Leider H.C. van Hulst weet niets van wielrennen af Haarlemse Muggenronde is geen imitatie van de Tour de France 66 jongens maandag van start 1—1 SPORTIEVE FIETSTOCHT VAN 570 KILOMETER DOOR DELTAGEBIED American Field Service F er Tromp zal het niet gemakkelijk krijgen in Amerika Jach topziener Braam ,Wij zijn een uitstervend ras' In westen geen ruimte meer voor de jacht mma Joep en Suzanne Nicolas in Haarlem PORTRET VOOR EEN MUSEUM M Antenne voor ruimtevaart in Huizen H Schalkwijk MÊÊÊÈIÊÊm Een glazenier denkt in glas GROEN Co. SLEUTEL WEC? mmm Taunusl2M,l7M,20M ZATERDAG 17 JULI 1965 PAGINA 3 „De Tour de France laat me koud. Van wielrennen weet ik niets af." De heer H. C. van Hulst zegt het lachend. Wij staan per plex. Voor ons hoeft echt niet iedereen warm te lopen voor de Tour en de wielersport in het al gemeen. Maar van de heer Van Hulst hadden we dat zeker wel verwacht. Hij is voor Haarlem wat Goddet, de baas van de grote Tour, is voor Frankrijk. Hij is de leider, en nog wel voor de tiende keer, van de Haarlemse Muggen- ronde, die maandagmorgen voor de elfde keer van start gaat. Dat is toch hét jaarlijkse wielerevene- ment voor de Haarlemse jeugd. De heer Van Hulst schudt het hoofd. „Met wielrennen heeft dit niets te maken. Wij streven ook geen imitatie van de Tour de France na. Ons doel is het bren gen van gezonde, sportieve ont spanning. Wij maken een fiets tocht. Fietsen is gezond. Voor de sportiviteit lassen we wat wed strijdjes in. Maar het belangrijk ste is dat we weg zijn. Zo zien de jongens het ook." - IBfe# s -Mij Haarlemse Muggenronde: een sportieve fietstocht door Nederland; een mooie tocht ook zoals uit de foto duidelijk blijkt. „DUIKER" OLIEBRANDERS „DUIKER" AARDGASKETELS CENTRALE VERWARMING püüps] Radio Moors „DE SLEUTELSPECIALIST" De 13-jarige Herman Slenders start maandag in de „muggen- trui", het 'leiderstricot. Hij ver kocht de meeste steunzegels. Hij draagt een slobberig, bruin manchester pak. Zijn door zon en wind getaand gezicht steekt daar nauwelijks nog bij af. Daarboven een groen jagershoed je. De heer J. W. Braam (60) is het geijkte type jachtopziener, dat men in deze streek helaas steeds minder tegenkomt. Hij heeft daar wel een verklaring voor. „Wij zijn een uitstervend ras. Vooral in het dichtbevolkte westen worden we overbodig. Aan de jacht wordt hier nog maar weinig gedaan. Daar is geen ruimte meer voor. Alles is nodig voor de recreatie. Stropers zie je hier ook bijna nooit meer. Dat brengt de welvaart met zich. Niemand heeft het nu nog nodig. Bovendien zijn er, na de konijnenziekte van enige jaren ge leden haast geen konijnen meer in dit gebied". v, Glaspaneel met grisaille-schilde ring door Joep Nicolas 191flin een flatgebouw te New York. V. ZAADHANDEL JAN ROOZEN ALLES VOOR UW TUIN Bronzen portretkop van Aldous Huxley door Suzanne Nicolas. GARAGE „PETERS" Model van antemie met teleme- trie-apparatuur zoals deze in Noord-Australië zal worden op- gesteld en nu in Huizen staat. En de zesenzestig deelnemers aan de Muggenronde wacht, als ze maandagmorgen om half tien op de Planetenlaan op de fiets stap pen, een unieke tocht. Zij gaan door het Deltagebied, over de nieuwe Greve- lingendam en de Haringvlietbrug naar Zeeland. „Het is een fantastische tocht langs die Deltawerken," aldus de heer Van Hulst. „Het is natuurlijk nog de vraag of de jongens dat willen zien." Hebben die jongens nog wel tijd om te kijken? In zes dagen móeten ze bijna zeshonderd kilometer rijden. Dat is per dag gemiddeld honderd kilometer. Dan zullen ze aan het eind van iedere etap pe waarschijnlijk geen „pap" meer kun nen zeggen; laat staan eten. De heer Van Hulst helpt ons gauw uit die droom. „Als die jongens van hun fiets stappen na honderd kilometer zijn ze nog zo fit als een hoentje. En eten dat ze kunnen". Daar kunnen de fourageurs over mee praten. Tweehonderdvijftig broden wor den er jaarlijks verorberd. Daarop wordt zo'n vijftig kilo boter gesmeerd. De warme maaltijden worden iedere avond in restaurant gebruikt, maar de koks moeten per maaltijd toch wel op zo'n vijfenveertig kilo aardappelen re kenen. Om dan nog maar niet te spre ken over de hoeveelheden fruit, koek en snoep, die zo tussen peus en lippen door in de hongerige magen verdwij nen. Het laat zich raden, dat er voor de organisatie van dit jaarlijkse evenement heel wat komt kijken. „Ieder jaar worden de problemen weer groter, organisatorisch zowel als financieel," bekende ons de heer Van Hulst. „Organisatorisch vanwege het steeds drukke wordende verkeer en de moeilijkheid geschikte en veilige wegen te vinden. We moeten natuurlijk van de grote wegen afblijven. En vaak kun nen we ook niet door de plaatsjes waar we gedacht hadden door heen te gaan." Financieel is het ook een hele kluif. Zoals bij alles stijgen natuurlijk ook bij ons jaarlijks de kosten. Dit jaar gaat het hele geval zo'n kleine acht duizend gulden kosten. Dat moet met dubbeltjes en kwartjes bij elkaar wor den gebracht. De belangrijkste finan ciële steun krijgen we natuurlijk van onze sponsors". Elf bedrijven hebben elk een ploeg van zes deelnemers geadopteerd. Voor het eerst dit jaar is er een ploeg van leden van de Stichting Schalkwijk, ge adopteerd door een Amsterdamse verf- - s s xv fabriek. „Eigenlijk zijn we met het op nemen van die ploeg uit Schalkwijk al over het limiet gegaan, die we ons ge steld hebben voor het aantal deelne mers aan deze ronde," aldus de heer Van Hulst. „We vinden zestig echt wel het maximum aantal dat verantwoord is om mee op stap te gaan. Anders wordt het een onhandelbaar geval zo'n ronde". Om het belang van de sponsors voor het voortbestaan van de ronde te on derstrepen wordt maandag bij de start een traditie gebroken. Het startschot zal dan namelijk niet, zoals gebruike lijk, door een gemeentelijke autoriteit worden gelost, hoewel de gemeente fi nancieel evenzeer haar steentje bij draagt, maar nu zal een van de spon sors het startpistool hanteren. Het is de heer J. van Leeuwen, die ieder jaar zelf veel plezier aan het evene ment beleeft en die ook steeds een be langrijke bijdrage levert aan de verzor ging van de inwendige mens van de rennertjes. Bij het vertrek rijdt Herman Slenders in de gele Muggentrui. Hij ver kocht^ de meeste steunzegels, waarop de ronde voor een belangrijk deel fi nancieel draait. Die trui mag hij zeker aanhouden tot Gorinchem. Dat is het eindpunt van de eerste etappe. Als de rennertjes daar aankomen, hebben de kwartiermakers, die per auto vooruit gaan, hun bedjes in de grote tenten al gespreid, zodat men de volgende dag uitgerust door kan peddelen naar Ber gen op Zoom. De derde dag gaat het naar Middelburg en daarna naar Oude Tonge. In die vierde etappe is een boottocht opgenomen van Kats naar Zierikzee. De voorlaatste etappe voert van Oude Tonge naar Rotterdam en vandaar gaat men weer huiswaarts. En dan? Komt er ook weer een twaalfde Muggenronde? „Qua belang stelling kunnen we voorlopig nog wel een aantal jaren doordraaien," meent de heer Van Hulst. „Hopenlijk wordt ons dat ook financieel mogelijk ge maakt. Het is een sportieve vakantie besteding voor een grote groep jon gens." (Advertentie) OVERVEEN TELEF. 54855 HAARLEM, 17 juli De 17-jarige Fer Tromp uit de Haarlemse Tafel- bergstraat zal het in Amerika niet ge makkelijk krijgen. Nu al, ruim drie we ken voor zijn vertrek, is hij ervan door drongen dat de American Field Service hem zijn jaar in de staat Maryland, even onder New York, allerminst cadeau geeft. De vele gesprekken en intelligen- tieproeven vóór de uitverkiezing hadden immers al het karakter van zware exa mens, die geen twijfel lieten over het peil van het uitwisselings-studiejaar. Fer Tromp is er dan ook wel een beet je trots op dat hij van zijn middelbare school, het Mendel-college, de eerste leerling is die ooit door het A. F. S.- "examen" gerold is. De oud-Mendelier Fer Tromp is enkele weken gelden geslaagd voor zijn diploma H. B. S.-A. heeft zich al duchtig op zijn Amerikaanse jaar voor bereid. „De Amerikanen vragen aan ie dere buitenlander: wat denk je van mijn land", weet hp al, „dan moet je toch met een mening naar voren komen. Ze zullen ook zeker honderduit vragen naar Nederland, ik heb dan ook de laatste tijd de kranten goed bijgehouden, zodat ik me aardig georiënteerd voel op poli- nek, economisch en sociaal gebied." Ook op ander terrein heeft Fer Tromp z a' helemaal ingeleefd in zijn ko mend avontuur: tussen zijn reispullen liggen shirts en shorts gereed in de fel ste kleuren die hij in Nederland maar bemachtigen kon. Als A. F. S.-gast zal Fer Tromp vol ledig opgenomen worden in de Ameri kaanse samenleving. Contact met enig ander A. S. F.-lid uit Europa zal hij niet krijgen, zelfs eigen familie in Amerika zal hij niet dan na uitdrukkelijke toe stemming mogen bezoeken. Fer ver dwijnt dus voor een jaar in een Ameri kaanse familie, die hem als zoon zal beschouwen. En verder zal het een kwestie zijn van studeren aan de hoog ste klasse van de High School. De A.F.S. verwacht overigens van hem dat hij door bijzondere ijver en kennis de ande re leerlingen van zijn klas tot een goed voorbeeld zal zijn, al krijgt hij natuur lijk enige tijd om zich in de taal 'en de lesboeken in te werken. Vooral na Kerstmis wacht Fer Tromp een drukke tijd. Dan zal hij in tal van speeches voor verenigingen, scholen en debatingclubs moeten vertellen over het Deltaplan, over de molens, over de dijken, over de klompen, over de ge vels en over de koningin. En zijn Ame rikaans gehoor zal muisstil zijn. Dat is Fer Tromp tenminste van vele zijden verzekerd, hij is immers lang niet de eerste jonge „ambassadeur" die de A. F.S. naar Amerika haalt. „Ik zal alles doen om mijn Amerikaanse gastheren in hun hartelijke gastvrijheid en hun ho ge verwachtingen niet teleur te stellen", heeft Fer Tromp zich vast voorgeno men. (Advertentie) TELEVISIE - RADIO erkend gediplomeerd KRUISSTRAAT 38, HAARLEM Telefoon 14609 (Advertentie) LANGE VEERSTRAAT 10 - TEL. 11493 De heer Braam zegt het ongeëmo- tioneerd. Door een langdurig ver blijf in de vrije natuur zijn bij hem de scherpe kantjes er afge slepen. Hij oordeelt mild en ziet het betrekkelijke van de menselijke pro blemen van alledag. Hij lijkt de gemoe delijkheid zelve, maar misschien dat schijn bedriegt, want met de stijfkop pigheid van een Fries weigerde hp te poseren voor een fotootje ter gelegen heid van zijn veertigjarig jubileum als jachtopziener. Toch is de heer Braam geen Fries. Hij is van een bekende IJmuiden- se familie en zijn wieg stond daar onder het licht van de vuurtoren op het z.g. „duivelseiland". De nabij heid van zee en haven kon hem er echter niet toe verleiden een zeemans loopbaan te kiezen. Al van zijn prilste jeugd voelt hij zich aangetrokken tot de natuur. Dat heeft hij overigens niet van vreemden. Zijn hele familie aardt in die richting. Zijn grootvader van moeders-kant was jachtopziener in IJmuiden. Op veertienjarige leeftijd begon Jan Braam bij de familie Van Hoorn, eigenaresse van een gebied in de Midden-Heerenduinen. Hij werd hulp je van de jachtopziener en door zijn aangeboren liefde voor de natuur, voor de flora en de fauna, was hij een enthousiaste leerling. „Ik ben wat 8? (Door JAN ENGELMAN) Het leven is kort, maar ln dat van Joep Nicolas is de kunst al een lang verhaal. Hij was nauwelijks begonnen aan een wetenschappelijke vorming te Fri- bourg in Zwitserland of hij zwaaide over naar het kunstvak, kreeg voor een schilderij de Vrouwe Vigeliusprijs en maakte muurschilderingen in keim- verf in de crypte van het kerkje te Asselt in de Maasvallei. Zijn groot vader Frans Nicolas was echter ïn 1850 te Roermond, als eerste in Ne derland, begonnen met «eer glasra men te maken, een kunst die totaal in verval was geraakt en pas tien jaar eerder in Frankrijk door de Ma nufacture de Sèvres weer ter hand gegnomen, naar de plannen van Viol- let le Due, met de grote kunstenaars Ingres en Delacroix als ontwerpers. Gebruikte men daar aanvankelijk email-verven, die slecht houdbaar zijn, spoedig ging men tot een betere techniek over en men hervond het oude middeleeuwse systeem. Grootvader Nicolas zal daarvan gehoord hebben en toen hier ter zelfder tijd door Cuypers de go- thiek herleefde, kreeg hü handen vol werk. Maar het was seriewerk, ook nog toen de vader van Joep Nicolas de leiding had. „Nourri dans re sérail" begon deze, die te Amsterdam schil deren had geleerd, er ineens schik in te krijgen. Naast de links en rechts uit de grond geschoten ateliers, die kerkvensters vervaardigden, had ook de „monumentale" richting (Derkin deren, Thorn Prikker, Toorop, Van Konijnenburg, R. N. Roland Holst) zich met de glasschilderkunst bezig gehouden, maar toch kan men het pas een echte wedergeboorte noemen, toen Joep Nicolas in 1925 zijn Sint Maar- tensraam naar de „Exposition Inter nationale des Arts et Métiers" te Pa- zond, zijn eerste proeve, die di- werd bekroond met de Grand Prix. Er werd ineens zo overtuigend „in glas gedacht", er was ineens een vrijheid, maar in onstuimigheid ook beheersing, dat er niet aan te twp- fel en viel: er was door onbevangen heid en kunde een nieuwe „maitre verrier" verschenen en het was Al- bert Plasschaert die hem een Neder landse naam gaf: glazenier. Dat ge schiedde toen in de Groene, waarin Plasschaert o.m. schreef: „Het werd tijd dat we in Holland weer eens een werkelijk glas-in- lood-maker kregen, een kunstenaar die tevens de techniek verstond, zo als dat hoort, van huis-uit. Ik zou zo iemand een glazenier of glaze- naar willen noemen, we waren dan de omschrijvingen met hun omhaal kwijt." Dat is nu veertig jaar geleden, maar Nicolas is nog onder ons, met dezelfde lust aan het vak en dezelfde kunde. Velen zijn na hem tot glas schilderen overgegaan, maar geëven aard is hij niet. Hij werkt nu aan de drie grote vensters, die hij moet ma ken voor het koor van de gerestau# reerde kathedraal aan de Lange Nieuwstraat te Utrecht, maar dit heeft hem niet belet „ter introductie" van de tentoonstelling, die hij tot 29 juli met zijn vrouw houdt in het Bis schoppelijk Museum van Haarlem, voor de benedenvestibule drie glas- anelen te maken, t.w. „Angst en "ermetelheid", „Liefde en Beslom- pa aal voor deze tentoonstelling zijn „Ho sanna" penseelt, een groot doek in olieverf, dat in het bovenportaal op een altaar staat. Het is zo transparant en briezig gedaan als ware het een glasraam, het is „leuchtend", men denkt er haast door heen te kunnen kijken. Maar hij overtreft zichzelf als schilder in twee werken, waar ik bij zonder de aandacht op vestig. Het ene is een „Gezicht op de stad Los Angeles", de huizenzee van de heu vels afgezien, wat plantengroei op de voorgrond, een vegetatie die bij alle luchtigheid toch werkt als een re- poussoir, dat diepe inkijk verschaft. Een voortreffelijk schilderij is het, gemaakt in 1951, met een gesluierd licht en zeer mooi coloriet. Het an dere opmerkelijke doek verschilt er geheel van, het is een schilderij met een donkere toon. een zelfportret in tempera op paneel uit 1937. Een tra gisch geval, met een smartelijke uit drukking. Wie had het achter Nicolas gezocht? Maar de expressie is zo na vrant en levend, zo echt in mineur, zo „nauw tegen de graat opgewerkt", dat men direct aanvaardt en opnieuw gewaarschuwd wordt voor cliché-me ningen over mensen. Dit paneel hoort in een museum thuis. Suzanne Nicolas, die het geluk heeft als vrouw van een beeldende kunste naar zelf creatief werkzaam te zijn, is een der vier knappe dochters van de familie Nijs, die in het begin van onze eeuw op de grote markt van het Belgische stadje Sint Truyen heeft gewoond. Evenals haar dochter Syl- vie. die ook in Limburg een atelier heeft, is zij beeldhouwster, al vele jaren lang. Haar oudste zuster was getrouwd met Aldous Huxlev, de En gelse schrijver, van hem heeft zp een mooie portretkop in brons gemaakt (1932), toen de schrijver van „Point counter point" en „Brave New World" te Sanary in Zuid-Frankrijk woonde. Later is hij in Califomië neergestre ken. Ook de kop van de dichter A. Roland Holst, die al in 1926 ontstond, en die van haar man bewijzen haar kunde, in vormvermogen en in psy chologie. Maar de omstandigheden hebben er toe geleid, dat ook zij, buiten de „vrije" beelden, opdrachten ontving voor kerkelijk werk. En daar in is zij niet beter geslaagd, schijnt mij toe. dan bij het maken van bron zen kruiswegstaties in reliëf. Men ziet ze te Tubbergen in de Sint Pan- cratiuskerk, men ziet ze ook in de gelukkig herstelde Romaanse kerk te Sint Odüiënberg. waar zij in nauwe aanpassing bij de glasvensters van haar man een uitstekend effect heeft bereikt. Maar de staties zijn niet al leen decoratie, zij zijn ook een pak kende weergave van het lijdensdra ma. Kleine plastieken in chamotte en losse penseeltekeningen 'een geestige en voortreffelijke van Joep Nicolas aan zijn tekentafel') vullen haar deel van dë tentoonstelling aan. (Advertentie) SPEK STRAAT 5 TELEF. 16061 dit beroep betreft een idealist", zegt hij van zichzelf. „En dat moet je ook zijn wil je je werk goed doen en wat bereiken". En de heer Braam heeft wat bereikt. Dat wordt in zijn kleine groep van vak genoten niet aan titels afgemeten. Hier geldt slechts het vakmanschap. En als een goed vakman staat de heer Braam tot in de verre omtrek bekend. Dat komt ook omdat hij heel het duinge bied tussen IJmuiden en Zandvoort ooit wel eens zijn werkterrein heeft mogen noemen. Kort nadat hij op twintigja rige leeftijd namelijk zijn vaste aan stelling als jachtopziener kreeg, nam hjj ontslag bij de familie Van Hoorn. Hij is eerzuchtig. Hjj wilde geen twee de man blijven. Hij wilde zelfstandig zijn. In 1929 kwam hp in dienst bij de fa milie Van der Vliet-Borski, toen nog eigenaresse van het hele duingebied tussen Santpoort en de Zandvoortse- laan. Daaronder viel toen ook het ge bied, dat tegenwoordig eigendom is van de Stichting „De Kennemerduinen". Genoemde familie bezit nu nog slechts het landgoed „Duinvliet" (40 hectaren) in Overveen. Daar is de heer Braam thans jachtopziener en tevens in de ja ren geleden door de familie afgestoten landgoederen „Koningshof" en „Els- wout". HÜ heerst over driehonderd hecta ren bos- en duingebied; in z'n eentje. Dat levert hem geen pro blemen meer op. Die tijd is voor- bij. Hij kan nu zelfs iedere nacht in bed blijven. Voor de stropers hoeft hij er niet meer uit. Die laten zich zelfs bü het meest ideale stropersweer, als de wind door het duin giert en het aardeduister is, niet meer zien. Zij heb ben het niet meer nodig. De heer Braam soms nog wel. Als de wind om zijn gezellige huisje, bij de ingang van het „Koningshof" huilt, krijgt hij nog wel eens de kriebels. Dan wordt hij ongeduldig en verlangt hij terug naar vroeger, toen zijn beroep zoveel meer aantrekkelijke kanten had dan thans. Toch is hij niet ontevreden over zijn lot, ook al is hij thans meer politie agent, die op de bezoekers van zijn ge bied let, dan jachtopziener. „Ik woon hier mooi en vrij." Die evolutie in zijn beroep, waarmee overigens al zijn col lega's in de Randstad te maken heb ben, neemt hij op de koop toe. „Nu is het toch wel genoeg", brak de heer Braam ons gesprek abrupt af. „Nee, geen plaatje, het is zo mooi ge noeg". Gelukkig hadden we nog een fotootje in archief. Bescheidenheid siert overigens de mens. Toch zal de heer Braam er morgen zaterdag 17 juli nog weer aan moeten geloven. Dan recipieert hij namelijk van drie tot half vijf in Kraantje Lek. mering" en „Zang en Vergetelheid", drie venstertjes van grote levendig heid en zeer fraaie kleur. Men zou bijna denken, dat hij op zijn uitgangs punt is weergekeerd (het Sint Maar- tensraam), want hij is intussen ook wel andere wegen gegaan. Maar dit is bp veel kunstenaars het geval: de ouderdomsstpl gaat op die van de jeugd lijken, de late phase heeft soms weer iets van de Sturm und Drang" en dezelfde motieven, dezelfde ara besken kunnen verdiept weerkeren. De tentoonstelling te Haarlem is vorige week geopend met een toespraak van de beeldhouwer Mari Andriessen. Dit had niets van een academische redevoering, De hele familie Andriessen stond er maar alles van een vriendentoast. om heen, maar ook Charlotte van Pal- landt, A. Roland Holst en natuur lijk een stroom van Limburgers, fa milie van exposant en exposante: een opmerkelijke samenvoeging van beel dende kunst, letteren en muziek. Vlak achter het statige huis. waar men sa men was, rees de Sint Bavo op, een van de mooiste oude kerken die we be zitten. In haar schaduw is Mari Andriessen geboren. Is het te ver wachten, dat hij in zijn „ouderdoms stpl" er nog eens iets aan krijgt te hakken? De beste kunstenaars beho ren te werken aan de mooiste gebou wen. Joep Nicolas heeft in zijn loopbaan niet alleen glas-in-lood en vermurail gemaakt, al ligt op dat gebied dan het beste van zijn artistieke bezig heid. Maar hp is ook een schilder in andere technieken. Het grote por tret van zpn vader (uit 1933), dat in olieverf op doek is gedaan, is een kloeke en heel bekwame beeltenis, evenals het portret van zijn vrouw Suzanne, te Tegelen gemaakt in 1960. Met plezier ziet men terug de oude tempera's van omtrent 1930, zoals het portret van de schilder Leo Frans- sen. Men vindt er de „manier" van Zadkine uit die jaren in terug, ze zijn fris gebleven, ze zijn virtuoos ge daan, een virtuositeit die hij nu nog blijkt te bezitten, wanneer hp sped- (Advertentie) TELEFOOM 80461 HEEMSTEDE N. V. Philips' Telecommunicatie In dustrie heeft het ruimtetijdperk op een spectaculaire en voor het publiek goed zichtbare wijze betreden. Op één der hoogste gebouwen is een 2»/- ton zware antenne gehesen, die kort tevoren uit Frankrijk was aangekomen en die be stemd is voor het volgen van de Euro pa I, een raket die een Europese satel liet in de ruimte gaat brengen. Dit met voetstuk 18 m. hoge gevaar te wordt tijdelijk in Huizen gebruikt om de door PTT vervaardigde teleme- trie-apparatuur te testen. Dit alles voor ELDO, een Europese civiele organi satie, die een satelliet in een basn om de aarde zal brengen. De lanceringen hiertoe vinden plaats in het minder dichtbevolkte Australië, waar twee grondstations worden ingericht, één in het noorden (Gave), de andere op de Woomera-Base, in het zuiden. Naar beide plaatsen worden anten nes en telemetrie-apparatuur gestuurd. Zij zullen de gegevens ontvangen en re gistreren, die door een zich in de raket bevindende, eveneens door P.T.I. ver vaardigde zendinstallatie, naar de aar de worden gezonden en die tot doel heb ben de technici een nauwkeurig over zicht te geven van het verloop van de lancering. Tot begin volgend jaar wordt dt in stallatie in Huizen beproefd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1965 | | pagina 3