Vereniging „De Narcis
viert 50-jarig bestaan
In kader van jubileum: inter
nationale bloemencompetitie
in Krelagehuis
Nederlandse narcissen-
cultuur evenaart
die in Engeland
Belangrijke
soorten
Ronde van
Schalkwijk
Vae homdekar eaar auto
Vuile was en een glimlachende
koningin aan Scheepmakersdijk
„Ik heb het niet gemakkelijk
gehad, hier aan de dijk
Expositie ie Haarlemse VishaJ
Co Westerik zet zijn bezoekers
in een bijzondere wereld
Dagboek van ontmoetingen
met de mens
N.K.V.-kinderen
van Heemstede
vierden feest
Keuzeconcert van
N.V.V. en K.A.B.
Op Koninginnedag
2
ZATERDAG 4 APRIL 1964
PAGINA 3
SASSENHEIM, 2 april -
>,De narcissencultuur in ons
land bevindt zich thans op
een hoogtepunt en staat vrij
wel op eenzelfde niveau als
in Engeland, het land, waar
de narcissenteelt sedert het
einde van de vorige eeuw
hoogtij viert," zegt de heer
M. Zandbergen, voorzitter
van de Vereniging „De Nar
cis", die vorige maand vijftig
jaar bestond. Ter gelegenheid
van het gouden jubileum zal
er onder auspiciën van „De
Narcis" in het Krelagehuis in
Haarlem op maandag 13 en
dinsdag 14 april een interna
tionale narcissencompetitie
worden gehouden, waarvoor
uit het buitenland en met
name Engeland grote be
langstelling bestaat. Voorts
zal er in het kader van de
jubileumviering van maandag
13 april tot met zaterdag 18
april in het paviljoensgebouw
van Keukenhof een bloem
schikdemonstratie van narcis
sen worden gegeven. Ook
neemt de vereniging met een
grote praalwagen deel aan
het bloemencorso en komt zij
met een groot assortiment
narcissen uit op de jaarlijkse
bloemententoonstelling in
Wenen.
De heer M. Zandbergen uit Sas-
senheim (midden op de foto),
voorzitter van de jubilerende
vereniging „De Narcis", is een
trouw bezoeker en keurder van
de jaarlijkse grote narcissen-ten
toonstelling in Londen, de baker
mat van de internationale narcis
sencultuur.
Berghellingen
Een van de talloze in Nederland gekweekte narcissen-soorten.
HAARLEM, 4 april In een
van de oude huizen aan de Scheep
makersdijk is de combinatie vuile
was en glimlachende koningin een
normale zaak. De-vuile was duidt
op de bergen wasgoed die de heer
W. Huijg van 1922 tot 1952 heeft
gereinigd voor zijn klanten in
Haarlem en wijde omgeving tot
enkele verwende Hagenaars aan
toe. De glimlachende koningin
komt ter sprake als de heer Huijg
spreekt over zijn bollen. Bollen
hebben vaak schone namen en
Smiling Queen is de titel van een
der uitgezochte rassen, waarmee
de Haarlemse wasbaas al tiental
len jaren lang bemoeienis heeft.
De bijna zeventigjarige beschouwt
zichzelf als een deskundig buiten
staander op bollengebied. Als zo
danig neemt hij een aparte plaats
in onder de trouwe bezoekers van
de maandagse beurs in het Kre
lagehuis. Veertig jaar geleden
kwam W. Huijg min of meer nood
gedwongen in het bollenvak te
recht. Het was geen gunstige tijd
voor de bollenkwekers in het be
gin van de dertiger jaren. Velen
van hen raakten in grote finan
ciële moeilijkheden en een van de
slachtoffers was een broer van de
„Touwtje springers"een van de boeiende schilderstukken van Co
Westerik, welke in de Haarlemse Vishal zijn geëxposeerd.
De wereld van de Haagse
schilder Co Westerik is een
bijzondere wereld. Althans,
de bezoekers van zijn tentoonstel
ling in de Vishal kijken er vreemd
tegenaan en lopen er rond als een
kat in een vreemd pakhuis, zoals
dat heet. Zij verwonderen zich er
over dat die, toch zo zorgzaam en
duidelijk geschilderde voorstellin
gen hen op een afstand houden en
vragen zich af waarom. Maar aan
het einde van hun rondgang heb
ben ze dat ondefinieerbare gevoel
van getuige te zijn geweest van
iets; dat ze iets hebben meege
maakt, en dit gevoel dat hen lang
bijblijft kan weer hevig actief
worden, midden op de dag, er
gens, bij het zien van het iets
waaraan ze weer voorbijgegaan
zouden zijn als Westerik er niet
zo nadrukkelijk de aandacht op
had gevestigd.
W. HUIJG
Oud-wasserijman en deskundig
buitenstaander in het mooie
bloembollenvak vlak bij zijn huis
aan de Scheepmakersdijk.
toog naar het Noordhollandse
Haarlemse wasbaas. Deze liet zijn
wasserij even voor wat zij was en
Breezand, waar hij voor ƒ6.500
eigenaar werd van een bedrijf van
een kleine twee bunder beste bol-
lengrond. De broer werd bedrijfs
leider en de Haarlemse Huijg met
een flink ontwikkeld zakeninstinct
nam vanuit Haarlem de touwtjes
in handen. Thans werkt een neef
op het Breezandse bedrijf.
Ter gelegenheid van het gouden ju
bileum van „De Narcis" hebben twee
specialisten op het gebied van de Ne
derlandse narcissenteelt en het sorti
ment, de heer M. Zandbergen en de
heer W. Warnaar, in een publikatie in
het Weekblad voor Bloembollencultuur
hun visie gegeven op respectievelijk de
nationale teelt van narcissen en de alou
de narcissenteelt in Engeland. De heer
Warnaar zegt van mening te zijn, dat
nog te weinig bollenkwekers in ons land
beseffen welk een belangrijke plaats
de in Nederland gewonnen soorten
thans innemen. Men is nog al te vaak
geneigd om het al bij voorbaat mooi
te vinden, wanneer het Engelse produc
ten betreft: een bezoek aan de jaarlijkse
narcissenkeuring in Londen wordt door
velen nog beschouwd als een pelgrims
tocht naar Mekka. Inderdaad is er veel
moois te zien op de Londense tentoon
stelling en is het voor de beroeps- en
amateurkweker, die aan de expositie
wil deelnemen, zelfs noodzakelijk de
tentoonstelling jaarlijks te bezoeken,
omdat hij als gevolg van het steeds
wisselende assortiment anders niet op
de hoogte zou blijven. Maar van de tal
loze tentoongestelde bloemen, voor het
merendeel in Engeland gekweekt, heb
ben slechts weinige het gebracht tot be
langrijke handelssoorten. Wel een groot
verschil met de Nederlandse zaailin
gen, die in aantal veel kleiner zijn.
maar waarvan een veel groter percen
tage belangrijke, zo niet de belangrijk
ste handelssoorten zijn geworden.
Zonder overdrijving mag men stellen,
dat het er met de internationale nar
cissencultuur bedroevend zou uitzien
zonder de voorname Nederlandse aan
winsten. Dit alles is wel een groot ver
schil met de situatie van een halve eeuw
geleden, toen het Nederlandse assorti
ment hoofdzakelijk bestond uit import
soorten. De laatste decennia hebben Ne
derlandse kwekers, onder wie de heer
M. Zandbergen, honderden nieuwe soor
ten gekweekt, waarvan de meeste ge
schikt zijn voor de broeierij. Vooral me
de door de uitstekende koeltechniek heeft
het broeien van narcissen sinds de laat
ste oorlog een geweldige stimulans ge
kregen.
Dat valt bijvoorbeeld op in Duitsland,
waar nog maar een betrekkelijk klein
aantal jaren geleden alleen wat narcis
sen werden gekocht voor Pasen en dan
nog alleen, wanneer de feestdagen op
een geschikt tijdstip vielen. De laatste
jaren echter worden in Duitsland om
streeks midden december al miljoenen
narcissen verhandeld. Ook in ons land
heeft het broeien van narcissen de laat
ste jaren veel opgang gemaakt. Behal
ve het beschikbaar komen van goede
soorten voor de broei heeft ook het snij
den en aanvoeren van bloemen in knop
het gebruik door het publiek geweldig
doen toenemen.
Op diverse plaatsen in de wereld
groeit de narcis in allerlei variëteiten
in het wild. Zo treft men in Spanje
langs de berghellingen, tot op een hoogte
van zesduizend voet, het kleinst beken
de narcisje aan. Ook in Gibraltar en
Marocco groeit een klein type narcis.
Het laagstontwikkelde narcisje wordt
eveneens in deze gebieden aangetroffen.
Het heeft een zesdelig cupje en kan
worden beschouwd als de voorloper van
de bekende halskraagnarcissen. Er zijn
ook narcissen, die in de herfst groeien,
onder andere in Italië, Zuid-Europa, Is
raël en Noord-Afrika.
Het aantal rassen is door het hy-
bridiseren en kruisen in de loop der
eeuwen enorm toegenomen. Omstreeks
1540 waren er in Europa slechts 24
soorten bekend. In 1948 bevatte de
naamlijst van narcissen, die in Lon
den wordt samengesteld, meer dan
achtduizend namen. De grondslag
voor de narcissenclassificatie werd
in 1884 in Londen gelegd door de kwe
kers Peter Barr en J. C. Baker.
HAARLEM, 3 april Voor het eerst
zal er dit jaar in het programma van
de koninginnedagviering een wielerron
de worden gehouden in het nieuwe
stadsdeel Schalkwijk. De organisatie
daarvan is door het jonge Oranjecomi
té „Schalkwijk" opgedragen aan de
Haarlemse wielerclub „De Kampioen".
Deze eerste Oranjeronde zal als een
clubontmoeting tussen „De Kampioen"
en „De Bollenstreek" worden gereden.
Het ligt echter in de bedoeling van de
organisatoren om in de toekomst een
open koers te houden op koninginne
dag. Het parcours, waarop de renners in
Schalkwijk aan de slag zullen gaan,
wordt gevormd door de Duitslandlaan,
Frankrijklaan, Italiëiaan en Engeland-
laan. De lengte is bijna 1500 meter.
Start en finish zijn in de Duitslandlaan
en de wedstrijden beginnen 's middags
om twee uur. Vrijwel alle amateurs,
nieuwelingen en aspiranten van „De
Kampioen" en „De Bollenstreek" wor
den aan de start verwacht. Het kan dus
een aantrekkelijke strijd worden.
HEEMSTEDE, 3 april De jaarlijk
se feestmiddag die het bestuur van de
NKV-Heemstede gisteren in het Miner
va Theater voor de kinderen van de le
den heeft gegeven, is weer een grool
succes geworden.
Het programma werd verzorgd door
het Theater Centrum Carla Flink, dat
met de jeugdrevue „Gouden regen" op
de planken kwam. Het gebodeno was
van dien aard dat de vele honderden
kinderen zich naar hartelust hebben
vermaakt. De verschillende goochel
kunsten brachten het jonge volkje van
de ene verrassing in de andere. De malle
fratsen van de clowns deden de zaal
schateren van het lachen. Er verscheen
zelfs een toneelspelende hond voor het
voetlicht en zoiets hadden de kinderen
natuurlijk nog nooit gezien. Aan trak
taties ontbrak het niet. Ofschoon het
buiten „ijseiijk" koud was, ging het ijs
je er smakelijk in.
HAARLEM, 3 april. Voor leden van
het N.V.V. en de K.A.B. in Haarlem
zal op woensdag 8 april het Noordhol
lands Philharmonisch Orkest onder lei
ding van Henri Arends een keuzecon
cert geven. De leden hebben door mid
del van ingezonden ideeën het program
ma zelf samengesteld. De keuze viel
op het pianoconcert no. 5 van Beetho
ven, waarbij Theo Bruins solist zal zijn,
Die Moldau van Smetana en de Bolero
van Ravel. Wouter Paap zal de toe
lichting verzorgen. Het concert begint
om kwart over acht.
JlllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllltlllllllllllllHIIIIIMIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIflIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIillllllllllllllltllllllllllllHllllllllllllllllllllllllllllllflIlllllllllllllllllllllllllllllllllii
llllllllllllllllllllllllllllllirilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllMIIIIIIIHIHIIIIIIIIIIilllllllllllHIHIiMIHIIIIHIIIIIMIIflIIIIIIIIIIIHIIIIIIItHllimillllllMHIIItllllNIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIHIIimilllllllltl
Westerik is ook een bijzondere fi
guur in de Nederlandse schilder
kunst. Zjjn werktempo ligt niet hoog,
maar er is geen schilder van wie men
zoveel schilderijen met naam kent en
ze zich omstandig kan herinneren.
Zjjn werk maakt dus een diepe in
druk op ieder die ze ziet. Bijna al
zijn grotere werken zijn bekroond.
Hij heeft de Jacob Marisprjjs vijf maal
ontvangen. In 1962 vertegenwoordig
de hij Nederland op de Biennale in
Venetië. Schilderkunstig vormt hij in
ons land een eenmans-richting. Was
bij die andere grote solitair, Dick Ket
de picturale verwerking een belang
rijk facet, het werk van Westerik is
ontstaan uit, en drijft uitsluitend op
de sociale bewogenheid van de maker.
Het woord sociaal moet bij Westerik
niet begrepen worden in de beperkte,
generaliserende betekenis die het in on
ze huidige samenleving heeft gekregen.
Het is bij Westerik direct en pensoon-
ljjk, en uitermate menselijk, het is een
onopvallend mededogen, een attentie
op de expressie van het gebaar af de
oogopslag waargenomen, bij een toe
vallige zijdelingse ontmoeting met vooral
de gewone mensen. Hij is gevoelig voor
alles wat in feite aan het kind wordt
misdaan.
Titels van zijn werken klinken soms
als de aanwijzingen in de rol van een
acteur die daarmee in zijn „stille spel"
de situatie blijft tekenen, of, zoals een
schrijver de figuren in zijn roman laat
handelen om uitdrukking te geven aan
hun gemoedstoestand. Het zijn die on
willekeurige, in feite niet voor anderen
bestemde kleinigheden in houding en ge
baar die een gevoel van onrust, van
desillusie, van intens menselijk geluk
verwachting of schrik begeleiden.
esterik schildert het dagboek van
zijn ontmoeting met de mens en
we moeten onwillekeurig denken
aan Carmiggelt. Hij betrapt het
schijnbaar onbelangrijke in het leven,
doorvoelt hoe de betreffende mens een
situatie ondergaat, daarbij alleen is met
zichzelf en alleen moet blijven om zijn
ervaringen te verwerken. Het is die on
bereikbare wereld, vlak om ons heen,
in een duizelingwekkende veelheid aan
wezig, waarvoor Westerik een speciaal
zintuig heeft. Hij is anders dan de na
vrante graficus Veldhoen die de slak
uit zijn huis haalt en hem in zijn kwets
bare naaktheid te kijk zet. Westerik be
waart het geheim waarvan hij de onge
wilde, en ook ongewenste en meestal
onnutte deelgenoot is geworden. Hij wil
niet de psycholoog-analyst zijn, maar
de psychologisch begrijpende die niet
verklaren wil of genezen, noch morali
seren.
Hij geeft alleen maar weer, vraagt
aandacht door vast te leggen. Ook in
zijn titels benoemt hij alleen maar wat
een ieder al in zijn werk gezien heeft:
Moeder met dochters, of Vrouw in boot,
en zwijgt verder volkomen over wat
zijn figuren beroert, zijn eigenlijke en
enige motief.
Hij verstart hun ogen en verkrampt
hun handen tot een hiëratisch gebaar
en veralgemeent daarmee zijn persona
ges tot verschijnselen. Een mens kan
zijn eigen vreugde en leed aan, maar
de vreugde van twee mensen bij elkaar
maakt uitzinnig en het leed van twee
mensen te moeten beleven is een last
die verplettert.
Westerik is geladen van menselijk be
leven en hij schildert dat van zich af
in een droge, ongeëmotioneerde stijl,
neutraal, schijnbaar onbeholpen en pijn
lijk nauwkeurig en houdt daarmee zijn
verbeeldingen in diezelfde schijnbaar on
geïnteresseerde sfeer waarin wij langs
de feiten heengaan waarvan de ander
vervuld is.
Maar het feit dat h|| het onopvallen
de tot onderwerp heeft gekozen en
het geduldig en zakelijk uitvertelt, geeft
het de nadrukkelijkheid van het bijzon
dere. En dat is, weer op ons uitgangs
punt terug, die beklemmende, indrin
gende werking die zijn schilderijen en
tekeningen grift in het geheugen van de
beschouwer, die er geen raad mee weet
totdat hij de menselijke inhoud achter
de onaandoenlijke oppervlakte heeft er
varen.
De tentoonstelling die reeds ingericht
was in het Haags gemeentemuseum en
nog te zien zal zijn in het Van Abbe-
museum te Eindhoven, duurt in de
Haarlemse Vishal tot en met 19 april.
L.T.
De Haarlemse oom heeft in die jaren
weinig tijd gehad om zich persoonlijk
met het telen te bemoeien. Daarvoor
had hij het te druk op zjjn wasserij.
Hij koos daarom als methode het laten
telen op contract en van tijd tot tijd
toog hij naar de Noordkop om te kijken
hoe zijn tulpen er voor stonden. Intussen
had hij ontdekt dat het kweken van
variëteiten een lonende zaak was.
Speciaal legde hij zich toe op het kweken
van de variëteiten van klasse zoals
Black Parot, Smiling Queen, Hollands
Glorie en tal van andere soorten. Dit
was zo'n vijfentwintig jaar geleden een
kostbare zaak. Zesduizend gulden voor
een kilogram tulpenbollen was geen
zeldzaamheid. Ook vandaag worden er
nog fikse prijzen neergeteld. In dit sei
zoen zjjn weer dure bollen verkocht
voor 15.000 per kilogram. „Ik zie het
een beetje ais een gokspei" zegt de
heer Huijg van dergelijke transacties.
De oorlog zette een streep door zijn
plannen. Er waren veel te weirug
transportmogelijkheden en daarom be
sloot hij een hoek bollen te laten telen
aan de Kerklaan in Heemstede. Momen
teel vindt de heer Huijg de bollen-
handel aan de flauwe kant. „We maken
geen kiloprijzen meer". Het kan hem wei
nig deren, want als de markt hem niet
aanstaat zet hij de bollen een jaartje
weg.
Eerst verleden jaar heeft hij zich
teruggetrokken uit de handelssoorten.
Nu houdt hij zich alleen nog maar
bezig met nieuwe variëteiten als Holly
wood, Sorbet, en Beauty of Apeldoorn.
De Sorbet uit de Smiling Queen wist
van wanten in het beginstadium. Toen
ging de bol weg voor driehonderd gulden
per ons.
„Het bollenwerk heb ik er naast
mijn wasserij min of meer als hobby
bijgenomen. Maar omdat ik er zoveel
mee te maken had moest ik me in
schrijven bij de Sierteeltcentrale te
's Gravenhage en ook moest ik alle
mogelijke teeltvergunningen hebben.
Toen ik begon viel ik met mijn neus
in de boter. Het was zo'n slecht jaar
dat de kwekers een goed deel van hun
bollen moesten inleveren ter ver
nietiging. Ik heb dit gelukkig alleen
in 1932 moeten doen".
De bollenteler had inmiddels een ren
derende wasserij opgebouwd. Als jonge
man van 28 jaar kocht hij een wasserij
aan de Scheepmakersdijk, de straat die
destijds zo rijk was aan dergelijke be
drijven. „Ik ben de enige die als rente
nier uit een van de wasserijen te voor
schijn is gekomen". Het werd een
:oed zaakje met even goede klanten,
lechts vijf jaar hoefde de heer Hujjg
met zjjn hondekar op weg. Toen kon
hij al een auto kopen. Twaalf ar ge
leden kon hjj met een gerust geweten
zijn zaak sluiten. Op de plaats van
zjjn zaak kwam een smeerstation van
Gulf.
,Ik heb het niet gemakkelijk gehad
hier aan de dijk" zegt hij. „Werkdagen
van zestien uur waren een normal*
zaak. Ook op Kerstmis en op Oud»
jaarsdag stond ik tot heel laat t«
werken". Die tijd is nu ai lang voorbij.
Thans mag hij zijn tijd gebruiken voor
de Hollywood en de Beauty of Apel
doorn. Het moet een gelukkig man zjj*
die als zeventigjarige in zo'n
gezelschap vertoeft.