<v Koket en kordaat, lief en abstract MODE DIE ONS WACHT HEEFT VELE KANTEN CHINCHILLA EN NOC EENS CHINCHILLA D ■7 WEG MET DE CONVENTIE De bevrijding de nauwe r A Ü8 vN N§ DINSDAG 1 SEPTEMBER 1964 TRUITJE EN HETZELFDE PA Sai61 Vh1c' V VOOR EEN REIS NAAR DE MAAN (Courrèges) KLOKROK VOOR TIENERS (Esterei) DOORZICHTIGE ZWARTE KANT (Laroche) LANGE VLECHT VOOR DE AVOND (Lanvin) (Door ANNE BtEGEL) et is vündaag 1 september en de Parijse modemakers staan ons toe in beeld te brengen voat ze de mouw toe denken voor herfst en winter. Dat is nogal wild. Nu is in Italië de mode altijd wat meer opge wonden dan in Parijs. Maar deze maal zijn de Parijse ontwerpers toch beslist veel minder tam dan ze tot nu toe meenden aan zich zelf verplicht te zijn. De wereld verandert, de mentaliteit van de mensen verandert, de mode moet mééveranderen. Voor het nieuwe seizoen is de mode dan ook los gebarsten in een broeken-rage. Niet mooi? Dat is de vraag niet. Het is pittig en praktisch. Het is wel de vraag of die rage het zal doen. Per slot van rekening zijn de modecollecties een soort aas dat de ontwerpers uitgooien. Het publiek is de vis die al of niet in dat aas bijt. GEWOON MAAR VOERING (Heim) STROOK, OOK ONDERAAN (Yves Saint-Laurent) GLAD KOPJE HAAR (Alexandre, voor Balmain) STAPEL-KAPSEL OP PONY (Castillo) In de collectie Dior zijn deze wijde rimpelrokken, waarbij om het hoofd een omgeknoopte driekante doek met franje. De rok heet „a la paysanne". Het hoofd is het ook. De hoofd doek is weer „in", maar moet liefst een beetje exclusief zijn, of van dezelfde stof als het mantelpakje. Balenciaga, de eerste der modegroten die véél in de melk te brokken heeft, laat bij zijn mantelpakken gekleurde wollen hoofddoeken dragen, ook knoopt hij zijn mannequins een driekante shawl van nerts om het hoofd. Overigens blijkt uit de foto's op deze pagina wel duidelijk, dat het deze winter zal zijn: zoveel vrouwen, zoveel hoofden! VOOR HET JACHTSEIZOEN (Heim) ROK MET RUIMTE (Dior) VOOR SÊORT-LANGS-DE-LIJN (Castillo) ^g: I liiu^or $51 De jeugd „bijt" natuurlijk in de mode-broek, in de lange, en waar schijnlijk nog meer in de kniebroek waarbij opzichtige kousen horen. De opzichtige kousebenen zijn overigens door de ontwerpers echt niet alleen bedoeld voor wie tiener of twintiger Is. De beenkleding heeft hun zeer serieuze aandacht gehad, ook voor het cocktailuur en dan kan het been be kleed zijn bijvoorbeeld met dezelfde zwarte kant als het doorzichtige bo- lerootje van Chantillykant, waar het decolleté doorheen schemert. De fantasie in kousen, kniekousen en kniekous die aan de laars vastzit is onbegrensd. Het wonderlijkste zijn de kleurig gedessineerde kousen in hetzelfde patroon als de pullover, bij voorbeeld in het mooie cashmeredessin. Een van de foto's op deze pagina heeft een kousen- en blouse-ensemble van Cardin, waaraan men duidelijk ziet, dat het volstrekt niet voor sport is bedoeld. Het begrip sportief, maar dan in de zin van makkelijk draagbaar, en voor al niet-conventioneel, dringt steeds dieper in de mode door. Met geweld keert het vooruitstrevende in de mode zich tegen al wat formeel is en daarin volgt zij doodgewoon de doorbraak die in het overige leven ook aan de gang is. Geen naaldhakken meer maar mak kelijke platte schoenen, geen bolle haren maar kortltarig glad kopje. En de rok? Natuurlijk, de gewone strakke rok is er nog volop. Maar wie er ge noeg van heeft zo ongemakkelijk in en uit de auto te moeten stappen, die kan nu bij het gewone doen en laten overdag in de kniebroek verschijnen. De spiegel moet dan maar zeggen of je er in uitziet als iemand die zich als schooljongen heeft verkleed of dat het wel „iets heeft". De broeken maken de wintermode zakelijk maar de bontranden geven iets liefs. Bontranden langs de zoom, langs de hals, langs de voorpanden, langs de mouwen. Het bont kronkelt zich overal. Men kan er zeker van zijn dat dèt inslaat. (Men spreekt zoveel over Russische invloeden in de nieuwe wintermode). Een gewoon niet opzich tig mantelpakje met bontrandjes langs de polsen en langs de mouwen her innert aan plaatjes van Anna Karenina en haar tijdgenoten. In het koude Rusland heeft men al tijd bont gedragen en nu de winters bljjk geven dat het ook in ons deel van Europa flink koud kan zijn, is een bontvoering ook weer iets functioneels geworden. Geschoren bever en otter zijn erg in de gratie, evenals zebra, met giraffeachtige tekening. De mode staat voor niets meer. In geen enkel opzicht! Technisch niet, in durf ook niet. „Topless" hebben wij in Parijs in geen enkele collectie aangetroffen. Maar de decolleté's gaan tot het uiterste. e evolutie van de rok J duidelijk. Die is zo na' fj. kort geworden, dat er ecyj in T 1/1 moest komen. Een Wj twee nog nauwere rokjes kniebroek maken. En bij de kn,}(j die nog al stoer staat komen fj opdringerige kousen, soms Ct j grof gebreid, soms doorzie' 2 J dunne wollen kant, of gebt m tweed-weefsel. De meest merkt» M kniebroeken vindt men in de I van de Parijse couturier "-e^trf. kleedt de vrouw in een tuniek, J i korte broek onder zit, maar alleen de broekspijpjes te zien',j, dat zijn meestal brede ra«a^il bont. De kniebroek vormt "'Ji geheel met het bovenstuk, zoa f foto van het kniebroekpak VfCyJ pied de poule op de frontpad-ijy jas erover heen maakt het -i dracht. h. Voor sport en voor de iaCLr r/ weer begint zijn er de fancvei>J', met heel korte broekspijpjef pJf, lange kousen. Hoe dun moet j' t daine vrouw blijven om de* met enig succes te kunnen er acceptabel in uit te zien„li'j", De lange broek die op straat wordt moet deze winter v<tn„et Jt, stof zijn als het colbertjasje- 2Fjr. telpak is geëvolueerd tot P%. t-'Jj En verder is de lange brOe jpj in huis als kledij voor de y maar dan zijn de pijpen m? f breed, vooral als de broek wollen materiaal is maat - lamé, brokaat of ijle chili0 Zo loopt de mannequin in de collectie van Jacques Heim, een serieus, gedegen mode huis in Parijs, waar onder anderen Madame de Gaulle haar kleren koopt. Het publiek was verbaasd en verrast deze „doorbraak" naar het excentrieke bij Heim te con stateren. Het motief van zijn collec tie is de tuniek waar twee broeks- pijpjes onderuit komen, meestal bontranden. Zoals hier. Nu wordt de soep nooit zo heet gegeten als ze wordt opgediend en de mode wordt niet altijd gedragen zoals ze zich in de Parijse modehuizen laat zien. En toch zegt dit model veel over de mode van vandaag. Chinchilla is namel'jk het kostbaarste en meest zeldzame bont ter wereld. De chin chilla is maar een heel klein vier- voetertje en vermeerdert zich niet snel. Dit exclusieve bont zit hier weg gestopt als voering in een sportieve icvteva«Aiste zwarte jas van een soort lakstof. Hetzelfde materiaal als dat waarvan de hoed gemaakt is. Zelfs de allerduurste bontjas mag niet meer met eerbied behandeld worden: het ding moet je achter in de wagen kunnen gooien als je onderweg bent! Dat is de draai van de welvaart. De kniebroek van chin chilla die onder de jas uitkomt maakt echter wel duidelijk dat het niet zómaar een jasje isNog nooit is er zo veel chinchilla-bont verwerkt als deze winter.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1964 | | pagina 12