ZORG VOOR GEESTELIJK GEHANDICAPTEN IN HAARLEM DREIGT ACHTEROP TE KOMEN Onwaardige behuizing in werkplaats aan Botermarkt Mogelijke verhuizing naar de paviljoens in Schalkwijk Voormalig Tuchthuis erg somber De Acht" in „De Ark" Huizen in Delftstraat en Spoorwegstraat zijn ten dode opgeschreven Vrijkomend terrein bestemd voor kleine industrieën uit de binnenstad Paviljoens Helpende hand ZATERDAG 13 MAART 1965 PAGINA S Het gebouw van de Haarlemse Werkinrichting aan de Botermarkt. ttaarlem heef t zich het lot'van de geestelijk gehandicapten altijd bijzonder aangetrok ken. Als een van de eerste ge meenten in Nederland opende zij reeds in de zomer van 1925 een werkplaats voor de gees- f "lijk gehandicapte stadgeno ten. Haarlem verwierf zich door deze vooruitstrevendheid in den lande een goede naam. Maar het is nu hard op weg deze goede naam weer te verliezen. De om standigheden waaronder de hon derdvijftig geestelijk gehandicap ten en hun leiders en leidsters in de Haarlemse Werkinrichting aan de Botermarkt nu al tientallen jaren moeten werken zijn name lijk allerellendigst. „Onwaardig voor deze mensen", bekende wet houder A. van der Veldt ons deze week. Het is wel duidelijk, dat de zorg vocrr de huisvesting van de gehandicapten in Haarlem geen gelijke tred heeft gehouden met de medische en maatschappelijke ontwikkelingen op dit gebied. De Haarlemse Werkinrichting is sedert 1931/. aan de Botermarkt gevestigd in een voormalig school gebouwdat eerder in deze eeuw zelfs nog als tuchthuis dienst deed. Daar heeft het nu nog dui delijk vele uiterlijke kenmerken van. Het gebouw is somber en liokkerig. Op het eerste gezicht lijkt het nog slechts geschikt als pakhuis. Toch leven hier negen uur per dag, vijf dagen per week meer dan honderdvijftig mensen. Mensen aan wie het leven toch al Zo weinig vreugdevols te bieden heeft. Vermoedelijk zal de Haarlemse Werkinrichting in de toekomst in deze paviljoens in Schalkwijk wor den ondergebracht. Deze omge ving ziet er heel wat vriendelijker uit dan die aan de Botermarkt. len elukkig blijft particulier initiatief met betrekking tot dit laatste niet uit. Ve- pannen zich in om de gees telijk gehandicapten in Haarlem de helpende hand te bieden. Als resultaat van dat particulier ini tiatief wordt volgende maand aan de Baan een tweede gezinsvervan- gens tehuis geopend voor jongens. Daar wordt aan gehandicapte jon gens en mannen, die geen ouders meer hebben of voor wier ouders de zorg te groot wordt, een thuis geboden waar zij contact kunnen hebben met hun gelijken. Sedert, 1961 is er al zo'n tehuis voor meis jes. Deze initiatieven zullen goed doen aan de moeder van een gees telijk onvolwaardige jongen, die onlangs verzuchtte: „Vaak ben ik blij, dat hij niet ziet hoe rot de mensen soms tegen hem doen." JAN VAN HOOF. De achterzijde van het carré, dat door Spoorwegstraat en Delf straat wordt gevormd. Vervallen en rijp voor de sloop staan de hui zen er bij. -T m Taarlijks komen er in Nederland rond achtduizend geestelijk on volwaardige mensen ter wereld. Dat betekent dat drie van elke honderd kinderen die in ons land geboren worden, zwakzinnig zijn. Haarlem maakt op die regel geen uitzondering. Het telt ook honderden gehandicapten; jongens, meisjes, man nen on vrouwen. Zij behoeven extra nTt?,' de eerste plaats moet dit men vk Yan de ouders zelf ko- S leren hun gehandicapte kmd lopen en eten. Zij torengen het ook naar school en getroosten zich voor dat alles vele opofferingen. Want ondanks alles houden de meesten evenveel van hun kind als alle an dere ouders van normale kinderen. Maar wat gebeurt er met de gees telijk gehandicapten na de schooltijd? En wat als hun ouders, op wie ze meer dan wie ook steunen, er niet meer zijn? Gelukkig staan de gehan dicapten en hun ouders in deze tijd niet meer hulpeloos alleen als vroe ger. De gemeenschap heeft zich meer en meer hun lot aangetrokken en helpt waar nodig en mogelijk. „Mijn jongens en meisjes", zo noemt de heer H. Hilberts, sedert 1963 direc teur van de Werkinrichting, de aan zijn zorgen toevertrouwde volwassen en jeugdige- gehandicapten. „Mijn jongens en meisjes moeten de hele dag, negen uur lang, in één en hetzelfde lokaal blijven. Daar werken ze. maar daar eten ze 's middags ook. Want we heb ben hier geen kantine. En dat is niet het enige dat er aan dit gebouw ont breekt. Er is ook geen gelegenheid om zich te verpozen, om in de lunchpauze even los te komen van het werk. Er is ook onvoldoende was- en toiletgelegen heid. En dan is het woekeren met de ruimte. We moeten veel te veel mensen onderbrengen in een te kleine ruimte. Men loopt of staat elkaar in de weg. Bovendien is er geen of te weinig ruimte voor de opslag van de goede ren. Die zetten we daarom maar buiten of op de gangen. We hebben wel trap pen in het gebouw, maar die zouden er nu juist niet moet zijn. Het beste is om alles gelijkvloers te hebben. Dat werkt economischer en voorts hebben w e hier ook nog dubbel (hchamelijk en geestelijk) gehandicapten, voor wie het trappenlopen een groot bezwaar, zo niet onmogelijk is". „Nee, als we onze geestelijk gehan dicapte medemens echt willen helpen, moeten we dat als gemeenschap ook foed doen", vindt de heer Hilberts. in van zijn gezicht is duidelijk af te lezen, dat hjj met de huisvesting aan de Botermarkt allerminst tevre den is. En hij staat daarin niet alleen. Wij gaven reeds de mening van wethouder Van der Veldt, die in de jongste begrotingsvergadering van de Haarlemse gemeenteraad ook al toegaf, dat in het gebouw aan de Bo termarkt ..de menselijke toon ont breekt". Hij zei dat in antwoord op vragen van raadsleden die pleitten voor een gerieflijker omgeving voor de gehandicapten om te werken. In de verbouw van het gebouw aan de Botermarkt ziet niemand overigens enig heil. De wethouder niet, de raads leden niet en de directeur van de Werk inrichting niet. „Daar zou zeker een kwart miljoen gulden mee gemoeid zijn en dan nog blijven het lapmiddelen", meent de heer Hilberts." Het gebouw is ondeugdelijk en uit de ttjd. Daar verandert een verbouwing ook niets meer aan". De heer Hilberts heeft zijn hoop ge vestigd op de paviljoens van de Be schuttende Werkplaats voor lichame lijk gehandicapten aan de Schalk- wijkerweg. Die paviljoens werden in 1957 eigenlijk gebouwd als werkplaat sen voor geestelijk minder validen. Maar in dat jaar werden ook de facili teiten voor de zorg van lichamelijk ge handicapten door het rij'k verruimd en toen vervielen de paviljoens aan de Be schuttende Werkplaats. Bedoelde paviljoens liggen in Schat- wijk tussen de bij de Werkinrichting voor geestelijk gehandicapten be horende rietmattenafdeling en het tuin- bedrijf, die beiden nog vrij modern van opzet zijn. Om een centralisatie van het werk van de Haarlemse Werkin richting te verkrijgen zou de verhuizing van die Werkinrichting van de Boter markt naar de paviljoens van de Be schuttende Werkplaats aan de Schalk- wijkerweg de ideale oplossing zijn. „Er bestaan inderdaad plannen in die richting", zei ons wethouder Van der Veldt. „Van het gebouw aan de Botermarkt is niets goeds meer te maken. Bovendien ligt het in een sa- neringsgebied". De wethouder kon niet zeggen of die verhuizing reeds op korte termijn zou kunnen plaats vinden. Daar is ook wei nig kans op, dachten wij. Alvorens de Haarlemse Werkinrichting naar de Schalkwijkerweg kan overgaan, moet toch een oplossing worden gezocht voor de Beschuttende Werkplaats. Er be staan plannen om daarvoor een nieuwe fabriekshal te bouwen in de nabijheid van andere industrieën; vermoedelijk dus in het industriegebied Waarderpol- der. Toch is het te hopen, dat er haast wordt gemaakt met de plannen. Want de gebrekkige huisvesting wreekt zich natuurlijk ook in de vVijze waarop in de Haarlemse Werkinrichting wordt ge werkt. Men kan zich niet ontplooien in deze omgeving. Terwijl de mogelijkhe den er toch wel zijn. De Werkinrichtingen voor gehandicap ten zijn bezig zich een eigen plaats te verwerven in het maatschappelijk be stel. Vroeger bestond hun taak voorna melijk uit het bezighouden van de. ge handicapten. Nu worden ze ingescha keld in het arbeidsproces. Steeds meer bedreven gaan voor arbeidsintensief werk een beroep doen op de werkin richtingen. Langzamerhand wordt daar door het traditionele werk: vervaardi ging van borstels, theedoeken, matten en kleding, verdrongen, hoewel het nu nog wel een belangrijke plaats inneemt en het merendeel van de omzet uitmaakt. Maar de arbeid voor industrieën, o.a. speelgoed, stond in 1963 al op de derde plaats en de opbrengst uit die industrie- arbeid ontliep die van het tuinbedrijf en de borstelfabricage nog maar wei nig. En het industriewerk tr, ';t de men sen. Zij voelen zich dan opgenomen in het normale arbeidsproces en het werk lijkt zinvol; al is het nog 'zo een voudig. Bij tijd en wijle herinnert de Kunst kring De Acht ons aan haar be staan dat zij, onttrokken aan de publieke waarneming, in het ate lier aan de Baljuwslaan, leidt. 'n de tentoonstelling die t.m. 26 maart m De Ark gehouden wordt, geeft zij blijk van bloei en verjonging. De tekenaars en schilders die er al jaren werken, omdat zjj de eigen charme van «e tekenclub zo waarderen, vinden er nei wisselende gezelschap van soms begaaf de jongeren, die in De Acht hun eerste contact vinden met een officieel Kun- stenaarsgezelschap. De Ijver en het enthousiasme die er heersen, en vooral de oprechte nemeb- berjj is er een stimulans om de talen ten te ontwikkelen en de vaardigheid te verwerven waarmee men net aiiie- tantisme voorbjj streeft. Het niveau van de selectie voor deze tentoonstel ling bereikt het professionele; men is kennelijk zo verstandig geweest het recht van iedere amateur orn zich beel dend bezig te houden, te scheiden van het deelnemen aan een tentoonstelling in het openbaar. Bijna alles wat hier te zien is, is het bekijken ook ten volle waard en de enkele randfiguren neemt men daarbij voor lid- De senioren Metz en Piers handhaven zich tussen de jongeren waarvan en Van der Duin met zijn forse aquarellen en H. Balin met zijn knappe reistekenin- gen het gezicht van de tentoonstelling bepalen. Rien van Marcus cultiveert een ingehouden koele toon en een ge voelige vormbenadering die hem doet situeren in de buurt van Logtenberg. Het Spaanse landschap van Algera is in zijn kleurbeperking even ingehouden, maar is tegelijk een overgave aan de volle gloeiende kleur. Herman van Leuven, waardig ais altijd, zond een fraai in kleur gedacht stilleven van een mand met bloemen; het meisjesportret door Van Dijk heeft de losheid die zijn overige inzending nog mist. Na jaren van betrekkelijke stil stand is er bij de Haarlemse teke naar Hans Mulder een opmerke lijke ontwikkeling gaande. Zolang hij opereert, beschrijft hu met de pen ijle tekeningen van irreele situaties en personages; het zjjn gedroomde beleve- schSHkw«i?i0ms sprookjesachtig, soms f "lakend en ook wel alleen maar (lc Pnl"Ci' Hij hpe,t nu biJ "In 'l <ioe- tekeningen uitgehangen waar van de onderwerpen in dezelfde wereld spelen, maar die een rijker, en vooral meer genuanceerd verwerkt zijn. Mul der nam in ons kunstwereldje een eigen plaats in maar was daarbij zo bescheiden dat hij de indruk maakte van beperkt te zijn. Met de tekeningen op deze tentoon stelling sterkt hij de veronderstelling, dat de beperking slechts gesuggereerd werd door zijn bescheidenheid en mis schien onzekerheid welke volkomen pas sen in de introverte wereld waarbij hij zo gevoelig betrokken is. Achter zijn scherm van fantasieën is hij gerijpt tot een subtiel ziener van achtergronden en een meditatief uitbeelder van toestan den. Verbeeldingen met als titel: Sterf bed Tot nog toe eet hij alleen maar zwak-begaafden Niet-verstuurde brief Wat er werkelijk in hem om gaat valt moeilijk te zeggen Er zit weer stuifmeel in de lucht Dagboek van een soldaat Het leven van onze voorouders wijzen op een beleving achter de kille werkelijkheid der feiten, die hij in een bedachtzaam voortbewe gende lijn naar de oppervlakte haalt. Nu Mulder daarvoor de kracht en de vorm heeft gevonden in grimassen die achter humor een menselijke kwetsbaar heid verbergen, is zijn horizon verwijd en tekent hij ook het eenvoudige land schap in zijn. omgeving. Zonder preten tie maar toch geheel in zijn zienswijze: verdroomd, paradijselijk. Het is een boeiende wereld waarin Hans Mulder met deze expositie in zicht biedt. L.T. In de uitbreiding van het industrie- werk is de Haarlemse Werkinrichting echter beperkt door de gebrekkige huis vesting, waardoor er een tekort is aan opslagruimte en weinig of geen plaats meer voor machines. En toch is dat industriewerk economisch ook wel aan trekkelijk. Men zal dan wel nooit winst kunnen maken, maar toch wordt zoveel mogelijk gestreefd naar een compensa tie van de hoge kosten van de inrich ting. En die hoge kosten worden niet alleen veroorzaakt door zaken die rechtstreeks op het werk betrekking hebben. De pedagogische en sociale be geleiding kost de overheid handen vol geld. HAARLEM, 13 maart Vrij regel matig doen B. en W. de gemeenteraad een voorstel om een pand in de Detf- straat of Spoorwegstraat aan te ko pen. De bedoeling is het vervallen buurtje te saneren, of beter gezegd: volledig met de grond gelijk te maken. De Delfstraat en de Spoorwegstraat liggen, van de stad uit gezien, rechts aan de Zijlweg, even voorbij het spoorviaduct. Ze vormen een carré, aan de achterzijde afgesloten door de sloot van de Delft. De meeste pan den verkeren in een desolate toestand. Het is ze trouwens wel aan te zien, dat ze tendode staan opgeschreven. Tien tallen huisjes staan leeg en vormen één brok ellende. De ramen zijn met planken dichtgeslagen. Voor de men sen, die er nog wonen valt er weinig gezelligheid te beleven. Wanneer de laatste panden in bezit van de gemeente zijn gekomen, zal het niet lang meer duren, of de sloper zet er zqn hamer in. Hq zal er niet veel werk aan hebben de huisjes tot puin te slaan. Er zal dan een royaal terrein vrij komen, dat niet meer be doeld is voor woningbouw. Volgens dt plannen zal daar dan een klein indus trie-terrein komen, dat hard nodig is bfj de uitvoering van het structuurplan voor de binnenstad. Verschillende klei ne industrieën, die onder meer om economische redenen moeiiyk terecht kunnen op het gemeentelijk industrie terrein in de Waarderpolder, zullen uit de innenstad moeten verdwijnen en krijgen de kans zich op het vrijkomen de terrein aan de Zijlweg te vestigen. Aan de Zijlweg zelf zal een groot ga ragecomplex verrijzen, daarachter kun nen de industrie-tjes een plaats vin den. Worden de oorspronkelijke plannen verwezenlijkt, dan zal het terrein nog uitgebreid worden. Het plan bestaat nameiyk de Delft in noordelijke rich ting te verleggen. Hoeveel indus trieën er een plaats zullen kunnen vinden, is nog niet bekend. Dat zal van de omstandigheden afhangen. In tussen is ook al gedacht aan da vrije" werkuren van de werknemers in die bedrqven. By mooi weer zoe ken dezen vermoedelijk de vi-yheid liever buiten. Daarom zal over da Delft een bruggetje gemaakt worden, die naar het nog vrye terrein tussen Delft en spoorbaan leidt. Daar zullen banken worden geplaatst en wat groen, zodat iedereen met genoegen van zijn vrijheid kan genieten. Van dat weide-plantsoen zullen ook de moeders en hun kinderen kunnen genieten. Het zal vooral een uitwijk mogelijkheid zün voor de gezinnen uit de Duvenvoordestraat en omgeving. Van daaruit namelijk kan men het ter rein bereiken langs een smal pad, dat via de Garenkokerskade onder het via duct doorloopt. Oorspronkeiyk wilde de gemeente voor de kinderen uit de buurt een speelweide maken op het weide- terrein, maar daar heeft ze nu van afgezien, omdat de sloot langs het smalle pad veel te gevaarlijk is. Wel zal er een zogenaamde speelglobe ko men voor de grotere kinderen. In hoe verre de sloot dan minder gevaarlijk is. biyft een grote vraag. Er zullen wel enige voorzieningen moeten wor den getroffen, willen er toch geen on gel kken komen. Overigens ziet het er niet naar uit, dat de plannen op korte tijd verwezen lijkt zullen worden. Er moeten nog verschillende panden in de te saneren straten aan de Zylweg worden aange kocht.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1965 | | pagina 3