Go Blunder L uch t r theld Koppen 75 jaar REISVERSLAG VAN INDIË-VLUCHT „PLUS" VERSCHIJNT ALS WEEKEIND-BIJVOEGSEL VAN DE NIEUWE DAG, HET NIEUWE DAGBLAD, DE NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT EN HET KENNEMER DAGBLAD „Hollands gebied" Wolkbreuk ..jenwind Perzië Redactie: Hans Stevens en Harriët Kunkeler O OPLAAG: 61.000 26 JLAI 1963 OCTROOI BUREAU CORRESPONDENTIE TE RICHTEN AAN. PLUSNIEUWE Z1JDS VOORBURGWAL 65AMSTERDAM, TELEFOON 020—221355. „Geef me je vlakgom even, Ramses." „Is het niet nogal ingewikkeld voor het alleen maar draaien van je eigen sigaretten U bent hier zeker nieuw." „Hou op, hou in hemelsnaam op, dit is het volkslied Toekomstdroom voor de huisvrouw. W%ÈÏ-. DE IN oktober 1927 vloog voor de eerste keer in de geschiedenis een meermotorig toestel, een driemotorige Fokker, naar het voormalige Nederlands Indic en maakte de eerste officiële postvlucht. De Postduif legde de 13.630 kilometer tussen Amsterdam en Batavia af in negen dagen met een gemiddelde snelheid van 179,7 km per uur. Met deze toen tertijd opzienbarende vlucht nu doen we er vijftien uur 0Ver bracht luitenant G. A. Koppen een jarenlang ge koesterd ideaal tot werkelijkheid. Onmiddellijk na de vlucht van Ross Smith naar Australië was bij deze militaire vlieger van de basis Soesterherg het plan gerezen naar de Indische Archipel te vliegen. Zijn plan leek aanvankelijk onuitvoerbaar. Hij liet zich echter door tegenspoed en tegenwerking niet ontmoedigen. De opzet, uitwerking, voorbereiding en leiding van deze eerste postvlucht waren van hem. De uitvoering slaagde dank zij de vaste wil en bekwaamheid van hem en van tweede vlieger G. M. H. Frijns (die nu in Heemstede woont) en mecanicien S. Elleman. Bijna veertig jaar is het geleden, dat de Postduif zijn gedenkwaardige vlucht maakte- De Postduif ging bij oor logsgeweld verloren. De heer Koppen is de oorlog doorge komen ondanks een langdurige krijgsgevangenschap in Polen en Duitsland. Maandag jl. is deze luchtvaartpionier 75 jaar geworden. We hebben hem opgezocht in zijn woning aan de Iepen laan in Bloemendaal om het reisverslag van de Postduif opnieuw te horen. Zijn leven is rustig geworden. „Ik breng mijn dagen met niets doen door bekende hij. Maar zijn belangstelling voor het ongewone is gebleven. De heer Koppen koos het vliegen om het avontuur. „Vroeger was vliegen een sport, nu het werk van een automatische piloot". In december 1914 behaalde hij zijn vliegbrevet. Kort daarop brak hij het snelheidsrecord van tachtig kilo meter. „Als het toen een beetje waaide, vloog je achteruit. Je had bijna geen speling- Als je vijf meter te langzaam vloog, schoot je naar beneden". Zfjn leven was een glijvlucht met een enkele looping. Bij het vijfentwintigjarig jubileum als vlieger kwam de klap. De heer Koppen, inmiddels bevorderd tot luitenant kolo nel, werd afgekeurd om zijn ogen. (Overigens ziet hij nu, een kwart eeuw later, nog behoorlijk zonder bril). Na commandant van de vliegers- en waarnemersopleiding te zijn geweest, werd hij leraar. Dat is hij tot na zijn pensioen, als invaller, gebleven. Calcutta". Met het idee van ander halve dag te laat te zijn begon Kop pen de reis. Het ging zeer vlot en hij besloot door te gaan tot Bangkok. Hij vertelt het allemaal of het vanzelf sprekend is, maar allen die de Post duif volgden zaten in zak en as. Ze wisten een dag lang niet wat er aan de hand was. „Ach", zegt de heer Koppen nuchter, ,,'s avonds waren we er toch en we hadden een flink stuk tijd gewonnen" Na Bangkok volgde de grootste wa terétappe van 750 km. De kunst was op de kaart precies uit te mikken waar ze de kust weer moesten berei ken. Het lukte opperbest. Na vijf uur vliegen waren ze net waar ze wezen wilden. „Toen we verder vlogen naar Mun- tok ontdekte ik echter dat ik 'n blun der had gemaakt. Volgens mijn bere kening zouden we het traject Singa- pore-Muntok nog gemakkelijk dezelf de dag kunnen afleggen. Maar het schoot niet op. Pas boven Malakka zag ik dat de kaart een schaal had van 1:750.000 in plaats van 1:500.000, waarvan ik was uitgegaan. Muntok moest ik voor die dag schrappen". Het zou te gewaagd zijn verder te gaan dan Singapore. Het drietal be sloot op het uiterste puntje van het lange Malakka neer te strijken na vier uur over een oerwoud te hebben gevlogen. „Tn een ommezien waren we omringd door schetterende Chi nezen. De tweede aanval was van een grote kudde schapen die onder het toestel doorstoof". Van slapen kwam die nacht niet veel. „Voortdurend dacht ik: morgen weer boven Hollands gebied". Het hoogtepunt naderde. Over vier en twintig uur moest de Postduif op Java's bodem staan. Het leek of het toestel begreep wat er van hem werd verwacht. Halverwege het veld was het al los van de grond. Nog een zwaai over de laatste huizen van Singapore en daar vloog het snel zuidwaarts. Drie motoren ronkten, drie schroeven boorden een weg door de lucht. Drie Hollandse jongens za ten te popelen van ongeduld. Het eerste traject van de laatste heenreisdag was niet groot. Naar Muntok duurde slechts twee en een half uur. Daar moest een postzak van boord. „Op het landingsterrein waren tal van landgenoten samen- Vervolg op pagina 3) PIONIER VAN POSTDUIF Vliegen als avontuur een klein stormpje. Het was onmogc lijk op die wijze Akyab te halen. Op die ochtend van 1 oktober 1927 had zich een flinke groep belangstellenden op Schiphol verzameld. Klokslag zes uur wilde de directeur-ge neraal Damme van de posterijen het sein voor vertrek geven, maar een lekke band belette de Postduif te starten. Onverwach te tegenslag, maar een uur en negen minuten later was het dan toch zover. De motoren ronkten, een vlag zwaaide en weg ging het, op avontuur naar Batavia. „Halfweg de Alpen raakten we In de wolken. We zagen absoluut niets meer en hoopten dat we door flink hoog te vliegen weer wat zicht zou den krijgen. Met behulp van onze „Badin"-bochtaanwijzer en ons trou we kompas gingen we verder, totdat we met zekerheid wisten dat we weer boven de laagvlakte zaten. Toen kro pen we maar weer onder du wolken en kwamen te zuidelijk uit aan de Drau. De wind had ons parten ge speeld. Hij was gedraaid en dat kon den wij natuurlijk boven de wolken niet constateren". De eerste lan dingsplaats was Sofia. Na elf uur vliegen over 1860 kilometer streek de Postduif veilig neer. De Nederlandse consul jhr. De Brauw en zijn echtge note stonden te wachten. „We hadden weer grond onder de voeten. Benzine en olie waren in So fia volop te krijgen. Helaas, benzol niet. Terwijl Elleman en Frijns de motoren nakeken ging ik met de con sul de boer op om benzol te vinden- Maar in heel Sofia was deze vloei stof niet te vinden, zodat we maar op benzine verder gingen". De volgende morgen startte het drietal uit Bulgarije. Na een zeer voorspoedige reis van juist acht uur kwam Aleppo in zicht. „Op tijd stegen we de volgende morgen weer op. Na een half uur te „Ik stelde voor rustig m Allahabad te'blijven en dan de volgende dag verder te gaan, daar we dan slechts negen vliegdagen zouden maken met een dag rust. Het was voor ons ge middelde beter dan tien vliegdagen zonder rust". Het nakijken van de motoren kon beginnen. Nadat alles in orde was be sloten Koppen c.s. het toestel op een andere plaats te zetten. Hierbij kwa men ze echter in een zachter ge deelte, zodat de machine met het lin- kerwiel ongeveer zestig cm in de grond zakte. „Tot overmaat van ramp werden we overvallen door 'n ontzet tende wolkbreuk, die slechts vier mi nuten duurde, maar waarbij zoveel water viel als bij ons in twee dagen. Hierna klaarde het weer op en kon het uitgraven beginnen. Met domme krachten en palen lukte het 't wiel uit de blubber te tillen en verder wegzakken te voorkomen. Toen was het inmiddels elf uur 's avonds ge worden. „De volgende ochtend stond de zon reeds vrij hoog toen we wakker wer den. De kans om Akyab te halen was opnieuw verkeken. Ons doel werd De vierde etappe begon goed: de Postduif had de wind schuin in de rug en ijlde voort. Met eigen ogen zag de bemanning het Perzische hoogland met zijn verrassingen. „Het is woest, grauw, eentonig maar op de meest onverwachte plaatsen zagen we wer kelijke paradijsjes. De bewoners moeten hun ogen hebben uitgekeken, want wij waren de eersten die werke lijk dwars over Perzië vlogen, op on geveer 200 km van de kust". Na een vlucht van ruim negen en een half uur bereikte het toestel weer de bewoonde wereld: Karachi, op 6-760 kilometer van Amsterdam. De vlucht naar Batavia leek te verlopen als een fietstochtje naar zee. Er ston den nog maar een paar korte vluch ten op het programma. „De vijfde dag landden we op een van de mooiste velden die ik ooit heb gezien: Allahabad". Het weer was Een opname van de heer Koppen, toen hij in 1935 op het punt stond te vertrekken naar Nieuw-Guinea,, in die dagen ook een heel waagstuk. hebben gevlogen bereikten we de Eufraat en toen maakten we voor het eerst kennis met een kleine stoornis ir. de oliedruk, iets waar we later nog vele malen last van hadden. We wa ren een dikke honderd km. van Alep po af, terwijl het eerstvolgende grote vliegveld nog ver verwijderd was. Dan maar terug, liever dan even te landen. Juist toen we in de bocht la gen sprong de wijzer op 85, dus de oliedruk w6s weer normaal. Het liet zich aanzien, dat de derde étappe ook weer vrij groot zou worden. Voorbij Bagdad pelandden we In de eerste zandstorm. Dank zij het grote stijgvermogen van de Post duif konden we er op grote hoogte overheen vliegen. Op 3000 meter zaten we rustig hoewel ook daar de grote hoeveelheid stof het zicht zeer belemmerde. Verbluffend snel ler waren we bij de Perzische golf. fiie ons nog scheidde van Bushire. Daar landden we tegen drie uur in een zee van mensen". minder mooi. 's Nachts viel er een plensbui en toen Koppen en zijn men sen de volgende morgen de Postduif weer opzochten, was het vliegveld doorweekt. Bovendien stond er een zware tegenwind. Het opstijgen leek moeilijk te worden, maar de brave Postduif trok zich nergens iets van aan en startte even vrolijk als op een droog terrein. „Na een half uurtje merkten we dat de oliedruk van de middenmotor plot seling vrij vlug terugliep. Onmiddel lijk keerden we om en landden weer in Bamraoli, waar de golven over het vliegtuig sloegen. We reden naar het punt van onze eerste start en keken het olieklepje na". Er zat een vuil tje tussen. Binnen tien minuten was het toestel weer startklaar. De wind was nog meer opgestoken en er stond

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1965 | | pagina 19