ASPIRIN® BAYER Episcopaat gaat zich verdedigen E Geef uw kinderen het beste: Kinder-Aspirin en experimenteer niet met andere middelen! Sterilisatie Vrome soldaten Leugenapparaat Verzet WOENSDAG 9 JUNI 1965 PAGINA 11 kinder daar staat metvruchtensmaak vACHTER ADOLF kardinaal BERTRAM aartsbisschop van Breslau. Mgr. KONRAD GRÖBER, aarts bisschop van Freiburg i. B. Mgr. CLEMENS AUGUST VON GALEN, deLeeuw van Munster' (Door H. J. Neuman) Na o.m. Gordon Zahn („Ger man Catholics and Hitler's Wars") en Rolf Hochhuth (,Der Stellvertreter') heeft Gün ter Lewy, de in Duitsland ge boren hoogleraar in de weten schap der politiek aan de Univer siteit van Massachusetts, het pro- ^eem van de verhouding tussen •Kerk en Staat ten tijde van Hit ters „Duizendjarig Rijk" aan de ?rde gesteld. Hij heeft dat gedaan in een boek, waarvan thans onder de titel „De Rooms-Katholieke Nazi-Duitsland" een Neder landse vertaling is verschenen (bij Polak Van Gennep, Am sterdam). De algemene teneur van Lewy's studie is eigenlijk de- Zelfde als die van Zahn en Hoch huth: aangezien de Kerk meer Prijs stelde op haar eigen voort bestaan als instituut dan op het praktische bewijs, dat haar ge lovigen haar in een eventueel conflict met de nationaal-socia- listische staat zouden steunen, legde zij haar eigen pretenties als hoedster van de moraal en de barmhartigheid tijdelijk aan ban den. Zij trok het rechtvaardige karakter van Hitiers oorlogen niet in twijfel en verzuimde de gruwel van de „Endlösung der Judenfrage" ondubbelzinnig aan de kaak te stellen. Mgr. CESARE ORSENIGO, pauselijk nuntius te Berlijn, in gesprek met Adolf Hitler. (Advertentie) w -w (Van onze verslaggever) Op ue eerstvolgende conferen tie van de Duitse bisschop pen, die in augustus wordt gehouden, zal de problematiek, die in de publikaties van Gordon Zahn, Rolf Hochhuth en Günter Lewy is aangeroerd, diepgaand worden besproken. Het is te ver wachten, dat de conferentie wordt gevolgd door een publikatie, waarin een poging zal worden gedaan aan te tonen, dat de hou ding van de Duitse bisschoppen tijdens het Hitlerregime in feite een andere is geweest dan de ge noemde auteurs suggereren. Het leveren van dit bewijs is niet eenvoudig. Veel documenten zijn in de oorlog verloren gegaan; andere zijn op last van de bis schoppen vernietigd. De motieven, die tot vernieti ging aanleiding hebben gegeven, hielden aan de ene kant ver band met het feit, dat de docu menten 4e gevaarlijk waren om bewaard te kunnen worden. Aan de andere kant zijn de bisschop pen te weinig doordrongen ge weest van de noodzaak hun beleid na de oorlog te rechtvaardigen. Dit laatste wordt nu aan Duits- kerkelijke zijde als een fout er kend. Enkele jaren geleden heeft Pra- lat Koch een boekje gepubliceerd, waarin hij aan de hand van be waard gebleven -"ocumenten heeft geprobeerd de aantijgingen voor wat betreft het aartsbisdom Keu len te ontzenuwen. Het boekje is in de handel niet meer ver krijgbaar. ficie in Rome. dat katholieke ver pleegsters in staatsziekenhuizen bij dergelijke operaties hulp mochten verlenen, als de reden daarvoor be langrijk genoeg was. Heel anders reageerde de Kerk op Hitiers bevel (1 september 1939) om alle personen, die aan ongeneeslijke ziekten leden, te doden. Deze eutha nasie trof Duitsers, familieleden van het katholieke „juiste milieu". En toen hét gerucht de ronde deed, dat ook zwaar gewonde soldaten zouden 3« worden gedood, brak de openlijke verontwaardiging los. Dê „Leeuw van Munster", mgr. Von Galen, keur de de euthanasie met grote welspre kendheid af en het gevolg was, dat de uitvoering van Hitiers bevel (op enkele gevallen van „wilde euthana sie" na) werd gestaakt. dat zij daar niet tegen konden protesteren zonder de trouw van de Duitse katholieken aan de Kerk in gevaar te brengen. Gezien de onver schilligheid van de Duitse bevolking jegens het lot van de Jode: en de hoogst ambivalente houding van de Duitse hiërarchie jegens het antise mitisme van de nazi's, had een krachtige stellingname van de Paus inzake het Joodse vraagstuk er wel eens toe kunnen leiden, dat men op trote schaal de Kerk zou verlaten. !r zijn Duitse geestelijken geweest, die de kam van het verzet kozen. De naam Lichtenberg is al gevallen, die van pater Delp moet daaraan worden toegevoegd en gelukkig zijn er nog meer. Maar het is een feit, dat het Duitse episcopaat zich pas na de Ineenstorting van tiet Derde Rijk oprecht over hun verzet heeft verheugd. Zo lang het regime vast in het zadel zat, werd opstandigheid door de bisschoppen veroordeeld. HITLER EN DE DUITSE BISSCHOPPEN Verzet mm de tirannie is een kwestie van persoonlijk geweten Men kan op zo'n boek natuurlijk detailkritiek leveren en omdat het thema zo pijnlijk is, zal menigeen aan die détailkritiek meer dan ge wone waarde willen toekennen. Men zal de schrijver verwijten, dat hij het dilemma van de Duitse bisschop- Pen en van de Kerk als zodanig niet onbevooroordeeld heeft benaderd. Maar niemand zal na lezing van de 430 pagina's tekst en de 88 bladzij den met verklarende aantekeningen nog kunnen ontkennen, dat de Kerk zich tijdens het regime van Hitier al te zeer heeft doen kennen, in de Woorden van prof. Hans Küng, als een Kerk van de mensen, die vaak biet bestand wa^ tegen de verleiding het zich in de wereld gemakkelijk te maken, die haar wereldlijke suc cessen beschouwde als de komst van het Koninkrijk Gods en die er voor namelijk op uit was zich veilig te stellen en vrij te blijven van tegen stand en vervolging. In Duitsland zelf deed zich de merkwaardige complicatie voor, dat men er de katholieke minderheid sinds de Kulturkampf van de jaren '70 op had aangekeken, dat zij was samengesteld uit ultra-montanisten, dat zij een slaafse onderdanigheid jegens Rome aan de dag legde en samenspande met de katholieke lan den, dat wil zeggen Oostenrijk, Frankrijk en Polen. De katholieken hadden op deze beschuldiging altijd gereageerd met betuigingen van overdreven trouw aan het vaderland. E>e patriottische reflex was ook de eerste verdedigingslinie, die de Kerk rond haar rechten en voorrechten in Duitsland opwierp. Het hele boek door zien wjj haar geuren met de heldenmoed en de op het slagveld verworven onderscheidingen van ka tholieke geestelijken en leken. Op een gegeven moment vraagt zij zelfs er kenning van het feit, dat Leo Schla- geter (tegen de Fransen ln het Roer gebied in opstand gekomen en na 2ijn terechtstelling in 1923 een ge vierd naziheid en -martelaar) ka tholiek was geweest. De bisschoppen en vele katholie ke politici konden bovendien wel waardering opbrengen voor het anti-marxisme van de na- hun vaderlandlivende motie ven en hun pleidooien voor meer ge zag in de staat. Na de verkiezingen van november 1932 waren de leiders van de „Zentrumspartei" bang, dat een bewind van reactionaire elemen ten h la Von ^aper een communisti sche opstand zou uitlokken, en daar om achtten zij het voor het ogenblik te prefereren, dat de nationaal-socia- listen de verantwoordelijkheid van de bewindvoering in handen zouden krijgen. Natuurlijk, de beweging van Adolf Hitler vertoonde ook heel an dere aspecten: de geweldpleging, de wederrechtelijkheid, de totalitaire aanspraken en Rosenbergs neo-paga- nisme. Maar waren dit wellicht voor bijgaande verschijnselen, die niets te maken hadden met de positieve en gezonde Kern van het nationaal-socia- lisme? Ondanks de waarschuwingen van mensen als pater Friedrich Müc- kermann en van weekbladen als „Der Gerade Weg" waren er tal van kerkelijke hoogwaardigheidsbekle ders die het risico wel aandurfden. Opmerkelijk is het gemak, waarmee zij de katholieke „Zentrumspartei lieten schieten, zodra het er naar uit zag, dat Hitler, in ruil voor de er kenning van zijn staatkundig mono polie, bereid was een aantal rechten en voorrechten van de Kerk te waar borgen. Ook werden in snel tempo alle vroeger uitgevaardigde verbods bepalingen op het lidmaatschap van nationaal-socialistische organisaties ingetrokken. De toelaatbaarheid van een positieve houding jegens het Der de R(jk werd spoedig vervangen door de verzekering, dat het juist de plicht van de katholieken was. Mgr. Kon rad Gröber, aartsbisschop van Frei burg i.B., werd in 1933 „begunsti gend lid" van de SS en hij stond weldra bekend als de „bruine bis schop". Mgr. Wilhelm Berning, bis schop van Osnabrück, liet zich door Göring benoemen tot lid van de Prui sische Staatsraad en dat bleef hij tot het eind van de oorlog. Onder het beschermheerschap van Franz von Papen vormden conservatieve katho lieken als de theologen Schilling en Brauer en de journalisten Emil Rit- ter en Eugen Kogon een vereniging, die zich de verzoening van katholi cisme en nationaal-socialisme doel stelde: „Kreuz und Adler". ten leerden, „maar het juiste milieu van het Duitse katholicisme" Als de bis schoppen maar de belofte kregen, dat hun essentiële belangen werden vergroot en beschermd, zoals in het geval van de staatssubsidies aan de Kerk en de bijzondere scholen, zou hun bezorgdheid over de onderdruk king van de burgerlijke rechten en vrijheden geen overdreven omvang aannemen. Vicaris-generaal Steinmann van Berlijn maakte het op een gegeven ogenblik wel heel erg bont. Bij een défilé van katholieke jeugdorganisa ties bracht hij de Hitlergroet en in een toespraak zei hij o.m.. „Waar wü allen naar verlangd en gestreefd hebben, is werkelijkheid geworden: wij hebben één Retch en één Führer en deze Führer volgen .vij trouw en dacteuren, geheel doortrokken van de geest van he* regime, vaak zonder dat de betrokken bisschoppen de moeite namen of de moed bezaten zich van deze uitgaven te distancië- ren. In hun strijd tegen het neo-paga- nisme van Rosenberg kregen de Duitse bisschoppen in maart 1937 de steun van Paus Pius XI, die in zijn encycliek „Mit brennender Sorge" van leer trok tegen de theoretische dwalingen van het nationaal-socialis me. De nazi's waren woedend over deze pauselijke interventie. Daarbij zagen zij echter over het hoofd, dat de encycliek, zoals een katholiek schrijver (Michael de la Bedoyère) het stelde, „met grote deskundigheid de buitensporigheden van de nazi- leer aan veroordeling bloot stelt en wel zo, dat men niet tevens het poli tieke en sociale totalitarisme zou veroordelen". Wat moet men denken van het stil zwijgen der bisschoppen na de Nacht van de Lange Messen in juni 1934, toen enige honderden mensen, onder wie vooraanstaande katholieken als dr. Erich Klausener, hoofd van de Katholieke Actie in Berlijn, en de katholieke jeugdleider Adelbert Probst, werden vermoord? De bisschoppen van Trier en Spiers, Bornewasser en Sebastian, hebben de katholieken van het Saargebied in strijd met de Volkenbondsbepa lingen en met negatie van alle beto gen van anti-nazistische Duits-natio- inspanningen steunen en vroegen zich niet af, of deze oorlog ook maar eni germate beantwoordde aan de om schrijving van de rechtvaardige oor log. Toen Hitier te velde trok tegen de Sovjet-Unie, bereikte de geest drift van de Duitse bisschoppen uiter aard nieuwe hoogten. Mgr. Lorenz Jager, de nieuwe aartsbisschop van Paderbom karakteriseerde Rusland zelfs als een land, waarvan het volk „vanwege zijn vijandigheid je gens God en zijn haat tegen Christus bijna gedegenereerd was tot dieren". Aalmoezeniers aan het Oostfront waren getuige van de gruweldaden, die tegen Russische krijgsgevange nen en Joodse en andere burgers werden bedreven. De Duitse bisschoppen trachtten hun geweten te ontlasten door verscheidene keren in Berlijn te protesteren tegen de behandeling van de Poolse Kerk. Over het felle nazisme van de Duitse legerbisschop, Franz Josef Rarkowski, is in vorige publikaties al genoeg gezegd. Hij vond de Twee de Wereldoorlog natuurlijk zonder meer wé) rechtvaardig: „Gewiss be ten auch die anderen Völker, die ge- gen uns stehen, zu Gott und bitten um den Sieg. Gott is zwar in glei- cher Weise der Vater aller Völker, aber er ist nicht in gleicher Weise Anwalt von Recht und Unrecht, von Ehrlichkeit und Verlogenheit". Over dit probleem van de recht vaardigheid heeft ook Paus Pius XII overigens geen uitspraak willen doen. Hij meende, dat de Heilige Stoel neu traal moest blijven. Hij zei tot alle katholieken, dat zij moedig en barm hartig moesten strijden, aan welke kant zij ook stonden. En Lewy citeert met instemming zijn collega Zahn, die geschreven heeft, dat dit soort advies „de gehele structuur van het theologisch onderscheid tussen recht vaardige en onrechtvaardige oorlo gen herleidt tot het niveai van een duidelijk nutteloos en sociaal onbete kenend theoretisch gedachtenspel". In een opmerking, die Lewy daar zelf aan toevoegt, maakt hil voldoen de duidelijk, hoe zijn persoonlijke be nadering van deze problematiek is. Hij schrijft: „In laatste instantie weerspiegelde zijn Cs Pausen) stand punt niet zozeer een persoonlijk te kort aan moed en een falen om op de bres te staan voor de zaak der rechtvaardigheid, maar de eisen van een instituut dat gedurende bijna tweeduizend jaar zijn eigen voortbe staan, als middel tot redding van de zielen der gelovigen, boven de zede lijke eisen van het eigen Evangelie heeft gesteld." Aanvankelijk kantte het Duitse episcopaat zich zeer beslist te gen Hitiers wet op de verplichte sterilisatie (Wet ter voorko ming van erfelijk belast nakomeling schap) van juli 1933. Maar na ver loop van tijd bepaalden de bisschop pen, dat katholieke artsen en maat schappelijke werkers aan de autori teiten ziektegevallen mochten „op geven". die sterilisatie noodzakelijk maakten. „Vermelden" was een neutrale handeling, wel te onder scheiden van „aanvragen om sterili satie". En in 1940 bepaalde het Heilig Of- iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiimiiiiiiMiiiiimiiiiimiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiNiiMiiiHiiiiiiiiiiiiMii itler aanvaardde ai deze blij ken van collaboratie, omdat zij hem zouden helpen zijn uit eindelijke doeleinden te ver wezenlijken („We hebben soldaten nodig, vrome soldaten. Vrome solda ten zijn het meest waard, want zij riskeren alles"), maar hij was be slist niet van plan de vruchten van een eventuele overwinning met de Kerk te delen. In diezelfde geest sloot hij 20 juli 1933 het opzienba rende Concordaat met de Heilige Stoel. Voor zover de waarborging van de rechten van de Kerk niet in vage, voor tweeërlei uitleg vatbare taal ge steld was, zou Hitier het Concordaat in de komende maanden en jaren herhaaldelijk schenden. Wat hij met de ondertekening won, dat was: een aanzienlijke toeneming van het inter nationale prestige van zijn regime en voorts de officiële uitschakeling van het „politieke katholicisme in Duits land" Op 4 juli werd de „Bayrische Volkspartei" ontbonden en een dag later de „Zentrumspartei". Op 23 ju li meende de „Völkischer Beobach- ter" te mogen vaststellen, dat de ka tholieke Kerk door het Concordaat het nationaal-socialisme plechtig er kend had. Waarop de „Osservatore Romano" repliceerde, dat de Kerk in geen enkel opzicht afstand had ge daan van haar traditionele neutrali teit ten aanzien van verschillende tuinnunul tot een reeks verontrustende publikaties regeringsvormen. Prof. Guenter Lewy poneert in tel kens andere bewoordingen herhaalde lijk de stelling, dat geen enkele lei der, leek of geestelijke, lange tijd weerstand kan bieden aan algemeen aanvaarde waarden of denkwijzen in zijn groep, zonder zijn leiderschap en zijn invloed te verliezen. En daarom citeert hij met instemming Carl Amery, die opgemerkt heeft, dat het „niet voornamelijk de bisschoppen, de prelaten van de „Zentrumspartei" of de monsignori" waren, die capitu- gewetensvol... Voor ons is dit niet een kwestie van persoonlijkheid. Wij weten dat hij die aan het hoofd staat ons door God als onze leider ge schonken is... In de toekomst zal men eens met dankbaarheid erkennen, dat Duitsland, dat gelegen is in het hart van Europa, een bolwerk tegen het bolsjewisme heeft opgericht en hier door het westen gespaard heeft voor de rode vloed". Prof. Lewy tekent daar bij aan: „Steinmann zou de dag niet beleven, waarop het Rode Leger, geprovo ceerd door een mislukte aanval van de redder der Europese beschaving, tot diep in Centraal-Europa door drong en Berlijn zelf bezette, de plaats, waar hij zijn rampzalige pro fetie had uitgesproken." Vicaris-generaal Mayer van Mainz, die voor 1933 een opvallend tegen stander van het nazisme was, bood eind 1933 aan een kerkelijke uitvaart te houden voor Peter Gemeinder, de nazi-Gauleiter van Hessen, die in 1931 gestorven was en die volgens de toen bestaande regelingen geen kerkelijke begrafenis kon krijgen. Er waren inlichtingen binnengekomen, verklaarde de vicaris-generaal, dat Gemeinder kort voor zijn dood om een priester had gevraagd. Maar de nazi's verwierpen het vredesaanbod en mgr. Mayer had zich voor niets vernederd. e katholieke organisaties wer den, zeker niet tot vreugde van de bisschoppen, maar toch vrijwel geruisloos opgeheven. Leken, die weerstand bleven bieden aan de Gleichschaltung en daar vaak aanzienlijke risico's mee liepen, ver weten hun bisschoppen, dat zij te weinig steun gaven. „Wat onver draaglijk is", zo werd in een memo randum van leken met nadri 1. ver klaard, „is een martelaarschap zon der de opdracht daartoe." De bisschoppen zelf verspeelden al le kansen op een succesvol verzet door hun voortdurende trouwbewij zen aan het regime. Zij hebben pas heel laat te laat ingezien, dat het wezen van het nazistische totali tarisme hierin bestond, dat de in vloed van de Kerk in het openbare leven volkomen moest verdwijnen. De katholieke pers werd geheel en al onder de richtlijnen geplaatst van de Reichspressekammer. Pater Muckermann noemde al in 1938 van uit Nederland de Duitse katholieke pers een „walgelijk leugenapparaat". De katholieke weekbladen en de pu blikaties van de bisdommen werden, door toepassing van censuur en de aanstelling van pro-nazistische re- nalister aangespoord bij het ple bisciet van januari 1935 te stemmen vóór aansluiting bij Hitiers Derde Rijk. Mgr. Sebastian plaatste drie pastoors, die vanwege hun anti-na zistische preken blootstonden aan scherpe kritiek van de plaatselijke volgelingen van Hitier vanuit het Saargebied over naar het Duitse ge deelte van zijn bisdom. Toen meer dan 90 procent van de Saarbevolking zich had uitgesproken vóór de terug keer naar Duitsland, verklaarde de zelfde bisschop in een preek te St. Ingbert, dat de resultaten van het plebisciet niet alleen maar door na tuurlijke factoren verklaard konden worden. God zelf had gesproken en had een vernietigend antwoord gege ven aan degenen, die de katholieken als patriotten onbetrouwbaar acht ten. n het ironische van dit alles ls, dat de hand- en spandiensten van de bisschoppen door de na zi's vrijwel nimmer op prijs werder. gesteld. Hitier weigerde b.v. de rechtsgeldigheid van het Rijks concordaat voor de Saar te erken nen. Mgr. Schlich van Saarbrücken, een geestdriftig voorstander van de teruggave van de Saar aan Duits land, moest tenslotte naar het bui tenland vluchten om aan gevangen neming te ontsnappen. Na de bezet ting van het gedemilitariseerde Rijn land gaven de Duitse bisschoppen publiekelijk uiting aan hun vreugde en hun voldoening. Priesters, die na de Anschluss van Oostenrijk nalieten bij het plebisciet van april 1938 hun stem uit te brengen, werden in en kele gevallen door hun bisschoppen met overplaatsing gestraft. Eén bis schop, mgr. Sproll van Rottenburg, die het óók had nagelaten, werd door de Gestapo weggetreiterd. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog was bisschop Konpad von Preysing de enige van zijn con fraters, die zich ertoe beperkte zijn vaderlijke bezorgdheid te uiten voor hen, die onder de wapenen waren geroepen, en die geestdriftige oproe pen te bidden en te strijden voor een Duitse overwinning achterwege liet. Op dc dag van de Duitse inval in Nederland, België en Luxemburg zond Paus Pius XII aan de vorsten van die drie landen telegrammen, waarin hij het betreurde, dat de vol keren van de lage landen „tegen hun wil en in strijd met hun rechten, werden blootgesteld aan de gruwe len van de oorlog". De Osservatore nam de volledige tekst van de tele grammen op. De Duitse bisschoppen deden of hun neuzen bloedden. Zij bleven vurig de Duitse oorlogs- Die verontwaardiging ontbrak, toen Hitier begon met zijn „Endlösung" van de Joodse kwestie. Eeuwenlang had de Kerk een zekere mate van anti-semitisme gepraktiseerd. Mis schien mag men het een „mild" an ti-semitisme noemen, maar al met al leverde het nauwelijks een basis om zich fel te verweren tegen de barbaarse misdaden van de nazi's. En bovendien: de Joden waren geen familie van het „juste millieu". Als of het iets vanzelfsprekends was, verleenen de bisschoppen aan de nazi's aanvankelijk (later niet meer) inzage van hun doopregisters, waar men kon uitmaken of iemand arisch was of niet. De Kerk klaagde slechts, dat de priesters, die het toch al zo druk hadden, geen betaling kregen voor deze extra dienstverlening aen de staat. In november 1942 protesteerde aartsbisschop Bertram namens het episcopaat bij de Duitse regering te- gen4 de verplichting tot echtscheiding van Joodse en niet-Joodse huwelijks partners. De tussenkomst van de bisschoppen, zo stelde hij nadrukke lijk vast, was niet te wijten aan „ge brek aan liefde voor het Duitse volks karakter, gebrek aan gevoel voor na tionale vaardigheid en ook geen on derschatting van de schadelijke in vloed die de Joden hadden op de Duitse cultuur en de belangen van het vaderland". Neen, dan de Arische vrouwen van de duizenden christelijke niet-Ariërs, die eind februari 1943 door de Gesta po te Berlijn werden gearresteerd. Zij volgden hen naar het Huis van Bewaring en daar bleven zij ver scheidene urer achtereen staan roe pen en huilen om hun mannen. Nu de geheimhouding van de ™ehele ver- nietlgingsmachine gevaar liep, gaf de Gestapo toe en de niet-Arische echtgenoten werden vrijgelaten... De bisschoppen hebben, zonder dat de woorden „Jood" of „niet-Ariër" over hun lippen kwamen, eer paar maal hun mededogen laten blijken met het lot van „onschuldig vervolg den". Maar zij hebben zich nimmer gekeerd tegen de vervolgers. En dat ondanks het feit, dat bijna de helft van het Duitse volk en iets minder dan een kwart van de SS uit katho lieken bestond. omproost Lichtenberg van Berlijn is de enige, die open lijk heeft geprotesteerd en die dan ook door de Gestapo de dood werd ingedreven. De Duitse bis schoppen en het Vaticaan waren ze ker niet onkundig van de gruwelen in de concentratiekampen. Zvj meen den evenwel vermoedelijk terecht Prot. Lewy voegt aan zijn ver slag een theoretische beschou wing toe over de vraag, in hoe verre de Kerk verzet tegen de totalitaire staat gedoogt. Toen zij in de absolute monarchieën haar voor naamste bolwerk zag tegen revolu tie en vrijdenkerij, liet zij de vroe gere theorieën van de H. Thomas en van katholieke theologen als Suarez en Mariana over het rechtmatig ver zet tegen tirannie varen. Maar toen in de moderne tijd uitgesproken ka tholieke opstanden succes leken te hebbei (de Cristeros in Mexico en France in Spanje), betuigde de Kerk daar weer haar instemming mee. De kans op succes lijkt een van de factoren te zijn, die de houding van de Kerk bepalen. De vage normen van h°t natuurrecht stellen haar daartoe ln staat. De realiteit van de belangen, die z() moet beschermen, zet haar daartoe aan. Maar deze combinatie van natuurrecht en rea lisme netekent ln feite, dat de Kerk haar gelovigen niet kan raden, of zij een tiranniek bewind al dan niet om ver moeten werpen. Objectiviteit bij de behandeling van kwesties als deze kan twee dingen betekenen: dat de auteur zich dwingt ook de voor de Kerk onaangename feiten onder ogen te zien, of dat hij zich dwingt zijn antipathie tegen de Kerk te onderdrukken. Ook wanneer men de indruk krijgt, dat Lewy's ob jectiviteit van de laatste soort is, kan men niet anders dan met de diepste Dekommerdheid kennis ne men van zijn boek over de Rooms- Katholieke Kerk en Nazi-Duitsland. ONGETWIJFELD zal van Duitse ka tholieke zijde nog wel het een en an der tegen dit boek worden aangevoerd. Tegenover het rekwisitoor zal een verdedigend pleidooi worden gesteld. Het is slechts te hopen, dat de ver dediging evenveel indruk zal kunnen maken als het rekwisitoor, dat zich op een reeks van feiten beroept, die misschien ten dele onwaa zijn, ten dele uit hun verband gerukt, maar die moeilijk alle weggeredeneerd zullen kunnen worden. Aan het eind van de discussie zal het beeld misschien minder diep-zwart ?iin, maar tot nog toe is er reden geen lichtere kleur dan een donker grijs te verwachten. Dat is de voorlopige indruk, die de lezing van Lewy's boek achterlaat. Met belangstelling wachten wij de Duitse replieken af.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1965 | | pagina 11