Prijzen, gerucüten ten spijt
nog vrij stabiel
Fabrikanten lopen niet
vooruit op loonstijging
wees
neem
>n
èehte
horrel
ELISABETH BAS
Congres op 24 en 25 oktober
WIT-GELE KRUIS bezint
zich op functie en plaats
Tweespalt
LONDENSE BRIEF
Toch in de militairemuziek
Éi.
Hogere suikerprijs
werkt door
W ijkverpleegster
Groot werk voor
Heidemij. in Iran
centrale figuur
Geldboetes geëist
voor mishandeling
in kinderpension
Kom, we gaan
Priester studeert
af aan de T.H.
Schotland, het zalmland
aristocratie - Hotel aan
- Schotse
de Tay
'P-
„Zadel van Puth"
Produktiestop in
deel van ,.Emma"
PETIT LUXE
24rct
Verbetering
A. Posthumus
VRIJDAG 11 OKTOBER 1963
Gevolgen
Preventief
Kaarslicht geeft poëzie
GOUDA KAARSEN
OUDE GENEVER
JONGE JENEVER
BRANDEWIJN
CITROEN
De kleine bolknak met de grote kwaliteitsreputatie
door Daan van der Vat
zalm vissen in de Tay
(Van onze verslaggever)
AMSTERDAM, 11 okt. Alle ge-
ïuchten ten spijt heerst aan het prij-
zenfront momenteel (nog?) een betrek
kelijke rust. Voor de vrees dat de fa
brikanten van levensmiddelen en meer
duurzame gebruiksgoederen met hun
prijzen en tarieven al willen vooruit
lopen op eventuele loonsverhogingen,
bestaat weinig grond. Natuurlijk wordt
de situatie scherp in het oog gehouden,
zowel door de controledienst van het
ministerie van Economische Zaken als
door de Consumentenbond. De direc
teur van laatstgenoemde instelling, de
heer Buitendijk, verklaarde ons: ,,Wij
hebben de laatste dagen geen klach-
■Sn over plotselinge prijsverhogingen
irnomen, Gezien ons grote aantal le-
sn vormt het uitblijven van dit soort
ifeacties een voldoende reden om te
Keweren, dat het prijspeil in het alge
meen vrij stabiel blijft."
Hoe dan de geruchten te verklaren?
Vermoedelijk zijn zij een gevolg van
Set feit, dat de laatste tijd inderdaad
enkele prijzen omhoog zijn gegaan.
Maar deze stijgingen staian in geen en
kel verband tot de onlangs geformu
leerde looneisen. Een voorbeeld: de
prijzen van rund- en varkensvlees. Ver
geleken met vorig jaar is het rundvlees
inderdaad duurder geworden, maar, zo
vertelde men ons op het Produktschap
voor Vee en Vlees, thans is weer het
peil bereikt van 1960-1961. Vorig jaar
daalde de prijs die de boer op de sliaeht-
veemarkt kreeg, vrij scherp, omdat er
een groot aanbod was van runderen. Dit
ruime aanbod hing weer samen met
het feit dat men over te weinig voer
beschikte en dus de dieren graag van
de hand deed. Het aanbod is dit jaar
echter weer normaal, en de prijs heeft
zich dienovereenkomstig aangepast.
Wat het varkensvlees betreft ligt de
situatie anders en iets ingewikkelder.
Daarvoor moeten we de blik richten
op het buitenland en met name op
Frankrijk, waar dit jaar weinig var
kens worden aangeboden terwijl de
vraag groot is. Deze vraag oefent een
zuigkracht uit op dé Nederlandse
markt. De export van al of niet ge
slachte varkens levert de Nederlandse
boeren een zoet winstje op, en daar
om verdwijnen dagelijks grote ladin
gen varkensvlees uit ons land in zui
delijke richting. Ook in andere West-
europese landen ligt de prps van dit
vlees op ongekend hoog niveau.
Tot voor kort had ons liand, waar de
binnenlandse markt een vrij normaal
beeld vertoonde, geen erg m die grote
buitenlandse behoefte. Naar Frankrpk
was in het geheel geen uitvoer, omdat
onder Nederlandse varkens mond- en
klauwzeer was geconstateerd. Maar nu
de grenzen weer zijn opengesteld, ont
wikkelde zich zeer snel een wat men
zou kunnen noemen exportexplosie van
varkensvlees. Sinds de EEG-regeling,
2 september, in werking trad, mocht
ons land ook geen heffing meer stellen
op de export van varkens en varkens-
delen, zodat ook deze rem op de uit
voer en daarmee op de binnenlandse
prijs, wegviel. Maar zonder EEG zou
de zuigkracht uit het buitenland even
zeer gevolgen hebben gehad voor de
prijs, verzekerde onze zegsman van het
Produktschap. De grossiersprijs is de
laatste maand van ongeveer 2,30 tot
f 2,75 per kilo gestegen.
Voorts heeft de stijging van de sui
kerprijs, die nu op 1,01 per kilo is
vastgezet, gevolgen voor een hele reeks
van produkten waarin op een of andere
manier suiker is verwerkt. Die gevol
gen begint de consument nu te onder
vinden, zoals bij de aankoop van jam,
marmelade, limonade, vruchtenconser-
ven, honing, snoepgoed en suikerwer
ken. Niet ontkend kan overigens wor
den, dat de prijsverhogingen soms on
redelijk aandoen. Sommige jamsoorten
zijn per pot vijf tot zes cent duurder
geworden, en men doet de verbeel
dingskracht van de huisvrouw wel ge
weld aan met dan te verwijzen naar
de gestegen suikerprijs.
Dat artikelen als zeep en waspoeder,
zalfsoorten, shampoo en jenever duur
der zjjn geworden valt terug te voeren
op hogere prijzen der grondstoffen. De
fabrikanten mogen deze externe kos
tenstijgingen doorberekenen in hun ta
rieven, mits zjj hiervan gemotiveerd
melding doen aan het ministerie van
Economische Zaken. Mocht de Econo
mische Controledienst achteraf aanmer
kingen hebben op het prijsniveau,^ dan
bezit zij de bevoegdheid in te grijpen.
De Prijzenwet stelt de minister name
lijk in staat de prijzen van „roerende
goederen en diensten" in de hand te
houden.
kend brood, melk en melkprodukten,
margarine en vloeibare en vaste
brandstoffen, kan de minister preven
tief optreden, omdat prijsverhogingen
voor deze artikelen pas na overleg
met het department mogen worden
doorgevoerd. Loonsverlagingen moe
ten in het algemeen uit een vergro
ting van de produktiviteit worden op
gevangen en mogen dus niet direct
leiden tot gevolgen voor de prps.
Mede op grond van de resultaten
van een in onze naaste omgeving in
gesteld (bescheiden) onderzoek zijn wij
tot de conclusie gekomen, dat, althans
op dit ogenblik, de prijzen van bijvoor
beeld levensmiddelen en kleding een
vrij constant beeld vertonen, ^iemand
kent echter de krachten die deze stabi
liteit aan het prijzenfront plotseling zou
den kunnen doorbreken. Wij troffen al
thans geen profeten aan, die zich aan
een voorspelling voor zelfs maar de
naaste toekomst wilden wagen. In de
agrarische sector zullen, naar verwacht
wordt, nog wel kleine prijsverhogingen
worden doorgevoerd. Maar reden voor
directe ongerustheid Is er met, en de
Consumentenbond schijnt over een spe
ciaal, zeer gevoelig zintuig te beschik
ken om verkapte of openlijke prijsstij
gingen direct te ontwaren. De Frflzeii-
wet geeft onze regering dan het instru
ment om in onredelijke prijsuitwassen
het mes te zetten.
(Advertentie)
Op het gebied van de eerste levens
behoeften, waaronder worden gere-
(Advertentie)
HEERLEN, 11 okt. De hoofddi
rectie van de Staatsmijnen is tot de
conclusie gekomen dat in de huidige
omstandigheden de voortzetting van de
kolenwinning in de zogenaamde steile
vleugel van de staatsmijn Emma, het
zogenaamde Zadel van Puth, niet ren
dabel is, en derhalve voorlopig gestopl
dient te worden.
Twee en een half jaar geleden is
het zadel ontsloten door het in bedrijf
stellen van een nieuwe schacht in Schin-
nen. Sinds de aanleg van deze schacht
zijn zowel de ontginningstechniek als
de omstandigheden op de energiemarkt
belangrijk gewijzigd. De kosten en de
opbrengsten van de kolen uit de steile
lagen hebben zich relatief ongunstiger
ontwikkeld dan van de kolen uit de
vlakke lagen van de staatsmijn Em
ma.
Schacht vier van de staatsmijn Emma
zal in gebruik blijven als intrekkende
ventiiatiesehacht. De gebouwen zullen
voor zover nu reeds niet bezet door
centrale diensten een nadere bestem
ming krijgen.
De bezetting van schacht vier ten be
drage van ongeveer 380 man zal dit
jaar voor een klein gedeelte overge
plaatst worden naar de staatsmijn Mau-
rits en voor het overige weer op de
Emma-hoofdzetel te werk gesteld wor
den.
(Advertentie)
(Van een onzer verslaggevers)
SCHIPHOL, 11 okt. „We beschou
wen het als een bijzondere eer, dat
koningin Juliana, prins Bernhard en
prinses Beatrix tijdens hun toch al
vermoeiende rondreis door Iran, de
oude stad Dezful in de provincie Khu-
zestan hebben willen bezoeken. Daar
immers mag onze maatschappij met
een groot landbouwkundig proefgebied
bijdragen tot verbetering van de le
vensomstandigheden der bevolking".
In deze geest begon ir. W. ten Hove,
directeur van de Kon. Ned. Heide
maatschappij zijn relaas van het vor
stelijk bezoek aan dat deel van Per-
zië, begin deze week. De heer Ten
Hove, die gisteren uit Iran in Neder
land terugkeerde, vertelde hoe de be
volking zich enthousiast op de haar
eigen wijze uitte.
Met sympathie waren ook de eerste
Nederlandse technici ontvangen toen
de Heidemaatschappij vijf jaar gele
den met haar onderzoekingen begon.
Van het grote ontwikkelingsprogram
ma, dat de New Yorkse Development
en Resources Corporation had opge
steld, kreeg de Heidemaatschappij het
landbouwkundige en irrigatie-techni
sche deel toevertrouwd.
Een der aanbevelingen die uit de
studie voortvloeiden was de ontwik
keling van een 20.000 hectare groot
proefgebied voor de landbouw, dat
nu de Dez Pilot Irrigation Project
heet. Na in samenwerking met het
Amersfoortse Ingenieursbureau
Dwars, Heederik en Verwey alle
noodzakelijke vooronderzoekingen
en metingen te hebben gedaan, stel
de de Heidemaatschappij het irriga
tie-, drainage- en ontsluitingsplan op.
Het werd goedgekeurd en men be
gon met de aanbesteding van de di
verse werken. De wereldbank nam
de financiering op zich. De totale
kosten worden geraamd op 172 mil
joen Amerikaanse dollars. Men
hoopt het werk binnen anderhalf
jaar gereed te hebben, inclusief uit
rusting met pompstations e.d.
„Met levendige belangstelling heeft
het koninklijk gezelschap van deze en
meer bijzonderheden kennis genomen.
Wij hebben vele vragen moeten beant
woorden en niet altijd even gemakke
lijke", aldus ir. Ten Hove.
(Van onze Utrechtse redacteur)
UTRECHT, 11 okt. Het Wit-Gele
Kruis betekent meer dan het verple
gen van zieken thuis of het helpen
van kraamvrouwen. Men moet zijn
werksfeer in veel ruimer verband
zien. Het speelt een rol op het hele
brede terrein van de gezondheids
zorg. Een nadere bezinning op func
tie en plaats van de kruisverenigin
gen wordt gewenst geacht. Op 24 en
25 oktober zal het nationaal congres
van het Wit-Gele Kruis „Van Schets
naar Bestek" worden gehouden, dat
terdege is voorbereid door studies van
een plancommissie onder voorzitter
schap van dr. H. Festen. Opvattingen
en suggesties van deze commissie zijn
neergelegd in een drietal brochures:
„Ruimte en grens", „Organisatie en
structuur" en „Het Wit-Gele Kruis in
kort bestek".
Aanleiding tot een en ander werd
gevonden in een aantal factoren,
waarvan allereerst te noemen de nood
zaak van samenwerking met anderen
op het terrein van de gezondheids
zorg. Met name bij de praktiserende
artsen wordt nogal eens een zekere
terughoudendheid aangetroffen, die
verklaard wordt uit een onbekend zijn
met bedoelingen en opvattingen van
de kruisverenigingen. Een goede en
doeltreffende gezondheidszorg omvat
meer dan de geneeskunst het werk
van de praktiserende artsen en
naast het door de overheid ter hand
te nemen stuk gezondheidszorg blij
ven vele activiteiten over voor de
kruisvereniging. Als een van de be
langrijkste kenmerken van de gezond
heidszorg van de kruisverenigingen
ziet dr. Festen, dat deze alleen maar
tot zijn recht kan komen, wanneer
deze zorg wordt gegeven in een orga
nisatorisch kader en door personen in
dienstverband.
Bij bijna alle ziekten in het gezin
en enkele ziekten in het bijzonder is
er naast de hulp, die huisarts, specia
list en ziekenhuis geven, nog behoefte
aan hulp, die aangeduid kan worden
als medisch-maatschappelijke begelei
ding of medisch-maatschappelijke ver
zorging van de zieke en diens omge
ving. Dit blijkt uit het bestaan van
verenigingen als de Bond van Ouders
van spastische kinderen, de Vereni
ging van suikerzieken. Voor de be
strijding van verschillende volksziek
ten op nog een andere wijze dan door
het behandelen van de ziekten alleen,
bestaan organisaties als de Verent
ging van astma. Binnenkort zal een
Stichting tot bestrijding van hart- en
vaatziekten in het leven worden ge
roepen. De gunstige resultaten van de
georgani seerde tuberculosebestrij
ding hebben in dit opzicht ongetwij
feld stimulerend gewerkt.
Moeilijk zou het worden, wanneer
die georganiseerde ziektebestrijding
zich met eigen verpleegsters of
maatschappelijke werksters in de
gezinnen begeeft. Er ontstaat dan
een ongewenste situatie doordat
meerderen in de intimiteit van het
gezin treden, afgezien van het feit,
dat coördinatie van al deze activi
teiten gewenst is. Vandaar, dat de
plancommissie van het Wit-Gele
Kruis vindt dat ook de georgani
seerde ziektebestrijding tot de taak
van de kruisverenigingen behoort.
De wijkverpleegster wordt daarbij
als de centrale figuur beschouwd,
die voor zover het de verplegings-
techniek betreft competent zal moe
ten zijn ten aanzien van de verschil
lende facetten van de gezondheids
zorg.
Zij zal door een aanvullende oplei
ding in staat gesteld moeten worden
om aldus all-round te kunnen werken.
Waar de aard van het geval mee
brengt, dat door andere werkers in
de maatschappelijke gezondheidszorg
rechtstreeks contact met de gezinnen
moet worden opgenomen, zou dit in
de visie van het Wit-Gele Kruis bij
voorkeur via de wijkverpleegster moe
ten gebeuren, die hen daarbij als re
gel zou kunnen introduceren. Ook
wordt contact en samenwerking van
PROCENTUELE VERDELING VAK HET INKOMEN DES
PLAATSELIJKE WIT-GELE KRÜiS VERENIGINGEN
Overige
Inkomsten'
BEHEERT
PROVINCIE
Contributie
I INKOMEN 1949
fl.A.553.000.-
INKOMEN 1961
8.213.000.-
ft.1
Inkomste
bu-.ie
gemeente
PROVINCIE
lY.PElt
de kruisverenigingen met de medische
specialisten, de ziekenhuizen en ande
re inrichtingen van grote betekenis
geacht.
Voor wat de zorg voor het opgroeien
de kind betreft, denkt men onder meer
aan samenwerking van het Wit-Gele
Kruis met het onderwijs om tot een
goede, verantwoorde organisatie en
uitvoering van de sch ooigezondheids
zorg, waaronder de schoolpsychologi
sche zorg, te geraken, indien moge
lijk op wettelijke basis. Bij de ge
zondheidsvoorlichting en opvoeding wil
men met name accent geven aan groepen
als de bejaarden en de jeugdigen na
de kleuterleeftijd. Het Wit-Gele Kruis
staat hier op landelijk en provinciaal
niveau de aanstelling voor van consu
lenten.
Zo staat het Wit-Gele Kruis voor het
begin van een nieuwe periode, in wel
ke situatie het eigen bestaanswijze en
bestaansrecht principieel aan de orde
wil stellen. Als centrale gedachte is
gesteld, dat ziekte en gezondheid in
grijpen in het hele menselijke functio
neren, dus in psychisch en sociaal
opzicht. Andere wetenschappelijke
vakgebieden, met name de menswe
tenschappen, als sociologie en psycho
logie, zullen daarom moeten worden
ingeschakeld.
(Van een onzer verslaggevers)
HAARLEM, 11 okt. Twee- en vier
honderd gulden boete eiste de Haarlem
se ofiicier van justitie, mr. G. W. F.
van der Valk Bouman respectievelijk
tegen een 41-jarige vroegere houdster
van een kinderpension in Zandvoort en
haar vriend een 36-jarige koopman uit
Amsterdam, die terecht stonden we
gens mishandeling van een aantal kin
deren uit het pension. De man en de
vrouw bleken het vooral gemunt te heb
ben op de jongste kinderen, die bijna
dagelijks bij het minste of geringste
er met de mattenklopper of een schoen
van langs kregen.
Ook een van de leidsters, een 16-jarig
meisje, was geslagen, toen zjj na een
verhoor door de Zandvoortse politie
naar aanleiding van 'n uitvoerige publi-
katie in een landelijk ochtendblad - aan
de eigenaresse van het pension weiger
de te vertellen, wat zij aan de politie
verklaard had. In de krantenpublikatie
was namelijk melding gemaakt van
wantoestanden, die in het pension zou
den heersen. De raadsman van het
paar, mr. O. H. van Wijk uit Haarlem,
vond de tekening van de situatie in het
pension ver overdreven en achtte de
mishandelingen niet noemenswaard.
Hij vroeg voor beide cliënten vrij
spraak. Over veertien dagen zal de
rechtbank uitspraak doen.
Nu de Verenigde Staten
het in de Sovjet-Unie ont
brekende' graan uit eigen
middelen gaan aanvullen
vraagt een mens zich wel «I
waar die Russische jongens
dat v.edzame gewas van
daan moeten halen als
straks zoals Khroesj-
tsjev zelve ons beloofd heeft de
hele wereld communistisch zal we
zen. Overigens past hier dan meteen
weer de vraag: hoé communistisch
Want zoals iedereen weet heb je van
dat van huis uit toch nog al op het r n-
vormige gerichte stelsel heden ten dage
ook twee soorten: het Chinese en het
Russische. Wat zullen we nou vandaag
eens eten? Behalve graan dan. Maar m
ernst, ik juich die vooralsnog ietwat
aarzelende tweespalt tussen twee com
munistische grootmachten van harte
toe. En men zou haast gaan vermoeden
dat men ook in die kringen gevoel voor
humor gaat krijgen.
Dit alles echter is, ik geef het toe,
grauwe theorie. In de barre praktijk
echter kan het verschijnsel aanleiding
geven tot allerlei moeilijkheden. Je zal
bijvoorbeeld maar wonen in een of
andere satelliet-staat, die het óók niet
zeker weet.
Althans heb ik zeer meegeleefd met
een of andere Roemeense Jansen, die
naar ik via een speciale inlichtingen
bron heb vernomen laatst in Boeka
rest een van zijn staatswinkels binnen
stapte..
Hij zegt:
„Een ons thee alsjeblieft."
„Welke wilt u." vraagt de juffrouw,
„de Russische of de Chinese."
Jansen denkt even getourmenteerd
na en zegt dan:
„Ach, nou ja, geeft u me ook maar
liever koffie."
(Advertentie)
ST. OEDENRODE. 11 okt. Van
daag zijn aan de Technische Hoge
school te Eindhoven de officiële diplo
ma's uitgereikt aan negen toekomstige
ingenieurs, onder wie pater F. J. Steen
brink SSCC, dé eerste priester die aan
deze TH afstudeert.
Pater Steenbrink geeft reeds wis- en
natuurkunde aan het klein-seminarie
van de paters der H. Harten te Sint
Oedenrode. Hij zal nu een volledig les
rooster krijgen. Hij heeft el ctrotech-
niek gestudeerd en verbleef tijdens zpn
studies in de parochie van de H. Har
ten te Eindhoven, waar hij zich actief
bezig hield met de zielzorg onder de
studenten.
(Advertentie)
De OLVEH sluit uw zorgen uit
Van de Buitenlandse Kroniek van
gisteren zijn de regels van de slotzin
door elkaar geraakt. Deze zin luidt:
„Als men de kwestie inderdaad pri
mair op ethische gronden wil beoor
delen, zou men kunnen betogen dat
zelfs aan een potentiële vijand levens
middelen niet geweigerd mogen wor
den, en zuiver zakelijk gezien heeft
Amerika bij de transactie meer te
winnen dan te verliezen".
In ons hoofd zingen de doe
delzakken. Want wij zjjn in
de Schotse Hooglanden ge
weest en hebben naar har
telust kunnen genieten van de
nationale muziek van hGt trot-
se Schotland. Doedelzakken in
de dalen, doedelzakken in de
bergen, doedelzakken in de ste
den en doedelzakken in de dor
pen, in de Trossachs, de Gain-
corms en de Grampians. We
hebben ook veel zalm gegeten.
Schotland is zalmland en je
ontkomt er niet aan. Het staat
op alle menu's, zelfs m de een
voudigste hotels. In P,1,^oc5}1T'
in de provincie Perth, heb
ben wij de zalmladder gezien.
Men heeft in Pitlochry een
hydro-electrisch krachtstation,
een van de vele in Schotland.
Om de hydraulische kracht te
scheppen heeft men een dam
gebouwd in de rivier en een
nieuw Loch of meer gemaakt.
Maar de Tummel is een zalm
rivier en men wilde de zal
men sparen die ieder jaar bij
honderden stroomopwaarts
zwemmen naar de poelen
waarin ze geboren werden en
waarnaar ze terugkeren als
ze zelf kuit komen schieten.
Men heeft derhalve naast de
dam een zalmtrap gebouwd, een
klimmende reeks van betonnen
poelen, waarlangs de zalmen
omboog-, .klimmen". Midden in
de ladder bevinden zich twee
kleine observatievertrekken
met dikke glazen wanden
waardoor men de zalmen kan
gadeslaan op hun weg naar bo
ven. De zalmladder of vispas
is 300 meter lang. Het was
helaas niet de juiste tijd van
het jaar om de zalmen en mas
se voorbij te zien zwemmen
achter de dikke glazen ven
sters. Op de eerste dog dat
wij zelf in Pitlochry waren,
passeerden er slechts twee.
Maar in het voorjaar en de
vroege zomer zwemmen de
fraaie vissen bij honderder,
voorbij. Ze worden door mid
del van electronisehe appara
ten geteld, zowel op de heen
weg als de terugweg, en aan
het eind van het seizoen we
ten de vis-inspecteurs precies
hoeveel zalmen de rivier zjjn
opgekomen en wederom zjjn
afgedaald langs de trappen.
De dam van Pitlochry heeft
de schoonheid van het land
schap niet geschonden. Integen
deel. Er is een nieuw en lief
lijk meer ontstaan in het boom
rijke landschap. De waterstand
van het meer van waaruit het
water door de turbines raast
wordt mechanisch gecontro-
leerd. Als het water in het
meer stijgt glijden de zware
stalen sluisdeuren automatisch
naar beneden en er ontstaat
plotseling een wilde kolkende
waterval.
Pitlochry is een paradijs
voor zowel wandelaar als
automobilist. Rondom de aan
trekkelijke plaats met minder
dan drieduizend inwoners lig
gen de bergen, de watervallen
en de meren. Het is een eldo
rado voor de hengelaar die kan
vissen op zalm en forel. Pit
lochry is eveneens populair on
der paardrijders die in groe
pen de bergen in trekken. En
overal komt men de bergbe
klimmers in hun zware schoe
nen tegen, onderweg van of
naar bergen met na
men als Ben-y-vrackie.
Craigower, Benny-gloe, Schie-
hallion en Ben Lawers. Door
Moulin, het historische dorp,
dat behoort tot de gemeente
Pitlochry, reisde Mary, Queen
of Scots, op een van de wei
nige gelukkige dagen van haar
tragisch leven. Ze was op weg
naar het Blair Kasteel om op
jacht te gaan. Volgens de
plaatselijke overlevering toef
de de koningin een wijle in
Moulin om haar harp te laten
herstellen.
Binnen wandelafstand van
Pitlochry ligt de beroem
de pas van Killiecrankie.
Hier vond in 1689 de veld
slag plaats tussen de legers van
William en Mary en die van
de verbannen James II van
Brittannië (James VII van
Schotland). De legers van Wil
liam en Mary werden versla
gen, zoals u de Schotten ter
plaatse met grote trots zullen
vertellen. Want een Schot is
een Schot en er is niemand
op aarde die van een Schot
een Engelsman kan maken.
Het kunstmatige meer dat het
krachtstation voorziet van wa
ter, wordt gevoed door de ri
vier de Tummel. Dicht bij het
meer kjjkt men door een nau
we dichtbeboste rotskloof over
de benedenloop van de rivier.
Het is een van de mooiste uit
zichten in het aan natuur
schoon zo fabelachtig rijke
Schotland. Een gids verzeker
de ons dat dit uitzicht het
meest gefotografeerde stuk na
tuurschoon is in geheel Schot
land. Wij geloofden hem. Het
geklik van trossen camera's
overstemde het geluid van het
vallende water.
Wij boften in Inverness. Nie
mand had ons verteld dat er
's avonds een van de grote
Schotse bals zou worden ge
houden op een van de rijke
landgoederen in de buurt van
Fort William. Wij stonden voor
het avondmaal in de bar van
ons hotel toen deze inrichting
werd overstroomd met Schot
ten in de gala-kleding van hun
clan, fluwelen avondcostuum
met korte panden versierd met
koperen knopen, de geruite kilt
met de harige beurs, welke
sporran heet, en natuurlijk de
witte jabot aan de hals. Dit
waren geen keuterboeren. Dit
waren de Lairds, de rjjke kas-
teelbezitters en grondeigenaren
met hun wildparken en herten-
kudden, hun zalm en forellen
rivieren en hun jachthuizen,
whisky-magnaten en groot in
dustriëlen. Je kon het deze
grote, forse, dikwijls roodhari
ge afstammelingen van de
oude Kelten aanzien dat zij nog
lang niet behoren tot de ge-
temden. Hun vrouwvolk was
even elegant gekleed als de
meisjes en vrouwen welke je
ziet in Londen op een gala-bal
in Cis 'dges of de Savoy. Zij
droegen fortuinen aan paarlen,
diamanten en diademen. Ze
waren naar het hotel gekomen
voor het avondmaal, om zich
vervolgens in hun Rolls-
Royces, hun Bentleys en Ja
guars naar het bal te bege
ven. Rondom ons in de bar
gingen de gesprekken over de
moeilijke oogst, de prijzen van
de schapen die in zo enorme
kudden grazen op de bergen,
de prijzen van de Schotse koei
en, de laatste toneelspelen in
Londen en-de tentoonstellingen
in Parijs. Dit was Schotse aris
tocratie. Wat ons opviel in de
gesprekken was dat nergens
het Schotse accent viel te be
luisteren, zoals men dit hoort
op straat, in de winkels en in
de café's. Al deze Schotten
spraken met het accent van de
exclusieve Engelse „public"
schools en van de oude uni
versiteiten van Cambridge en
Oxford.
Wij boften ook in Dunkeld,
een kathedraalstadje
aan de beroemde rivier
de Tay. Wij konden
geen hotelkamer bemachtigen.
De plaatselijke koddebeier ver
telde ons van een hotel aan de
rivier even buiten de stad. Wij
vonden het hotel, dat omringd
was door eigen bossen en ga
zons. De rivier stroomde dwars
door de hotelgrond. Er was
een kamer met badkamer be
schikbaar, de laatste. Het ho
tel was vol. Het leek ons een
beetje prijzig, maar wij had
den geen keuze. Onze kamer
was, evenals de rest van het
hotel gemeubileerd met an
tiek. De slaapkamer, welke
uitzag op het gazon waar des
mórgens de wilde konijnen
kwamer rondhuppelen onder je
venster, was zo groot dat men
er een partijtje had kunnen
houden voor veertig gasten
zonder de bedden te verwijde
ren. De volgende dag ontdek
ten wij dat de prijs voor kamer
en ontbijt tevens vol pension
omvatte, d.w.z. een vorstelijk
ontbijt, een lunch, thee (een
maaltijd, als je verkoos) en
een diner van vier gangen. We
konden er maar vier dagen
blijven. Maar wij komen weer.
Wy ontdekten weldra dat vrij
wel alle gasten in het hotel be
hoorden tot de weder-komers.
Er was een Engelse dokter die
ons vertelde dat hij twaalf ja
ren achtereen twee keer per
jaar in dit hotel kwam loge
ren om op zabn te vissen (het
hotel bezit de visrechten in de
Tay over de gehele lengte van
de omringende hotelgronden
welke een kleine vijftig hecta
re beslaan.). En de volgende
keer nemen wij de hengels
mee om tot halverwege de
heupen in d' Tay te gaan
staan en de zalm te belagen.
Zuiver formeel moet in de
vacature-Rocus van Ype-
ren bij de Koninklijke Mi
litaire Kapel nog worden
voorzien, maar toch is zijn op
volger al geruime tijd bekend.
Toen de kapelmeester van het
muziekkorps van de Limburgse
Jagers, de heer A. Posthumus
uit Venlo, zich enkele maanden
geleden immers bereid verklaar
de tijdelijk de leiding op zich te
nemen van het muziekkorps van
de strijdkrachten van Suriname,
werd hem meteen de benoeming
tot directeur van de K.M.K. in
het vooruitzicht gesteld. Het zal
evenwel begin volgend jaar wor
den, voordat de heer Posthumus
zijn nieuwe functie kan aan
vaarden, aangezien hij pas rond
Kerstmis in ons land zal terug
keren. Voor de heer Posthumus
vormt de toegezegde benoeming
de bekroning van een opmer
kelijke muzikale loopbaan, die
hij voor een niet gering gedeelte
aan de militaire dienst te danken
heeft.
Pas als dienstplichtig militair
ging zijn jeugdideaal: van zijn
grootste hobby, de muziek, zijn
beroep te maken, in vervulling.
Voordien was dit niet mogelijk,
omdat zijn plannen om beroepsmusicus te worden, ernstige bezwaren ont
moetten van de kant van zijn ouders. Zij hadden mets tegen de muzikale
liefhebberijen van hun zoon. Zeker vader Posthumus niet, die voorzitter en
tegelijk actief lid was van de fanfare van Hanlum. Het deed hem alleen
maar deugd, dat zijn zoon reeds op zevenjarige leeftijd tot datzelfde korps
was toegetreden en tien jaar later reeds de dirigeerstok zwaaide over de
plaatselijke muziekvereniging van Metslawier. Maar vader Pos.humus zag
in „de muziek als vak" geen brood. De toekomstige kape.meester ging zich
daarom jbewamen in het schildersvak. Eenmaal m militaire dienst pro
beerde hij echter toch zijn vroegere ideaal te verwezenlijken en derhalve
meldde hij zich aan om lid te mogen worden van een van de militaire
muziekkorpsen. Op grond van zijn aangeboren muzikahieit. en zijn prak
tische ervaring, opgedaan als muzikant by enkele Friese korpsen en als
solist bij het „Frysk Orkest" en de Groningse Orkest Vereniging, werd
soldaat Posthumus meteen aangenomen als lid van het muziekkorps van
het regiment Jan Willem Friso te Assen. Een en ander impliceerde wel, dat
hij beroepsmilitair moest worden, althans dat hij een contract voor minstens
zes jaar moest sluiten.
De bijzondere muzikale aanleg van de heer Posthumus bleef voor de
leiding van het Jan Willem Friso-muziekkorps niet verborgen, waarom de
Friese trompettist de opdracht kreeg om aan het Koninklijk Conservatorium
te Den Haag te gaan studeren. Drie jaar lang reisde hij meerdere keren per
week van Assen naar Den Haag met als resultaat, dat hij met prachtige
cijfers een negen voor directie en een tien voor gehoor slaagde voor
het conservatoriumexamen. Na zijn muzikale studies volgde zijn benoeming
tot onderkapelmeester en tegelijkertijd zijn overplaatsing naar Nijmegen,
waar hij bij de Luchtmachtkapel praktische ervaring kon opdoen als dirigent.
De heer Posthumus kweet zich zo goed van zijn taak, dat hij in 1957 werd
bevorderd tot kapelmeester en kort daarop belast werd met de muzikale
leiding van het muziekkorps van de strijdkrachten in Suriname. Met enige
weemoed verruilde hij, eind 1958, Suriname voor Limburg, waar hij inmid
dels benoemd was tot dirigent van het muziekkorps Limburgse Jagers. In
Limburg voelde kapelmeester Posthumus zich evenwel spoedig thuis, omdat
ie Limburgers minstens even muzikaal zijn als de Surinamers. Desondanks
wachtte kapelmeester Posthumus in zijn nieuwe standplaats Venlo geen
gemakkelijke taak, omdat het muziekkorps van de Limburgse Jagers uit
dienstplichtige militairen bestaat en derhalve regelmatig van samenstelling
verandert.
Dirigent Posthumus schrok voor deze moeilijkheid niet terug. LnergieK
ging hij aan de slag. Onder zijn leiding bereikte het muziekkorps van de
Limburgse Jagers een ongekende hoogte. Een bewijs hiervan vormt onder
meer het feit, dat diverse platen van de Limburgse Jagers op de markt
zijn gekomen. Onder de opgenomen werken bevinden zich enkele compo
sities van de dirigent, „Intrada" en festival Mars".