect verloren ging omdat iedere huisvrouw wei boekjes voor vijf, zes verschillende soorten zegels heeft, maar waardoor ook vaak half-volgeplakte boekjes in een la blijven liggen en onder het stof van jaren vergrijzen. Het lijkt met dat alles vaak een won- derj dat de zelfstandige kruidenier de strijd volhoudt. Ten dele is dat te dan ken aan de juist in deze branche wijd verspreide vormen van samenwerking: Spar en Sperwer, VIVO, ENKABé, Gros- co en hoe ze verder heten. Die orga nisatie kan een deel van zjjn taak over nemen. Al is niet ieder „zelfstandig filiaalbedrijf" zo zelfstandig als het Üjkt en worden ze soms beheerst door een of enkele grote grossiers. Ten dele is het ook te danken aan de welvaart, waaraan ieder deel heeft, al profiteert de ene bedrijfsvorm méér dan de ande re. Ten dele ook aan de eigen aard van het middenstandsbedrijf, waar men ki Zelfbediening Folsgare maakt met nog 28 dorpen rnd!oiJlteVan, de gemeente Wymbritse- in af» en l'ggen midden ctaHeroÜf. maar danken aan hun held f£v gemeenteluke zelfstandig- „emèentPh1,?; 1 te,„ verklaren dat het Ip™ i s.van, Wymbritseradeel ge- vmf he}\&»,S?eek' vlak in de buürt on ourip hulp" s uan Sneek zeif, en dus tphpsturpn onSo grond. De gemeen- deel tonen zi>h ?ne?k en Wymbritsera- buren maar hohh algemeen goede Meenbelan»0„ natuurlijk elk hun Sruisen m. c elkaar wel eens ziin'etint°tegensf^rle"" aangewezen^ De heer J de Blauw, die het dualis me op zich heeft genoden van beurte lings alsi gemeenteambtenaarAan Wym britseradeel en als raadsüd Snede te moeien optreden, legde oris dat ina der uit. De stad Sneek trav als kern gemeente industrieën aan te trekken in biedt de daarbij behorende werkne mers moderne woningen aan. zip be schikt in deze kwaliteit lna™ers over extra contingenten. Het £.®voi£ daarvan is, dat jonge mensen uit de omtrek ziel. tot de nieuwe werkgelegenheden voelen aangetrokken en, bp gebrek aan redelijke huisvesting in net eigen dorp. zich metterwoon, ofschoon niet uit vol le overtuiging, in Sneek vestigen. Want in hun hart zouden ze die moderne galerijwoning onmiddellijk willen prijsgeven voor een goed be woonbaar huis in hun geboorteplaats de bromfiets overbrugt de afstan den wei maar ze hebben geen keus. In heel Wymbritseradeel mochten vo rig jaar zegge en schrijve zes wo ningen worden gebouwd; met kunst en vliegwerk kon dat getal tot tien worden uitgebreid, maar wat bete kent dit nog? Hit laar baadt de ge meente in weelde, want zp heeft niet minder dan 22 woningen toegewezen gekregen. Gezien het feit, dat er behoefte bestaat aan tachtig stuks, zal het nog moeilijk genoeg zijn een goede verdeling tot stand te bren gen. Er moest, zo zegt de heer De Blauw, in Den Haag meer belangstelling be staan voor de wensen van het platte land. Door een stad of grote gemeente te bevoorrechten, kweekt men het pro ces van de ontvolking in de omtrek. Hij schat, dat ongeveer duizend per sonen graag de ruim 41.000 inwoners van Wymbritseradeel zouden willen versterken, wanneer zij er maar rede lijk zouden kunnen wonen, Folsgare betekende op het algemene beeld van Wymbritseradeel tot voor kori geen uitzondering. Geen gezin, of men heeft wel een zoon, broer of zwa ger in het verre buitenland: emigran ten die het dierbare heitelan verruil den tegen een ongewis lot in den vreemde. Voor een Fries, die als geen ander gehecht is aan zijn geboorte grond, waar pake en oërpal.e hebben geleefd, is zo'n besluit niet dan in uiter ste nood genomen. Wymbritseradeel heeft van Friesland naar verhouding het hoogste kwantum emigranten gele verd, en ook Folsgare droeg zijn deeJ bij. De leefbaarheid van do streek ging er door die exodus sterk op ach teruit. Daarom bleef het niet bij het vertrek van alleen overtollige krach ten in de agrarische sector, maar ook andere jonge gezinnen verhuisden naar de stad, omdat daar moderne woningen beschikbaar waxen. Ze deden het niet een zozeer vanwege het meerdere ver tier dat een grotere gemeenschap nu eenmaal te bieden heeft. Ongeveer één derde gedeelte van de woningvoorraad in Wymbritseradeel bestaat uit één- en tweekamerwoningen, en er is maar heel w :nig nieuwbouw gepleegd na de oor log De aanwezige tegenkrachten, zo als de familieband en werk ter plaat se, zijn te gering om de stroom te ke ren. Voor Folsgare brak eind vorig jaar het gevreesde ogenblik aan, dat door de voortgaande ontvolking het plaatse lijk schooltje wegens gebrek aan het vereiste aantal leerlingen dreigde te worden gesloten. Toen ontwaakte er eensklaps zoiets als burgerzin. Had men tot dan toe de uittocht van dorpsge noten met een zekere berusting gadege slagen, de dreigende opheffing van de school riep Folsgare op uit zijn apathie, vooral door toedoen van de jonge, on derlegde en ondernemende boer Abel Jongsma, die jarenlang met lede ogen, maar enigszins afzijdig het ver schralingsproces van Folsgare had ge volgd, maar zich, toen hij eenmaal tot voorzitter van de vereniging „Dorpsbe langen" was gekozen, daadwerkelijk voor het behoud van zijn geboorteplaats inzette. Er moesten, kort en goed, in Folsgare weer eens woningen gebouwd worden, meende hij, dan zouden de mensen vanzelf wel komen. Met mede werking van de heer De Blauw zette hij een pian op. Ze stelden zich in ver binding met het Bouwfonds Nederland se Gemeenten, dat er alles voor voelde in Folsgare activiteit te ontwikkelen. Het plaatselijk bestuur van de Ned. Her vormde Kerk maakte ook een mooi gebaar en verkocht een lap weiland voor een zeer laag bedrag, zodanig, dat de kandidaten voor een bouwfondswo ning in Folsgare de grond bouwrijp kun nen kopen voor een prijs tussen 50 cent en één gulden per meter. Een aantal bewoners verklaarde zich bereid belan geloos het nodige grondwerk te ver richten. Nu ja, belangeloos... Men heeft er juist alle belang bij, dat zich ein delijk weer eens nieuw leven vestigt in Folsgare. Het kostte overigens weinig moeite een viertal gegadigden te vin den. De moeilijkheid school veeleer in de selectie, want, zo vertelde ons de heer Jongsma, de toeloop was bijzon der groot. Vele vroegere inwoners van Folsgare thans verspreid over een groot deel van de wereld, bleek bet heimwee naar hun geboortegrond te sterk en zij schreven in op het aanbod. Ze waren bereid hun nieuwe leven ginds af te breken voor een spoedige terug keer naar het vaderland. Ongeveer tweehonderd reflectanten meldden zich aan bij de heer Jongsma, zodat de ac tie althans in dit opzicht een succes genoemd kan worden. Minder is hij te spreken over de prijs van de gekozen woning, het type „Sering" van het Bouwfonds, waarvan de bouwkosten wel ongeveer f 25.000 zullen gaan bedragen. Dat is enkele duizenden guldens meer dan men eerst had gedacht. Aangezien de nieuwe bewoners van Folsgare hun huis in eigendom zullen bezitten, be tekent deze prijsverhoging een fikse tegenvaller. Maar nu eenmaal de groot ste moeilijkheden overwonnen zijn, zal men onder de laatste lootjes evenmin bezwijken. Folsgare gaat weer bouwen. HANS STEVENS Het volgend jaar zal de gehele we reld herdenken dat in 1564 Michel angelo stierf en Galilei geboren werd. Op verzoek van de Ita liaanse regering zullen hier te lande cul- turele en wetenschappelijke instanties aandacht aan deze gedenkwaardige da ta wijden. Genoemde herdenkingen wor den gecoördineerd door het Italiaans Cultureel Insti'uut te 's-Gravenhage en door het ministerie van Onderwijs, Kun sten en wetenschappen. De?e herdenkingen vormden één van de agendapunten van de vergadering, welke de gemengde commissie ter uit voering van het Nederlands-Italiaanse culturele verdrag kort geleden in Rome heeft gehouden. Op deze bijeenkomst heeft men verder aandacht besteed aan de ontwikkeling van de culturele insti tuten in beide landen, resp.: het Ita liaans Cultureel Instituut in Den Haag en het Nederlands Historisch Instituut in Rome. Wat de samenwerking ter verbreiding van de Italiaanse taai en cultuur in Nederland en van de Nederlandse taal en cultuur in Italië betreft, kan wor den meegedeeld, dat mejuffrouw G. van Woudenberg thans benoemd is tot ge woon iectrice in de Nederlandse taal en cultuurgeschiedenis aan de universiteit van Rome, waardoor zij in het Italiaans onderwijs is geïntegreerd. Bovendien is de Belg dx. Van Ertsvelde benoemd tot buitengewoon hoogleraar in de Ne derlandse taal en letterkunde aan de universiteit van Padua. De laatste be noeming is mede een gevolg van de Ne derlands-Belgische samenwerking tot verbreiding van de Nederlandse taal en cultuur in het buitenland. De groeiende belangstelling voor onze taal en cul tuur in Italië gaat daar uit van de uni versitaire kringen. De Italianen hebben verder veertig studietoelagen aan Nederlanders toege kend voor onderzoekingen op het ge bied der geestes- en exacte wetenschap pen en Z.W.O. gaf dertien studietoela gen aan Italianen voor onderzoekingen op het terrein der Bètavakken. Op de begroting van net ministerie van O., K. en W. komt thans een aantal beurzen voor om Nederlanders in de gelegen heid te stellen in Rome archeologie en kunstgeschiedenis te gaan studeren, waarbij de bursalen dan huisvesting krijgen in het Nederlands Historisch Instituut. Wat de tentoonstellingen aangaat, zullen er uitwisselingen plaats hebben van moderne Italiaanse en Nederland se schilderkunst. De museumdirecteu ren Hammacher, Van Ebbinge Wubbe en De Wilde hebben een keuze gemaakt uit het werk van jonge Italiaanse schil ders, Jat in Rotterdam, Eindhoven en Groningen geëxposeerd zal worden. Het betreft hier werk van thans wijlen Sironi met daar om heen schilderijen van nog levende kunstenaars. Omge keerd zal werk van de nu overleden Van der Leek en van een aantal jonge Nederlandse kunstenaars in 1964 in Ro me, Bari en Milaan worden tentoonge steld. De keuze uit de laatstbedoelde werken zal gedaan worden door eni ge Italianen, die daartoe de volgend-" maand naar Nederland komen. in moeilijke tijden niet zo gauw het hoofd Iaat hangen .en bereid is de buikriem wat aan te halen. Ondanks al die gunstige factoren is het echter de kwaliteit van de onder nemer, juist als ondernemer, die de doorslag geeft. Een kruidenierbehoeft niet meer in één oogopslag zout van aardappelmeel en tarwegries van boek- weitemeel (als dat nog bestaat) te kun nen onderscheiden. Hij krijgt alles keu rig verpakt van de fabriek en de ge bruiksaanwijzing staat erop gedrukt. Hij moet in de eerste plaats zakenman zijn: zfjn inkoop kunnen bepalen, weten wat een te grote voorraad van een bepaald artikel kost, zijn boekhouding behoorlijk kunnen houden of weten, dat een goe de boekhouder „zichzelf betaalt" en 'n goede advertentie voor het weekblaad je op kunnen stellen. In al die dingen moet hij zijn eigen specialist zijn, die in zijn beperkte sfeer kan wedijveren met de specialisten van het grootbedrijf. Dat is vx)r een deel „feeling", voor een veel groter deel echter een kwestie van opleiding en voorlichting. Daaraan ontbreekt nog veel. De cijfers over het percentage zelfstandige ondernemers, dat een voortgezette opleiding be halve middenstandsonderwijs en vakdi ploma's heeft gehad, zijn schrikba- rend Jaag' ^'et; voor niets pleiten de verschillende middenstandsorganisaties voor betere opleiding en hebben zij zelfs eigen cursussen ingesteld. In de komende jaren zullen ook de zwakke broeders, die het tot nu toe heb ben uitgehouden, afvallen. Een gelukkige enkeling is misschien vaak door toe- uj omstandigheden in staat, zijn bedruf tot een „selecte" speciaalzaak te maken. DRS. F. LöRTZER

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1963 | | pagina 11