m 250 jaar SPORTNIEUWS l Minder belangstelling Tulpenrally Zweed Carlsson behoort bij favorieten goeie ouwe DE DIEVEN VAN DE DE ZWARTE PIJL 3 Pelsjagers van Rio Pecos l Piet Loeris en de Vliegende Schammerakken Alfredo m ALS U HET VRAAGT AUTOSPORT BLANKENHEYNI (met de baard) FREDERIK DINGEMANS VRAAGT BESCHERMING 't is een wissewas met Bruynzeel was Idee Ridders Irene VI rozebotteljam is zo m'gezond Irene VII Irene VIII DONDERDAG 16 APRIL 1964 NEEMT VAKER ZWAARDEMAKER Kwalitatief -door MARTIN MONS- 125. „Beneje, in de keuken. Hij heb effe mee de sjef gepraat. En toen ging-ie weg. Maar ie ging nie weg. Hij sting achter die deur en dee dat mee die snoepies. Ik heb zijn hand gezien. Hij... hij heb een grote wrat op zijn middelvinger! Enne toen dat gebeurde mee mevrouw Duysentsehoon, toen was ik as de dood, want ik dacht astie te wete komp asdat ik z'n hand heb gezien, dan vermoord ie mijn ookNou, en toen heb ie ook op mijn geschote. En mevrouw Miele heb me naar me moeder gebracht enne in de auto heb ik d'r alles verteld. En ze heb gezegd asdat ik er maar mee niemand over prate moest en dat ze perbere zou me te hellepe. Enne ik heb d'r mee niemand niet over gepraat, ook meem me moeder niet. Maar ik heb wel tege me moeder gezegd asdat ik niet terug wou naar Avondrood." „Ik dacht toen, dat de jongen niet helemaal normaal was door de schrik. Ik kon mij niet begrepen welke reden mijnheer Dingemans zou hebben om die arme Catherine..." „Heel juist, mevrouw," valt Dingemans haar in de rede. „Welke reden zou ik nu gehad hebben voor zo iets?" Mevrouw Corinna Miele doet alsof er geen Frederik Dingemans be staat en gaat rustig verder: „Dat kwam, inspecteur, omdat ik toen nog niets wist van de belangen, die mijnheer Dingemans had bij het in handen krijgen van haar aandelen United, ziet u. Later, toen ik dat eenmaal wist, werd het mij duidelijk dat de arme jongen volkomen helder was geweest, toen hij mij die geschiedenis vertelde. Ik had al eerder moeten spreken, het was erg laf van mij, maar ik was zo bang dat niemand het geloven zou." „Mevrouw Miele, wist mynheer Dingemans dat mevrouw Duysent sehoon die aandelen in haar bezit had?" „Maar natuurlijk, inspecteur, dat was toch voor niemand een geheim. Heel Huize Avondrood wist het. En ook, dat zy er in de laatste tijd van haar leven een paar maal een bod op heeft gehad en mijnheer Dingemans er erg op heeft aangedrongen dat ze zou verkopen. „Mag ik even vragen of dit uw tweede getuige is? Een pathologisch leugenaartje en een simpele oude vrouw, vindt u dat zelf ook niet wat mager?" Er trekt een blos over het fijne, oude gezichtje van mevrouw Corinna Miele, maar ze klemt haar lippen vast op elkaar. „O, neen, mijnheer Dingemans, ik acht én mevrouw Miele én de jongen Vroegtebed heel betrouwbare getuigen. Maar u kunt gerust zijn. Er komen er nog meer. Nu eerst die jongedane maar, die juffrouw Kaas, Van Tol." A Juffrouw Kaas is te blond om echt te zijn en zwaar opgemaakt. Ze heeft een pittig, wereldwijs gezichtje en schynt haar aanwezigheid op het bureau te beschouwen als een interessant avontuur. „Kaas, jawel inspecteur, doodgewoon Kaas, Caroline Louise. Ik ben werkzaam by de Bonbonni-re. Die mijnheer van de politie liet my die papiertjes zien en..." „Zijn dat deze papiertjes, juffrouw Kaas?" „Ja, die zijn het. En ze zijn van ons. Wij zyn de enigen, die deze papiertjes, half zilver, half goud, gebruiken. Voor onze marrons glacés. Daarom zijn er in die papiertjes kleine kastanjes geperst met een B erin. Kijk, ziet u wel? Hier en hier. Die marrons zijn een specialiteit van ons. Ze worden verkocht in voor ons alleen ontworpen dozen..." „Hoeveel zit er in die dozen?" „Hoeveel, inspecteur? Dat is verschillend. Er zijn drie maten, ziet u. In "de kleinste gaat een half pond, in de daaropvolgende vier ons en in de grootste zes ons." „Heeft de verkoop eind mei een ogenblik gestagneerd, omdat het ver pakkingsmateriaal niet op tijd werd afgeleverd?" (Wordt vervolgd) sp/soervs, uhc je Me rglpen Die remoen Nerves o/» re i/o vu; en gaan vragen KARL MAY 8 De Wadders UJt lozere schrijven de krant 0mVelM Mbe^nnen z'°h over een manier Knméi ,v.' Koningin Juliana en Zijne zaio>'^=^5. Hoogheid Prins Bernhard op eplf® J hun terugkeer uit México uitmet r00tse wiJze te verwelkomen en nepJu, jgeven aan de gevoelens van ge- ■urji medeleven en dankbaarheid, ihr Mo en zoala de minster-president séhiiii3 j1Jnen 20 terecht opmerkte en ver- vonvifu,.® dagbladen reeds schreven, gauw zUn- Een en ander kan zo stellin karakter krijgen van een soort dp pj?.gname voor de koningin en tegen het Dnses. We willen dat wel niet, maar Kan toch als zodanig worden ervaren, kottip rniJ ,?s c'e volgende gedachte opge- lytj; n> die ik graag aan u doorgeef: MaVi-ls °PSevallen, dat zowel minister Ijnen als rip Itppt Srhmp1t7Pr mpf. M,-„fmstemming de woorden van de citpp a F van ®taat dr. Drees hebben ge- dpn i 20a^s deze voor de televisie wer- NpH .gesproken en waarin hij zegt dat jaj 'ar and niet plotseling onverschillig pi, tean tegenover de toekomst van een tyeos+eS w'e 2^ zo vertrouwd zijn ge- hpt wt een van de vier dochters uit T, moeiende gezin in Soestdijk". «Dra E6 nu' dat wij als volk deze uit een demonstratief moeten onderstre- L i? dat wij dit doende Hare Majesteit itnr~1ine Koninklijke Hoogheid een thuis- zal unnen bereiden, die diepe indruk anti ma^en- Wij geven dan een positief Zwoord op een negatieve ontwikkeling op j ^an dacht ik alleen maar «oed zijn. se?oe bunnen wij een en ander concreti- steu11' zou het volgende willen voor- aden Wij moeten onze aanhankelijkheid 1' yezdrachtelijk" betuigen. Wij moeten zelf? 8 en wanneer mogelijk op het het v °.§enblik als het moment waarop ke *-oninklijk paar in Nederland terug- Da?- demonstreren voor de boven de partijen uitgegroeide nationale figuur dr. en8If-S' d^e de genoemde woorden uitsprak reo 'n de Tweede Kamer ook door de «gering met zoveel instemming werden Vn vrd- Wij demonstreren dan bij- DiS voor de woning van de heer aan de Beeklaan in Den Haag i:.r°nd er steuning van zijn uitspraak. Het ivM mij juigt dat niet alleen de heer rees het défilé afneemt, maar dit doet ikh C'e andere Ministers van Staat, als Oud^ goed beb de professoren Beel en -Wanneer nu minister-president mr. tin -?en namens het Nederlandse volk s Koninklijk Paar op Schiphol begroet en mededeling doet dat Nederland de koningin op een speciale wijze wilde begroeten en dit op hetzelfde moment doet met tienduizenden in een demon stratie voor de woning van de Minister van Staat dr. Drees en wanneer de ko ningin dan verneemt waórom het Neder landse volk daar defileert, dan geloof ik, dat wij de koningin een welkom bereiden, die zij bijzonder zal waarderen (eventueel kan de koningin op Schiphol via de t.v. een en ander getuige zijn). Nog een drietal opmerkingen: 1. De demonstranten kunnen de Minis ters van Staat verzoeken 's avonds een bezoek aan Soestdijk te brengen en hun tolk zijn voor de gevoelens van genegen heid 2. Het lijkt mij gewenst dat er in de demonstratie naast zoveel mogelijk men sen slechts plaats zal zijn voor muziek en vlaggen. 3. Ik gloof dat wij op deze indirecte wijze koningin Juliana en prins Bernhard een ontvangst kunnen bereiden, waarvoor zij dankbaar zullen zijn. Ad. Breevaart A «1 verten tie Advertentie Op maandag 13 april j.l. las ik het volgende in uw krant: „Nieuwe Ridders en Edelvrouwen in de kathedraal van Utrecht in de Orde van het Heilig Graf van Jerusalem geslagen door de groot- prior van de orde, mgr. Th. Hendrik- sen, hulpbisschop van Utrecht. Daarna volgden de namen van die nieu we ridders, o.a. de voorzitter van de K.R.O. (blauwe maandag), een textiel fabrikant, dr. Dreesmann te Wasse naar, directeur van dit en van dat. Wat ik mis, nu en altijd is de naam van een zelateur of zelatrice, die avond aan avond op stap is voor haar instelling, of de naam van een priester, die zijn ge zondheid heeft opgeofferd voor de missie. Ik vraag mij af, wanneer zal de r.k. Kerk eindelijk eens ophouden alleen de Kerk van de Rijken te zijn? J. TH. H. ETTEMA. In „De Tijd" van zaterdag 11 dezer las ik een artikel van professor F. Duijnstee, getiteld „Prinses Irene en de Regering". Met de inhoud daarvan kan ik mij vrij wel geheel verenigen. Aan het slot van zijn artikel schrijft Z. Hooggeleerde: De messt menselijke manier om te getuigen van sympathie met de prinses, met haar moed en haar persoonlijke vrijheidszin, van meeleven met haar toe komst met haar echtgenoot is, dat ons volk niet vergeet haar bij gelegenheid van haar huwelijk een geschenk aan te bieden. Het is mij bekend, dat een groep mensen een weg zoekt om tot zulk een geschenk te geraken. De bedoeling is, dat geen adieu wordt gezegd, doch dat 'n onverbreekbare band in ons geschenk blijkt. Voor de eer en de historie van ons vaderland is zodanig geschenk uit alle kringen m.i. gepast. Mijn hoop is, dat hiertoe waarlijk een volksinitiatief tot stand komt". Ik juich dit voorstel toe en wil mij gaarne voor medewerking bij inzame ling van gelden voor dit doel beschik baar stellen L. Hermans DEN HAAG, 16 april De belangstel ling voor de 16e internationale Tul penrally die van dinsdag 21 tot en met donderdag 23 april met Noordwijk aan zee als start en finish wordt gehouden, blijkt aanzienlijk minder groot te zijn dan voor de sterrit van vorig jaar. Meldden zich in 1963 in totaal 170 équi pes bij het secretariaat van de R.A.C. West aan, voor de rit van dit jaar ont ving het wedstrydcomité tot nu toe slechts 127 inschryvingen. Aangezien er nog veertien zeer positieve toezeggingen acht Britse, twee Nederlandse, Franse door aspirant-deelnemers zün gedaan, zal het aantal deelnemers ech ter nog wel iets stygen. De 127 combinaties vertegenwoordi gen twaalf nationaliteiten. Nederland heeft, voor het eerst sinds jaren, het grootste contingent. Er hebben zich 46 Nederlandse équipes aangemeld. Het aantal Britten vorig jaar 56 liep sterk terug. Slechts 35 Britse teams heb ben voor de sterrit ingeschreven. Er ko men voorts 15 équipes uit Zweden, 11 uit West-Duitsland, 6 uit Denemar ken. 5 uit Frankrijk, 3 uit België, 2 uit 'Italië, 1 uit Zwitserland, 1 uit Ier land, 1 uit Monaco en 1 uit Luxem burg. van Zwaardemaker Het aantal amateurs is groter dan ooit. Van de 127 deelnemers dingen er namelijk 90 mee naar de prijzen voor amateurs. Kwalitatief is de inschrijving bijzonder sterk. Slechts Peter Hopkirk, winnaar van de Rally Monte Carlo 1964, ontbreekt. De Ierse garage-houder ver- Namens een grote groep jongeren (misschien wel miljoenen) van verschil lende overtuiging spreken wij onze zeer grote teleurstelling uit dat dure mensen zoals Minister President en Fractievoor zitters zo over onze prinses Irene oorde len en ook over haar verloofde. Wij zijn niet dom en weten heus wel dat het voor het Nederlandse volk beter ware geweest dat de prinses een andere verloofde ge had zou hebben en dat zij staatsrechtelijk niet precies juist heeft gehandeld maar het nuchtere feit dat zij verliefd zijn ligt er nu eenmaal. Wel moeten wij consta teren dat haar 'verloofde van onze demo cratie bitter weinig heeft geleerd. Het hart van ons jonge mensen staat stil als je op dezelfde avond ziet wat ons parle ment spreekt en je ziet een Joodse land genoot die verklaart wat er in de laatste wereldoorlog is gebeurd nl. dat wat slecht is gewoon als goed werd aangenomen, dat na 2000 jaar christelijke beschaving maar een heel klein vliesje beschaving bereikt is. En als je dan leest dat in het proces Auschwitz kinderen tegen de muur wer den dood geslagen dan zyn we weer bezig het slechte goed te praten en een kind van oranje tegen een muur van haat en onchristelijkheid dood te ranselen, en laten wij weer de tijd, die wij krijgen voorbij gaan om tegen dit gedoe te pro testeren. Wij blijven het diep treurig vin den dat ontwikkelde mensen (of mis schien ook niet) een Koningin willen hul digen bij haar terugkeer uit Mexico, of Hare Majesteit behoefte heeft aan het bejubelen bij de dood van een kind. Nee Nederlanders, wij zouden haar een onein dig groter plezier doen door haar dochter terug te geven Wij hebben een groot respect voor onze Koningin en veel eer bied, maar als zij als moeder haar dochter en nu ook haar schoonzoon zou verstoten, zou ze bij ons hebben afgedaan, en met ons zeer veel Nederlanders. Als wij haar willen huldigen laten wij dan beginnen Prinses Irene en Don Carlos meer har- teliikheld te geven en ons als mens te gedragen en niet als een dier, wij hebben geen behoefte aan demonstraties, of ze van Carlisten komen of door haat ver blinde Nederlanders. M C HOOGENDIJK Even wil ik in het kort inhaken op de mening van uw abonnee mej. C. Deken. Ik ben het volkomen met haar eens: prinses Irene heeft steun nodig! Waar moet die anders vandaan komen dan van ons katholieken? Onze reactie moet minstens zo groot zijn als tegen een groep t.v.-artiesten die miljoenen mensen heb ben beledigd en dit nog mogen blijven doen Laat een ieder naar zichzelf kijken en zich met eigen zaken bezig houden. Prinses Irene heeft nu andere plichten. Ze heeft -->k rechten! Laten we haar echter niet het recht ontnemen in het buitenland te trouwen. Ze zou zich diep moeten schamen, en het grootste offer van haar leven moeten brengen dit In eigen land te doen. Een land waar men iedere buitenlander binnen haalt en wel kom heet verstoot zijn prinses. Als men de vrede niet wenst, zullen wij de hand schoen opnemen. Bidden wij dat zij haar moeilijkheden door Gds genade kan dra gen. Waar ze zich ook zal vestigen, dat zij er lang en gelukkig leve. A. v. VELDE koos de Torgo Florio lange afstandrace op Sicilië, die volgende week zondag wordt gehouden, boven de Tulpensterrit. Behalve de Franse Ford Falcon-equipe Henri Greder-Martial Delalande, win naar in 1963, meldde zich ook de winnen de combinaties van 1961, de Brits Mabbs, en 1962, Saab-rijdster Pat Carls- son-Moss aan. Voorts zal Ann Riley- Wisdom, die in 1962 met Pat Moss triomfeerde, doch zich daarna terug trok, deelnemen. Zij rijdt met haar man, Peter Riley, in een fabrieks Morris Mini Cooper. Ook Eric Carlssqn, tweevou dig winnaar in Monte Carlo, zal dinsdag a.s. voor hotel „Huis ter Duin" starten. Hij rijdt met Gunnar Palm in een Saab. Tot de Nederlandse ryders behoort o.m. ir. A. Faulen uit Treebeek, de on langs afgetreden voorzitter van de Ko- ninkiyke Nederlandse Atletiek Unie, die de 2800 kilometer lange tocht in een Al fa Romeo Spider zal maken. Advertentie m Goed, GOED f GOED IK ZAL HET DG ANDEREN ENrDULUE SCHIJNEN DAT WEET IK NAAD Her steekspel) niet! oe BAAS TE GAAN 7sMET HEEFT ONS NIETS WAT VOOR GEZGGO DOEL r* SWAN MATURES SYNDICATE 50. Proestend en schreeuwend werkten ze zich naar de wal, zonder erop te letten, dat de kapitein naar de andere zijde van het schip zwom en langs een in allerijl neergelaten touwladder weer aan boord klom. Het schip was in een oogwenk van alle ongewenste passagiers onitdaan en waar een ogen blik tevoren zogenaamde angst en verwarring had den geheerst, klonk nu uitbundig gelach. Op het zelfde ogenblik, dat de eerste schurken voet aan land zetten, gaf de kapitein het bevel volle kracht achteruit te stomen. Het stevige schip had van het avontuur niet de minste schade ondervonden en de sterke machine werkte het gemakkelijk wee, los. Zijn jas als vlag boven zijn hoofd zwaaiend, riep d« kapitein naar de oever: .Farewell, gentlemen! Jul lie bagage kun je in La Grange ophalen!' Vloekend en scheldend probeerden de kerels op ons te schie ten, maar hun wapens waren kletsnat geworden- Ze hieven een luid gebrul aan en de aanvoerder schreeuwde er nog bovenuit: „Schoft! We wachten hier op je terugkeer en dan hangen we je aan j« eigen schoorsteen op!" „Uitstekend! Groet u in tussen generaal Marquez van mij!' Vrolijk voeren we verder, door niemand lastig gevallen. PIB COPÉHHWfN MrétnigsswattATt u.'ijjp'aA 36. Piet Loeris was bleek geworden toen hij de verrekijker, waardoor hij de overkant van het meer had gadegeslagen, weer bij zich stak. „We staan er niet ai te best voor, Sientje! Ze zijn daar een soort ten tenkamp aan het bouwen". „Dat is toch'juist goed, meneer Loeris!" ant woordde zijn trouwe hulpje: ,,'t Zijn misschien padvinders. Dat zijn héél lieve jongens! De vermaarde detec tive lachte verbitterd. „Mooie pad vinders!" smaalde hij: „Als dat padvinders zijn is mijn tante Coba een schillenhit! Ik zag ze zoeven door m'n kijker de vlag hijsen. We kunnen onze borst nat maken, Sient je! Het was de vlag van Agressië! Sientje schrok hevig van deze mede deling. „Nu begrijp ik meteen de verdwijning van Hat Si Kee, meneer Loeris. Hij had 't gewoon eerder in de gaten dan wij!" „Precies!" be aamde de detective: „Om het maar eens litterair te zeggen: Die kleine vatenkwast is in het eigen kamp te ruggekeerd. En het allerergste is, dat hij die jongens daar gewaar schuwd heeft, dat ik me hier bevind! „Misschien heeft hij ze nog niet be-1 reikt, meneer Loeris!" opperde Sientje: „Dat geeft óns dan de gele genheid om het oerwoud in te vluch ten!" Om deze woorden moest de be roemde spoorzoeker even hartelijk lachen. Toen hij daarmee klaar was, tikte hij zijn assistente vriendschap pelijk op de tengere schouder. „Een kostelijke grap" grinnikte hij: „Ik zie me al weglopen voor die kleine makereel van een Hat Si Kee! Je moest me nu langzamerhand beter kennen. Nee, Sientje! Het Woord „Vlucht" komt niet in mijn woorden boekje voor! Kom mee, we gaan erop af! Het gevaar tegemoet

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1964 | | pagina 13