m
Vijftien moeilijke
verkeerskwesties
e 1
0
2
10
11
12
13
14
15
y
Tekeningen
DINSDAG 24 DECEMBER 1963
Verkeersdeelnemers zijn we praktisch allemaal. En
dagelijks hebben we met de verkeersproblemen te
maken. Iedereen is uit puur lijfsbehoud een
beetje verkeersdeskundige geworden. Het is daarom met
een veilig gevoel; dat we aan alle lezers deze Kerst-verkeers-
prijsvraag durven aanbieden. Een prijsvraag, die we „straat
beelden" hebben genoemd.
De vragen werden opgesteld in samenwerking met het
Verbond voor Veilig Verkeer, dat wij voor deze hulp
zeer dankbaar zijn. De problemen zijn zo geformu
leerd, dat alleen met „ja" en „neen" kan worden geantwoord.
Naast de vijftien verkeersvragen omvat de prijsvraag
ook nog twee tekeningen. Beide tekeningen heb
ben betrekking op het verkeer. De vraag aan U is:
bedenk voor elke tekening een passend onderschrift. De
hoofdprijzen zijn voor de inzenders van de geestigste onder
schriften, mits deze inzenders natuurlijk óók de vijftien
verkeersvragen goed hebben beantwoord. Indien er bij-
zonder-geestige onderschriften uit de bus komen van lezers,
die helaas niet alle verkeersvragen goed hebben, dan zal
aan deze inzenders een aantal aparte eervolle vermeldingen
worden toegekend met publikatie in ons blad.
Wij herhalen dus nog eens: een goede oplossing, bestaat
uit vijftien maal öf ja óf nee plus twee onderschrif
ten bij de tekeningen. Oplossingen zenden aan het
bureau van dit blad. Als U het goed doet 15 maal of ja
of nee en twee onderschriften voor de foto's komt U in
aanmerking voor de prijzen.
De eerste prijs bedraagt f 250,de tweede prijs
f 150,de derde prijs 100,Daarnaast zijn nog
twintig andere prijzen beschikbaar gesteld.
De prijsvraag staat alleen open voor abonnees en hun
huisgenoten. Employé's van ons bedrijf en van het Verbond
voor Veilig Verkeer zijn van deelname uitgesloten.
Oplossingen dienen uiterlijk 15 januari 1964 met de
ochtendpost in ons bezit te zijn. Het Verbond voor Veilig
Verkeer anders een en al dienstbetoon zal tot die
datum géén antwoord geven op de vijftien in deze prijsvraag
opgenomen vragen: slimmerds behoeven dus niet op te
bellen.
Vergeet niet: dit is géén schriftelijk rij-examen. Wij
hebben niet geschroomd wèl strikvragen te stellen.
Bedenk U twee maal, voor U uitroept: „Oh, maar
dat weet ik vast en zeker."
En tenslotte: puzzel prettig met de kerstdagen. Als U
fouten maakt, dan is dat gelukkig maar op papier en
U wéét het in de toekomst, als U in de praktijk met
een dergelijk probleem te maken krijgt. Schrijf links boven
op uw brief „Straatbeelden". Veel plezier.
VIC. SNIEKERS
--
T
Wat is uw onderschrift?
Wat is uw onderschrift?
giiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiriiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiniiiiiimmiiiiiiiiMiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii^
iriiiiuimiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiriiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiifP
„STRAATBEELDEN" VRAGEN UW AANDACHT
TOEGEGEVEN: deze situatie doet
zich niet iedere dag voor. Maar
men moet er nu eenmaal reke
ning mee houden, dat de arre
nde óók tot de verkeersdeelnemers
behoort. U ziet het, de slee-bestuurder
komt by een kruispunt (van gelijkwaar
dige wegen) en staat nu voor de vraag,
ot hij met zijn snelle, door twee paar
den getrokken slee aan de landbouw-
tractor voorrang moet verlenen.
VRAAG: HEEFT DE TRACTOR
VOORRANG?
""niiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin
HL
Laten we de verliefde jongeling,
die aan de overkant van de
straat (zie het schetsje) zyn meis
je ziet wachten, ever A. noemen
J'an Albert en het meisje B. van Betsie.
U zult het met ons eens zijn, dat A.
wellicht grote haast zal hebben om bij
B. te komen. De kortste weg tussen
A. en B. is aangegeven: echter ook
een ietwat langere weg, via het nabij
gelegen zebra-pad. B. wenkt én A. spoedt
zich naar zijn geliefde.
VRAAG: MAG DE VERLIEFDE
JONGELING DE KORTSTE
WEG NEMEN?
"DlUllllllllllllllllllllllllllllllllillllllllllllllllllUIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIINIMIHIlllllllllllllilllllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
motortje heeft uitgeschakeld, rijdt op
het rijwielpad zie schets en na
dert de kruising met de verharde weg.
Op die verharde weg rijdt een fietser,
die de kruising gelijktijdig met de
bromfietser nadert.
VRAAG: MOET DE BROMFIET
SER VOORRANG VER
LENEN?
""■lllllllllIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMiHIIIIIIIIIIIIIIIIKIIINIIIIUIUIHIHIilUMIIIIIIIinUH'IHIMlIHMIHIMIUli'UlllinnillllUIIII1
U oor een prettig-landelijke omge-
I ving leidt een vrijliggend toeris-
tisch rijwielpad, dat uitmondt op
een verharde weg. Een brom
fietser, die, omdat hij wat méér aan
ehaamsbeweging wil doen, zijn hulp-
V1®' mensen zitten in een auto en
bu het passeren van een onbe
waakte overweg ontstaat bij het
W «en van de rechts geplaatste
dig(, 8cfuwingspaal een merkwaardige
op h ?le over het rode licht, waarvan
typn* hord melding wordt gemaakt.
badei- yan do drie lampen gaat bij
van een trein het waarschu-
W Waal geven? Nummer één zegt:
ÏVdnilicht knippert en zit links,
hou p ®r twee zegt: het rode licht krnp-
ïsï? z.'t rechts. Nummer drie zegt:
hcht knippert niet en zit links,
ho» p?p. ^er zegt: het rode licht knip-
Wet en zit rechts.
VrMG: HEEFT NUMMER DRIE
GELIJK?
Uzlt in de auto bij een kennis, die
u een lift heeft gegeven naar
de stad. „Zet me hier in de
buurt maar af", zegt u en de
bestuurder stopt even later, om u de
gelegenheid te geven uit te stappen. U
doet het portier open en ziet, dat de
wagen voor een uitrit staat. „Eigen
lijk had ii hier niet mogen sloppen",
zegt u bij het afscheid tegen de be
stuurder, „want stoppen voor een uit
rit is verboden." Uw kennis buigt be
schaamd het hoofd en antwoordt: „Een
volgende keer zal ik het niet meer
doen." Daarna rijdt hij verder.
VRAAG: BEGING DE AUTOMOBI
LIST INDERDAAD EEN
OVERTREDING?
llllllllllllllllIHlIllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllii
Mwlraiii
Deze mijnheer reed per fiets op
een weg zonder rijwielpad of
wandelpad, netjes aan de rech
terkant van de weg. Maar hij
had pech. Hy kreeg een lekke band
en loopt nu terug naar huis. Zoals op
de foto is te zien, loopt hy nu aan de
linkerkant van de weg, naast het rijwiel.
VRAAG: MAAKT DE MAN EEN
FOUT?
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiini
Verboden voor wild. Wil veld, rode
rand, zwart symbool.
VRAAG: IS DIT EEN WETTELIJK
VOORGESCHREVEN BORD?
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
111mi
Verboden voor onbespannon wagens.
Wit veld, rode rand, zwart symbool.
VRAAG: IS DIT EEN WETTELIJK
VOORGESCHREVEN BORD?
De jongen op deze foto leeft in de
vaste veronderstelling, dat hij op
deze manier /.ijn kerstboom naar
huis mag brengen. „De kerst
boom", zo zegt hij, ,,is immers maar
1,96 m. lang en ik ben niet in overtre
ding, als ik de boom dwars op de ba-
gagedrager leg en zo naar huis flets.
We hebben de boom heel precies nage
meten en toen bleek, dat die inderdaad
niet langer was dan 1,96 m.
VRAAG: HEEFT DE FIETSER
GELIJK?
iiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiimmiiiiiiiiiiiinuimiiiiiiii
Verplicht rijwielpad. Blanw bord, wit
symbool.
VRAAG: IS DIT EEN WETTELIJK
VOORGESCHREVEN BORD?
Hondenkarren kennen we niet meer
in het moderne verkeer, maar
wei die handige wagentjes met
motorvermogen, die populair
„ijzeren honden" worden genoemd. Als
u op de fiets zit en u nadert een kruis
punt van gelijkwaardige wegen, gelijk
tijdig met zo'n ijzeren hond zie toto
die wordt bestuurd door de achter
de wagen lopende man, wat doet u
dan. De „ijzeren hond" komt van links:
u op uw fiets bent geen gemoto
riseerd verkeer.
VRAAG: HEEFT DE IJZEREN
HOND VOORRANG?
tmiiiiimimiimiiiimmmmmiiitmmiimiiiiimiiiiiiimmi
Ubent de berijder van een brom
fiets en u hebt een kind achterop.
Van links nadert een ijzeren
hond zie foto en het is wel
duidelijk, dat de man die op de bok
zit u, bij gelijktijdige nadering van het
gelijkwaardige kruispunt geen voorrang
zal gaan verlenen. neemt geen risico
en laat de ijzeren hond voorgaan.
VRAAG: HAD DE BESTUURDER
VAN DE IJZEREN HOND
VOORRANG?
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiimitniiiiii
Einde autoweg. Blauw bord, witte
symbolen.
VRAAG: IS DIT EEN WETTELIJK
VOORGESCHREVEN BORD?
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiitii
Overstekende kinderen verboden. Wit
veld, rode rand, zwart symbool.
VRAAG: IS DIT EEN WETTELIJK
VOORGESCHREVEN BORD?
llllllllllllllltlllllimilltMIIIIIIIIIIIIIIIIUlllllllllllllllHlllllllltll
De foto's spreken duidelijke taal.
Auto A. heeft geen ruitenwissers,
auto B. heeft er maar één (voor
de bestuurder) en auto C. heeft
er twee. De wissers behoeven, voor
zover aanwezig, niet met de hand ie
worden voortbewogen.
VRAAG: VOLDOEN DE AUTO'S B
EN C. ALLEBEI AAN
DE WETTELIJKE VOOR
SCHRIFTEN?
lIlllllillllIIIIIIlIlHlllllllllllllllllllllllllIllllltlinililllllllillllilli