BELASTING TE HOOG VOOR DE VROUW? Verfrissend in zicht van drs. Huyts Kleuter-geloof (en ongeloof) Kleine kinderen kijken niet naar het voorbeeld maar ademen de sfeer in ASPRO' H uit een grote stad Wat zegt de psychologie van breien? ,Al breiende heb ik heel wat problemen verwerkt CMVÉ ms Voor de variatie: witte biezen m V' EEN KLEIN BOLEROOT.IE m Handschoen van poes en python Qi VROUWEN VRAGEN Nieuwtjes van de Voorkom Rillerig? Onprettig? Vlug: INNA AI-ETIKET! 2 INNA AI-ETIKET! Cheque uit de hemel 3 fm «3; tü OPEN KIPPE-SANDWICH rKlinC1 TOMATEN tAiVJCi KETCHUP INNA AI-ETIKET! mëm vrymrj Neem 1 sneetje casinobrood met daar» op een blad sla. Maak een mengsel van gekookte kip, mayonaise en Engelse saus. Leg dit op het slablad. Gameer met tomaten ketchup uit de tube en gehakte peterselie. In alle kleding vindt u een oor de mensen, die in deze tijd van het jaar alweer aan wintervakantie gaan den ken, toonde Perry van der Kar in het Amsterdamse Hilton Hotel modellen van ski- en après ski- ■R«i Wmam I *-u-' -<? Een vuurrood gebreid kraag-bolerootje op een laag uitgesneden zwarte rechte cocktailjurk is een idee van de Italiaanse ont werpster Marucelli. De krinkels zijn ontstaan door het inrim- pelen van het materiaal, dat zijn veerkracht behoudt: het is orlon. kleding. De opvallende, maar waarschijnlijk zeer onpraktische apres-ski modellen waren tot stand gekomen in samenwerking met de couturier Max Heymans Een van de meest exclusieve pak ken was een ensemble in soleïl d'hiver donkergeelwaaronder een nappa „blouse", nauwsluitend met een strakke capuchon. Op de foto: een uitrusting voor mensen die van wintersport houden: een zwarte helanca broek met op de zijnaden witte biezen. Het jack is van gevoerde poplin en heeft een hoge col. f V De lerares die niet getrouwd is en die alleen voor zichzelf heeft te zorgen in het leven, wil best mee betalen aan de nieuwe winter jasjes van alle Nederlandse kinderen die ze niet kent. Dat doet ze immers want voor alle Nederlandse kinderen zit geld in de kinderbljslagpot en die pot wordt gevuld ook van héér belasting. Alleenstaande werkende vrouwen, lera ressen, ambtenaressen, inspectrices en ga het rijtje maar na van deze volstrekt onmisbare nijveren, betalen met hun zéér hoog opgeschroefde belasting mee niet alleen aan de kinderbijslagpot, een pot waaruit ze dus nooit iets zullen terugontvangen, maar ook aan de pot van de weduwenverzekering, voor hen ook al geen boemerang. Ze betalen ook gul mee aan andere sociale voorzienin gen voor gezinsleden van anderen. Al met al komt dat hierop neer dat ze zowat de helft van de jaren waarin zjj een beroep uitoefenen betalen voor risi co's die ze zelf niet lopen. Deze royaal roeebetafenden, die een belangrijk gedeelte van hun met hard werken verdiende salaris moeten afstaan voor de gemeenschap, is een vrij grote groep, meer vrouwen dan mannen. Aan vrouwen boven de veertig jaar is het zowat een tiende van alle premie- betalenden. Het ia voor de werkende vrouw na tuurlijk wel prettig te weten, dat ze an deren van nut is, hoewel het haar van zelfsprekend een veel grotere voldoening geeft wanneer ze een kind dat haar lief van haar eigen familie meeneemt naar een winkel en haar een jurk naar haar hart laat kiezen (die de moeder mis schien te duur vindt}. Dat zijn zo de vreugden van de zelf geld verdienende vrouw. Als ze in deze tijd van gelijke beloning voor mannen en vrouwen een royaal salaris heeft dan heeft de buitenwereld al heel gauw da vraag op de lippen: wat doét ze met £haar geld? Heeft ze dat nu wel nodig? Een opmerking die we nog nooit hebben horen maken over een kinderloze we duwnaar die veel meer verdient of een man met een zéér goed salaris die een rijke vrouw heeft en geen kinderen. De ongehuwde vrouw (en natuurlijk ook de ongehuwde man) betaalt een enorme som aan belasting. En de minis ter van sociale zaken heeft eens laten uitzoeken of het eigenlijk niet te veel is. De SER heeft dat voor de minister uitgezocht en er advies over uitgebracht. Om het uit te zoeken is natuurlijk aan bod gekomen wat een ongehuwde nu eigenlijk aan levensonderhoud uitgeeft. Omdat er geen huishoudrekeningen van ongehuwden zfln verzameld, heeft men dat zo'n beetje afgeleid van wat een kin derloos echtpaar uitgeeft. Maar dat gaat natuurlijk helemaal niet op. Je kunt de ze dingen nooit vermenigvuldigen en de len. Want kachelwarmte, lamplicht, de krant, de telefoon, de stofzuiger, de lin- nenwas, de nieuwe stoel, de glazen wasser en het kerstcadeau voor tante Marie moeten op precies dezelfde wijze betaald worden of je er alleen of ge tweeën wat aan hebt. En dat lijstje is nog •en eind te verlengen. Over de wijze waarop de Sociaal Economische Raad het advies heeft ingekleed kan men alles lezen in het septembernummer (wat laat verschenen) van het maand blad „Vrouwenbelangen" van de hand van mevrouw dr. Hilda Verwey-Jonker, zelf lid van dit raadgevend mannencol- lege. waarin zij tot het schaarse vrou welijke aandeel behoort. En terecht is ze verontwaardigd dat men zo weinig begrip heeft getoond voor de realiteit van het leven van de werkende alleen staande (Touw. Zij, de werkende vrouw, is immers niet te vergelijken voor wat zij in haar leven een dubbel leven nodig heeft, met de helft van een kinderloos echtpaar. Niet met de vrouw die door haar man wordt onder houden en ook niet met de man die buitenshuis werkt. Zij heeft het namelijk zwaarder dan die man, want die wordt verzorgd door zijn vrouw terwijl de beroepsvrouw na haar werkuren nog zelf voor haar maal tijden moet zorgen, haar was moet doen, haar kleren in orde houden, en in een woord haar huishoudentje en haar home moet runnen. Wat dat betreft zou de zeifverzorgende werkende vrouw ook wel in aanmerking mogen komen voor de belastingaftrek voor huishoudelijke hulp, die de gehuwde werkende vrouw nu krijgt. Wat dacht u, dat het voor haar niet net zo duur was om allerlei diensten te moeten inschakelen om de boel op orde te houden? Het is dus zaak en dat zal ook gaan gebeuren dat men zich op de hoogte gaat stellen van de feitelijke situatie van de werken de vrouw, dat men dus huishoudrekenin gen gaat verzamelen Hilda Verwey-Jon ker neeft het bij deze besprekingen als enige opgenomen tegen de 44 mannen In dit college, voor de ongehuwde wer kende vrouw voor wier werkelijke sta tus men geen begrip kon opbrengen. En wat zei men tegen haar: „dat is emotioneel". En wat schrijft zij met haar puntige pen in bovengenoemd tijdschrift? „Mijn betoog werd als „emotioneel" afgedaan, maar ..als een man zich opwindt, houdt hij een „hartstocnteiijk betoog" en daar dient met alle eerbied naar geluis terd te worden." Hier is niets aan toe te voegen! Hopen wij dat bi) voortgezette discus sie, die „emotionaliteit" haar goede werk toch zal doen. A. Bgl. Geloof en ongeloof bij de kleuter, was de titel gegeven aan de in leiding die de priester-psycholoog J. Huyts onlangs hield voor de medewerkers aan de medische opvoed kundige bureaus. Voor vakmensen dus. Maar hetgeen hij zei staat zo dicht bij de dagelijkse gezinsrealiteit en geeft zo veel meer dan braaf pseudoreligieus gepraat, dat we er hier graag wat die per op ingaan. Bijna wanneer het gaat over de gods dienstige vorming van de kleuter, komt het belang van de goede sfeer ter spra ke. Daar blijft het dan bij en daarna krijgen altijd andere dingen de nadruk, zoals onderricht, methodiek, oefening. Deze zijn namelijk gemakkelijker toe te lichten dan het ondefinieerbare begrip sfeer. Drs. Huyts heeft nu geprobeerd zijn toehoorders te ontvouwen van waaruit die goede sfeer ontstaat, en welke betekenis deze sfeer heeft in het religieuze leven van onze kleuters. Sfeer valt namelijk niet zonder meer op te roepen met kunstgrepen en foef jes. Het kerststalletje, de bloemen bij het Mariabeeld, het verhaal op de rand van het bed kunnen de sfeer verhogen, maar dan moet er toch altijd al iets van sfeer zijn. De juiste sfeer ontbreekt al bi) voorbaat waar de opvoeders een burgerlijke levensinstelling hebben waar van verveling uitstraalt en zo iedere oorspronkelijkheid de das om doet. Heeft hi) hierbij gedacht aan de vele onberispelijke Hollandse huiskamers en keurig verzorgde gewetens? Overbe- moeiing en overbezorgdheid kunnen het uitzicht op de omgeving voor het kind (Advertentie) Verkoud heid et groeiend aantal apparaten voor de huisvrouw maakt dat een groeiend aantal huisvrouwen zich verdringt bij de objectieve instan ties om bij de keuze wegwijs te worden ge maakt. In Amsterdam is de voorlichting van het gemeente-energiebedrijf er nu toe overgegaan inplaats van één dag in de week spreekuur te houden over dat soort zaken, vier maal per week de gelegenheid daartoe open te stellen. Maandag, dinsdag, woensdag en vrijdag tussen 10 en 15 uur kan men persoon lijke adviezen vragen in de Tesselscha- destraat. En elke donderdag is er groepsvoorlichting met demonstra tie van verschillende soorten toestellen. belemmeren zodat het niet aan een eigen zingeving toekomt. Huyts beschrijft hoe wij ouders onze kleuters leren bidden. Er zjjn ouders die zo vroeg mogelijk begin nen de kinderen te laten bidden om dat zij bang zijn dat kinderen het la ter niet meer zo goed opnemen. Er zijn ook ouders met meer narcisti sche verwachtingen. Hoe eerder de kinderen iets presteren op het gebied van bidden of wat ook, des te meer voelen zij zich over de kuif gestreken. Ook bestaan er opvoeders die haast iedere religieuze uiting bij hun kind tegenhouden of er opzettelijk aan voorbijgaan omdat zij hun kind niet willen aandoen wat hun zelf vroeger is opgedrongen. Bidden kan ook voor kinderen net als voor volwassenen een onderdeel van de dagelijkse le vensroutine worden. En tenslotte zijn er ouders die met veel geduld en aan passing tegemoet komen aan de be hoefte van het kleine kind om mee te bidden omdat zij menen dat hun kind daar gelukkiger bij is. Al deze prak tijken tekenen de totale levenssfeer die in het gezin heerst. Waar hangt de sfeer die wij om ons heen verspreiden mee samen? Met onze diepere innerlijke gestemdheid. Wat voor ons innerlijk de gestemdneid is, is voor de wereld rondom ons heen de sfeer. De gestemdheid vormt om zo te zeggen, de toonsoort van ons beleven en doen. De manier waarop wij iets beleven en ervaringen verwerken, hangt sterk af van onze gestemdheid. Die geeft ons een beeld van de wereld nog vóór dat wij gaan waarnemen en oor delen. Daarom is in het leven niet al leen belangrijk wat ons overkomt, maar ook de gestemdheid waaronder wij al les doormaken. Opgewektheid heeft een weldadige in vloed, ons hart kan er bh opengaan, ons levensgevoel tintelt. De realiteit wordt voller doorleefd. Maar neerslach tigheid sluit ons af van de realiteit. Wjj zien alles zwarter dan het is, ons zelf, andere mensen, de hele wereld. Wat is nu de betekenis van de ge stemdheid voor het geloof? Het belang rijkste Is dat wfj ons durven toever trouwen aan iets dat wij zelf niet in handen hebben. Er is overgave in het geloof aan de trouw van een ander mens. In het religieuze geloven is deze overgave opgenomen. Het geloof zal échter zjjn naarmate de stemmingson dergrond meer positief is gekleurd. Hoe meer wjj ons verbonden voelen met mens en wereld, des te meer staan wij open voor de Godservaring. Voelen wij ons bedreigd en staan wij wantrouwend in het leven, dan zullen wü God altijd tegen de dreiging in moeten zien te vinden. Dan geloven wij met de kop in de wind, ondanks alles. Hier komt even de vraag bij ondergetekende op of dit geloof minder „echt" genoemd moet t M worden omdat het zich manifesteert met meer schokken, ups en downs en minder vloeiend aansluit aan positieve gelukservaringen. Het geloofsleven wordt dus fundamenteel gedragen door grond stemmingen. Ook in onze opvoeding wordt de sfeer door deze grondstem mingen bepaald, en niet door bedoelin gen, woorden en handelingen. Daar gaan wij ouders dan met onze hyper- en over-activiteit die wij in de opvoe ding aan de dag leggen. Welke ouder vraagt zich niet af waarom hij alles honderd keer moet zeggen tegen zijn kinderen? De sfeer zoals Huyts het stelt is voor het kind de weg waarlangs het de religie binnen moet groeien. Klei- ne kinderen hebben niet zozeer een voorbeeld aan ons, maar zij ademen onze sfeer in. Daarom is een gezonde optimistische levenssfeer van zo fun damenteel belang. Het kind Is ge boeid in zijn alledaagse leventje, het gelooft in zijn omgeving. Vanaf de geboorte geeft het al een spontaan antwoord op de aanwezigheid van de ander. En daar ligt het geloof in God in besloten. Tussen de mensen onderling is openbaring van liefde en aanvaarding. Mogen wij die de voor dracht van drs. Huyts weergeven, hier even aandacht vragen voor de waarde van het zich aanvaard we ten? Al heeft dit niet rechtstreeks te maken met geloven, het zich aan vaard weten of zich teruggewezen voelen, zijn toch wel belangrijke ele menten in de communicatie tussen mensen onderling en tussen God en mens. In de spontane en hartelijke overgave aan de medemens en aan de aarde ligt de verwijzing naar God opgeslo ten. Ons geloof is dikwijls zo ver schraald doordat wij vergeten hebben dat de werkelijkheid waarin wij leven voor ons ook heilswerkelijkheid is. Daarom is geloof in de aarde nodig, ook voor de kleuter. Daarom ook is alle kennis die buiten de belevingswer kelijkheid om wordt aangebracht, reli gieus gezien waardeloos. Ouders staan het dichtst bi) die belevlngswerkelilk- heid van het kind, zij leven er dage lijks mee. Zouden zij de godsdienstige vorming daarom niet meer naar zich toe moeten trekken en minder aan vreemden moeten overlaten? Geloven vormt geen wereld apart. Er is niet eerst een menselijk leven en daarna een christelijk leven. Een echt menselijk leven Is christelijk. Daarom hoeft de kinderwereld niet ook nog eens gekerstend te worden. Verrassend is het van Huyts te ver nemen dat er iets opzettelijks in zit wanneer we elk angstaanjagend mo ment uit het Godsdienstonderwijs wil len weren. Op aangepaste wijze moet er over het kwaad, de duivel, boete en straf kunnen worden gesproken. Angst aanjagend worden deze zaken pas wan neer het kind in een bedreigde en lief deloze wereld leeft. Ook hier is de sfeer weer bepalend voor de verwerking. Deze inleiding hebben wij afgeluis terd aan de deur van de vakman. Eigenlijk is deze wat moeilijk voor ons, moeders maar onze inspanning wordt wel beloond. Misschien lucht het ons op wanneer we in gaan zier. dat er niet zoveel aparte oefeningen nodig zijn voor een religieuze opvoe ding nu deze zo nauw verweven blijkt met onze persoonlijke instelling en met de sfeer om ons heen. Misschien benauwt ons ook die innige samen hang tussen eigen grondstemming en de vorming van onze kinderen. Dan is er altijd de mogelijkheid om de eigen grondstemming te verzorgen die onze kinderen zo rechtstreeks be- invloedt. De medisch opvoedkundige bureaus kunnen ons daarbij grote hulp bieden. Aan drs. Huyts zijn wij veel dank verschuldigd voor zijn doorleefde ge dachten die ons nog weer eens opnieuw met eerbied vervulden voor iets heel wezenlijks in ons ouderschap, dat kin deren namelijk groeien uit ons eigen be staan. De begeleiding die deze groei ondervindt van de psycho-hygiëne kan de mensen gelukkiger maken en is ook in religieus opzicht heilbrengend. A. PADT-JANSEN —Brief— (Advertentie) PUBÜKATIE VAN A.K'U ARNHEM Bestaat er ook een psychologie van het breien?, vroeg iemand ons in een brief. We hadden er nog nooit over nagedacht maar vroegen er prompt een psycholoog naar. B(j zijn weten was er echter in de psychologie over het breien niets bepaalds gezegd. Nu is dat niet zo te verwonderen want wat weet de man-psycholoog uit eigen ervaring van de wisselwerking tussen breinaalden en hart? Zover wij weten zün al leen schaapherders breiende mannen. (Hoe lang nog?) En de enkele zon derling als die levendige oude heer in een Frans hotel die 's ochtends heel vroeg voor het ontbijt al in de eetzaal aan een handschoen zat te breien. Een vrouw-psycholoog zou natuurlijk wél eens iets over de psychologie van het breien te berde nebben kunnen brengen. Maar daar zal ze eenvou dig niet toe gekomen zijn omdat er in haar leven nauwelijks tijd is om te breien, geen trui en niet eens een pannelap. Een vrouw-psvcholoog neeft het namelijk nog drukker dan een man-psycholoog want ze moet be halve de omgang met haar beroep ook nog tijd hebben voor de omgang met de pannelappen en wat daar b0 hoort! De wetenschap heeft zich niet met het breien bemoeid. Een lezeres heeft er echter diep over nagedacht en als gevolg daarvan ?omaar eens het vol gende gememoreerd. „Alles in ons leven spreekt een el- gen taal en voor mijzelf ontdekte ik afgelopen winter de taal van het brei werk. Wol trekt mjj altijd en ik kan ook geen knotje voorbijlopen of ik moet er even in voelen! Tot voor kort had ik nog nooit eens iets voor mezelf gemaakt. Voor de hinderen kwamen er heel wat truien klaar. Vo rig jaar september echter kwam een trui voor mijn man gereed en ik nam de moed voor mezelf eens een vest te breien. Enige moed was wel no dig, omdat eigenlijk altijd wel een van de kinderen iets nodig heeft. Maar nu gaf ik mezelf eens voor rang. En na dit vest begon ik zelfs nóg een trui voor mezelf. Als ik dit nu achteraf beschouw, dan weet ik dat ik al breiende veel van m0n proble men, die ik toen had, verwerkt heb. Doordat ik zelf min of meer in de knoop zat greep ik naar de pennen en steek voor steek „breide" ik mtjn eigen levenspatroon als het ware. Ach teraf realiseerde ik me dit heel duide lijk en ik „bekeek" eens hoe andere vrouwen breiden. Wel, de taal is heel duidelijk dunkt me. Enige voorbeel den laat ik volgen. Een moeder van zes kinderen, van wie de vader minder valide is, breit de ene trui na de andere, voor de kinderen, voor haarzelf en niet te ver geten, ook voor haar man! Ondanks haar zware zorgen en beslist niet rooskleurige toekomst hoor ie haar nooit mopperen. Al breiende neeft zij zich met alles verzoend en ze is een vrouw om in een gouden lijstje te zetten. Veel vrouwen breien wel voor htm kinderen, maar niet voor haar man. Een man zou dit kunnen ervaren als niet delende in de zorgen, die zjin vrouw wel voor de kinderen heert. Zij zouden er vast goed aan doen hem óók eens lekker warm in te spinnen. Vrouwen die een beetje oppervlak kig leven nemen het met hun brei werk ook niet zo nauw, werken ook niet zo nauwkeurig af. Typerend vind ik het voorbeeld van een moeder die een afkeer heeft van breien. Z0 zegt zelfs dat de dokter -et haar verbo den heeft. Maar ook in het levenspa troon van de kinderen kan zij zich niet verdiepen, omdat dit te veel van haar zenuwen vergt. Ik ontmoette eens een oudere dame voor het eerst. Zij had onmiddellijk mijn vertrouwen en achteraf reali seerde Ik me dat het mede kwam door een eenvoudig, haast ouderwets elgengebreid vest dat ze droeg. Daar mee durfde zé zichzelf te laten zien, zoals ze was. Oma's die voor kleinkinderen brei en z\jn vaak gezellige grootmoeders, maar wanneer ze ook nog voor ge trouwde dochters breien zouden ze be ter doen die draad eens door te knip pen! Wanneer je een trui breit voor iemand ben je ook werkelijk intensief met zo iemand bezig, anders komt er niets van terecht. Mijns inziens ervaart degene voor wie je breit dat ook als geestelijk bezorgd zjjn. Je zou ook voor een moeilijk kind speciaal een trui kunnen gaan breien, het zelf de kleur laten kiezen en het model. Voor de duidelijkheid nog even dit. Advertentie) RUBUKATIE VAN A K U ARNHEM Het bovenstaande geldt volgens mij alleen voor handbreien en niet voor machinebreien. CARIEN VAN TOL Jk voel me altijd een beetje schuldig als ik gauw langs de deur van de oude mevrouw L. loop. Langs haar raam, moest ik eigenlijk zeggen, want voor haar raam is het waar ze zit en waar ze op conversatie wacht. En ik heb er niet altijd het geduld voor. Gek, eigenlijk, dat je je altijd schuldiger voelt als je met arme mensen niet staat te praten, dan als je rijke mensen maar kort antwoordt. In ieder geval, mevrouw L., eigen lijk ook nog de weduwe L., is jam merlijk arm, en ze houdt zich in leven door af en toe eenvoudig naai werk te doen. Menige huisvrouw in de buurt is blij als ze haar een ver- stelwerkje kan brengen, hoewel de (Advertentie) U MAAKT ER MÉÉR VAN METCALVÉ kleren na de reparatie nog minder draagbaar zijn dan daarvoor. Als je het oude vrouwtje werk brengt, ga je nooit met lege handen weg. Er is altijd tenminste een snoepje bij, want iedereen is een kind in de ver ziende ogen. Zij zelf is nu 86 jaar, en behalve dit snoepje, krijg je nog een verhaal over één van deze 86 jaren. Mevrouw L, praat graag. Ze vindt al vreselijk lang dat de mensen belangstelling voor elkaar moeten heb ben. Het schijnt niet altijd zo te zijn. Zij zelf was al te vaak teleurgesteld. „Maar op een dag" vertelt zij, „ge beurde er een wonder!" Zij zat toen voor haar raam, al heel zwak van de te magere maaltijden, toen een engel bij haar verscheen. Vanzelfsprekend had de engel zich verkleed, en verscheen als een vrij gewone mevrouw, die dan ook heal eenvoudige vragen aan mevrouw L. stelde. Deze öelangstelling zou al ge noeg geweest zijn, maar toen gebeurde nog het grootste wonder: na deze ver schijning, ontving mevrouw L. name lijk iedere maand een chèque! „Zie je wel," zei ze, ,je moet nooit ie hoop opgeven. Als ik vorig jaar al weggenomen was, dan zou ik niet ge weten hebben dat er toch nog men sen bestaan, die je niet kennen en toch zomaar bij je langs komen, en dan sturen ze je nog geld ook!" Trots liet ze ons een van de chèquee zien. Zij was van de sociale afdeling van de gemeente. CHAWA ARONSON (Advertentie) "ÜÜUKATil VAN AKU, ARNHEM i -. m vN* U<' I Er is een nieuw type box die zonder scharnieren in elkaar kan klap pen door middel van twee kleine bal len op de I crachtigi een sterke kleuter kan dat niet voor el- op de hoeken. Die ballen moet u met krachtige hand los draaien (zelfs kaar krijgen). Het ontbreken van schar nieren heeft tot voordeel dat de baby er ook niet meer aan kan blijven han gen, noch zijn kleertjes er aan kan op halen. U kunt de box verder nog ge bruiken als hek rond de kachel of om de kamer in tweeën te verdelen: de ene kant is dan taboe voor een onder nemende baby. Een firma importeert uit Ameri ka cadeausets waarin vier plastic broek jes zitten oplopend in grootte en ver schillend van kleur. Deze broekjes rui ken naar caramel zodat de babys des morgens niet als ochtendgroet een op getrokken neus ziet die betekent „wat ruik je weer vies". Voor kleine coquette meisjes zün er terlenka-rokjes met een piepklein kantje onder uit de zoom: „pi-kantje" zegt de fabrikant. Kleine meisjes kunnen aanstaan de zomer ook de „shiftlook" dragen, net zoals hun grote zusjes vorige zo mer. De shiftlook voor kinderen bestaat uit een uitlopend kort jurkje waarin met kant afgewerkte splitten. Een broekje van dezelfde stof zorgt voor een leuke inkijk. Deze shiftlook is ge lanceerd door Caroline Kennedy die, aldus gekleed, haar pappie van het vliegveld haalde. Wie reizigers ln bus, trein en tram de overlast van modder op hun kleren door vuile wa ."elwagenwielen wil besparen (in Rotterdam is het zelfs verboden, onbeschermde wagens mee te nemen op de tram) kan eerdaags plas tic hoesjes kopen, ongeveer zoals de bekende douchemu' n. Dezelfde firma brengt een reis- wieg met inklapDare kap (wat op zich zelf al iets bijzonders is want de mees te reiswiegen hebben een kap zoals een huifkar) en daarin een siermatras dat op zitstand vastgezet kan worden. Ook buiten de wagen is dit matras aldus te gebruiken bijvoorbeeld in de auto: een riem zorgt ervoor dat het kind er niet af kan vallen. (Advertentie) Wat men niet zieit aan deze varkensleren handschoen ia, dat de binnenhand van zij is en niet van wol. Een glijden de, zijden voering vergemakkelijkt het snel aan- en uittrekken en de dameshandschoenen worden dan ook niet meer altijd met wol ge voerd. Maar bi) de heren was er aanvankelijk weerstand tegen zijde, ze vonden dat onmannelijk. Toch is het pleit nu gewonnen. Daarentegen vragen vrouwelijke autobestuurders steeds meer naar de „coureurs"hand- schoenen. Die zijn er nu dus ook ln hun maat, van varkensleer, met perforatie, ongevoerd, open op de knok en aan de pols voor de bewegingsvrijheid en afgesloten met een elastische band. Het mo dieuze nieuws aan handschoenen op de kleine expositie die de stichting „Lederwarenmode" ieder najaar houdt voor de pers, waren zeer mooie (en kostbare) handschoenen van python, die enge slang. Maar de kleuren uit zün angstaanjagende huid waren gebleekt tot champagne en de schubben bijgeslepen. Prach tig materiaal. De wereldberoemde Nederlandse leeroonfectie Vico maakt er ook jasjes van. Natuurlijk züq die handschoenen duur want het vel is maar smal van zo'n slang en er is veel afval. Maar mooi is j, meestal moeiUjk en daarom duur. Naast de python wajs ook de poes aanwezig; kattevel vanouds anti- rheumatiek was als warme voering gebruikt in leren wanten. Speciaal voor mensen met geteisterde vin gers. Ze zijn ook duur want er zijn wel veel katten maar slechts weinig bruikbare huidjes van dit goed ver tegenwoordigde huisdier. Tegen de winter komen er weer meer leren tassen op de proppen. Ze zqn voor dit seizoen wat groter geworden, passend bü de grove weefsels. Sommige fabrikanten heb ben de beurs op de buitenkant ge stikt. Héél praktisch, je hoeft je tas niet open te maken en te zoeken en te grabbelen naar een dubbeltje. Het zit „voor de hand". Men zegt, dat de leren bureau garnituren méér in trek zün als cadeau sinds de vrüe zaterdag, als mü'nheer thuis achter zün bureau zit!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1963 | | pagina 10