Rusland op zoek naar „concurrerende" liturgie zonder godsdienst Sluiting van kerken had averechts resultaat I Ons zesde zintuig DE INTUÏTIE HOE VAAK KOMEN UW VOORGEVOELENS UIT....? Pijnlijk Onnozel Propagandisten tegen godsdienst niet opgewassen tegen priesters Afkomst PLUS ZATERDAG 6 NOVEMBER 1965 pagina? Als ik wilde pochengegeseld ben ik, gestenigd, ik was driemaal schipbreuke ling, ik heb duizenden kilometers afgelegd op gevaarlijke reizen DE apostel Paulus heeft altijd een slechte pers gehad. Aan halingen uit zijn brieven, bij voorkeur gebruikt in felle discus sies, hebben bij velen de overtui ging doen postvatten, dat hij eer hard, onsympathiek mens was, bij wie speciaal de vrouwen geen goed konden doen. De stukken uit zijn geschriften, die 's zondags als epis tel worden voorgelezen, wekken de indruk, dat hij graag ingewikkelde argumenten gebruikte voor onder werpen, die de arme kerkganger van vandaag weinig interesseren. Zijn brieven zijn geen zorgvuldig uitgedachte verhandelingen. Pau lus ging niet zitten om ze te schrij ven zoals men gaat zitten voor een artikel. Hij ijsbeerde hét vertrek op en neer en sprak in dictaat-tem po. Zijn driftige en onstuimige ont boezemingen zijn niet gemakkelijk te lezen, maar ze onthullen wel, wie de schrijver was. Artikelen in de „World Marxist Review" van Spaanse en Italiaaö' se communisten betogen dat be' socialisme niet onverenigbaar 15 met de religie van hen die tot de arbeidende klasse behoren. DeZe meningen worden thans in RuS' land met de grootste ernst bestd' deerd. Is er iemand, die zich niet aange trokken voelt tot een man als deze Paulus? Hij is zo bezorgd voor zijn christenen, dat hij zichzelf vergeet en zich toont zoals hij is. En daar schaamt hij zich dan toch weer voor. somolskaya Pravda" - waar bij de communistische cam pagne voor het atheïsme onder de loep wordt genomen - wordt zon der meer gesteld, dat het sluiten van kerken in de Sovjet Unie al leen maar de aantrekkingskracht van de religie bevordert en het verzet onder het volk aanwakkert Snel van begrip Controle «s*** PAULUS: apostel met „slechte pers" Er bestaat een beschrijving van hem uit de tweede eeuw, opgenomen in de apocrieve „Handelingen van Paulus". Klein van gestalte, dun haar, krom me benen, grote ogen, wenkbrauwen, die aaneen gegroeid zijn, de neus licht gebogen." De beschrijving is zo wei nig flatteus, dat ze waarschijnlijk naar het leven getekend is. Toch gaat ze aldus verder: „Zijn verschijning was vol van genade: soms leek hij meer op een engel dan op een mens." Hij moet wel een buitengewone bun deling van tegenspraken zijn geweest. Dat blijkt uit zijn tweede brief aan de Corinthiërs. Wat we op zondag Sexa gesima daarvan lezen, schijnt zo wei nig zin te hebben met de vreemde ver wijzingen naar „vele reizen", spre kend als een, die van zijn zinnen be roofd is", „in het lichaam of buiten het lichaam, ik weet het niet, God weet het" en daarop volgend een lijst van gebeurtenissen, die ogenschijnlijk in geen enkel verband staan. Maar in die woorden openbaart Paulus zich aan ons als nergens anders. Hij probeert zich te verdedigen tegen zendelingen, die naar Corinthe waren gekomen, toen hij al vertrokken was, en die daar las ter en leugens over hem hadden ver spreid. Ze hadden gezegd, dat hij niet standvastig was, onoprecht, arrogant en despotisch. Ook zou hij zich volgens hen alleen voor het geld van de Co rinthiërs interesseren. Aangezien de Corinthiërs neiging vertoonden om ge loof te hechten aan deze kwaadspre kerij, zag Paulus zich genoodzaakt een woord van verdediging te spreken. Hij vindt het verschrikkelijk en herhaalt dan ook steeds, dat hij zich niet op zijn gemak voelt bij dit spelletje van „Al les wat jullie kunnen, kan ik nog be ter." Hij schrijft: „Ik vraag om vergiffe nis voor wat ik ga doen. Denkt niet dat ik krankzinnig ben geworden. Of denk dat wel, als jullie dat wilt, als jullie maar begrijpt, dat ik dit moet doen, omdat anders mijn tegenstan ders jullie aan het wankelen zullen brengen. Ik moet wel meedoen aan dit spel. In ieder geval schijnen jullie, Co rinthiërs. bereid om zulke onzin te ver dragen, want tenslotte hebben jullie toch te veel verstand om je werkelijk beet te laten nemen. Wel, als jullie hen verdragen, zelfs al maken ze sla ven van je, zelfs al leven ze op jul lie kosten, zelfs al nemen ze jullie beet. zelfs al gebruiken ze jullie alleen maar om hogerop te komen, zelfs al beledigen en intimideren ze jullie als jullie dat gepoch van zulke lieden kunt verdragen, dan zullen jullie ook mij wel even kunnen aanhoren, hoe wel ik tot mijn schande moet beken nen, dat ik niet half zo goed ben als zij in het knechten en klaplopen en intimideren. Apostel Paulus zoals Rembrandt hem zag. verkorenen? Ik eveneens. Afstam melingen van Abraham en daardoor erfgenamen van Gods beloften? Dat ben ik ook. Zij geven voor dienaren van Christus te zijn! Aha, daar staan we één-nul. Dit is een dwaas spel. ik weet 't, maar jullie hebt er zelf om gevraagd! Hier volgt mijn lijst van verdiensten: ik heb veel har der gezwoegd dan zij. Ik heb lan ger in de gevangenis gezeten dan zij. Ik ben vaker gegeseld dan zij. Ik heb vaker mijn leven gewaagd dan zij. Van de Joden kreeg ik vijf keer de veertig min een, van de Romeinen ont ving ik drie geselingen en zoals jul lie wel weet stellen zij geen paal en pers aan zo'n bestraffing ondanks mijn Romeins burgerrecht, dat mij daartegen moeten beschermen. Zelfs ben ik een keer gestenigd en wel zo hevig, dat men meende mij daaraan te zien sterven. Ik heb drie keer schipbreuk geleden en vie- enwintig uur rondgedreven op de open zee. En daarbij komen dan nog de der tienduizend kilometers, die ik op mis siereizen heb afgelegd, met al hun ge varen: rivieren, die ik moest overste ken zonder dat er bruggen waren, rovers onderweg, de eeuwige vijandig heid niet alleen van de heidenen, want daarop was ik voorbereid maar evenzeer van mijn landgenoten. Altijd weer heb ik in gevaar verkeerd: in de steden, op het platteland, op zee en het ergste gevaar is nog de altijd aan wezige dreiging van mede-Christenen die mijn werk van binnenuit te gronde willen richten. En jullie weten wel wie dat zijn. Och kan ik er nog aan toevoegen 't zware werk, de vermoeidheid, de sla peloze nachten, de honger, de dorst, het gedwongen vasten, de kou en het ontbreken van behoorlijke kleding. Maar ik wil jullie niet langer verve len met deze lijst. Ik wil jullie alleen er aan herinneren, dat ik nog werd ge kweld door mijn angst en zorg voor de bekeerlingen, die ik in het midden Oosten heb gemaakt, van Antiochië tot aan Ephese, van Noord- tot Zuid- Griekenland, mijn onafgebroken ver antwoordelijkheid voor hen allen. Als iemand van hen zich bezwaard voelt, voel ik hetzelfde. Als een van hen in zonde vervalt, word ik zelf gekweld door de pijn daarvan. zelf te steken dan zal ik het doen over de dingen, die mij vernederen. Jullie mogen me uitlachen, als je zin hebt, maar ik kan echt niet steeds weer ver tellen, wat een flinke vent ik ben. Ik zweer echter, dat dit waar ge beurd is. Een paar jaar geleden had den de Joden in Damascus het op mij gemunt en ze vroegen koning Aretas de stad te bewaken. De enige manier, waarop ik buiten de stad kon komen,j was in een mand, die ze uit een raam in de stadsmuren naar beneden lie ten, een waardige aftocht, waarop ik me terecht kan beroemen. Vooruit, j lach me maar uit! Maar wacht nog even Ik heb zo-1 juist gezegd, dat ik niet mijn eigen lof wilde zingen. Als mijn tegenstanders in Corinthe echter proberen indruk op jullie te maken met visioenen en open baringen en zielsvervoeringen, waar mee ze zijn begunstigd, dan kunnen wij het ook nog even over visioenen hebben. Dat is nog wel pijnlijker, maar ik moet jullie toch laten zien, dat ik ook op dat punt niet bij hen achter blijf. Nu we weer aan het pochen zijn, laten we dan eindigen niet iets goeds. (Hoewel ik daar misschien beter over kan praten in de derde persoon, dan hoef ik niet aldoor „ik, ik, ik" te zeg gen). Het volgende is veertien jaar ge leden gebeurd. Een zeker man, een Christen, die ik goed ken(!) werd op gevoerd naar de hemel. Ik heb geen idee, of zijn lichaam hem volgde of hier op aarde bleef. Alles wat ik weet is, dat hij werkelijk in de tegenwoor digheid van God was en dat het geen droom of een fantasie was en dat hij daar zulke verheven geheimen heeft ieren kennen, dat er geen menselijke woorden voor bestaan. Zo, is dat soms iets om je op te be roemen? Maar laten we nu daarmee ophouden. Als ik over mijzelf moet spreken, zal ik opnieuw spreken over mijn vernederingen. Let wel, als ik wil de pochen, zou ik dat kunnen doen, want ik heb genoeg om me op te be roemen en daar zou ik niet om hoeven liegen. Maar ik wil jullie niet verve len en het staat me trouwens tegen. Ik wil dat jullie mij zien met je eigen ogen en niet zoals ik me voordoe. Daar om zal ik jullie spreken over wat mij vernedert. God heeft gezorgd, dat ik niet te veel verbeelding zou krijgen, omdat ik mystieke ervaringen heb ge had. Hij vindt goed. dat de duivel mij kwelt. Hij vindt goed, dat mijn eigen landgenoten, de Joden, mijn eigen vlees en bloed een doorn in mijn vlees zijn. En deze beproeving is zo ondraag lijk, dat ik de Heer drie keer ge vraagd heb mij daarvan te bevrijden. Maar Hij antwoordde slechts: „Mijn genade is sterk genoeg om je dit te doen dragen. Dat je gekweld wordt en zwak bent, zal het alleen duidelij ker maken dat het mijn kracht is en niet de jouwe, die je steunt". De St.-Basiliusbasiliek op het Rode Plein in Moskou. Rechts op de foto de klokketoren bij de hoofdingang van liet Kremlin. wen door een betere eigentijdse? zijn toch bezig de oude wereld te vera deren in een nieuwe?" Het gewetensonderzoek van de B05" sische communisten gaat tevens paard met een algemene herziend van de houding van de beproefde W" xist tegenover de religie in het a'»6" meen en jegens de godsdienst i® bijzonder. De categorische verwe'" ping van de godsdienst als „opiuB1' voor het volk" is als principe niet a' leen lastig en hinderlijk voor 't aanval' den van de communist als medebur?e( in de christelijke landen. Ook in Sovjet Unie zal door me:, onderric^ en erkenning van de nationale voor filosoferen de oude propaganda van het atheïsme niet langer aanvaa^ worden. Dat is de reden, waarom ik het niet erg vind over zaken te praten, die mij belachelijk maken in het oog van de mensen, zelfs niet als het gaat om de ze vernederende vervolging door mijn eigen volk. Het interesseert me niet ln het minst, dat ik een belachelijk mannetje ben, omdat het daardoor dui delijker wordt, dat niet ik succes heb, als ik predik, maar de kracht van Christus, die in my leeft. Ik ben blij, dat ik in het nauw gebracht word door vervolging, ontbering en beledigingen, omdat daardoor de tegenstelling tot de kracht van Christus scherper wordt Naarmate ik zwakker ben, des te machtiger is hij in mij. Maar dit alles is te pijnlijk om in woorden uit te drukken. Ik al waar lijk niet verder gaan en als het dan nodig is om de loftrompet over mij- Dat was dan een onnozele wedstrijd ln het pochen, maar jullie hebben me ertoe gebracht. Jullie hadden eigenlijk over mij moeten pochen, maar aange zien jullie dat niet hebben g edaan, moest ik zelf bewijzen, dat ik wel te- ten die supermensen van jullie ben op gewassen. En als ze jullie vertellen, dat ze wonderen kunnen doen, vergeet dan niet, dat jullie zelf de wonderen hebt aanschouwd, die ik onder jullie heb gedaan. Er is slechts één punt, waarin ik moet bekennen, dat ik niet hun evenknie ben: ik heb namelijk niet zoals zij geld van jullie aange nomen." (Van een correspondent) N een lang artikel in „Kom- Het artikel, een bijdrage van een pro pagandist voor het atheïsme in de Rooms-Katholieke streek van LIov, stelt bovendien, dat het zelfbedrog is te me nen dat vele gelovigen de Kerk verlaten zouden hebben- „Het is misschien waar," zo zegt de schrijver, „maar alleen in dié zin, dat er grote Russische gebieden zjjn zonder kerken of priesters"! Nochtans zijn daar ook gelovigen en als ze niet tot de Orthodoxe kerk beho ren, zijn ze lid van afgescheiden secten. De schrijver van het artikel conclu deert, dat de anti-godsdienst campagne geen succes zal boeken indien men voort blijft gaan op de huidige weg, dat wil zeggen met 't hanteren van „zuiver nega tieve propaganda". En daarmee is het een van de vele artikelen welke versche nen na de dood van de Italiaanse com munistenleider Palmiro Togliatti en ge- inspireerd werden door diens testament. De voormalige Italiaanse communisten- leider betuigde zich immers een voor stander van een onbevangen gesprek tussen communisten en christenen. Togliatti's „Memorandum" zoals net in Rusland bekend is, sloeg in als een bom bij de communistische intelligent-ia. Maar misschien omdat een maand na de publicatie van het ..Memorandum" gro te onzekerheid ontstond door de val van Kroetsjev, was er vrijwel geen discussie over het idee van de Italiaan in de alge mene pers. Thans is zijn visie „dat de oude methode van propagandavoeren voor het atheïsme nutteloos en waarde- Als we echter een wedstrijd gaan SH HbBÉIMI «'ÉdMPlBgïÉa houden in het pochen ik moet gek zijn, dat ik zo spreek dan wil ik '-'ifetfc.W™* beslist meedoen. Laten we beginnen: gij laten zich op hun afkomst voor- gfe. jg i|3l ■taan. Goed, ik ook. Ze pochen, dat ~'w ze tot het Joodse volk horen. Ik „Klein van gestalte, kromme benenDe beschrijving uit de „Handelingen van Paulus" is weinig in overeen- hoor daar ook toe. Zijn zij Gods uit- stemming met de afbeeldingen die wij van hem kennen. loos is" en zijn pleidooi, „dat communis- ische landen toe moeten staan dat er vrij gediscussieerd moet wo- '.en en men niet langer moet geloven in de waan, dat alles altijd zo goed is gegaan", op nieuw aan de orde gesteld. Stelling nemend tegen de „kinderlij ke" en „primitieve" manier van propa ganda bedrijven door sommige atheïs ten, die de Kerk voorstellen als „een rem op de vooruitgang" en die bij voortduring „dezelfde bekrompen en ste reotype misverstanden produceren" meent de auteur van de „Komsomolska- ya Pravda", dat in het verleden gods dienst niet onverenigbaar was met pro gressiviteit en socialisme". Een rem op de vooruitgang? Inderdaad, maar dan bedoelt men waarschijnlijk de tijd van Copernicus, Campanella. Thomas More en Leo Tolstoi. De grove manier van propagandabedrijven om Godloochenaars te „produceren" heeft beschamende re sultaten opgeleverd", aldus het blad. ,De schrijver ziet als voornaamste moeilijkheid in de werfcampagne „het lage intellectuele gehalte" van de pro pagandisten en in dezelfde krant, „dat de geestelijkheid altijd goed voorbe reid is in een discussie en dat, als het er op aan zou komen wie in het debat als overwinnaar zou \erschijnen, dit de priester zou zijn. Het beste is maar zich geen moeilijkheden op de hals te halen", meent hij Friedrich Engels heeft eens gezegd, dat- het Christendom nimmer over het hei dendom getriomfeerd zou hebben, indien de heiligen niet de plaats hadden ingeno men van al die heidense goden. Het arti kel in de krant suggereert thans diezelf de methodiek maar over de namen. „Het is van het grootste belang voor het com munisme in één of andere vorm een be paald ritueel vast te stellen dat de plaats kan innemen van de kerkelijke li turgie, wanneer het gaat om bijeenkom sten van de atheïsten-" Congressen en vergaderingen van atheïsten vervelen het publiek maar al te vaak. Er wordt teveel gesproken en al tijd wordt er verwacht dat men alles kritiekloos aanvaardt. Er wordt geen ontroering of begeestering opgeroepen door een bepaalde sfeer. „Waarom kun nen we de oude methode niet vernieu- „Ben je er zeker van Robert, dat de goudvissen terug zijn in de kom?" /N Amerika is een studie-bijeen komst over het zesde zintuig ge houden. Een professor aan de universiteit van Harvard, heeft ver slag uitgebracht van aldaar getrok ken conclusies. Het is een feit, dat mensen vaak handelen volgens een ingeving. Kunnen we nu eigenlijk wel op zulke ingevingen vertrouwen? Wanneer berust een ingeving werke- dat bepaalde gevoel, dan vergist hij zich ook zelden. Is dat niet het geval, dan wordt zijn oordeel geregeerd door de wetten van het toeval. De intuïtie komt en gaat. Het schijnt ook moeilijk te zijn om de beide functies te combineren: het logisch denken werkt storend en brengt de via de intuitie ontvangen lijk op intuitie en wanneer is het eigenlijk maar een slag in de ruimte? De psychologen, die zich in dit on derwerp verdiepten, maken allereerst onderscheid tussen logisch en intuï tief denken. Logisch denken voltrekt zich in een logische volgorde, maar de intuïtie neemt een kortere weg. Wie intuïtief denkt, komt tot een op lossing zonder zich bewust te zijn van het proces, dat daaraan voorafgaat. Dr. Bruner en zijn collega's zijn van mening, dat een mens vaak pro blemen oplost door intuïtief denken, terwijl hij die vraagstukken op een andere manier nooit tot oplossing had kunnen brengen. De lof, die geleer den hun „intuïtieve" collega toe zwaaien, toont ook aan, dat de in tuïtie in de wetenschap van even gro te waarde is als in het dagelijks le ven. En dit geldt eveneens op het ge bied van muziek en literatuur. Natuurlijk heeft de intuïtie niet al tijd gelijk. Alle menselijke activitei ten zijn onvolmaakt en ook degeen, die langs logische weg een oplossing zoekt, kan zich vergissen. Intuïtieve gaven kunnen bovendien verschillen de graden van ontwikkeling bereiken. In tegenstelling tot het normale denkproces kan de intuïtie niet naar believen in- en uitgeschakeld worden. Soms zwijgt de intuïtie in alle talen, maar degeen, die deze gave bezit, weet zelf, wanneer hij logisch denkt en wanneer hij gehoor geeft aan een „inspiratie". En heeft hij eenmaal boodschap vaak verminkt over. Bo vendien kan de intuitie ons in de steek laten, wanneer we ons teveel richten op winst of eigenbelang. Intuïtieve mensen hebben bepaal de eigenschappen. In Vassar heeft men een enquête gehouden onder een paar honderd studenten en de in tuïtieve denkers hadden een andere persoonlijkheid en ook een andere kijk op het leven. Ze zijn snel van begrip, vrijmoedig, spontaan, onaf hankelijk en hebben gewoonlijk een vooruitziende blik. Ze interesseren zich meer dan de anderen voor kunst, literatuur, muziek en toneel. Zesen tachtig procent van de intuïtieven was creatief werkzaam, het meren deel hield zich met schrijven bezig. Ze brachten graag vragen van filo sofische of esthetische aard ter spra ke en dachten dieper na over mense lijke waarden. Meestal konden ze hun gedachten goed onder woorden bren gen, hadden uitgesproken ideeën over onderwerpen op vele terreinen en wilden vóór alles „zichzelf zijn". De vraag, of ze risico wilden aanvaar den, werd door allen bevestigend be antwoord of het nu om waagstukken van fysieke aard ging, zoals ski' springen of bergbeklimmen, of otI) een strijd voor een verloren zaak- Mensen met intuïtieve gaven zÜ3 emotioneel sterk bij hun werk be' trokken, zeggen de psychologen. zijn niet bang voor zichzelf, voor hul ervaringen of de wereld, waarin tfi leven en ze zijn snel bereid op eed uitdaging in te gaan. Ze zijn oncoH' venitioneel en voelen zich daar W® bij. Twijfel en onzekerheid kunne11 hen niet uit het veld slaan en ze zet' ten zich graag in voor een zaak. Ze hebben een voorkeur voor scheppen^ werk en zijn niet bang voor kritiek» Er is echter nog een andere groe]> Een groot aantal van de ondervraag" den probeerde wél de vragen lang* intuïtieve weg op te lossen, ma3* slaagde daar niet in. Ze reageerde' wel snel, maar ze waren ook cynisch» eigenzinnig en gespannen. Ze hielde* niet van conventie net als degene"' die wèl op hun intuïtie konden vet' trouwen, maar er school een soo* wanhoop in hun afwijzing van col* ventie, alsof ze zich gedwongen voel' den om „anders" te zijn. Uit teste3 bleek, dat ze in een crisis zeer be' vreesd waren en risico's aanvaard' den met de moed der wanhoop eI) niet met energie en zelfvertrouwe3' Zij, die alleen op de logica zijn aah' gewezen, zijn vaak vriendelijk, be' scheiden en attent voor anderen. Cod' servatief en conventioneel als zij ziF gedragen ze zich zelden vreemd 0 exientriek. Even zelden gehoorzame* ze aan een ingeving. Hoe kunnen we nu uitmaken of or»' ze intuitie werkt? Door te controle' ren, hoe vaak onze voorgevoelens kloppen. Als we dat geruime tijd 9e' daan hebben en we hebben een hooB gemiddelde bereikt, dan kunnen d>e onze intuitie verder ontwikkelen* Maar als de „innerlijke stem" on* vaak misleidt, moeten we maar l"-e' ver de moeilijke weg volgen en on* aan de keiharde logica houden. -»

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1965 | | pagina 20