Eén wereld of géén Verspilling door top der ontwikkelings landen I On twikkel ulp EEN NIEUW HOOFDSTUK IN GESCHIEDENIS DER MENSEN «Hl m. i DAGPUZZLE Onvolwassen Verlossingsboodschap Solidariteit Belangeloos Veilig in liefde Verkeerd spoor Geen evenwicht vx Export Wm» en antwoord whisky de luxe f 17.95 Snorharen Verstopte afvoer Kijkgeld Borgia Tijdelijk verhuisd Kamerbewoner Polis WOENSDAG 30 DECEMBER 1964 PAGINA 7 „Ontwikkelingshulp" dreigt te verworden tot het idealistisch modewoord van deze tijd. Politici en caritasmanagers maken er soms een fraai klinkend status- teken van. Het dwingt tot verre reizen, inspireert tot veel ge praat en veroorzaakt een was sende vloed bedrukt papier. Haast geen week gaat voorbij zonder ontwikkelingsprobleem per televisie in de huiskamer. Iedereen moet nu wel weten, dat talloze mensen gebrek hebben aan voedsel, water, medische ver zorging, onderwijs en verkeers middelen. Menigeen begrijpt ook reeds een weinig, dat de nood lijdenden, zonder hulp van ande ren, nooit uit hun ellende ont snappen kunnen. Bij het grote publiek dreigt het begrip „ont wikkelingshulp" uit de belang stelling of in discrediet te raken. Zoveel verhalen doen de ronde over mislukking, verspilling, ambtenarij, omkoperij en kleven de strijkstokken. Men leest over uitzichtloze chaos in jonge Afri kaanse staten. Men hoort van de onbekommerdheid, waarmee de leiders van die landen dollars en roebels aanpakken en uitgeven. Verbijsterend en ontmoedigend is ook de mateloosheid van de nood. Miljarden kapitalen smel ten in Afrika, Azië en Zuid- Amerika weg als sneeuw voor de zon, terwijl de ellende groeit en blijft groeien. Amerikaanse helpster geeft lees- les. Kajotter in Bolivia. P' v I JVP'ster in de verpleging. Scotch at its lightest NOOD STEEDS GROTER VOORSPRONG OP HULP /i t Vraag niet naar bewijzen. Maar wen zegt, dat ettelijke miljarden, bestemd tot bestrijding van de nood, tenslotte als privé-eigendom tereent komen in de geheime bankkluizen van een klein, veilig Europees land. Het Is niet bemoedigend maar wel licht zeer reëel, als mannen van naam en faam zeggen, dat in vc e gebieden geweld het enige doel treffende middel schijnt om reent en menselijkheid te verwezenlijken. Is het wonder, dat menig westers burger zich afvraagt of zijn hulp via de caritas of de fiscus eigen lijk wel zin heeft? Ontwikkelingshulp bieden is bui tengewoon moeilijk. Zij dje hulp be hoeven, hebben ook hun trots en zelfrespect. Bovendien hebben zii re denen genoeg om de hulpvaardige vreemdeling te wantrouwen Tot voor kort was deze immers vaak nos? hun hooghartige koloniale heer die zich toen weinig van hun nood aantrok Dikwijls moet hij zelfs beschouwd daarvan. a" Heipers moeten zich dus angstvai Ug hoeden, niet de verdenking te wekken van „neo-kolonialisme", irLe perialisme" of van andere pogingen tot vrijheidsberoving. Dan lopen zh de kans terecht of ten onrechte -- in de hand gebeten te worden. Hulp moet uitsluitend geboden worden om te helpen zonder bijbedoeling. Doch er kan nu eenmaal niets in de wereld zonder bedoeling gebeuren. Waartoe zal men dan ontwikkelingshulp ver lenen? Om vrienden te maken? Daar toe zijn de helpers te rijk, de hulp behoevenden te arm en is de hulp op zieh (voorlopig) te gering. Wat voor mensen geldt is ook toepasselijk op volkeren: Echte vriendschap tussen zéér rijken en héél armen, komt zel den voor. Ontwikkelingshulp zal pas dan in hoge mate vruchtbaar en succesvol worden als wij, die materieel reeds tot zoveel in staat zijn zélf verder zyn binnengegaan in een nieuw sta dium van hogere geestelijke ontwik keling. Wij zijn wel rijke, maar nog leen grote mensen. Ons besef van menselijke waardigheden en moge lijkheden is wel groeiend, maar nog verre van volgroeid. We zitten nog zo vast aan „eigen" volk, taal cul tuur en geschiedenis. V/e noemen ons reeds democraten, We wanen ons al christenen, humanisten en socialis ten. Maar de Anderen de elders geborenen, anders gekleurden, anders gelovenden zijn voor ons nog vreemdelingen. Ondanks lichtsnelle, wereldomspannende communicatie middelen, zijn we ons nauwelijks be wust, dat we déél uitmaken van de mensheid. Wij herkennen onze broeder, d e m e n s, nog niet! Daarom is ontwikkelingshulp tot nu toe nog niet meer dan een sprie- tig gewas, gevoed met kruimels en brokjes van nationale inkomens en kleinburgerlijke caritas. Het is waar dat de internationale hulpverlening in omvang toeneemt. Nog sneller echter groeit overal ter wereld, bui ten Europa en Amerika, het aantal levenslang gebrek lijdenden. Vijfentachtig procent van alle „vruch ten der aarde", energie, voedsel en goederen wordt verbruikt door vijf tien procent van de mensheid. Des kundigen zeggen, dat deze verhouding binnen afzienbare tijd vijfennegentig vijf zal zijn. Het 1» een verschrikke- bezit en persoonlijke vrijheid. Tege lijk schijnen de bereidheid tot het aanvaarden van persoonlijke verant woordelijkheid en tot belangeloze dienstverlening aan de gemeenschap te verminderen. Wat is trouwens be langeloos? Wie wetens en willens de medemens en de gemeenschap dient handelt in de hoogste en nobelste zin in zijn persoonlijk belang. Wie de mensheid dient, ontstijgt aan familie, volk en ras en ervaart zijn eigen mens-zijn op een hoger plan Deze aangrijpende en grootse erva- ring moet betaald worden met zweet en tranen en soms met bloed. Dui zend jaar Europese geschiedenis zijn vol wereldveroverende vindingen, wereldomspannende gedachten en het heelal doorkruisende dromen. De aarde is ons van pool tot pool ver trouwd geworden. Er zijn geen verre landen meer en geen onbekende vol ken. Maar de ontdekking van de mensheid is nog maar juist begon nen. Deze ontdekking is de grondslag voor waarlijk zinvolle en vruchtbare ontwikkelingshulp. Met de popularisering van de so ciale ontwikkelingshulp is, naar het soms schijnt, de kleinering begon nen van een eerder begonnen vorm van hulpverlening waarmee, on danks talloze hinderpalen en beperk te middelen, indrukwekkende re sultaten zijn geboekt. Wij bedoelen de verkondiging van de „blijde boodschap" aan „alle volkeren" door de christelijke missie en zen ding. Hoewel men in het Westen meestal met respect en waardering spreekt over de offervaardigheid en de prestaties der geloofsverkondi gers, kan men daarin soms tegelijk een ondertoon van geringschatting beluisteren. Sociale missie- en zendingsaktl- viteiten waren immers geen doel maar middel? „Lokmiddelen om ziel tjes te winnen'" In dit onjuiste in zicht schuilen voor vele kennelijk re denen tot critische terughoudendheid. Wij vragen ons wel eens af of dit „winnen van zielen" het verkon digen van een universele verlossings boodschap in de westerse publie ke opinie en waardering een tweede rangszaak aan het worden is. Telkens weer blijkt ook dat vooral buiten- christelijke kringen, velen nauwelijks iets weten van missie en zending en er niets van begrijpen. Als altijd zijn er ook in onze tijd natuurlijk heel wat idealistisch-voe- lende jonge mensen. Zij blijken vaak sterk genorteerr' voor sociaal-mate riële hulpverlening. Voor onderwijs, geneeskunde, landbouw en tech niek ten bate van de ontwikkelings landen bestaat toenemende belang stelling, Doch Evangelieverkondiging wordt, ook door christenjongeren, nogal eens gemakkelijk gezien als ver- iiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiimiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiii iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniaiiitiiiiii:; lijke race, waarhij de nood „een steeds grotere voorsprong" krijgt op de hulp. Een keerpunt, het momen waarop de mensheid niet dieper weg zinkt in ellende, is volstrekt nog niet in zicht. Misschien wel op papier en onder vele voorwaarden, maar niet in de werkelijkheid. Dit moment kan eerst dan aanbreken als wij, Euro peanen en Amerikanen, gemeenschap pelijk en daadwerkelijk gaan verlan gen méér mens te worden. Méér méns worden! Besef krijgen van de herkomst en toe-komst van de mensheid. Steeds gemeenschappe- Hjkei- bereid worden tot dienende ver bondenheid met allen die deze pla neet bevolken. In zulk een solidari teit zijn ras, huidskleur, ontwikkeling of momentele politieke ideologie, niet van wezenlijk belang. Wetenschaps mensen, politieke leiders en alle anderen die de nood bestrüden, zul len terrein gaan winnen, zodra zij ge stuwd en gesteund worden door hon derden miljoen gewone mannen en vrouwen. Nooit zullen geleerden en staats hoofden de honger van de mensheid kunnen stillen, als niet de arbeiders, boeren, technici, ondernemers en ambtenaren intens gaan voelen en we ten dat niet Europa of Noord-Aroerj- ka maar de wereld ons thuis en ons werkgebied is; dat wij deze wereld niet als vreemdeling met andere vreemdelingen bewonen, maar als mfnf met médemensen; dat die me- demensen In waardigheden en rech- teT in toets onze minderen zijn; dat ij" als zwaksten, nu nog onze hulp nodlS hebben maar dat onze kinde ren in wederzijdse afhankelijk heid - zullen samenleven met de hunne. In de wereld die op komst is, zullen geen rijke blanken heersen. Het wordt de wereld van vele mil jarden, die in éénheid en onderlinge afhankelijkheid zullen leven, of in chaos en strijd ondergaan. .„Eén wereld of géén' is geen slag» 2m maar een WAARHEID De plicht tot hulpverlening rust on- Mwysbaar op de rijken, dus op ons. Van door honger en ziekten verzwak- ""geletterden kan men geen aan- aach.t vergen voor iets anders dan de Onmiddellijke zorg voor het eigen naakte leven. zy zijn de gevangenen hmn armoede. Maar welstand UHi evenzeer als nooddruft een kooi ?Ün, waarin een mens ge- Hanf .raakt. De westerlingen leven kerder vr"" 'elvaart> langer en ze- rint »n* i zou mogen verwachten heseffpnH kostbaarheid van hel leven stellen om in het werk zouden en elders^ u ,even van anderen beveiligen en te verlen- gen. Maar in werkelijkheid jagen zij steeds feller op nog meer persoonlijk vrijwel uitsluitend bedacht op de verwerving en versterking van hun tijdelijke zekerheid. Omdat echter zoveel eeuwige zekerheid vergeten of verloren schijnt, is er in de wel vaart, evenmin als in de nood, even wicht te vinden. Daarom verkeert onze „hoog-ontwikkelde" samenle ving nu in een geestelijke crisis vol spanning, dreiging en gevaar. Trouweloosheid, luiheid, hebzucht, misdadigheid, a-moraliteit, zielsziek ten en verslaving vergallen ons, ver pakt in welvaart, het geluk. In het ver leden stond op de oude fundering niet voor allen een bewoonbaar huis. Nu worden onze bouwsels steeds comfor tabeler. Maar de fundamenten brok kelen af en worden niet snel genoeg en voldoende vernieuwd en versterkt. De jonge generatie weet niet of nau welijks van ontbering en soberheid. Maar steeds opstandiger toont zij haar walging van veel voze rükdom, haar wantrouwen ln „zekerheden" waarin geen vaste grond te peilen is. Het idealisme, de walging en het wan trouwen veroorzaken een oplopende spanning die zich wil omzetten in be weging. De mensheid wil opstijgen naar nieuwe, hogere ruimten. Doch hiertoe is energie vereist van de hoogste kwaliteit, of liever op het hoogste doel gerichte bezieling. Als deze niet wordt ontleend aan de bron die Europa eens het vermogen schonk tot een grandioze opvlucht, dan zullen slechts schljndoelen worden bereikt als perfecte organisatie en toenemen de productie. Wij herinneren ons een Indrukwek kende voordracht van de missionaris en Afrikakenner prof. dr. Franz Gyp- kens W. P„Waardoor kwamen de Europeanen in de wereld aan de top ondanks culturen elders, die duizen den jaren ouder zijn dan de Europe se. Gypkens' antwoord is een boei ende en bemoedigende visie. In onze intelligentie schnflt de oorzaak niét. Deze hoogmoedige droom kunnen wij beter vergeten. Ons klimaat speelt een zekere rol. Het staat ons toe nard en langdurig te werken. Zjjn groot heid en wereldmacht dankt Europa echter aan het christendom en de kerk. Na de ondergang; van het Ro meinse Rjjk (dat Europa niet was), ix *Le i Europa gebouwd. Dit wordt helaas in de meeste geschiede- nishoeken volstrekt onvoldoende be- iicnt. De Kérk verkondigde immers de grote ideeen die Europa schragen. „Men moet God meer gehoorzamen dan de mensen. Recht is méér dan macht Gewetensvrijheid De liefde die vóór alles gaat." Het was de Kérk die de Europeaan een krachtens de lief de werkend zijn evenbeeld niet meer te vrezen. Hij moest het. liefhebben als zich zelf. In deze uit liefde voortgekomen vei ligheid vonden de Europeanen meer dan duizend jaren rust, om cultuur te scheppen en techniek te ontdekken. Natuurihk waren die eeuwen niet zon der strijd. Er vloeide bloed Er werd gemoord. Maar in vergelijking tot de geschiedenis van andere werelddelen heersten overwegend orde en rust Het Evangelie gaf dit werelddeel de' ge weldige geestelijke voorsprong waar door het in de wereld aan de sDito kon komen. H tillllllfillllililil van mankracht, tijd en geld. Cen dokter U van meer nut dan een missionaris." „Nee, non zou ik niet willen worden. Wel verpleegster. Dat is toch even goed?" Beïnvloedt deze veranderende waar dering ook de geloofsverkondigers zelf? In elk geval belichten zij sterker dan vroeger de sociale betekenis van hun werk. Het religieuze doel wordt niet verzwegen. Het blijft wel meer in de sehaduw. Het schijnt dat de hulp bereidheid in welke vorm ook gemakkelijker aktief wordt voor de ouw van ziekenhuizen en scholen of voor de ontwikkeling van prnductiege- meenschappen dan voor kerken, se minaries en parochies. Is deze naar eenzijdigheid neigende voorkeur voor sociale projecten een wezenlijke voor uitgang? Het gaat hierby niet zo zeer om de projecten op zich als wel om de motieven. Dreigen we zó met wéér in een verkeerd spoor te raken? Wordt niet opnieuw gescheiden wat ongedeeld moet zjjn? Toen de verantwoordelijke christe nen de éénheid van aarde en hemel uit het oog verloren hadden schoten zü ernstig tekort in hun zending. Zü toonden zich onverschillig voor de aar de en waren er zelfs afkering van, al thans volgens de leer. Tengevolge hier-1 van verloren velen, buiten hun schuld, hun bewuste belangstelling voor de hemel. Doch de christenen schieten op nieuw tekort, als zü nu de mensheid slechts helpen bü de opbouw van een sociale wereldsamenleving ten koste van de verkondiging van de verlos singsboodschap. Achteraf stellen wy vast, dat de Kerk dat wil zeggen de christenen by de aanvang van de industriali sering afwezig was. Met spyt spreken we over de verloren en gemiste kan sen. Doch als óók de christenen thans doen, alsof de mens van brood alléén leeft, dan maken zy zich mede schul dig aan een onderschatting van de mens die fataler gevolgen zal hebben dan de verwaarlozing van de beteke nis van het brood tot in de dertiger jaren van deze eeuw. Fataler! Want nu staan mensheid en wereld op het spel. Een mens leeft niet van brood al leen, tenminste niet als mens. We ervaren het steeds sterker ln onze eigen welvaart» p.Noes hoecnatem H eigen welvaartsgemeenschap. Nooit tevoren hadden we voor allen zoveel brood. Nog nooit waren er zoveel eh mogelükheden tot ont wikkeling en verheffing. Nooit eer der was de aarde, voor óns althans, zo vruchtbaar. Wetenschap en tech niek hebben ons, in een reuze op- zwaai, hoog te paard gezet. De wel vaart zette in toen reeds tallozen, mede als gevolg van de nood voor dien, van de verlossingsboodschap vervreemd waren. Nu zün velen Hebben de gekerstende Euro peanen hun voorsprong goed ge bruikt? Het antwoord der geschie denis is beschamend. Zo vaak ziin zij in en buiten Europa bezweken voor de verleiding van de macht de rijkdom en het gewin. Als verove raars en kolonisatoren zijn zü de wereld ingetrokken, belust op buit Later volgden de kooplieden die vari de wereld hun import- en evnm-t. markt maakten. Als wü' van onze export nu een in ventaris opmaken, krügen we een bi zarre lijst. Wetenschap, kunst wlis- begeerte en techniek. Rationalisme en materialisme. Socialisme waarin christelüke gedachten over gemeen schap en rechtvaardigheid gloeien Communisme met denkbeelden over de eigendom, die niet zonder reden met de prakfyken der eerste christe nen worden vergeleken. Voorts Niet. sche, Macchiavelli, Freud, Tavlor Walt Disney en Marilyn Monroe' Voorts wegen, spoorlünen, vliegvel den en zeehavens. Voorts kanonnen raketten en pantserwagens. Voorts stuwdammen en suikerfabrieken Voorts benzineblikken voor krotwo ningen, automobielen voor de rijken en melkpoeder voor de armen. Voorts kunstmest, stamboekstieren en ge keurd zaai- en pootgoed. Voorts zieken huizen, kraamklinieken, röntgenap- -araten en voorbehoedmiddelen. oorts analfabetisme, ziekten, honger en haat. Voorts nationalisme, rassen- waanzin, kapitalisme en proletariaat. Om dit alles aan de mensheid te leveren hebben we ons geweldig in- ïf-? gespannen. Om deze export gaande te houden en o]j> te voeren, hebben we enorme kapitalen geïnvesteerd die onttrokken werden aan de winst. Maar voor de verkondiging van de levensbeschouwing waaraan Europa zün ware grootheid dankt waren er in feite slechts koperen centen beschik baar voor arme, heilige dwazen die deze poogden te hermunten tot Gods Woord. Ja, hun verkondiging werd en wordt tot op de dag van vandaag gecompromitteerd door het ontkersten de Westen, dat uit de smadelijke af tocht uit Azië en Afrika maar weinig schünt geleerd te hebben. Europa's hogere ontwikkeling vangt aan mot de verwezenlijking van het christendom. Het Woord en de Daad vormden een éénheid. Wij hebben de verkondiging buiten Europa voortge zet, maar tot nu toe met te weinig daden die de verkondiging bekrach tigden. Dat is onze schande en onze schade. Nu maken we ons op tot daachverkeiyke hulp. Doch wie meent dat deze hulp los van de verkondi ging moet en kan worden verleend, heeft het verleden niet doorzien en kijkt in een toekomst zonder pers pectief. CEES GRIFFIOEN i/iaay Vragen voor doze rubriek richt* men aan de Redecti* van ona blad (met In de linkerbovenhoek dar enveloppe „Vragenrubrlak"). De beantwoording geschiedt gratie. Men houde er nog rekening mee, dat men 14 degen op antwoord kan moeten wachten. (Advertentie) Importeur J. J. Moichen Wz. Schiedam :T« MGB* Vraag: Wat voor nut hebben de snorharen van een kat, wil K. L. R. te H. graag weten. Antwoord: De snorharen van een kat en vrijwel alle andere zoogdieren zün eigenlpk tastharen. Aan de wortel van zenuwen, waardoor het dier iedere aan- ieder haar bevinden zich zeer gevoelige raking onmiddellük kan waarnemen. De tastharen van de kat hebben daarenbo ven nog deze büzonderheid, dat ieder haar door middel van een spiertje be weegbaar is. Men zegt wel eens, dat de kat met zün snorharen kan voelen of een opening groot genoeg is om hem door te laten. Dit is slechts gedeelte- lük juist. Over het algemeen is bü nor male katten de kop weinig smaller dan het ïyf. Vraag: Op zondagmorgen raakte plotseling de afvoer van het toilet verstopt met alle kwaiyke gevolgen van dien. Met veel moeite werd tenslotte een loodgieter bereid ge vonden do verstopping te verhelpen. De huiseigenaar, althans het admi nistratiekantoor, dat zün belangen behartigt, weigert echter de scha de te betalen. Kan dat nu zo maar? Aldus een vraag van D. v. W. te A. Antwoord: Dat hangt er van af hoe de verstopping ontstaan is. Is deze een ge volg van sljjtage, verzakking of iets dergeiyks dan is de huiseigenaar aan- sprakeiyk. Indien de verstopping echter het gevolg is van verkeerd gebruik, het wegspoelen van theebladeren büvoor- beeld, dan moet de huurder zelf de schade betalen. Vraag: Ik ben 82 jaar en invalide en moet rondkomen van mün AOW. Is het waar, dat ik vrystelling kan krügen van kykgeld. Dit vraagt C. M. te H. Ongeveer gelijkluidend was de vraag van J. K. te N. Antwoord: Uw Inkomen is minder dan 77 per week. In dat geval heeft u recht op vrijstelling van kyk- en luis tergeld. Daartoe zyn formulieren ver- krügbaar aan de postkantoren. U kunt bovendien teruggave verzoeken van reeds voldaan kykgeld. Vraag: Dezer dagen las ik een ar tikel over de Borgia's. Is 't waar dat uit dit geslacht een paus is voort gekomen, die ook niet vrüuit ging van misdaden. Zo las ik in het ar tikel, dat hH getrouwd zou zijn ge weest en ook kinderen heeft gehad. Is dat waar vraagt F. B. te A. Antwoord: De Borgia's leefden ln de meest duistere en troebele tijden van het pausschap. De door u bedoelde Ro- drigo Borgia is de latere paus Alexan der VI geweest. Hü bad al kinderen voor hü tot paus gekozen werd. Hü was echter niet gehuwd. Vraag: Wy hebben wegens verbou wing onze geiykvloerse woning tijde lijk verlaten. Een der bovenburen vertelde onlangs van de makelaar vernomen te hebben, dat als haar etage aan de beurt was, zy tijde- lük in onze woning haar intrek zou kunnen nemen. Mag dat nu zo maar? Ook een andere bovenbuur wil nu in ons huis haar intrek ne men. Wij zijn echter bang, dat wy haar er dan niet meer uit krijgen. J. G. v. d. F. te A. Antwoord: U bent en biyft huurder van uw woning, ook aj is deze tijde lijk onbruikbaar. Zonder uw uitdrukke lijke toestemming mag de makelaar er niemand anders in laten wonen. Het is aan de makelaar en de andere bewo ners om een oplossing te vinden voor hun woonproblemen. Vraag; Moet ik om kamers te ver huren vergunning hebben van het CBH? Ik heb al vyftien jaar dezelf de huurder gehad. De huisheer weet daarvan. Nu neem ik een an der op kamers. Moet ik hiervan de huisheer op de hoogte stellen? De ze vragen zijn afkomstig van me vrouw S. te A. Antwoord: U hebt geen toestemming van het CBH nodig. Indien uw huis baas het goed vindt, dat u een kamer verhuurt, behoeft u hem niet in te lich ten over verandering van kamerbewo ner. Vraag: Ik ben in het bezit van eni ge polissen van „De Nederlanden van 1894" en van „Noord-Brabant". Door de verwarde omstandigheden in en na de oorlog ben ik het con tact met deze maatschappyen ver loren. Bestaan ze nog? Zo ja, waar zyn zü gevestigd? Wie heeft anders hun verplichtingen overge nomen? Aldus vraagt M. G. B. te A. Antwoord: „De Nederlanden van 1894" is m 1937 opgegaan in de N.V. Vesta. Het hoofdkantoor is gevestigd Jansbui tensingel 5 te Arnhem. De verzekerings- maatschappy Noord-Braband is nog steeds gevestigd ln Waalwijk, Grotestr. 341. WOORDRAAOSEL 1. boyscout; 2. cinema; 3. dweepziek: 4. waarborg; 5. juffrouw ln theater voor het aanwijzen van plaatsen; 6. zure vloeistof; 7. 31 december. Op de streepjes: de heer van het huls, waarin Driekus-de-stoker morgenavond als huisknecht fungeert. 1. Oplossing van 29 december Horizontaal: l. seismogram; 2. Hamiet, ami, 3. methoden; 4. kleuren, N.S.; 5. eer vol; 6 samenloop; 7. entozoa; 8. Ede, orka; 9 aardkunde; 10, Ra. rei, eau; 11. es, an- tenne. Verticaal: l, Shakespeare; 2. e.a., Lea, daas; 3. immermeer; 4. sleuven, dra; 5. metrontekon; 6. Othello, uit; 7 on, ozon; 5* rad, boorden; 9. amen, pakean; 10. Minsk, u.a.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1964 | | pagina 7