Het wachten is nu op de windkracht die aan de bonte storm voorafgaat LIMB UR G AAN VOORAVOND VAN CARNAVAL 1964 Leermeester van Charlie Chaplin PIONIER VAN FILMCOMEDIE Uitbundige en charmante maar nooit wrede humor w ZATERDAG 8 FEBRUARI 1964 TNA - Max Linder in een uit 1907 daterende film van Nonguet, De komende drie dagen woedt boven Limburg weer de bonte storm van het jaar lijkse carnaval. Wat de wind kracht zal zijn, valt op dit mo ment nog niet te voorspellen. Het is geen kwestie van het al of niet slagen van de voorbereidingen, welke door de diverse carnavals verenigingen getroffen zijn, maar uitsluitend van de bereidheid van het Limburgse volk om aan een massale verkleedpartij mee te doen. Dit jaar is deze bereidheid, volgens ons, in minder sterke mate aanwezig dan anders. Het is net of het grote publiek carna valsmoe gemaakt is door een overdaad aan carnavaleske evene menten vooraf. De laatste weken vonden in Limburg aan de lopen de band zittingen, gecostumeerde bals en concoursen voor buutte redners, Tanzmariechens en hof kapellen plaats. It it Venetië berichtten verslaggevers verleden jaar, dat tijdens de Biënnale een film was vertoond, samengesteld uit werken en werkjes van de eertijds beroemdste, althans bekendste van alle filmkomieken: Max Linder. Daar dit soort, in de oertijd van de film ontstane humor de laatste jaren opmerkelijk grote waar dering geniet van het publiek en derhalve ook van de ondernemers, is het niet te verwonderen, dat de Fransen deze lucratieve bron aanboren. Zij hebben immers een rijke komedie-traditie met namen ais die van André Deed, Rigadin, Ernest Bourbon, Onésine en Max Linder. Wat deze laatste betreft, heeft zijn dochter Maud die, toen zfj een half jaar oud was, haar beide ouders verloor, er veel moeite voor over gehad om het werk van haar vader, voor zover het niet verloren was gegaan of vernietigd, op te sporen en er de vertonings rechten van te verwerven. Het resultaat van haar bemoeiingen onder de titel „Hommage a Max Linder" in roulatie gebracht, beval een hooggestemde inleiding van René Clair, vervolgens een aantal fragmenten en complete korte films en verder van Linder's in Amerika gemaakte langere komedies: „Sept ans de malheurs" en „l'Etroit mousquetaire". Het succes was groot, zowel bij de jonge ren, voor wie het een eerste, alsook bij de ouderen, voor wie het een vernieuwde kennismaking betekende. Koelbloedig dornptcu, MAX LINDER ylax Linders films, ongelijk van kwaliteit, vormden een aaneen schakeling van gags en gevisualiseerde grappen van het variété- en vaudevilletoneel in het begin van deze eeuw. Carnavalsvierders in Sittard zagen verleden jaar deze koppen in de optocht. .V In verschillende gemeenten dertig en meer van dergelijke festijnen per week end! Eensdeels georganiseerd door MAX LINDER plaatselijke carnavalsverenigingen, an derdeels door pseudo-raden-van-elf, in het leven geroepen door caféhouders, voor wie carnavalsavonden winstgeven de objecten zijn. De commerce gaat hoe langer, hoe meer bij deze vóór-vieringen een rol spelen. Deze wat wij zouden willen noe men, „carnavalsverdwazing" is mede in de hand gewerkt door at organisatie van-bovenaf van concoursen voor car- navalsartiesten. Het begon met één provinciale wedstrijd voer „buuttered- ners" per jaar en eindigde met een ongelimiteerd aantal concoursen voor hofKapellen, Tanzmariechens en wat -ie buutteredners betreft, is het thans zó gesteld, dat zjj aan één wedstrijd niet meer genoeg hebben. Aan elk provin ciaal concours gaan diverse regionale wedstrijden vooraf en na vier provin ciale concoursen moet weer een spe ciale match worden gehouden om vast te stellen wie van de vier winnaars recht heeft op de titel Kampioen. Inmiddels telt Limburg twee kam pioenen en het zit er dus dik in, dat weldra het aantal concoursen opnieuw met één vermeerderd wordt. Hoe zou je immers anders kunnen vaststellen, wie super-kampioen-buutteredner is? Buiten de veelheid aan evenementen hebben deze concoursen nog tot andere euvels geleid. We denken hierbij aan een te hoog opgevoerde rivaliteit tus sen buutteredners van verschillende plaatsen en aan de versterking van de commerce. Wie eenmaal een prijs op een concours behaald heeft de goe den niet te na gesproken - voelt zich meteen een groot artiest, die voortaan alleen a raison van een niet malse „ver goeding" aan carnavalsfestijnen mee werkt. Bedragen van vijftig gulden en meer voor een optreoen van tien minuten z;jn geen. zeldzaamheid. Bovendien laten deze artiesten het niet bij één optreden per avond, sinds zjj ontdekt hebben, dat bliksemtoernees met meerdere po diumbeurten per avond mogelijk dank zij de veelheid van carnavalsevene menten in één stad of kring van dicht bij elkaar gelegen plaatsen nóg meer geld opleveren. Hier en daar komt de commerce ook om de hoek kijken bij de installatie van carnavalsprinsen. Daar namelijk, waar het regel is, dat prins carnaval over een aardig kapitaaltje moet beschikken. Krachtens deze bepaling is een niet- bemiddelde kandidaat voor het prins schap gedwongen om naar een geld schieter uit te zien. Doorgaans geen al te moeilijk karwei, daar menig zaken man Wel bereid is om deze reclame via prins carnaval, royaal te honoreren. Gelukkig is dit lang niet overal het geval. Er zijn nog heel wat plaatsen, waar de geschiktheid van de kandidaat zwaarder weegt dan zijn vermogen en waar niet de prins, maar de carnavals vereniging bepaalde prinselijke uitgaven bekostigt. Was dit niet het geval, dan zou de animo om de rol van prins carnaval te vervullen veel minder groot zijn dan ie was deze man, van wie Chap lin en andere meesters van de filmhumor verklaren, dat hij hen tot filmen heeft geïnspi reerd en hun leermeester is geweest? Hoewel h(j de eerste filmverschijning was, wiens naam over de gehele we reld bekend werd. is er maar één enke le levensbeschrijving van hem bekend en we! van de hand van de Russische regisseur Serge Youtkewitch, die als kleine jongen getuige is geweest van de triomfantelijke intocht van Max bij diens bezoek aan St. Petersburg in 1913, waar hij ais een vorst werd in gehaald. Verder vindt men allerlei ge gevens over hem verspreid in histori sche werken als die van Georges Sa- doul. Bardèche en Brasillach, René Jeanne en Charles Ford. Gabriël Leuville. zoals zijn eigenlijke naam luidde, werd geboren in 1883 te Saint Loubès bij Bordeaux. Hij liep met succes het conservatorium af en ver trok op 20-jarige leeftijd naar Parijs, waar hij een bescheiden bestaan vond in het variété- en vaudevilletheater. Op uitnodiging van een vriend bracht hij een bezoek aan de filmstudio van Char les Pathé in Vincennes en liet zich maar wat graag als figurant inschrijven met het oog op de welkome bijverdienste. Vanwege zijn kleine, tengere gestalte was hjj erg geschikt voor rollen van schooljongens. De eerste film, waarin hij op de voorgrond trad heette: „La première sortie d un collégien", onder de regie van Louis Gasnier, die men in die dagen nog met de toneeluitdrukking „metteur en scène" aanduidde. Het filmpje, dat maar tien minuten duurde, behelsde het verhaaltje van een scho lier, die voor het eerst met een vriend en een paar meisjes op stap gaat, aam geschoten thuiskomt en door het lawaai dat hij maakt zijn ouders wekt, die niet begrijpen waardoor hun jolige zoon zich zo wild en dwaas gedraagt en zich op de voor het ontbijt gedekte tafel te sla pen legt. De film maakte niet veel in druk. Maar het métier trok de jonge acteur onweerstaanbaar aan en de mo gelijkheden van het registrerende en trucqu^rende camera-oog fascineerden hem. Zijn honorarium bedroeg contrac tueel 20 francs per dag met een toe lage van 16 francs, als hij in het water moest vallen of op een andere wijze schade aan zijn garderobe opliep. Na vier jaar fratsenmaken kwam het grote moment in zijn leven, dat een nieuwe carrière zou in luiden. In de «inter van 1907 trad hij op als stuntelige schaatsenrij der voor een filmpje, dat „Les débuts d'un patineur" zou heten. Het hele ge val stelde maar weinig voor en behelsde niet veel meer dan de openluchtopvoe ring van het variété-nummer van een onhandige schaatsdebutant, die een tijd lang de dolste capriolen uithaalt, ontel bare malen valt en tenslotte verfom faaid en verkreukeld de aftocht blaast. De opnamen werden gemaakt op de ijsbaan van Vincennes. Max beleefde er weinig plezier aan, want hij scheurde bij het talloze malen vallen zijn panta lon. ruïneerde de hoge hoed, die hij voor 20 irancs had genuurd en verloor bovendien een paar gouden manchet- knopen. Maar de grap sloeg in als een bom en het succes nam met de dag toe in hevigheid en omvang. Het is de meest geprolongeerde film tot op heden ge worden. De enige bioscoop in de winter sportplaats Chamoqix hield hem 15 jaar lang avond aan avond op het pro gramma. Max werd er zich van bewust, dat de winsten die zijn werkgever maakte, aan hem waren te danken. Hij verklaar de Charles Pathé, dat hij slechts in dienst van zijn onderneming zou blijven, als hij hem een jaarloon van 150.000 francs wilde betalen. Pathé, die wist wat zijn ontdekk'ng waard was, stemde toe. Van toen af verscheen de naam van Max Linder in de titel van iedere film, die hjj maakte. Het werd een eindeloze reeks. Elke week maakte nij er min stens één, in totaal 600. Dit seriewerk bracht Max er toe een type te cieëren met een eigen karakter: de verwende zoon van gegoede familie, keurig gt kleed en met beschaafde omgangsvor men. Hjj beschikt over geld, maar weel het nog niet te beheren, geeft toe aan alle dure grillen en dwaze invallen. Door zijn lichtzinnigheid en gebrek aan er varing raakt hij eindeloos in moeilijk heden, maar men vergeeft hem van wege zijn argeloosheid en zonnige hu meur iedere misstap, temeer daar hij met zoveel energie poogt zijn status overeind te houden. Zijn uiterlijk is ver zorgd, dandy-achtig: hoge hoed of bol hoed, naargelang de situatie dit ver langt, nauwsluitend jacquette, lakschoe nen, witte handschoenen en een zwie rige wandelstok. Alles tezamen een op pervlakkige élégance, maar een die mogelijkheden biedt om ze in de han deling een rol te laten spelen. Boven dien betekent zijn verschijning voor ve len het ideale beeld van de chique Pa rijzenaar, hetgeen zijn succes buiten de Franse hoofdstad in eigen land en daar buiten bevordert. In de film „40 jaar Cinématografie" van Polygoon is opgenomen „Max, vic- time du quinquina". Daarin beledigt de beschonken leestganger achtereenvol gens een politiecommissaris, een ge- 'ant en een generaal, die hem alle drie hun visitekaartje als uitdaging tot een duel overhandigen. Als een politie-agent hem later wegens zakkenrollerij wil ar resteren, haalt hjj de kaartjes tevoor schijn. De gendarmes verstijven van ontzag, brengen hem naar de commis- sans, dan naar de gezant en tenslotte jaar de generaalsvrouw, die hem na can hevig tumult uit het raam smijt, 2 j' hij weer bij de gendarmes be- anat, die eerbiedig salueren. Zijn humor is uitbundig, vriendelijk charmant, zonder sociale hard heid en nooit wreed. Zjjn films, ongelijk van kwaliteit, vormen een aaneenschakeling van gags en ge- en Uv»ud"-n «Tappen van Ct variété- Maar ze bevatten AmArikoin elementen van de latere Zijn populariteit wordt nog versterkt door zun reizen naar Spanje Rusland en Amerika Dit verstevig 'weer zto positie bfj Pathé, die zijn honorarium verhoogt, tot 250.000 francs en hem zeg gingschap over de regie van zijn films garandeert. Max schrijft nu zelf zijn scenario's, speelt de hoofdrol en zet zijn metteurs-en-scène naar zijn hand. Men ziet in hem dan ook de eerste filmster. Dat betekent, dat hij buiten de studio's een fictief wezen wordt, ge- creëerd door d6 rêcl&rns. Ook d&nrin is hij alle anderen voorgegaan. Kort na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog meldde het Russische kantoor van Pathé aan de pers zijn dood tengevolge van een val van een motorlorry, hetgeen een eind maakte aan zijn gedwongen dienst m het Duitse leger. Onmiddellijk wonnen zyn films aan populariteit. Het publiek liep storm. Maar in november kreeg de Russische pers een simpel tegencommunique, waarin Max zelf aan het woord was en dat luidde: „In afwachting van een aan gename ontmoeting m Berlijn met mijn Russische wapenbroeders kunt u ver zekerd zijn van mIjn harielqke gene genheid. Leve RuslaF?: vlTtfo ?rank" rijk! Vrijwilliger van het rianse Leger, Max Linder." Max' productiviteit is onvoorstel baar en doet denken aan die van die andere Franse pionier, Georees Méliès, in wiens ver lengde men hem kan plaatsen, Hij bracht weliswaar evenals de to neeltraditie over naar de film, maar bevrijdde deze tevens van de toneel kunde vele getuigenissen van zijn tijdgenoten citeren we er een van Louis Delluc, een der eerste fdmfilosofen, die in zijn boek Cinema et Cie" o.a. schreef: „Max Linder est le grand homme du cinéma francais. Je l'ad- mire. C'est lui et meme lui seul qui a approché avant les autres ja simplici- té nécessaire au eine. Voila un vrai comique. Et un humaniste!" Door een onverklaarbare melancholie overvallen, in de volle bloei van zijn leven en zjjn carrière, pleegde hij met zijn jonge vrouw, die zich misdroeg en hem bedroog, zelfmoord in een Paru hotel. Dat gebeurde in 1925, toen zo dochtertje Maud nog maar zes maarn' oud was. Pas veel later heeft z>J films van haar vader voor het eersi s zien. Ze kwam daarvan zo anT,,htp- indruk, dat ze besloot zijn nag(j nis als vader en pionier van de «lm humor te eren door een bloenrtezing van zijn werk samen te stellen. Dlat is haar blijkbaar gelukt en zo is het aan haar te danken, dat de huidige genera tie nog weer eens kan genieten van een vorm van gevisualiseerde humor, die een schakel vormt in de ontwikke lingsgang van de cinematografische re productie naar de creatieve filmexpres sie. PIET VAN DER HAM het Maastrichtse Vrijthof werd. het ..M<,c»wief" thans. Hun aantal neemt met het jaar toe. Pal na de oorlog beperkte het Be- organiseerde carnaval zich tot enkele centrumgemeenten. Inmiddels is de si tuatie deze, dat elk zichzelf respecte rend dorp een prins met raad van elf dient te bezitten. Een ontwikkeling, welke sommige organisatoren van car navalsvieringen in de sleden niet erg zint, beducht als zij zijn voor een da ling van de publieke belangstelling van de zijde van de omliggende plaatsen. Misleid, ook weer door de commerce, zouden zij het georganiseerde carnaval in verordeningen willen vastleggen. De zer dagen hoorden wij in dit verpand deze stelling verdedigen: „carnavalsop tochten zouden een aangelegenheid van de streekcentra moeten zijn en het aan tal carnavalsvorstendommen zou dras tisch beperkt moeten worden." Een dergelijke redenatie gaat geheel voorbij aan de essentie van carnaval, dat vóór alles een gemeenschapsfeest is. Derhalve viert een rechtgeaard car- navalist het feest van de dwaasheid bij voorkeur in zijn eigen omgeving, in zijn eigen woonplaats. Hij heeft er immers behoefte aan cm een loopje te nemen met de plaatselijke orde. Carnaval is voor hem de gelegenheid om goedmoe dig de spot te drijven met figuren uit zijn omgeving, doorgaans met autoritei ten en wat Limburg betreft ook met bepaalde clericale toestanden. Terecht merkt de burgemeester van Maastrich mr. W. baron Michiels van Kessen»^, in het programmaboekje van „De.L ms peleers" op: „me moot dat sjagry hee( kwiel kinne. De MestreechterW vjert daoveur 'n prach okkazie: vastelaovend!" voor de Overigens geen priviiegjzenden Lim- Maastrichtenaar alleen. Rjet leger car- burgers vieren carnaval het jaar gro- navalsvierders wordt net reeds ter, omdat we lijneenschappen de juist de kleinere gjsfeest begrijpen, zin van het car^grkiaart. volgens ons Deze evohttw^vaisfeest niet langer waarom l^en seminariegemeenschap tabo?Jscollege van de paters Oblaten 8.1s n®1 te Ravensbosch-Valkenburg en In ri sterk internationaal samengestelde (f. meenschap van buitenlandse mjnjr kers, welke verblijven m het gezjh ,e huis van de Oranje-Nassaumun®' Hoensbroek. ff De studenten van Ravensbost zj, nen al enkele jaren in eigen heus carnaval, dat wij een „miJi'S carnaval zouden willen noem^iri yzs. grote carnavalsvereniging i" je kan een voorbeeld nemen aj>L Of, pe* waarop „de Bosjuule" van college het feest van de dtLuize -'Lp- leven. De bewoners van r o?Laar Dem" een woonoord vcw dit Lult landse mijnwerkers volg1- j^et ,.[is voor het eerst dit voorbeeld- en a'en van huismeester J. Kess* n zfl A assistent W. Bartels ff Sam<mges complete raad van ff. HalTieT'-ja- me' aan het hoofd prIt,ilianen, Hofl Spanjaarden, PoIe^aKen deel uit g ren en Marokkanen carnavalsvie j, het gezelschap, dastimuleert, niet in het woon oor t geert. oPvattmgf van de taak Een juist® i^erenigmg. Zy mag ujj een carnaxjaatselt)ke gemeenschap moet de Ping voorgaan, maar ntj* de feestvier en daar het geval lS,t hetge^jvenaf gaan voorschrijven, van rnavalisten behoren te doen- depit schaadt de spontaniteit, welk® v t^langryke voorwaarde ;s voor ee"V dc carnavalsviering, waarbij ai® bjjj» naamste devies geldt" Vrijheid, heid'-jps- Immers niet de carnavaleske '-U-tig' ters onder leiding van hoog1"! pnnsen, maken het carnaval, kostelijk verklede „mranmen", o'y' send en spottend in groepen de optrekken. ,kr^ Zg bepalen in feite de wind ^et> van de bonte storm. Het zegt nog yri over het aanstaande carnaval "'t burg, dat de vereiste windkracht dit moment nog niet overal aa Is. Het zou wel eens de spreek^jj..- lijke stilte voor de storm kunnen .51/ COR BER?

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1964 | | pagina 12