Anieril< saans circus m Rotterdam De kracht van he U bent niet rijp voor het ouderschap Centrale Raad krijgt per dag één aanvraag Vele instanties dringen het leven van de (a.s.) pleegouders binnen en doen dit niet altijd even kies Probleem ADOPTIEL ontwikkelie lit gouden spoor van Barnum Bailey Na zestig jaar jS? Organisatie Variété Wondermensen Gehard ZATERDAG 14 DECEMBER 1963 PAGINA 9 mmStëg. Over de Westeuropese wegen raast een geweldige zwarte Cadillac. Een soort „Belle ^ricaine", soepel in de veren, 0rigrijpbaar in haar snelheid. De 111911 achter in de kussens heeft ?5ast zich een uitklapbare bar. mikt secuur een stuk ijs in ®eri glas en verzorgt zijn long jririk. Dan heft hij het glas en eilt. Een vermoeid lachje achter rechte rug van zijn privé- auffeur. Mr. John Ringling °rth moet veel lachen in het le- ^h. Eigenlijk iedere dag weer, el is onderdeel van zijn be- ®^an als showman bij uitnemend- 6ld. Want hij staat aan het hoofd Vatl Ringlings „Barnum en Bai- ay-Circus": bekend, bemind en eroemd om de „Greatest show 0tl earth". En dat dit geen aan- p^genheid is voor lange gezich- zal iedereen duidelijk zijn, ^r. John Ringling North liet zijn Amerikaanse reuzencircus over een en is van Frankrijk uit be nnen aan een toernee, die hem 11 Januari naar de Rotterdamse hoy-hal zal brengen. Een toer- 1160 van vijftien maanden. Een °stbare en dus riskante onder- ^eming, waar slechts ferme recet- es tegenover moeten staan. Maar aarmee heeft vandaag zelfs de •'Greatest show" grote moeite, jm. John Ringling North kan het earnen. e' a'r4 Boules, aan z'n hielen. Het bonte spektakel worclt in drie pistes opgevoerd. Jo.m dingling North, met show op toernee. Nonchalance Dit hoekje van huize „De Bocht" in Goirle, katholiek doorgangshuis voor ongehuw de moeders, is illustratief voor de wijze, waarop sommige meisjes zich voorbereiden op de komst van de baby, hoe schamel de beschikbare ruimte ook is. ,JDe Bocht" kampt met een ontstellend gebrék aan ruimte. Onbehagen Strijdvraag «en u' llet bedrijf werd door Y0j'ehakeling van tegenslagen achter- ..in ons land met name door een Na ruim zestig jaar is deze enor me onderneming in Europa te ruggekeerd. Anders dan toen het a nog James A. Bailey was, die in ne scePter zwaaide, maar nog altijd ja ®et bezit van een grote naam en tent' vorif»e toernee van het reu- „notfcus is in een échec geëindigd, ."uanks het feit dat het overal in Euro- t-oi e,en beslist diepe indruk had achter- «eiatei blatende regenval, een soort nat «n ^°ess°n die de terreinen doe weekte bei. e gigantische transporten ernstig da;, rnerde. Bovendien bracht het vier- van Se °Ptreden in Den Haag de schok jf® de moord op Amerika's president *o Kinley. De gevoelens die wij nu »Jtoed kennen, maakten zich meester VeA, de honderden artiesten en mede- en dit geld slurpende circus tiit® ®r een „onbetaalbare" dag door 'geschakeld. taujjterugkeer in Amerika stonden de iti S er bepaald niet best voor en toen ew James Bailey stierf, grepen de Üttk ielte Rmgüng-brothers onmiddel- shcm, n f®1 begeerde kans om de 0p te kopen. Zij handhaafden de bur® vertrouwde showformule van Bar bot en Bailey, maar brachten er waar nog meer vaart in en organiseer- cds ^hPllere transporten, zodat het cir- s«ti bepaald flitsend kon verplaat- thans zijn er geen Ringlings meer. flezo Se Ida was de laatste telg van Vvd avontuurlijke circusfamiiie. Zij °UdSt de lompenkaning North en hun '°hn t>-zocm 's nu de directeur mr. gieu' Ringling North: een kwieke, ener- man die er telkens weer voor Aojwl.moet het moeilijke en verwende °Ud« nse Publiek in zijn greep te ®h en ondanks de voortdurend stij- gende kosten zijn show op het dure grootse Barnum en Bailey-peil te hou den. De toernee door Europa is geen verademing voor mr. John North. Ook hier vindt hij een verwend en kritisch publiek tegenover zich. Ook hier heeft hij te maken met ernstige concurrentie. Weliswaar bezit de naam Barnum en Bailey nog altijd een magische klank, maar die zal ook dubbel en dwars moeten worden waar gemaakt. En dan blijft nog de vraag of men de duidelijk Amerikaanse stijl wel kan appreciëren. Want „Ringling Bros and Barnum and Bailey" is beslist niet het circus zoals wij dat ken nen, het oude, vertrouwde spel in de magische kring van de piste, waarin zand en zaagsel hoog opwervelen onder driftige paardenvoeten. De show van mr. North is het zand en zaagsel al lang vergeten. De piste is in ere ge houden en als vanouds zijn het er zelfs drie. Maar daarin liggen zachtgroene rubbermatten. die zoals dat da.i heet veel praktischer zijn. Daarop draven de paarden rond, wat een beetje dof klinkt en soms ietwat glibberig aandoet. Maar voor het hippische festijn moet men ook niet komen. Naar het circus van North komt men op de eerste plaats voor show, hèt grote spektakel in een adembenemend tempo. En dat klopt volledig met hetgeen wjj onlangs bij het optreden in de Belgische stad Gent konden zien. ijlen formidabele show inderdaad, waarbij het alles kunnen overzien be paald onmogelijk was. Terwijl boven elke piste aan trapezes halsbrekende toeren werden uitgehaald, snelden be neden lichtvoetige meisjes in kleurige dracht rond de pistes, dansend op de tonen van een formidabel orkest met zangsolist (in welk Europees circus zal men die aantreffen!) en flitsten de felle lichtbundels door elkaar heen. En zelfs dan was men er nog niet, want ondertussen ging de meesterclown Otto Griebling rustig door met zijn non-stop kolder, zat hjj plotseling bij een dame op schoot in zijn verrukke- 'ijke lompendracht, bood hij haar even later een complete boom aan. En eigen lijk ontbraken alleen nog de luidruch tige pop-corn- en ice-cream-verko- pers, „oals die in typische Amerikaan se gelegenheden als bijvoorbeeld het New Yorkse Madison Square Garden dwars door de voorstelling heen brul len of met enorme bellen de aandacht voor zich opeisen. Een bonte heksen ketel van stuk voor stuk vakmensen nelemaal in hun rol van het betove rende schouwspel. e organisatie van een dergelijk spektakel is ronduit meesterlijk. En daaraan ontleent deze „Grea test show on earth" ook de grote kracht. Men goochelt werkelijk met de tachtig geëngageerde nummers. Zijn de evenwichtskunstenaars aan de beurt, dan eheersen zij ook alle drie de pistes, met 'n de middenring de top, de eerste keus van dit geheel. En zo gaat het ook bij de luchtacrobaten, bij de draadlopers bij de hogesehooirijders, met steeds de beweeglijke showgirls als omlijsting er omheen en steeds de van 1 uis uit Duitse clown Griebling met zijn afleidings manoeuvres van louter kolder. En na dergelijke sensaties, wanneer men eigen lijk rekent op een korte adem pauze, komt men met daverende in- termezzi zoals een reis rond de we reld in acht minuten. Dan marcheren met veel bravour Chinezen binnen, cowboys. Arabieren, sheiks, geisha's, Als in een der laatste Europese staten kreeg de adoptie in ons land wettelijke erken ning. Dat had het voordeel, dat men de voor- en nadelen van andere adoptie- regelingen langdurig had kunnen bestuderen, en men kan dan ook wel zeggen, dat de Neder landse wet van 26 januari 1956 een tamelijk perfect werkstuk is. Bij ons is er bijvoorbeeld geen sprake van, dat men kinderen kan adop teren om familiebezittingen intact te laten of een opvolger in de zaak te krijgen. Het Ro meinse adoptierecht heeft veel zakelijker bijbe doelingen, al van de eerste eeuwen af. Er is zelfs een hele dynastie keizers geweest, die elkaar door adoptie konden opvolgen: Trajanus adopteerde Hadrianus, die weer Antoninus Pius, en laatstgenoemde werd opgevolgd door de wijs geer Marcus Aurelius. Het was overigens niet de slechtste periode van het Romeinse keizer rijk- De Nederlandse adoptiewet gaat uit van het kennelijke belang van het kind en is dus eigen lijk een maatregel van kinderbescherming. Om met kans op succes een verzoek, om adoptie bij de rechter in te dienen, moeten de kandidaat- ouders aan de volgende voorwaarden voldoen: ten minste 18 en ten hoogste 50 jaar ouder zijn dan het kind; op de dag van het verzoek het kind reeds meer dan drie jaar feitelijk ver zorgd hebben, terwijl één van beiden de voogdij moet voeren; tenminste vijf jaar met elkaar zijn getrouwd. Voor het kind gelden deze bepalingen: het moet op de dag van de uitspraak in eerste aanleg minderjarig zijn en geen afstammeling, door wettige of onwettige geboorte, van een der adoptanten. Geen der ouders mag zich tegen de adoptie verzetten, (hoewel aan deze bepaling een ontsnappingsclausule is toegevoegd) en zij moeten op de dag van het verzoek meerder jarig zijn. Is eenmaal een adoptie uitgesproken, dan heeft het kind de status van wettige zoon of dochter van zijn adoptief-ouders en houden de burgerlijke betrekkingen tot z«n bloedver wanten op te bestaan. Maar vóór het zover is, moet heel wat m be weging worden gebracht. Volgens de bq de wet gestelde procedure moeten de kandidaten hun verzoek indienen bij de rechtbank. De griffier stelt de raad voor de kinderbescherming van het verzoek op de hoogte, en deze belast zich met een onderzoek van het pleeggezin. Uit dit onderzoek resulteert het „voorlopig gevoelen van de raad, dat kenbaar gemaakt wordt aan de centrale adoptieraad. Laatstgenoemd orgaan heeft een adviserende taak. De adoptieraad be studeert de zaak nogmaals aan de hand van de stukken, die van de raad voor de kinderbe scherming zijn ontvangen, en brengt op zijn beurt advies uit aan deze instantie. Het rapport belandt tenslotte bij de rechter, die dan de datum der zitting vaststelt. Om onnodige ver traging te voorkomen, is in de wet een termijn van uiterlijk acht maanden opgenomen waar binnen, van de dag der indiening van het ver zoek af, de dag van de zitting moet worden bekendgemaakt. Alles bjj elkaar genomen is met deze gang van zaken overigen:: wel zo n anderhalf jaar gemoeid, en dan nóg moeten de kandidaten tenminste drie jaar het kind rei- teliik verzorgd hebben. Het te adapteren kind zal dus meestal wel de leeftijd van vijf jaar hebben bereikt voordat het de wettige status kan verkrijgen. kan het ook anders. Afstand, adoptie, voogdij, het zijn allemaal zaken die in iemands privé- bestaan diep ingrijpen, primaire gevoelens los woelen, en het vervelende is, dat allerlei in stanties in die intieme sfeer binnendringen en zich al gauw het odium van indiscretie op de hals halen. Niet ten onrechte moet ik zeggen, wanneer ik afga op het onthullende relaas van zovelen wier ervaringen ik heb opgetekend. Een radioverslaggever, nu zelf de gelukkige vader van twee Griekse kinderen, heeft wel een bijzonder zware lijdensweg afgelegd voordat zijn inspanningen met succes bekroond werden. Ja ren tevoren had hij in Nederland al moeite gedaan om een kind te adopteren, zich in ver binding gesteld met alle mogelijke instanties. Hij beperkte zich er niet toe zich op een wachtlijst te laten plaatsen, maar ging er op uit, bezocht raden voor kinderbescherming en te huizen. Eindelijk scheen het geluk grijpbaar. Hjj kreeg een tip, dat voor een kind in Zuid-Lim burg een gezin werd gezocht. Onmiddellijk ging hij er op af en kwam in contact met de raad voor de kinderbescherming in Maastricht. „Ja ja, er was inderdaad een mogelijkheid, het „geval" zou grondig bekeken worden, en de kandidaat zou er spoedig meer van horen," was ongeveer de reactie van deze instantie. In goed vertrouwen wachtte de verslaggever een paar maanden, maar: taal noch teken uit Maastricht. Hjj belde, schreef daarna nog enkele malen, maar kreeg geen enkel antwoord. Is het zo onbegrijpelijk, dat deze man zich niet alleen ontgoocheld, maar ook gekwetst voelt door de lompe wijze waarop een officiële instantie met zijn intieme verlangens is omgesprongen? Hij kreeg overigens nog een keer de kans zich te verbazen. Toen hij informeerde naar een andere mogelijkheid, gaf men hem te verstaan, dat de baby die hij op het oog had, afkomstig was uit een arbeidersmilieu. Men achtte het kind min der goed op zijn plaats in het gezin van de radio-verslaggever... Deze afgrond van kort zichtigheid en onbegrip bleek te diep. Hij pro beerde het daarna in Athene en mocht zich daar met zijn vrouw ontfermen over twee Griekse kinderen, na overigens ook de lange weg der formaliteiten die naar Metera voert, te hebben bewandeld. van subjectieve factoren het oordeel moeilijk maken. Wat er, na aftrek hiervan, over blijft, is evenwel nog genoeg om geen vrede te hebben met de situatie van vandaag. gelijke beslissing genomen kan worden, vóór of na de bevalling. Dr. Trimbos is er sterk vóór de meisjes zo vroeg mogelijk een besluit te laten nemen. In Amsterdam b.v. kan daarbij het Katholiek Bureau Moederzorg deskundige adviezen verstrekken. Wordt er tot na de beval ling gewacht, dan is natuurlijk de kans ge ringer dat de prille moeder haar kindje nog uit handen wil geven. En de borstvoeding dan? vra gen de tegenstanders van afstand. Dr. Trimbos zegt hierover: „Kunstmatige voeding heeft een dergelijke perfectie gekregen dat fysiologisch ge zien nauwelijks nog verschil met de natuurlijke voeding bestaat." Het gaat trouwens niet zo zeer om de soort voeding, maar veeleer om de sfeer waarin die gegeven wordt Belangrijk is, dat de a.s. ongehuwde moeders altijd het gevoel houden zélf de beslissing over al of niet afstand te hebben genomen. Men moet ze objectief de Een dominee vertelde mij trieste dingen over de manier waarop sommige sociale werksters hun onderzoek in de kandidaat-gezinnen verrich ten. Hem was gevraagd, of zijn huwelijk mis- Zonder twijfel het grootste struikelblok is in heel het Nederlandse adoptiepatroon, om eens een objectieve factor te noemen, het feit dat zoveel gezinnen graag een kindje willen aan nemen, en er maar zo weinig „voorradig" zijn. De kinderloosheid schijnt in ons land lang zaam toe te nemen. Schattingen gewagen van ongeveer tien procent der jonge gezinnen. Een groot deel van deze echtparen, wier verlangen naar kinderen niet wordt vervuld, overwegen na enkele jaren de rol van pleegouder op zich te nemen teneinde later, langs de weg der adop tie, alsnog een compleet gezin te kunnen vor men. Bjj informatie krijgen zij dan te horen dat er overal lange wachtlijsten zijn aangelegd, zo dat zij in het gunstigste geval vijf, in het slecht ste geval acht tot negen jaar geduld zullen Vrijwel onmiddellijk nadat de wet m werking trad barstte een stroom van verzoekschriften tos die de betrokken instanties, in hoge mate verraste en waarvan de indigestie eigenlpk nog niet is uitgewerkt. Opvallend was, dat de recht- banken de nieuwe wet loyaal toepasten. veel chicanes werden de kinderen aan de adop tief-ouders toegewezen, soms tegen het advies van de centrale adoptieraad in. Uit de cijlers bliikt dat afwijzingen tot de uitzonderingen behoren Van 1 november 1956 tot en met eind december 1962 werden 2319 vonnissen gewezen waarvan slechts 137 in .negatieve zin. Het aantal afwijzingen loopt relatief bovendien terug, om dat de voorbereiding aan grondigheid wmL Van de 500 uitspraken in 1962 werden bpvoorbeeld maar 16 adopties niet toegewezen en daarvan 14, omdat de natuurlijke ouder(s) bezwaar had- (den). Ondanks deze gunstige ervaringen is er toch, he.t valt niet te ontkennen, in brede kring onbe hagen te constateren over de Nederlandse adoptieregelingen, en misschien meer nog over de wijze waarop deze worden toegepast. De vorige minister van justitie, mr. Beerman, heeft al eens toegegeven, dat de voorwaarden in ons land voor adoptie streng zijn vergeleken met die in andere landen, maar hij vond ze niet té streng. De wet is inderdaad niet onbillijk en laat ruimte genoeg voor het aannemen van andermans kinderen. Maar wat in de formule van de wet zo droog en zakelijk onder woorden wordt gebracht, blijkt in de levende werkelijk heid geladen met emoties en sentimenten. Hoe schien stuk dreigde te gaan en of hjj het door middel van een kind weer heel wilde maken. Op het bureau van een of andere officiële in stelling was glashard gevraagd, bij wie de „schuld" lag dat er geen kinderen waren. Afge zien van de ongelukkige formulering: wat heeft dat er mee te maken, en vooral: wat gaat een ander dat aan? Deze dominee is er, en niet alleen door eigen ervaring, van over tuigd, dat er een verregaande nonchalance aan de dag wordt gelegd ten opzichte van as pirant-pleegouders. „Natuurlijk is daar het gro te aantal aanvragen niet vreemd aan, maar, als persoonlijke beantwoording niet mogelijk is, waarom dan niet een gestencild briefje ge maakt? En waarom worden er zoveel kinderen op pad gestuurd om het gezin aan een onder zoek te onderwerpen?" Van dit laatste bezwaar had de dominee ook nog een treffende illustra tie in petto. Een arts, die zich als pleegouder wilde laten inschrijven, kreeg een maatschap pelijk werkster van 23 jaar op bezoek voor de home-study". Na een gesprek van tien minu ten had het meisje haar conclusie klaar: de arts was nog niet rijp voor het ouderschap, want hij had meer oog voor zichzelf en zijn vrouw dan voor het belang van het kind. Ze deelde hem dat recht in zijn gezicht mee, stond op en ging heen, de medicus in stomme verbijstering achterlatend. Zo zou het aantal getuigeverklaringen zonder moeite tot een lange reeks kunnen worden uit gebreid. Er zijn in ons land honderden mensen met bittere ervaringen op het gebied van de adoptie, en voor een deel is dat verklaarbaar. De materie is nu eenmaal netelig en het ge voel overheerst menigmaal het verstand. Waar mee niet gezegd wil zijn, dat de heersende grie ven grond zouden missen, maar wél dat tal moeten oefenen. Aangenomen tenminste dat zij door de instanties die zich daarmee bezig houden, waardig zijn bevonden voor de eer van het pleeg- en later adoptief kind. Inder daad komen er, vergeleken met de vraag, maar betrekkelijk weinig kinderen in aanmerking voor adoptie. Er werden in 1962 ongeveer 3600 bui tenechtelijke geboorten geregistreerd, voor het overgrote merendeel bij ongehuwde vrouwen. Van deze moeders 40 pet. is minderjarig doet circa tien procent afstand, de overigen brengen hun baby bij ouders of familie, of in een tehuis onder, dan wel belasten zij zichzelf met de verzorging. Zoals de situatie momen teel is, kunnen per jaar dus ongeveer 360 kin deren in een pleeggezin worden ondergebracht, eenzelfde aantal als waarmee de centrale adop tieraad jaarlijks te maken krijgt. De secreta ris, mr. H. R. Goudsmit, vertelde mij, dat er gemiddeld per dag één aanvraag binnenkomt. Dat niet minder dan 90 pet. der ongehuwde moeders haar kind wenst te behouden, is ten dele nog een gevolg van de aloude moeder-hoort- bij-kind-gedachte. In brede kring geldt zo'n vrouw als ontaard als ze haar baby afstaat. Dat kan onmogelijk een rijpe beslissing zijn, vindt „men". Illustratief in dit verband is een regeltje uit het jaarverslag 1961 van de UVOM, de federatie van instellingen op het gebied van de ongehuwde moederzorg te Amsterdam. Daar staat: „De UVOM kwam in contact met 109 a.s. ongehuwde moeders die afstand wilden doen. Reeds vrij spoedig kwamen een aantal meisjes op hun pian terug". Deze meisjes zijn, met andere woorden, omgepraat. Een strijd vraag is momenteel, wanneer het best een der voor- en nadelen voorhouden die aan beide op lossingen verbonden zijn, waarbij, globaal gesteld de voordelen van afstand, zowel voor moeder als kind, groter zijn dan de, voor de moeder onmis kenbaar aanwezige, bezwaren. Zitten er misschien teveel kinderen in gestich ten die best de warmte van een pleeggezin konden gebruiken? Mr. H. M. L. H. Sark, se cretaris van de FIOM, de Nederlandse federa tie van instellingen voor de ongehuwde moeder en haar kind, beantwoordde mijn vraag kort en krachtig met „waanzin". Maar dr. Trimbos is er van overtuigd, dat dit wél het geval is. Het betreft sowieso kinderen die in hun eigen be lang beter uit de sfeer van de inrichting in die van een gezin konden worden overgebracht, maar waarvan de natuurlijke moeder deson danks de opvoeding zelf wil behartigen, en bo vendien worden in die tehuizen vele, al wat ou dere kinderen, verzorgd, voor wie, om welke re den dan ook, moeilijk een gezin kan worden ge vonden, of... voor wie weinig moeite wordt ge daan. Mej. drs. N. Ongerboer, stafdocente aan de voortgezette opleiding voor maatschappe lijk werkers te Amsterdam, spreekt ergens in een artikel zelfs over duizenden voogdij-kinde ren in de leeftijd van 4 tot 10 jaar van wie de ouders van de ouderlijke macht zijn ontheven en die thans in kindertehuizen, inrichtingen en pleeggezinnen worden opgevoed zonder dat de mogelijkheid van adoptie wordt overwogen. Eenzame babies, voorzover niet geestelijk oi lichamelijk gehandicapt, zal men slechte spora disch in inrichtingen aantreffen. De raden voor kinderbescherming wijzen doorgaans snel pleeg gezinnen aan, of zij willigen verzoek om opname in. Het denkbeeld, dat inrichtingen of tehuizen de sfeer van het gezin een flink stuk kunnen bena deren, is door de moderne wetenschap wel ge heel achterhaald. Maar ook hier woekeren de aloude opvattingen nog voort. Drs. C. M. Boon, als psycholoog verbonden aan het doorgangshuis voor moeder en kind „De Bocht" in Goirle, zei mij hierover dit: „Er hebben over het begrip opvoeden diverse interpretaties opgeld gedaan. Momenteel verstaat men er onder: een klimaat scheppen waarin het kind zich geestelijk en li chamelijk volledig kan ontplooien. Daarvoor is een continue, persoonlijke begeleiding nodig, die een internaat nu eenmaal mist. Een inter naat is iets wezenlijk anders, en het woord gezinsintemaat is dus een contradictio in termi nis. De kunstmatigheid in de affectie kan voor het kind, vooral in zijn eerste levensjaren, fnui kende gevolgen hebben. Een internaat kan mis schien goed opvoeden tot het arbeidsproces, maar niet tot het leven," aldus drs. Boon. Hij ziet daarom een dergelijk instituut nooit als definitieve oplossing, hoogstens als opvangmoge- lijkheid voor korte tijd. HANS STEVENS. olifanten, kamelen: massaal, groots van opzet en tot in de kleinste détails be rekend op het effect. De nummers zelf nalen een sterk gemiddelde met de hoogtepunten in de ludhtacrobatiek. Galla Shwan is boven de middenpiste een uiterst bekoorlijke leading lady. Zij balanceert op haar hoofd op de zwevende trapeze. Gerard Soules hangt aan zijn hielen aan de zwe vende trapeze, de handen afwerend ge spreid naar de gapende diepte onder hem. En Alzana, sedert vele jaren vaste topartiest in deze show, danst en springt op een metershoge draad boven het publiek. Dan is er de vermaarde Ierse familie Stephenson: moeder, zoon en dochter, die met hun reuzenpoedels. kleine poedels, foxterriers, en uiteraard de leergierige „vuilnisbakkertjes" een weergaloze hondenshow hebben opge bouwd. Zonder twijfel een programma van groot gehalte. Maar nog maals: men zal het door Ame rikaanse bril moeten bezien. En er vooral rekening mee moeten hou den dat de artiesten voornamelijk va riété brengen, al is die dan van klas se. De aanzet van de toernee is niet geweldig geweest In Frankrijk en uelgië zijn de recettes beslist beneden de maat ge bleven. De Floraliahal in Gent met vierduizend plaatsen was op geen stukken na voor de helft bezet toen wij de show zagen. En dat was nota- bene een zaterdagavond. Nu is de Flo raliahal de meest lelijke en kille hal die wij ooit hebben gezien, maar daar aan kan men deze debècle todh moei lijk wijten. De show draaide nog maar pas en met name de reclamecampag ne, onmisbaar voor het succes, wak beslist nog niet op niveau. Van enig* plakactiviteiten bijvoorbeeld hadden wij niets bespeurd. Maar, zo werd on* verzekerd, dit zal spoedig verande ren. Van het optreden in Duitsland en ook straks in Rotterdam heeft men grote verwachtingen. Daarvoor wordt het programma zelfs speciaal uitgebreid met een roofdierennummer, zeeleeuwendressuur. en enkele pa ar dennummers Mr. Ringling North maakt nj voor zijn show nog uitsluitend gebruik van vaste gebouwen. Hij heeft om praktische rede nen de tent afgezworen en beschouwt deze als een belemmering in de vaart waarmee zijn onderneming zich van daag de dag moet verplaatsen. Hij heeft zich over de Europese hallen uitvoerig laten voorlichten en verschillende plaat sen laten vallen omdat daar de accom modatie niet voldoende is. om zijn twee honderd circusmensen en dieren de ruimte te geven. Want ruimte heeft hjj nodig, nu het vooral van het massa effect moet komen. In de dagen van Barnum and Bailey zelf kon men voor de reuzenshow met minder toe. Do verrassende en tegelijkertijd intens tra gische groep der wondermensen deed het juist in een kleinere kring veel be ter. Jo Jo de Russische poedelman had zijn hoofd met het nondengebit tot aan de voeten met typisch stijf hondenhaar bedekt. De Fran?aise van negentien jaar die nog geen tien kilo woog, miss Marie met langdradig boommos op het gezicht, Anna Jones, de dame met do baard, Lotto, de man met het dubbele lichaam, en John MacDo-nald, met zijn 229 kilo een menselijke mastodont. ZjJ waren er om de kijklust te prikkelen en de reclame met de verhalen eromheen zorgden voor de overweldigende senea- tie. Deze oude, vaak pijnlijke attracties hebben afgedaan. Alleen de dwergen wisten door de j air en heen hun plaats te behouden. Met aanmerkelijk minder mensen en dieren en meer ruimte speelt John Ringling North thans het grote spel. Maar tegelijk ook met meer kos ten en meer risico's. Daar zijn de tij den naar. De toernee door Europa is enerzijds door de problemen in het eigen land een uitkomst. Anderzijds betekent zij een hachelijk avontuur. De „Grea test show on earth" is adembenemend. Maar er spelen ook nog andere facto ren mee en lxivendien: de concurren tie in de showbusiness is groot John Ringling North, gehard in deze branche, weet dat als geen ander. Hij is er voortdurend mee bezig. Overdag rijdt hij rond in zijn Ca dillac oslaapt hij. Maar 's nachts blijft bet licht in zijn hotelkamer branden. Dan buigt hij zich over de boeken en sch-ma's, gaat zijn vermoeide glim lach schuil in dichte wolken sigaretten rook. Dan kan hij plotseling de telefoon ijpen en een urenlang gesprek voeren met zijn r -nager in hecircus Lloyd Morgati met de producer Concello en met de andere stafleden. Hij belt ze rustig uit hun bed. Zij kunnen dat elke nacht weer verwachten. Want ook de nachte zijn van John Ringling North en juist dan is hij by voorkeur uiterst actief. Zo voert hij nu zijn „Greatest show" do o. Europa. En straks naar de Rot ter da-ncs Ahoyhal Na ruim zestig j xr iient de show zich opnieuw aan in een bont, betoverend schouwspel dat met le tijd is meegegaan. HAYE THOMAS AMERIKA'S CIRCUSKONING

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1963 | | pagina 9