Pasen: EI-VOLLE
verwacht
OECUMENE
PLUS
3
ANDERS
Mister IC
DOOR VIC SNIEKERS
Politieautoriteiten en auto
mobilisten houden hun hart
vast, als zij denken aan het
voor de deur staande Paas-week-
einden. Dan breekt het grote, ge
motoriseerde legioen weer los:
volle auto's op vólle wegen. Men
sen in blik, bumper aan bumper
en af en toe botsend volgens een
Verschikkelijke Wet, die voor
schrijft, dat er elke dag, en voor
al elk week-einde, tenminste een
half dozijn doden moet vallen.
Zo zal het er
zeker wel met
de paasdagen uit
gaan zien. Op
passen geblazen!
De vraag
Twee betekenissen
Wat de oecumene uetreft: Hol
land moge in 1964 een huis van
„nze Vader zijn, met daarin vele
woningen. Holland moge onder
de inwerking van de Geest één
Thuis worden, waarin we elkaar
ook uiterlijk herkenbaar ontmoe
ten aan de éne maaltijd des Heren.
WEGEN
Schrikachtig behoeft de automobilist
daarvan niet te worden: wel uiterst
voorzichtig. Nederland is een dicht be
volkt auto-land. Dit jaar nog verwach
ten wij hier onze miljoenste personen
auto. Nu staat een belangrijk deel van
onze nationale auto-vloot door de week
op stal. De zakenlui, de handelsreizigers,
zij „zitten" door de week de hele dag op
de weg, zoals dat heet. Hun wagens dra
ven op de werkdagen: en staan tijdens
de week-ends meestal stil, want dan
zegt de heer des huizes: „mij krijg je met
geen stok de grote weg op". Want op
zondag rijdt de „zondagsrijder": dat is de
man, die het zijn gezin niet langer wil
aandoen, de hele zondag op een flatje te
moeten zitten, en die zich derhalve een
meestal gebruikt automobieltje
heeft aangeschaft. Zeker, hij gaat door
de week vaak met de tram naar zijn
werk en mist de weg-ervaring van de
routiniers. Maar hij betaalt óók wegen
belasting en wenst zich ook veilig op
de weg te kruinen begeven.
Daarom gaat het op zaterdag en zon
dag wat langzamer op de weg. De ge
legenheidsrijder doet het, met een volle
IIIIIIIIMMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
auto, kalmpjes aan.
Het gevaar van
een Paas-week-end
schuilt hierin, dat
beide groepen, de
routiniers èn de
zondagsrijders, zich
door elkaar gaan
mengen. En tot
overmaat van ramp
komen daar dan nog
de buitenlanders
bij, die het toch al
moeilijk hebben met
het verkeer in een
vreemd land.
Laten wij u daar
om, speciaal met
het oog op het te
verwachten zéér
drukke Paas-week
einde, een paar tips
geven:
LET OP!
DUITSE automobilisten nemen op
verkeerspleinen soms voorrang als
zij rondrijden en voorrang zouden
moeten verlenen aan verkeer van
rechts.
BELGEN halen wel eens in, waar
dat verboden is, omdat bij ons niet
geldt, dat het inhaalverbod ten einde
is, wanneer het binnen honderd
meter niet wordt herhaald.
FRANSEN kunnen in de bebouwde
kom op een voorrangsweg ineens
stoppen, om voorrang te verlenen;
zij zijn gewend dat voorrangswegen
binnen de bebouwde kom ophouden
voorrangsweg te zijn.
ITALIANEN en ZWITSERS „knip
peren" met de richtingaanwijzers als
ze willen inhalen: dit signaal bete
kent dus niet, dat ze links af willen.
De BELGEN doen dit trouwens ook.
ALLEMAAL hebben ze het moeilijk
met onze regel! snelverkeer gaat
boven langzaam-verkeer (met uit
zondering van de Luxemburgers, die
deze regel van huis-uit kennen), zo
dat men er op bedacht moet zijn,
dat buitenlanders als automobilist
plotseling aan fietsers en brom
fietsers voorrang gaan verlenen. -
EN ALLEMAAL hebben de buiten
landers de gewoonte, om op de meest
onverwachte ogenblikken te stoppen
om te kijken naar een straatnaam
bordje of om een blik te werpen op
de landkaart
NEDERLANDERS dienen zich
vóórts te realiseren, dat het rijden
met een auto, waarin het gehele ge
zin zit, heel iets anders is dan het
rijden op de weg, waaraan de z.g.
„routinier" gewend is.
Veel bestuurders kweken, wanneer zij
regeling, zoals in de Verenigde Staten,
waarbij de macht van de president, als
hij gestorven .s, bijna automatisch
overgaat op de vice-president. Er be
staan ook niet de erkende, alhoewel ge
heime wegen, waarlangs in Engeland
Sir Alex Douglas-Home naar de top
stevende. Butler voorbij
Er worden al sinds geruime tijd na
men genoemd. Momenteel is Leonid
Brezhnev, de president, favoriet. Men
doodverft hem als mr. K.'s kroon
prins. Hij is 56, heeft een grote poli
tieke ervaring en als president van de
Sovjet Unie meer macht dan bij
voorbeeld de president van de Bonds
republiek. Hij zou grondwettelijk
gesproken zich zelf tot opvolger kunnen
uitroepen. Mr. K. heeft overigens tot
dusver nagelaten, hem openlijk en op
beslissende wijze aan te wijzen.
Achter of misschien naast Brezhnev
staat Gennadi Voronov. Hi) is een der
machtigste persoonlijkheden in de in de
Sovjet-Unie almachtige communistische
partij. Als een concurrent van hem
wordt aangewezen Dimitri Polyansky,
50 jaar. Deze is secretaris van het
Centrale Comité en stond mr. K. meer
malen in diens zwaarste tijden daad
krachtig bij.
Ieder van de bovengenoemden zal
de leiding willen overnemen, omdat hij
er zichzelf het meest geschikt voor
acht of vreest, door een ander wegge
werkt te worden. Daar is evenwel ook
nog Mikhail Soeslov, die zich herhaal
delijk tegen mr. K's politiek van her
ziening heeft uitgesproken. Ten slotte
zijn er zijn verklaarde tegenstanders:
Molotov, Malenkov en Kaganovitsj.
Een van die namen zal wellicht eer
der, clan we nu vermoeden kunnen, in
het nieuws opdoemen. Welke? Dat
blijft voorlopig een raadsel. Mr. K. laat
de kwestie van zijn opvolging onbe
sproken. Evenals zijn beruchte voor
ganger Stalin. Deze speelde de gega
digden tegen elkander uit om zelf zo
lang mogelijk aan de macht te blijven.
Volgens oncontroleerbare geruchten zou
hem dit zijn hoofd -rekost hebben, werd
hij in het Kremlin vermoord. Maar
deze politieke misdaad werd geheim
gehouden.
Inmiddels, met mr. K.'s mogelijke
verdwijning staat niet alleen de opper
macht in de Sovjet-Unie op het spel.
Tegelijkertijd zal dan wellicht beslist
worden, of de politiek van toenadering
tot het Westen zal worden voortgezet
of niet. De spanning tussen Moskou en
Peking is een weerklank van die, welke
in de boezem van de Russische commu
nistische partij heerst. Het is de grote
strijd over de vraag, of de politiek van
hardheid moet worden voortgezet, Sov
jet-Rusland zal moeten blijven streven
naar de wereldrevolutie en de vernie
tiging van het kapitalisme Kortom, of
een vreedzaam samengaan, de befaam
de co-existentie, de basis en het uit
gangspunt van de politiek van het
Kremlin zal blijven.
De man, die net roer van staat van
mr. K. zal overnemen, kan een „harde",
een Stalinist zijn of een „zachte". Mr.
K's opvolger zal wellicht over oorlog
of vrede beslissen. Wie het zal wezen,
is nog in de nevelen der toekomst ver
huld. Wordt 1964 werkelijk het beslis
sende jaar? De broodprofeten hebben
wat mr. K. betreft zoals gezegd een
aantal slagen om de arm gehouc-en
Laten we hopen, aat Johnson en Butler,
die beiden naar een beëindiging van de
koude oorlog streven, niet alleen met
mr. K., doch ook met diens opvolger
tot overeenstemming kunnen komen.
De mogelijkheid hiertoe is aanwezig,
gezien Sovjet-Ruslands behoefte aan
graan en buitenlandse kredieten
door de week alléén in hun wagen zit
ten, bepaalde rijgewoonten aan. En vaak
wordt vergeten, dat de auto bij volle
belasting vrouw, kinderen, véél
bagage en soms een imperial héél
anders reageert, vooral bij remmen, in
bochten en bij noodsituaties. Dit afwij
kend gedrag zal bij overbelasting zelfs
zeer aanzienlijk zijn. De remcapaciteit
van de wagen blijft dezelfde, hoewel wat
harder op het rempedaal getrapt zal
moeten worden. Door zwaardere belas
ting van de achteras echter, zal sneller
blokkeren van de achterwielen kunnen
optreden, terwijl het overhellen door
de vering ook sterker zal zijn. Eten be
stuurder. die op het veranderde rijge
drag van zijn wagen niet bedacht is,
loopt daardoor de kans, in moeilijkheden
te komen.
Daarbij komt, dat een man-alléén
meestal veel geconcentreerder rijdt, dan
indien bij vrouw, kinderen, zwager,
schoonmoeder, oma of andere familie
leden op de achterbank heeft zitten. Hij
neemt aan het geanimeerde gesprek
deel, maakt grapjes en verliest dus de
aandacht voor het verkeer. Dit is be
grijpelijk, maar óók gevaarlijk. Daarom,
laat in uw privé-wagen ook gelden, wat
ii de tram en de bus staat geschreven:
„Het is verboden de aandacht van de
bestuurder af te leiden
(Vervolg van pag. 2)
ken in een soort godsdienstige logica,
die helemaal niet meer ter zake is.
Dat is niet hun schuld. Het is de
schuld van hun opvoeding. Maar schuld
of geen schuld, voor de kansen op wel
slagen van het gesprek is het gewoon
noodzake k dat ze inzien waarom hun
manier van denken de ontwikkeling zo
in de weg staat.
Om het maar heel duidelijk te il
lustreren
Je spreekt op een avond voor
ouders van schoolgaande kinde
ren over de veranderingen in de gods
dienstige opvoeding. Daarbij komt
ook de oecumene ter sprake. Je praat
dan over bepaalde aspecten in de ge
loofsbeleving die bij katholieken te veel
ol te weinig aandacht kregen in het
verleden. Je spreekt over andere as
pecten van de beleving van het evange
lie die bij protestanten beter bewaard
zijn gebleven. Je zegt dat het fijn is
dat we over die verschillen in deze tijd
met elkaar openhartig kunnen spreken,
dat we elkaar steeds beter gaan be
grijpen. Dat we over en weer van el
kaar veel kunnen leren. Als je dan
zover bent en er een aantal mensen
in de zaal door dat gesprek een beetje
blij en opgelucht zijn, staat altijd
iemand op om de onvermijdelijke „fata
le" vraag te stellen:
dat kan nou allemaal wel waar
zijn, eerwaarde, en ik geloof dat
ook wel, maar geeft u nu eens
duidelijk antwoord op de vraag: ge
steld dat we een heleboel van die
zogenaamde fouten in onze kerk
kunnen oplossen en gesteld dat we
nog veel beter met de protes
tanten kunnen praten, het zal
er op de duur toch op neer ko
men dat zij weer bij ons komen,
want wij geloven toch dat wij de
ene ware kerk zijn en er kunnen
niet twee ware kerken zijn. Dus
kort en goed: zijn wij de ware
kerk en betekent dat dat alle pro
testanten weer bij ons terug moe
ten komen?
Iedereen kijkt dan bijzonder gespan
nen tijdens de pijnlijke stilte die er na
zo'n vraag altijd valt.
Je begint in die stilte heel voorzich
tig te zeggen: die vraag is niet zo
eenvoudig te beantwoorden; we moeten
namelijk onderscheid maken tussen tus
sen... Het kar voorkomen dat zo iemand
je dan onderbreekt en zegt: nou moet u
er eens niet omheen draaien. Dat ge
beurt al veel te veel tegenwoordig. Er
moet toch een duidelijk antwoord te ge
ven zijn. Zijn wij de ware kerk, ja of
nee?
Je kunt dan natuurlijk zeggen: „ja,
wij zijn de ware kerk", maar je bent
dan gewoonweg verplicht om de
vraagsteller de wedervraag te stel
len: „maar wat verstaat u onder „kerk"
en wat verstaat u onder „wij". En dan
begint er toch weer een gesprek dat
men zou kunnen noemen een er omheen
draaien. In feite is dat dan geen ge
draai maar een benaderen van de be
kende geloofsinhoud op een hele andere
manier dan we gewend waren. Erg ver
hebben we het daar nog niet in ge
bracht en alle problemen worden er be
slist nog niet door opgelost. Maar het
geeft al wel een aantal inzichten cue
voor de toenadering tussen de christe
nen hoogst belangrijk zijn.
Je kunt het woord Kerk onder andere
in twee betekenissen nemen:
de eerste is de kerk als heilsinsti
tuut: het instituut dat de „middelen"
tot geloven heeft gekregen van de Heer:
de schrift, het leergezag, de sacramen
ten, het ambt. Wij geloven dat de katho
lieke kerk die heilsmiddelen in volmaak-
te gegevenheid van Christus heeft door-
gekregen De andere kerken denken
over verschillende van die heilsmidde
len anders; daarover zijn diepgaande
meningsverschillen. Over het leergezag
en de H. Schrift vooral. Ook over de sa
cramenten en de bediening van die sa
cramenten. Kunnen wij nu zeggen: het
gesprek moet er uit lopen dat de protes
tanten tot het inzicht komen dat onze
opvatting over die kwesties toch de juis
te is, ook al hebben wij dan fouten ge
maakt in het „gebruik" van die heils
middelen? Dat ze op de duur toch bij
ons terug moeten komen? Het lijkt wel
teel simpel om het zo te stellen. Het is
veel eerder zo dat telkens weer blijkt dat
we elkaar gewoon niet begrepen hebben
en nog niet begrijpen als we het over die
kwesties hebben. Als de protestanten
zeggen: alleer de bijbel als hoogste ge
zag en de katholieken: het levende leer
gezag van de Kerk als hoogste gezag,
dan lijkt dat met elkaar in lijnrechte te
genstelling. Maar hoe meer er buiten al
lerlei niet wezenlijke kwesties om over
cl :ze zaak wordt gesproken, hoe meer
men tot d eontdekking komt dat de tegen
stellingen in die opvattingen zo niet klei
ner dan toch wel heel anders zijn dan
men gedacht had. De mogelijkheid is he
lemaal niet uitgesloten dat er een tijd
komt dat men elkaar helemaal begrijpt.
Is dan de katholieke kerk veranderd?
Zijr. dan de protestanten bekeerd? Of
zou het soms zo kunnen zijn dat we el
kaar teruggevonden hebben in de ene
waarheid die we dan ook samen kunnen
verwoorden en belijden in een vorm die
voor ons allen aanvaardbaar en ver
staanbaar is?
De waarheden die door onze kerk als
vaststaand geformuleerd zijn zullen niet
kunnen en hoeven te veranderen. Alleen
het verstaan van die waarheden, het zoe
ken naa rhun eigenlijke religieuze in
houd zal steeds groeien. Hopelijk tot een
stadium waarin iedereen, protestant én
katholiek ze weer herkent. Het is zeker
dat deze groei in begiip niet alleen ge-
leio wordt door mensen die theologisch
deskundig zijn, al hebben zij een zeer
belangrijke rol in het geheel te spelen.
Juist ook het gewoon met elkaar spre
ken vanuit eigen geloofsbegrip door ge
wone gelovigen is heel belangrijk.
Als dat gesprek voortkomt uit eerlij
ke geloofsovergave aan wat men in de
eigen kerk begrijpt van het heilsaanbod
en uit een eerlijke pijn om de verdeeld-
heic: moet het tot groter begrip leiden.
Dat de moeilijke kwesties daarmee voor
lopig nog niet opgelost zijn is helemaal
niet erg. Er zal blijken heel veel te zijn
dat ons samenbindt, gelukkig meer dan
wat ons verdeelt: het oprechte verlan
gen om in de Geest van Christus goede
mensen te zijn en elkaar te helpen in
oprechte naastenliefde. Elk gebed, elke
vorm var. samenwerken, die uit deze
mentaliteit voortkomt, kan alleen maar
heilzaam zijn.
daarmee komen we aan de andere
betekenis van het woord Kerk: dat is
de gemeenschap van hen die in Christus
geloven, die overgegeven zijn, elk op
eigen wijze, aan de verlossing die de
Heer gebrach' heeft.
In die tweede betekenis van het woord
is er misschien veel meer eenheid dan
wij denken. Er zijn protestanten en ka
tholieken, die elkaar zeer dicht zijn ge
naderd in gemeenschap van geloven,
ondanks het verschil in hun kerkopvat
ting in de eerste betekenis van het
woord. De Kerk als het volk Gods, het
met Christus verbonden volk, dat op
weg is naar het vaderhuis loopt door de
grenzen heen van allerlei kerkordes en
alleen God zelf weet hoe ;,root de een
heid daarin al is. Het is zeker dan van
uit onze eerlijke pogingen om als gelovi
ge christenen zoveel mogelijk bij elkaar
te zijn, ook de kwesties van de Kerk ais
heilsinstituut steeds duidelijker zul1®"
worden. De ook uiterlijke eenheid va
de christenen moet worden vo?r®Ii'
gaan door deze innerlijke groei
eenheid.
Als het gesprek zover is zijn
te mensen in de zaal wel erg
Het is ook fijn als je het zo mag zien, al
is dan nog lang niet alles duidelijk.
Op een bepaalde avond kwam een
mijnheer, die die avond zo n fatale
vraag had gcstclci, na afloop nasr
mij toe en zei. „Het is alleen maar
voor de zekerheid, maar u gelooft
toch wel in de onfeilbaarheid van de
paus, hè?" Ik antwoordde: „dat ligt
eraan wat u daaronder verstaat."
Hij zei: „ja of nee?" Ik gaf het op:
„ja," zei ik. Dan is het goed, sprak
de man. Dan kom ik de volgende
keer terug, want ik heb er toch wel
heel wat van geleerd.
Ik heb er veel plezier om gehad.
Het deed me denken aan die oude
pastoor, die met zyn kapelaan een
discussie had over nieuwe opvattin
gen over de eucharistie. Op een ge
geven moment zei de pastoor dat ie
even met de kapelaan naar de kerk
wilde, voordat ze verder gingen. In
de kerk gekomen knielde de kape
laan voor het tabernakel. „Zo," zei
de pastoor, „dat wou ik alleen maar
even weten, laten we nu maar ver
der gaan."
In alle gesprekken over oecumene en
andere onderwerpen is het zaak dat
we elkaar niet gauw beschuldigen
van modernisme of conservatisme,
van vaagheid of bekrompenheid. Dat
heeft zo weinig zin. We spreken vaak
een verschillende taal, omdat we in een
andere periode of in een andere omge
ving „taalles" hebben gehad. De beste
methode om eikaars taal te leren ver
staan is geduldig zjjn, en als het om de
kerk gaat uitgaan van de veronderstel
ling dat we allen even veel van de Kerk
en van de Heer van de kerk houden.
D. COPPES pr.