YOOR MASSA-
EMIGRATIE
Britse toerist
in Moskou
gearresteerd
Levende
COMMUNICATIE
mariniers
VAN V.S. IN
OFFENSIEF
DRIEMIUOENSTE BUIS GEGOTEN
A MX in
de piste
Aar! Brouwer
Jules de Corte
GEEN HEIMWEE
los Ruting
Wegens misdrijf?
Zuid - Vietnam
Voorlichting over
de bezetting aan
de jeugd
Kamerlid Koekoek
aangeklaagd voor
huisvredebreuk
Voortdurende twist
met onderhuurster
„Nu eindelijk
eens verdienen"
„Man van 90
at roos op"
„Wantrouwen tegen
autoriteiten"
DONDERDAG 29 APRIL 1965
PAGINA 15
Ja, ik wantrouw de autoritei
ten, ik wantrouw de over
heid. Ik geloof ze niet. Ze
zijn niet oprecht in hun voorlich
ting. Zien ze dan niet dat er in
ons land over een aantal jaren
nauwelijks meer te leven is voor
een weldenkend mens? U kunt
mij niet wijs maken dat men niet
in de gaten heeft dat Nederland
in zijn geheel bezig is een Ame
rikaans industrieterrein en een
Duits recreatiegebied te worden.
Als ik iéts zou propageren, dan
is het massa-emigratie. Emigra
tie naar gebieden waar het leven
nog leefbaar is, waar men iets
kan opbouwen, waar men nog
genieten kan van ongerepte
natuur."
Gisteren werd in de buizengieterij
van Hoogovens de drie miljoenste
(3.000.000stegietijzeren buis ge
goten sinds 1936. In dat jaar ver
lieten de eerste buizen de buizen
gieterij. De miljoenste buis lever
de Hoogovens aan de Rotterdamse
energiebedrijven. De twee mil
joenste in de buizengieterij ver
vaardigde buis arriveerde op een
versierde vrachtauto bij de Nuts
bedrijven in Nijmegen. De nu ge
produceerde 3-mïljoenste buis is
bestemd voor het gemeentelijk
licht en waterbedrijf te 's-Her-
togenbosch. Zoals bekend zijn de
gietijzeren buizen van Hoogovens
bestemd voor gas- en waterleidin
gen. In 1964 bedroeg de produktie
25.000 ton, 'n stijging vergeleken
met het jaar 1963. Voor 1965
wordt opnieuw een stijging van de
afzet verwacht. Wanneer al de
buizen, die de afgelopen 28 jaar
vervaardigd werden, achter elkaar
gelegd konden worden, zouden zij
een leiding van ruim 17.000 km
lengte vormen, een lengte die on
geveer overeenkomt met de af
stand IJmuiden HollandSydney
Australië.
ongewis avontuur
VARIANTEN
winnaar van de hoofd
stedelijke romanprtjs-1965 voor zijn ro-
„Dy dia en de Zwaan" (in 1963
bij Meulenhoff verschenen) is een ma
gere man van 56 jaar. Hij draagt een
groen strikje met witte stippeltjes dat
hem wonderwel staat. Tussen de lip
pen klemt hij een stompje sigaar. Hij
is een beleefde, vriendelijke en voor
al spontane gesprekspartner' die de
meest verschrikkelijke dingen op een
uiterst beschaafde en charmante
manier kan zeggen. Slechts aan een
vreemd lachje dat even langs zijn
mond glijdt, aan het nauweli'ks merk
baar optrekken van de wenkbrauwen
en het snelle spreken kan men opmer
ken dat al de dingen waarover hij ver
telt hem persoonlijk niet met rust la
ten, hem kwellen dag en nacht. Eerst
dan beseft men dat het vooral beheer
sing is die deze wonderlijke, inne
mende man in de loop der jaren heeft
aangekweekt.
Op zijn grote kamer aan de Heren
gracht vertelt hij over zijn jongens
jaren. ,,Ik kwam uit een streng gods
dienstig gezin. Mijn vader was Neder
lands Hervormd (laten wij het over
hem niet hebben) en mijn moeder
was een lieve vrouw. Als kleine jon
gen heb ik op een gereformeerde la-
ere school gezeten. Dat was een
oogst ellendige tijd. Wat ik daar alle
maal heb meegemaakt. Jaren en ja
ren heb ik nodig gehad om boven het
geen mij daar werd voorgehouden uit
te komen. Eén ding was op die school
zeker: voor andere jongens was er
wellicht nog een flauwe mogelijkheid
voor de hemel, maar voor Ruting
was het allemaal al beslist. Die zou
naar de hel gaan. Dat stond als een
paal boven water. Wreedheid, sadis
me van het ergste soort heb ik op die
school meegemaakt. En meestal was
Ruting de oorzaak van alles. Ruting
was de moeilijke jongen."
,,Ik whs een moeilijke jongen," zegt
Ruting. „Maar ach, er zijn zoveel
moeilQke jongens geweest. In mijn
jeugd al was ik een vriend van de
dieren en de planten. Ik las, nee ik
verslond de boeken die daar over han
delden. Ik slaagde er al vroeg in man
netjes- en wijfjesvlinders via de geur
bij elkaar te brengen. Ik hoor nog
mijn tante tegen mijn vader zeggen:
„Zeg Ruting, <weet je wel wat die jon
gen allemaal doet? Kan dat wel op
zijn leeftijd. Ik bedoel die beweging
met die vlinders?" Mijn vader rea
geerde daar nauwelijks op. „Hq
moest eens andere dingen gaan doen,
dat zou beter voor hem zijn," was het
enige wat hij zei. Om kort te gaan:
ik ging biologie studeren (nee, nee ik
heb geen titel of diploma of iets der
gelijks). Ik zat intussen op de kunst
nijverheidsschool. Ik tekende en schil
derde alleen maar vlinders, visjes, vo
geltjes en plantjes. Heel zuiver waren
die voorstellingen." (Hij laat enkele
werkstukken uit die tijzien).
In 1958 verschijnt he. boekje „Wel
ke vis is dat", enige tijd later ge
volgd door „Wat zaaien wij dit jaar",
een boekje waarin vijfhonderd zaai
bloemen worden behandeld.
Ruting: „Ik heb heel wat van die
werkjes geschreven: voor kinderen,
voor scholen, voor volwassenen. Ik
ben nu verbonden aan de Amsterdam
se universiteit waarvoor ik veel teke
ningen maak en biologische onderzoe
kingen verricht. Dat werk vormt een
belangrijke bron van inkomsten.
Schrijven deed ik ai veel langer. Tot
voor enige jaren publiceerde ik
slechts in literaire tijdschriften (Po
dium, Maatstaf), later ging ik op aan
dringen van anderen al die losse stuk
jes eens bij elkaar brengen. Ik maak
te er een roman van „Lydia en de
Zwaan". Ook alweer uit allerlei frag
menten stelde ik mijn laatste werkje,
de verhalenbundel „Het wondere wa
ter" samen."
Ruting eft zoals iemand het
eens uitdrukte in zijn literaire werk
een „amorele zuiverheid, die fasci
neert''. „Dat is aardig samengevat,"
zegt Ruting. „En het lijkt mij juist. Ik
geloof niet op de wijze zoals andere
mensen geloven, geloof ik. Ik kijk
naar de dingen om mij heen en pro
beer er een samenhang in te ontdek
ken. Ik sta soms aan de grond gena
geld bij bet ervaren van sommige
zaken. Ik heb een archief waarin alle
krantenknipsels zijn opgenomen over
kindermishandeling. „Kind doodgesla
gen," „Kind verdronken", „Onderwij
zer slaat jongen hersenbloeding" etc.
etc. Ook op net gebied van misdra
gingen van de politie, de water- en
luchtverontreiniging heb ik een zeer
uitgebreide documentatie opgebouwd.
Deze onderwerpen houden mij bezig.
Ik wil het onderzoeken, uitpluizen. Ik
wil er wat tegen doen. Ik heb de pre
tentie dat mijn artikelen hierover mis
schien één of twee mensen aan het
denken zetten. Als dat gebeurt, dan
heeft mijn werk zin. Wanneer ik op
een middag de ruiten van mijn auto
helemaal heb schoon gemaakt (en dat
gebeurt grondig, ik ben een perfec
tionist) en ik ontdek de volgende mor
gen een vieze, vettige, drabbige laag
op diezelfde ruiten, dan vraag ik mij
af waar dat allemaal vandaan komt.
Maar goed: fabrieken, straaljagers
alles moet er zijn. Dat zeggen de he
ren dan. maar dezelfde heren ontken
nen dat er van een ernstige luchtver
ontreiniging sprake is. Laat mij niet
lachen. Ik ben momenteel bezig aan
een essay over natuur, recreatie en
luchtvervuiling. In dat essay hoop ik
af te rekenen met mr. J. Vink, de
man van het Rijksbureau van het Na
tionale Plan. Dat is een scherts-fi-
fuur, zoals Muntendam, minister
'oxopeus en al die anderen scherts
figuren waren of zijn."
Weer met dat vreemde lachje om
zijn mond vult hij zijn zienswijze aan
met -en vlijmscherp en van bittere
ironie doortrokken citaat uit eigen
werk. „Wat zou u doen in het geval
LONDEN, 29 april (Reuter) In
Moskou is maandag de Britse toerist
Gerald Brooke gearresteerd, zo heeft
het ministerie van buitenlandse zaken
in Londen vanmorgen meegedeeld. De
man brengt naar men gelooft een be
zoek aan de Sovjet-Unie met een groep
kwekelingen.
De echtgenote van Brooke, die haar
man op zijn reis vergezelt, had de Britse
ambassade in Moskou van de arresta
tie op de hoogte gesteld. Zij zei dat haar
man was gearresteerd in de woning
van een Rus na een inval van de
veiligheidspolitie.
Een woordvoerder van de Britse
ambassade in Moskou deelde later
mee, dat de Russische autoriteiten
Brooke in staat van beschuldiging
hebben gesteld wegens een misdrijf.
Het woord spionage was echter niet
gevallen, zo zei hij.
De ambassade probeert nu toestem
ming te krijgen voor een bezoek van de
consul aan Brooke. Men wil gaag we
ten of en wanneer Brooke voor een
rechtbank moet verschijnen en of hij
rechtskundige bijstand nodig heeft.
(Advertentie)
Wanneer dezer dagen een onbe
stemd, dof gerommel in den
lande waarneembaar wordt
dan kan dat maar één oorzaak
hebben: dan is het de bisonstier van
dresseur Jos Uyterlinden gaan verve
len twee keer per dag onder het licht
van felle schijnwerpers in de
piste van circus Boltini een rondje te
hioeten maken met een leeuw op zijn
rug en is hij zich wat gaan vertreden.
■En wat dat betekent kan men slechts
v&ag, maar met zeer bange voor
gevoelens vermoeden. Misschien
Wundelt het donkerbruine dier met
2(jn kop als een aambeeld, deze le
ende AMX-tank zonder gebreken, dit
'°0 kilo zware stuk oergeweld door
een veilig lijkend ijzeren hek heen of
maakt hij met wat speelse sprongen
|Unok op het Haagse Malieveld, waar
Eoltini zijn tenten heeft opgeslagen.
Die kans is geenszins denbeeldig om-
*Jat de bison, (niet) luisterend naar
?e naam Buffalo, zich nog geenszins
heeft verzoend met de plannen van
20n baas, die met hem mikt op een
Wereldprimeur op circusgebied en dat
eigenlijk nu al heeft verwezenlijkt.
Jos Uyterlinden, lang en pe-
*fg. maar broodmager geworden in
maandenlange strijd de bison er
°nder te houden, heeft nu het avon
tuur waar hij een half jaar geleden
haar verlangde: omdat hij zijn dieren
Jjugeniyk nog te kort onder dressuur
heeft om er een nummer van te ma-
K?n dat geheel en al klaar is voor het
uircus, is elke voorstelling een onge
wis avontuur. De eerste keer sloeg de
uison met Heidi, de vrouw van Jos,
half op hol, zodat zij maar tenauwer-
h°od op de rug van de bison kon blij-
»en zitten. Ook de leeuw Omar had
het moeilijk op het zware zadel van
u® bokkige bison, die van agigatie
uoor zijn neusgaten stoom afblies op
ue overdreven manier die ons van
stripverhalen zo bekend voorkomt. En
passant gaf Omar Heidi een veeg
daar arm, waardoor deze bloe-
hn strepen ging vertonen en werd
'aar leren Indiaanse kleding eventjes
verscheurd door de klauw van de gier
j: vleugelwijdte: bijna drie meter
als een decoratief element aan het
nsemble is toegevoegd. Alleen de
vriyfiï Ruyal, afstammeling van de
oetballende honden van Hagenbeek,
fccL geen moeilijkheden. De tweede
zoal u S üep Buffalo ook nog niet
beHoi moest en maakte hij het zijn
uit vers weer uiterst lastig. Komend
af' t? tent na het optreden werd hij
geoiaft door een vreemde hond.
^aarop Jos Uyterlinden zich plotse-
h® vfltig meter verder terugvond,
angend aan van bison
roo i en .Slag het al veel beter: een
vgcimatige gang, maar toch
°g trachtend leeuw Omar als een
SAIGON, 29 april (AFP, Reuter,
een k t "G laatste dagen heeft zich
vo?tn„ttang:^ke nieuwe ontwikkeling
nam t An de str«d Zuid-Viet-
vorS" tküïe,1!taan8e mariniers, die tot
beiirow alleen maar dienst deden als
fensiJfngs pen' zÜn thans in het of-
gegaan. Enkele compagnieën
om u zich door de oerwouden
Dit LaL te maken op de Vietcong.
bel»,? „iUrde 'n de omgeving van de
Amerikaanse lucht-
in t jhasis in Zuid-Vietnam, Da Nang,
sis f. noorden van het land. Deze ha-
da n ^ordt bewaakt door niet minder
0a5 ',en'duizend „leathernecks", de bij-
M- V°°r Amerikaanse mariniers.
Militaire kringen in Saigon zeiden
W iAen dat thans waarschijnlijk vijf
oaiaijons van het geregelde Noord-
namese tegar opereren in Zuid-
vietnam. Enkele dagen geleden werd
ae aanwezigheid van één Noordviet-
Am tf, batalj°n bevestigd door de
fvmerikaanse minister van defensie,
«ubert McNamara. Dit, gevoegd bij
va I van de nieuwe activiteiten
Amerikaanse mariniers, maakt
Yf1 duidelijk dat het in Vietnam hard
ae kant opgaat van een complete
^merikaans-Noordvietnamese oor-
te land. Bovendien zijn de ge-
L^uaten hardnekkig dat de „leather
necks binnenkort versterkingen zul
ten krpgen.
vi^^ri^aanse en Zuidvietnamese
m uifrgen violen gisteren wederom
Ama-i doelen m Noord-Vietnam aan.
inenkaanse vliegers probeerden voor
riik maal de strategisch belang-
Tcwï, Due Thon-brug te vernielen.
dfTn-ide roc>k was opgetrokken, zagen
Vg Ploten dat de drie overspanningen
°n de stalen brug nog steeds heel
ïtiftLLn' Oagetwijfeld zullen in de ko-
enae dagen nieuwe pogingen worden
seaaan de brug in puin ,te gooien.
(Van onze correspondent)
- ARNHEM, 29 april De kleuteron-
aerwijzeres I. Wymenga, die een ka-
*ne'" in Bennekom heeft in het huis
van het Tweede Kamerlid H. Koekoek
'Roerenpartij)heeft opnieuw een aan-
*}acht tegen haar huisbaas ingediend,
"'t maal wegens huisvredebreuk. Vol-
Seng haar heeft het Kamerlid een gro
te ravage aangericht in haar kamer,
Gmdat zij geen gevolg gaf aan zijn her
baalde aanzegging de kamer te verla
ten.
De moeilijkheden tussen Kamerlid en
kleuteronderwijzers begonnen om
streeks Kerstmis. Een andere be
woonster van het huis bracht toen, te
gen de zin van het Kamerlid, enkele
dagen met haar verloofde door op de
kamer van mej. Wymenga, die met
kerstvakantie in Friesland was. De
heer Koekoek zegde haar de huur op
per 1 februari en sneed, toen zij op die
datum geen andere kamer gevonden
had, de toevoer van gas, water en elec-
Wiciteit af. De kleuterleidster klaagde
hom aan en de rechtbank in Arnhem
Veroordeelde de heer Koekoek tot een
dwangsom, als hij de toevoer niet zou
Perstellen. Het Kamerlid boog het
Vpofd, maar schreef de kleuterleidster
Wt na de veroordeling een brief,
.Varin hij, volgens haar zeggen, op
hieuw de kamer opzegde en haar op
Verkapte wijze bedreigde. Zij kreeg
§©en post meer, haar fietsbanden ston
den telkens leeg en haar naambordje
Verdween van de deur. De kleuterleid
ster ging naar haar vader in Leeuwar
den en hoorde daar van haar medehuur
ders, dat een enorme ravage op haar
earner in Bennekom was aangericht,
"©halve zij zelf, heeft alleen het Ka
merlid een sleutel van de kamer. Hier-
?P diende zij opnieuw een aanklacht
in.
Luchtmachtbasis Edwards, 28 april
Tijdens een demonstratie is een Ame
rikaans experimenteel vliegtuig op de
luchtmachtbasis Edwards neergestort.
Het toestel, de XV-5A stortte van 150
meter hoogte neer toen de piloot ver
ticaal wilde landen. De vlieger maakte
gebruik van zijn schietstoel, maar de
parachute ging niet open. Hij kwam
om het leven.
DEN HAAG, 29 april In verband
met de twintigste herdenking van de
bevrijding heeft de commissie samen
werkende verzetsorganisaties, bestaan
de uit hoofdbestuursleden van de na
tionaal federatieve raad van het ver
zet en van de Nederlandse vereniging
van ex-politieke gevangenen (uit de be
zettingstijd), aan de heren Rogier van
Aerde, Karei Norel en H. Wielek ver
zocht een verhaal over de bezetting
te schrijven voor de jeugd van Neder
land. Deze verhalen zullen via de Ne
derlandse jongerengemeenschap in de
m. and april worden opgenomen in de
Nederlandse jeugdbladen.
De commissie heeft voorts de heer
Jan Rogier te Amsterdam bereid ge
vonden een artikel te schrijven voor
de studenten in Nederland. Dit artikel
wordt via het maandblad „Student"
aan alle studenten gezonden.
Voor de schooljeugd (vijfde en zesde
klas lagere school) is een vrijheids-
boodschap opgesteld. De commissie
heeft het onderwijzend personeel ver
zocht deze boodschap aan de leerlingen
voor te lezen en toe te lichten.
lastige horzel van zich af te schudden.
Tussen de bedrijven door schiet er nu
en dan plotseling een zwarte schicht
vanuit de flank, wat dan als trap be
doeld is van een machtige hoef, be
stemd voor Jos of Omar. Jos Uyter
linden heeft niettemin alle vertrouwen
in zijn dieren en neemt hen mets kwa
lijk, alhoewel hij bont en blauw ziet
van de stompen die Buffalo met kop
en horens heeft uitgedeeld. „Wanneer
hij niet agressief zou zijn, zou hu geen
echte bison zijn. Het is maar al te
letterlijk de aard van het beestje.
Maar het komt allemaal wel goed.
Het moet nog wennen. Over een paar
maanden is het nummer perfect en
dan kan ik er overal mee terecht en
voor hoge gages. Nu heeft Boltini er
nog rekening mee gehouden dat het
nummer niet af is en daar heeft hu
gelijk in", zegt Uyterlinden.
Een half jaar geleden had hij ge
noeg van zijn werk als pikeur in een
manege („Er zijn zoveel mensen die
alleen maar rijden, omdat het nu een
maal moet. Je staat gewoon tegen
een bord aan te praten") en zocht
naar de mogelijkheid van 'n re-entree
in het circus, waar hij eerder was op
getreden met kamelen („hooghartig,
dus koppig. Heel moeilijk. Ze spugen,
schoppen en bijten") en beren („Je
kan niets van hun ge/echt aflezen, wat
zeer verraderlijk is. Bovendien zijn ze
helemaal niet koddig, terwijl ze wel
als zodanig gebracht moeten
worden"). Hij wist dat iiij alleen kon
slagen met een nummer dat geheel
nieuw zou zjjn. Het werd deze „Old
Shatterhand-show met zijn merk
waardige dierencombinatie. Hij schaf
te zich de leeuw, de bison en de gier
aan, gewoon door deze in Nederland
te kopen. Dat kan in dit handeldrij
vende land. Je kunt ze de volgende
dag thuisbezorgd krijgen. Daarna
vond hij een boer in Schipluiden be
reid een stuk land af te staan, waar
onder een tentje met de dressuur be
gonnen kon worden. Terwijl Jo's Uy
terlinden overdag in Wassenaar rijles
gaf, bouwde hij, stapje voor stapje
aan zijn act. Eerst moesten bison en
leeuw aan elkaar wennen: het begon
met de vermenging van eikaars
mest en het eindigde met een ritje op
de rug van de bison. Wat daar tussen
in lag aan teleurstelling, wan
hoop („Ik laat dat beest doodschie
ten") en doorzetten, weten alleen de
dressseur en zijn vrouw.
„Op een keer wilde de bison niet
meer stilstaan op de plaats waar de
leeuw op zijn rug moet springen. Wei
een meter ervoor of erachter, een
halve meter, twee decimeter, maar
niet op de plaats zelf. Dan komt het
er op aan wie de baas is. Dat was
een beslissende proef. Dat ge
vecht begon 's middags om twaal' uur
totdat het uren later zwart voor mijn
ogen werd. Toen ging ik door tot
twaali uur 's nachts en toen had lk
hem weer op de plaats waar hij staan
moest Ik was geestelijk en lichame
lijk geradbraakt", vertelt Jos.
IIIIHIIllHIHIIIIlIlIIIIIHIlIlllllllllimilllllllHlllllllllllllllllllllimiHIUIIHIIlllllMIIIHIIIHIHHIIIIIIIMIHIIIIlHIimiilHIII
u het alleen voor het zeggen zou
hebben?" vraag ik. „Dat is eenvou
dig," antwoordt Ruting. „Ik zou veel
geld beschikbaar stellen voor massale
emigratie, ik zou er op aandringen
dat er op het leger niet genoeg bezui
nigd kan worden en voorts zou ik
problemen als de water- en luchtver
ontreiniging, de urbanisering, de kin
dermishandeling en het verkwanselen
van recreatieterreinen grondig gaan
aanpakken. O nee, ik zou nooit de
moralist gaan uithangen. Dat nooit.
Je moet altijd scherp de betrekkelijk
heid der dingen blijven zien. Om een
moralist moet ik altijd lachen"
Hij zui.
peukje. I.
nerveus aan zijn sigaren-
vraag Jos Ruting: „Bent
getrouwd?" „Nee, helaas niet, ant
woordt hjj. „Als ik bij mijn broers of
zusters of andere familieleden op be
zoek ga, voel ik dat niet-getrouwd
zijn als een heel groot gemis. Ik had
graag kinderen willen hebben."
Zo maar ineens is hij van het
toneel verdwenen. In alle stilte
heeft hij zich teruggetrokken. Na
dertien jaar in het valt te
hebben gezeten, na ruim tweehon
derd t.v.'s en vier jaar Sleeswijk-
revue heeft Aart Brouwer een ander
beroep gekozen. „Ik ben heel geluk
kig met mijn nieuwe werkkring, ik
wil niets anders meer." Dat zijn de
woorden van de nieuwe chef van het
filiaal-reclamebureau van de Amster
damse Bijenkorf. „Ik hield van de
showbusiness, maar mijn hemel, ik
ben nu 35 jaar, vader van een gezin
en ik wil nu eindelijk wel eens waf
gaan verdienen." Bovendien zijn mijn
kinderen groter geworden en vragen
dus meer aandacht."
Het levensverhaal van Aart Brou
wer is op z'n minst wonderlijk te
noemen. Als jongen scheen hi) voor
bestemd om huisschilder te worden.
Zijn vader, zijn grootvader, zijn broer
en zijn oom waren schilders en niets
leek er aanvankelijk op dat de jonge
Aart een ander vak zou kiezen „Kor
te tijd heb ik inderdaad geschilderd.
Ik ging vaak met mijn vader mee.
Ik had een specialiteit: ik deed al
tijd de toiletten. Expres om mijn
vader te pesten zei ik soms bij
voorkeur in zeer chique milieu's
„zeg ouwe, moet je eens kijken hoe
mooi die plee wordt. Dat woord „plee"
sprak ik altijd zo plat mogelijk uit
en herhaalde dat zo'n keer of twintig.
Mijn vader werd steevast razend. Op
het laatst was ik natuurlijk niet meer
te handhaven."
Hij ligt gemakkelijk achterover tn
zijn stoel en trekt aan een enorme
pijp. We hebben het over zijn „diplo
ma's". Hij zegt: „Ik ben altijd een
jongen van aanpakken geweest. Je ge
looft het niet maar ik ben >n het bezit
Ambachtsschool, het diploma van de
schoenenhandel, het diploma etaleur
verkoper, het schildersdiploma en nog
een paar die mij nou niet te binnen
willen schieten. Mijn eerste honora
rium bestond uit vijf sigaretten, die ik
ontving voor mijn werkzaamheden als
assistent schillen-ophaler. Ik heb ont
zettend veel gedaan in mijn „jonge"
jaren. Iedere minuut van de dag heb
ik intens geleefd, weet je. Als ik daar
eens over nadenk, dan begrijp ik nog
niet hoe ik het allemaal heb kunnen
doen. Ik ben elektriciën-instrument-
maker geweest (heb ik ook een diplo
ma van), ik werkte een tijdlang als
banketbakker (gewoon omdat ik zo
dol was op lekkere dingen) en inder
tijd had je mij als badmeester in ac
tie kunnen zien. Om bjj te verdienen
schilderde ik toen oude autootjes op.
Driekwart jaar heb ik mij ook nog
als boerenknecht verdienstelijk pro
beren te maken. Ik heb ook nog geva
ren en na een periode waarin ik ma
gazijnbediende en etaleur was ben ik
bij de luchtstrijdkrachten gekomen.
Ruim 27 maanden ben ik daar geble
ven. Toen ben ik in de schoenenhan
del terecht gekomen..."
Hjj neemt even adempauze. „Al
die beroepen zijn ergens in mijn le
ven toch weer van pas gekomen."
Ik vraag: „Hoe ben je tenslotte
in het theatervak verzeild geraakt?"
Aart Brouwer: „Eigenlijk omdat ik
gewoon iets anders wilde doen. Ik
kwam bij het Scapino-ballet. Ik had
al eerder balletlessen genomen. Ik
wilde goed kunnen dansen. Alle dan
sen moest ik onder de knie krijgen.
Tien maanden bleef ik onder con
tract bij Scapino; daarna ging ik naar
het Ballet der Lage Landen. Lang-
hield ik het daar ook weer niet uit.
Ik werd nu solo-danser bij Scapino.
Om een zo all-round mogelijke oplei
ding te krijgen ging ik in '56 bij het
cabaret van Wim Kan werken. „De
kat van het huis" heette dat pro
gramma. Van Wim Kan stak ik weer
over naar Tom Manders op het Rem-
brandtsplein. Twaalf maanden heb ik
daar typetjes gemaakt. In 1957 kreeg
ik een uitnodiging om naar Amerika
te komen.
/ules de Corte gaat een boekje en
een verzenbundel schrijven. De
veertigjarige chansonnier acht
daar nu de tijd rijp voor. De ti
tel» zijn er al: „24 juni" en „Over hef
spoor'7. Zoals bekend heeft Jules de
Corte al eens eerder, in tijdschriften,
verzen en verhalen gepubliceerd.
„Nee", zegt de rustig sprekende De
Corte, „tot dusver heb ik 'zo maar iets'
(wat ik wel aardig vond), gepubliceerd.
Nu wordt het ernst lk ben serieus
aan het werk gegaan. Hoewel ik nogal
bezet ben ik ga een vervolg uit
brengen op de langspeelplaat .Liedje*.
die niet mogen" heb ik er toch tijd
voor vrij gemaakt. Misschien klinkt u
die titel „24 juni" wat vreemd in de
oren. Dat zal wel, maar u moet weten
dat ik niet in leeftijden of in jaren
denk, maar in maanden van het jaar.
Als je dus januaribent, dan kan
er nog van alles gebeuren. Juni echter
is een kritieke leeftijd. 24 juni heeft
voor mij een aparte betekenis. Dat is
in vele opzichten een bepalende datv/m
in ieders leven."
Ik zeg dat sommige mensen zijn lied
jes en met name zijn teksten soms cy
nisch vinden. Jules de Corte zwijgt
een ogenblik. Dan: „Zeggen ze dat
werkelijk van mij? Dat heb ik nooit
geweten. Ik geloof het ook niet. In
cynisme bespeur ik altijd een gebrek
aan deernis. Deernis met de mensen.
En dat is in mijn werk niet het geval.
Ik houd juist zo ontzettend veel van
de mensen. Voor mij gaat het individu
boven alles. Ik heb het niet zo begre
pen op 'normen', op 'gemiddelden', op
het begrip 'men'. Ik zoek altijd de
mens erachter. Daar gaat het om. O
nee, ik ben zeker niet cynisch. Ik heb
soms wel eens een vervaarlijke ironie.
Dat wel. Maar dat is niet verontrus
tend, meen ik."
Wij zitten in de kantine van de
KRO-studio. Zo dadelijk gaat hij met
zijn medewerker Joop Kuipers weer
een Roulette-programma in elkaar
draaien.
„In twaalf jaar heb ik nu zo onder
hand duizend tot vijftienhonderd lied
jes gemaakt. Dat is veel te veeL Als
ik zou gaan selecteren blijven er mis
schien 25, of nog veel minder, over
waar ik zelf nog echt van kan houden.
Ik vind veertig jaar (de '24ste juni')
een mooie leeftijd om jezelf eens te
hernemen. Er is nog zoveel te doen, hè.
Er moeten nog zoveel dingen worden
rechtgezet; er is nog zo veel moois te
vertellen en ook zo'n boel nare dingen.
Er zij nog zoveel misverstanden. Een
voorbeeld: als men „religieus nieuws"
geeft is het altijd: „Kardinaal X zal
morgen de H. Mis opdragen in de ba
siliek S enz." Dat is onzin. Religieus
nieuws is: „Wij zullen geen sla meer
verbouwen." Een ander misverstand:
de Nederlandse taal is niet geschikt
om chansons te maken. Ook dat is niet
juist. Ik zeg altijd: de taal is wel ge
schikt, maar de mentaliteit van de
Nederlander niet. Wij zijn een volk
dat teveel het zinnetje „bij wijze van
spreken" gebruikt. Er is niets dodelij-
kers dan dit bij wijze van spreken. Wij
moeten ook ophouden met een hele
boel dingen." En dan zegt Jules de
Corte iets, wat de (elders in deze ru
briek genoemde) Jos Ruting uit het
hart gegrepen zal zijn. „Die 5 mei-ver
toningen hoeven voor mij niet. Ik durf
er niet aan mee te doen, gewoon om
dat ik niet kan zeggen: „Bedankt dat
je jouw leven hebt gewaagd voor dit
zootje." Nee, die vieringen en her
denkingen moeten wij snel staken. De
mensen begrijpen het toch niet Zij
begrijpen het al niet als een dominee
op de kansel zegt: „De Heer is waarlijk
opgestaan." Dan zegt iedereen: dominee
is overwerkt en moet een tijd rust hou
den. Je moet voor je eerlijke mening
durven uit komen. Ik heb eens voor
de KRO-microfoon een liedje gezon
gen dat eindigde met de woorden:
„Misschien is God toch wel écht!"
„Het is zo'n krankzinnige wereld,
waarin wij leven. Toen ik eens optrad
in een bejaardenhuis was er een man
van negentig jaar die een roos stond
op te eten. Ik werd bij deze medede
ling bestormd door allerlei gevoelens.
Ik vond alles op dat moment. Ik zou
die man willen omhelzen, ik zou hem
tegelijk de trap willen afdonderen, ik
zou hem nóg een roos willen geven,
ik zou hem willen vereren als een hei
lige, ik zou hem tevens willen wurgen.
Dat heb ik wérkelijk meegemaakt.
Maar hoe moet je dat aan de mensen
duidelijk maken, hoe moet je ze dat
vertellen? Niemand gelooft het. Op de
weg van Medemblik naar Enkhuizen
kan iets gebeuren wat wereldnieuws
is. Toch zullen de mensen als je het
vertelt de schouders ophalen en hun
werk vervolgen. Maar het feit heeft
zich intussen werkelijk voorgedaan, al
leen: er was niemand bij. Ik zou willen
dat de mensen eens echt gingen luis-
Het is daar mijn mooiste tijd
geworden. Ik houd eig van Amster
dam, maar ik geloof dat ik best in de
States zou willen wonen. Ik vind de
Amerikanen een heerlijk volk. Ik
woonde enkele maanden in Hollywood
en in de overige maanden heb ik
veertig staten bezocht. Bij de be
roemde Lotte Gosiar heb ik een half
jaar pantomime gedaan."
„Jongen, wat heb ik eigenlijk een ple
zier gehad in die jaren. In Hollywood
heb ik een tijdje gewoond in de flat
van Charles Laughton, ik heb gezwom
men in het zwembad van Marilyn
Monroe en zowat de hele poenige so
ciety uit de filmwereld ontmoet."
jn "59 Wat ontwend teruggekeerd wordt hij weggeroepen. Er moet opge-
uit de V.S. werd ik geëngageerd nomen worden. Jules de Corte veront-
teren, gingen léven. Men doet maar
wat soms. Ik houd niet van half werk.
Ik heb liever te maken met een goeie
dief dan met een slechte dominee."
Even later zegt hij: „Ik ben bang
voor pathetiek. Toch ben ik iemand
die in „morgen" gelooft."
Ik heb het over zijn pianospel. „Mu
ziek is enorm. Ik kan uren achtereen
spelen. Ik zou graag eens een lang
speelplaat met alleen maar pianomu
ziek vullen. Niet iets van Mozart, Beet
hoven of Chopin. Nee, iets van mezelf.
Miniaturen kunnen ook mooi zijn."
Net als het gesprek goed, op gang komt,
van het Mulo-diploma, het diploma bij het Leidseplein-cabaret van Jaap schuldipt zich.
van de Merwe, waaraan toen o.a.
Marjan Berk, Peter Lohr en Ruuö
Bos meewerkten. Vervolgens kwam
Slees wijk. Vier seizoenen heb ik in d*
revue gezeten. Ik deed alles: zingen,
dansen, pantomime en in sketches spe
len. Toen kwam de affaire Zwolsman.
Die amusementsafdeling waar ik mee
te maken kreeg zat organisatorisch
niet slecht in elkaar. Er zijn heel wat
zaken tot stand gebracht, vooral op
TV-gebied. Maar ja, Zwolsman is nu
eenmaal een moeilijk man. Nog liggen
er grote mogelijkheden. Daar ben ik
zeker van. Het is onvoorstelbaar hoe
wij bij Zwolsman soms moesten wer
ken. In februari ben ik eruit gestapt.
Een vluchtig engagement bij Van de
Merwe is het laatste wat ik gedaan
heb."
„Nu is alles afgelopen. Ik heb eeu
grote streep onder dertien jaar thea
terwerk gezet. Geen televisie, geen
gastvoorsteUingen, helemaal niets
meer. Ik heb vijf aanbiedingen gekre
gen van o.a. Slees wijk en de N.C.R.V.-
televisie. Ik heb ervoor bedankt. Ik
wil mij uitsluitend concentreren op
mijn nieuwe functie. Dat is het voor
naamste." „Geen heimwee?", vraag
ik. „Nee", zegt Aart Brouwer. „Ik
heb geen heimwee. Ik ben nooit in
het vak gekomen met de bedoeling
om er uiteindelijk dè grote ster te
worden. Mijn systeem was vooruitkij
ken en proberen de „bovenkant van
de middenmoot" te halen. Dat is mü
gelukt. Nu ga lk eens geld verdienen."