Hebt Italiaanse meisjes komen niet ver in schoonheids wedstrijden Goudschip „Royal Charter" ruim eeuw geleden in golven verdwenen Nieuwe expeditie wordt uitgerust Zee geeft schat niet prijs M' Lange blondine Vreemde woorden Onromantisch Goudmijn Ankers uit PLUS 6 NOVEMBER 1965 PAGINA 3 Nederlandse mannen vinden over het algemeen de vrou wen uit zuidelijke landen bij zonder aantrekkelijk. Zij den ken aan ravenzwart haar, zachte bruine ogen, vurig temperament, en voor hun ogen dansen dan de beelden van erkende schoonheden als La Lollo, La Loren, Cardinale of Schiaffino. (Daar is Antje uit Pijnacker of Greetje uit Am stelveen niks bij). Opvallend is echter dat in internationale schoonheids wedstrijden de donkere deel neemsters zeer zelden in de prijzen vallen, terwijl bijvoor beeld Nederland de laatste jaren op de ere-podia goed vertegenwoordigd is geweest met Rina Checker-Lodders, Co- rinne Spier-Rothschafer e.a. In Italië is het geringe succes van de meisjes in de grote beauty-contests aanleiding ge worden tot hoog oplopende ruzies. Er is geprotesteerd te- j gen het feit dat de jury te hoge eisen stelt aan de intel ligentie van de meisjes, waar door vele welgeschapen „mis sen" worden afgewezen. Ook hebben veel Italianen geen belangstelling voor interna tionale roem en een film carrière. Zij vinden het be langrijker een goede echtge noot te veroveren dan een hoofdprijs. r Erika Spaggiari Franca Cattaneo Rosanna Schiaffino Gina Lollobrigida twintig jaar geleden de mooiste. Twee recente voorvallen hebben het probleem van de geringe Ita- !aanse successen op dit terrein V/^er in de publieke belangstelling §ebracht. De eerste was de ver jaardag van de beroemde schoon- heddswedstrijd die de Italiaanse filmwereld 20 jaar geleden „steun pilaren" als Gina Lollobrigida en "11 van a Mangano opleverde. Een speciale herinneringsme- daille werd voor die gelegenheid geslagen. De munt draagt een beeltenis, die opmerkelijk veel gelijkenis vertoont met die van Claudia Cardinale, wier carriëre a.ls filmster voor vele adspirant- filmactrices een voorbeeld is. ONDER water gezonken schat ten, aan het oog onttrokken door de eeuwig deinende Zee, hebben altijd al een sterke Prikkel uitgeoefend op de mense lijke fantasie. Avonturiers en for tuinjagers werden er toe aange trokken alsof zij in de ban van een magneet verkeerden. Soms, een heel enkele keer, lukte het een klein deel van de schat aan de op- Pervlakte te brengen denk maar aan de Lutine, het goudschip dat m de buurt van het eiland Tessel ^het liggen en waaruit een paar ®°bdstaven konden worden gebor gen maar meestal bleef de ver blijfplaats van de schat een diep geheim van de zee. Ook Engeland ^tt zijn mysterieuze goudschat de bodem van de oceaan, en "I de vorm van de klipper u Charter", die een dienst onderhield tussen Engeland en Au- Met levensgevaar klom de zeeman over scherpe rotsen naar de kust. niet verder dan Miss Italië 1961 in 1962 derde bij Miss-W orld-strijd. Zo komt het ook aldus zeggen enkele verbitterde conservatieve ele menten in de verschillende jury's dat meisjes, die Long Beach door hun schoonheid met stomheid hadden kun nen slaan, worden gepasseerd ten gunste van l«nge blondines met sluik haar en hedendaagse mode-manier tjes. Met andere woorden, de jury's zoeken de verkeerde meisjes uit, die geen schijn van kans maken. Worden de jury's beschuldigd van de uitverkiezing van de verkeerde kandidates, de meisjes zelf worden er vaak van beschuldigd alle pogin gen van Italië op schoonheidswed strijden nu eens goed voor de dag te komen tegen te werken. Bij re cente nationale wedstrijden in Salso- maggiore was de meest op de voor grond tredende vrouw de moeder van de winnares, omdat het al de twee de maal was dat een van haar doch ters de titel veroverd had. Met beiden had ze echter grote moeilijkheden ondervonden. De oud- te dochter, die vijf jaar geleden won, liep juist in die tijd met plannen rond om non te worden. De moeder had geen „miss", wel beroemde filmster al haar overtuigingskracht nodig om het meisje te bewegen toch aan de wedstrijd deel te nemen. Kort nadat ze als winnares gehuldigd was, trouw de ze. Sindsdien heeft men nooit meer wat van haar gehoord. Totdat haar jongere zusje haar voetstappen volg de. Het tweede dochtertje had ook geen enkele ambitie voor een filmcarrière, zei ze. Slechts de te winnen prijzen, een auto en een bontmantel trokken haar aan. Ze wilde in haar provincie stadje blijven. Ze vond het leven daar heerlijk, behalve op zondag, wanneer ze zich dodelijk verveelde. Wanneer ze de ware man zou vinden, zou ze spoedig in het huwelijk treden. Een andere voormalige winnares, miss Venetië, had in de Dogenstad een kapperszaakje. Door haar over winning hoopte ze alleen maar haar klantenkring belangrijk te kunnen uit breiden. Voor het overige zijn de Ita liaanse meisjes niet zo op carrière ge steld. Geef hun de keuze tussen 'n loopbaan bij de film, rijkdom of een echtgenoot en ze zullen bijna altijd de echtgenoot kiezen. De tweede gebeurtenis was de schoonheidswedstrijd om de nationa le titel, die in zóveel opzichten werd beschouwd als volkomen tegenstrijdig jhet het tot dan gevolgde systeem. dat_ een van de deelneemsters publie kelijk protesteerde alvorens zij zich vit de strijd terugtrok. Zij kwam daarna meer in de bekendheid dan ZlJ ooit door de schoonheidswedstrijd gekomen zou zijn door een wande- vvg te maken in een van de mee?' Publiciteitsbewuste delen van Rom terwijl zij een bord met zich met droeg waarop zij de regering beschul digde van geldverspilling. Dr kwam veel commentaar. Som migen leverden felle kritiek op enkele intellectuelen bekende schrijvers, F^dio-meclewerkers e.a. die zich d-ameerden door zitting te nemen in de jury's voor wedstrijden om de na tionale titel en die op lager niveau. Er kwamen woeste aanvallen van de kant van de radicale pers, die de jury-intellectuelen ervan beschuldigde uiterlijke schoonheid over het hoofd te zien, maar het wel belangrijk te vinden, dat meisjes die Italië in schoonheidswedstrijden buiten het land moeten vertegenwoordigen ook iets over Kafka weten. Of conversa ties moeten kunnen volgen, doorspekt met vreemde woorden. Een ander deel van de jury is voor «en moderne kijk op de zaken. Zij yinden. dat de Italiaanse schonen niet vereenzelvigd dienen te worden met picturale schoonheden, die de be- Schoonheid keert zich naar de deskundige jury. Een keer in jurk, een keer in badpak. Deze foto werd genomen in een duur hotel in Beirut. Nederlandse een duidelijk verval sprake is. En roemde schilder Titiaan gewaardeerd Elly Koot (negende van rechts) werd miss Europa 1965. Miss Italië Marilu P errini (zesde van rechts) haalde de titel niet. Arme miss Italië. Hadden de uiterst rechts tot gematigd links rou hebben. beoordelaars in Italië te veel op de gaven van de geest gelet? maakt zich daar zeer boos over. De les, die men uit dit alles heeft kunnen trekken is, dat schoonheids- wedstrijden ook in de waardigste vorm in Italië tot mislukking ge doemd zijn, omdat de Italiaanse meisjes onromantisch ingesteld zijn. Natuurlijk heeft Italië zijn meisjes, die graag actrice zouden willen wor den en door de geur van de schmink worden aangetrokken. Maar daar staat tegenover, dat waarschijnlijk in geen ander land ter wereld de ze kerheid en geborgenheid zo op prijs gesteld worden. De meisjes in Italië zijn niet zo ge makkelijk over te halen in te schrij ven voor een wedstrijd, tenzij ze ver zekerd zijn van iets tastbaars als een auto, een naaimachine, betere huwe lijksvooruitzichten. De filmwereld is bovendien niet zo geïnteresseerd meer in schoonheidswedstrijden. De staat vraagt zich in het licht van de openlijke kritiek waarschijnlijk af, waarin het geld beter gestoken kan worden om verbetering in de situatie te kunnen brengen. De twintigste verjaardag van de succesvolle wedstrijd, die Italië Gina Lollobrigida en Silvano Mangano op leverde valt in een periode dat van nilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllüllllllllllllllllllllW stralië. In 1859 is deze klipper, een van de eerste geheel in ijzer uitge voerde oceaanschepen in de Ierse zee, ter hoogte van het plaatsje Anglesey, met nagenoeg man en muis vergaan. Vierhonderdvijftig mensen vonden de dood in de woe dende golven en een hoeveelheid ongemunt goud ter waarde van on geveer drie en een half miljoen gulden ging verloren. Nu, na ruim honderd jaar, is van de ze kostbare buit nog niets aan de opper vlakte gebracht, ondanks herhaalde po gingen in heden en verleden. Er wordt thans een nieuwe expeditie uitgerust om de zee haar geheim te ontfutselen. Uit de beschikbare gegevens moet worden afgeleid, dat het goudschip met zijn la ding nog steeds op dezelfde plaats is blij ven liggen, wellicht bedolven onder me ters zand, maar daardoor laten de on derzoekers zich tot dusverre niet af schrikken, integendeel. De „Royal Charter" werd het slacht offer van een orkaan, die op 26 oktober 1859 vreselijk huishield in Engeland en omgeving. Binnen één etmaal werd alom dood en verderf gezaaid: 130 gezonken schepen. 100 zwaar beschadigde vaartui gen en niet- minder dan duizend doden. De grootste prooi was wel de „Royal Charter", die op slechts enkele uren zeilen afstand van Liverpool werd ver nietigd. In die dagen trok een pas ontdekte goudmijn in Australië duizenden Engel se fortuinzoekers aan om in dat verre land zo snel mogelijk rijk zien te wor den. De „Royal Charter", met zijn slan ke hazewindhondevorm en machtige driemast-zeilen, was het snelste vaar- tug om de goudzoekers op de plaats van hun bestemming te brengen. Als de wind uitviel, kon een stoommachine van twee honderd paardekrachten worden inge schakeld om het «chip op snelheid te houden, en aan de luxueuze inrichting viel af te leiden, dat bij de bouw kosten noch moeiten waren gespaard. De re clamekreet van de „Royal Charter" luidde „Liverpool-Melbourne binnen zes tig dagen!" De reis de naar de ondergang zou leiden begon in Melbourne, tegen eind augustus, en ging gepaard met grote opwinding vanwege de grote partij te verschepen goud. Overal aan dek ston den politieagenten, die een wakend oog je moesten houden op het inladen van de verzegelde houten kisten met goud, bestemd voor de Bank van Engeland. Op de afrekening stond een bedrag van 3.224.400.- vermeld. Maar er was nóg meer goud dat blonk, want velen van de vierhonderd passagiers hadden uit de goudmijnen hun eigen klein fortuintje meegebracht. De reis naar huis ging no-stop via de Kaap naar Queenstown in Zuid-Ier- land, waar 13 reizigers aan land gezet zouden worden. Het duurde 58 eentoni ge dagen voordat de „Royal Charter" deze plaats bereikte. Drie uur later ver trok het schip weer richting Liverpool met niet meer dan 24 uur nog voor de boeg. Het rekord van 60 dagen zou wel licht dus gebroken kunnen worden. Maar de lucht kreeg langzaam maar zeker een vreemde gloed en cr viel een onnatuurlijke vochtigheid in de at mosfeer te constateren. Argwanend bekeek kapitein Thomas Taylor de he mel die niet veel goeds scheen te voorspellen. Met ingehaalde zeilen en een machinale snelheid van vijf kno pen voer de „Royal Charter" langs de kust ter hoogte van het plaatsje Anglesey en kwam vervolgens in de wijde bocht van de Liverpool-baai terecht. En hier was het, dat de fa tale orkaan met een snelheid van 160 km per uur losbarstte en van de zee een kokende, kolkende massa maakte met huizenhoge golven. Alsof het enor me voorhamers waren, zó beukten de golven tegen de ijzeren boeg van de „Charter". Van de ene minuut op de andere was de gezapige zeereis veran derd in een wanhopige strijd om zelf behoud. Maar er was een nog groter gevaar dan de golven: de gierende wind kwam uit noord-westelijke richting en versterk te de getij beweging. Dit betekende voor het schip een hardhandige, ongewilde voortstuwing in de richting van de kust. bij Anglesey. De „Charter" stevende als een op hol geslagen paard op de kust lijn af. zijn armen hangen om te weten hoe groot het gevaar was. „Er is geen reden voor paniek, we liggen op een zandbank. Wan neer het getij wisselt kunt u allemaal aan land gaan" zo kalmeerde hij de ge moederen enigszins. Het vertrouwen dat de kapitein in de situatie had. stelde iedereen weer een beetje gerust. Wat de schipper echter niet wist was. dat zich vlakbij venijnig- scherpe rotsranden bevonden en dat het inplaats van eb vloed aan het worden was. Loodgrijs kwam eindelijk de dage raad opzetten. Iedereen was verbaasd en blij bij het zien van het zo nabije „beloofde land". De redding was nabij Op het hevig schommelende schip maakte zeeman Joseph Rodgers zich klaar om met een touw om zijn middel door de kolkende zee aan land te komen. Meer dobberend dan zwemmend, bereik te Rodgers na een moedig en eenzaam gevecht tegen het wild schuimende zee water, de kust. Nauwelijks was hij aan land. bebloed als door een scheermes bewerkt, als ge volg van de rotsranden of er voer op nieuw een reuze schok door het schip. De zee nam de „Royal Charter" als een speelgoedbootje op én kwakte het tegen de gekartelde rotsen, het plaatwerk tot schroot in elkaar stampend. Een enor me watermassa spoelde over de salon waar de meeste passagiers nog steeds in spanning het einde van kun gevan genschap afwachtten. Deze kwam op een radicale manier. Onder angstaanja gend gekreun gad de „Royal Charter" de strijd op. Het achterdeel brak af en even later kwamen passagiers en be. manning allen in het kolkende water terecht. Velen van hen verdwenen in de diepte door het goud, dat zij in hun zak ken hadden of in ceintuurs om hun mid del droegen. Nog geen kwart kilometer van het vasteland verwijderd stierven 450 mensen. Slechts 22 opvarenden over leefden dit barre avontuur, allen man nen. Géén van de vrouwen en kinderen konden het later navertellen. Het was voor de 28 redders een bijna onmenselijke taak om in de inham bij rEN zal zich herinneren hoe een „Onbekend Mans portret" van Frans Hals verleden jaar grote deining in de internationale kunstwereld veroorzaakte. De familie Hoti- nov uit Naarden kocht het ver vuilde werk voor f 35 op een veiling in Arnhem. Na restaura tie kwamen vele deskundigen tot de conclusie, dat het hier om een echte Frans Hals ging. Op 26 november zal dit portret in Lon den geveild worden en er wordt op een opbrengst van 1 miljoen gerekend. Zó gaat het maar al te dik wijls met oude meesters. Hun oeuvre is een speelbal van de conjunctuur, inzet voor een grandioze toto, De rijke man, die een vermogen aan het bezit van een „meester" besteedde, hoort op een slechte dag „rien ne va plus" en stapt naar een veiling houder. Daar loert een andere rijke man op dat schilderij, hij wil niet dat het in een museum bevroren wordt en biedt meer dan de hoogste geldende waarde. Zo hebben talrijke „oude mees ters" vele wereldreizen gemaakt, terwijl zij zelf de dubbeltjes moesten omkeren om in het le ven te blijven. Frans Hals stierf in kommervolle omstandigheden. Als ik voor zijn schuttersstuk ken sta en dat heeft zich honderden keren herhaald besef ik hoe intens gelukkig de ze man door zijn werk geweest moet zijn. Maar bij beschouwing van een foto van zijn zelf-por- tret het origineel is in India napolis te zien leest men een zekere weemoed in de ogen, misschien om de mensen, die zijn genie niet waardeerden en de duiten zeer spaarzaam voor zijn portretten wilden afstaan. In deze tijd zweeft een zekere romantiek om de kunstmarkten, die in steeds meer steden 's zo mers gehouden worden. Daar trachten hedendaagse schilders hun werken tegen populaire prijzen aan de man te brengen. Marktkramen zijn opgesteld, de kunstenaar, al of niet met baard, conventioneel of ongewoon ge kleed, trekt aan zijn pijp of si garet en wacht af. Hij is geen standwerker, hij gaat niet op een kist staan om zijn waar aan te prijzen, zichzelf te roemen, een maal andermaal te spelen. De kijkers moeten zelf maar uit maken of zijn oeuvre veel, wei nig of niets waard is. Voor een gesprek staat hij open, maar praten is niet zijn sterkste zijde, hij schildert of tekent liever. Hij houdt veel van zijn werken, staat ze soms node af ,moet ver kopen om te kunnen leven. Hij laat voor een bijna weglopende koper een tientje schieten, want wie bepaalt eigenlijk de door hem zelf uitgedachte waarde? De tijden van vroeger komen niet meer, denken we, als we lezen over Picasso, Zadkine of Karei Appel. Was Vincent van Gogh de laatste schilder over wiens leven geschreven kan worden als over dat van Frans Hals? De schilder achter het stalle tje op een der kunstmarkten gaat de volgende dag weer schil deren. Zijn naam komt alleen in een plaatselijk blad voor. Maar toch PHILIP LANGERAK Anglesey te zoeken naar de lichamen van de talloze slachtoffers. Overal dre ven kisten met goubaren in zee, grote goudklompen zalen zelfs vastgekleefd aan de rotsen. Maar op dat ogenlbik kon en mocht er aan dit edelmetaal niet Schipper Taylor beval de ankers uit te gooien. Het was beter stil tc gaan liggen en het einde van de storm rus tig af te wachten. Taylor's vertrouwen begon weer groter te worden toen bleek dat de ankerkettingen het hielden. Plot. seling echter gebeurde er iets vreselijks de bakboordankerketting brak af als een draadje katoen. De trek die het stuur boordanker nu te verwerken kreeg was teveel, ook deze ketting knapte af. Over geleverd aan zee en doldrieste wind was het schat-schip gedoemd om met zich te laten sollen. Afgevuurde geweerschn ten en lichtsignalen mochten in de ink - zwarte nacht niet baten. Om half vier 's nachts ging er een hevige schok door de „Royal Charter' Onder oorverdovend gekraak draaide het vaartuig een slag om. kantelde wee: terug en belandde vervolgens op een zandbank. Kapitein Taylor klauterde naar beneden, naar de salon, waar de doodsbleke passagiers waren samenge- groept. Gillende vrouwen kwamen aan gedacht worden, de mens was van veel grotere waarde. Een ijzeren plaat die naderhand op het strand werd ge vonden en afkomstig bleek van het rampschip, leek wel bewerkt door een goudsmid; de kracht van de zee had tal loze munten ingelegd en grote stukken goud waren diep in het ijzer gedrongen. In verhouding werd later slechts een armzalig beetje van de goudlading te ruggevonden. Hoeveel precies ls achter gebleven kan niemand met zekerheid zeggen; sommigen beweren dat het om een bedrag van 500.000, gaat, ande ren houden het er op dat het goud min stens een waarde van 2.000.000,- ver tegenwoordigt. In ieder geval een niet te versmaden som voor een eerlijke vin der! In Anglesey staat als herinnering aan het drama een gedenksteen, en ach ter het kleine kerkje van Llanallgo lig gen 250 slachtoffers begraven. De legende van de verloren gegane schat trekt nog altijd veel avonturiers naar het kleine Engelse plaatsje. Kik vorsmannen hebben al menig keer tje hun geluk beproefd, maar zonder re sultaat. Een onderwaterzwemclub uit Mansfield hernieuwt jaarlijks zijn po ging om de geheimzinnige zaak op te lossen. De leden binden hun boot vast aan een ijzeren ring. die in 1859 in een van de rótsen gedreven is; men hoopt op een goede dag de „Royal Charter" te kunnen bergen. Steeds twee man tege lijk gaan zij, hand in hand. naar de duis tere, verraderlijks diepten. Daar in die stille, vreemde wereii, waar hondshaai en en kronkelende pa'ingen rorul de kantige rotsen zwemmen, wroeten de speurders in het zand, sj sterrntisch het gebied afwerkend, waar volgens een ou de plattegrond de wrakstukken van de Charter" moeten liggen. Omdat even wel nog niemand geluk heeft gehad denkt men er over de hulp van de wetenschap in te roepen. Een club, geïnteresseerd op het gebied van electronica, is mo menteel bezig met de bouw van een me- talen onderzeedetsetor die zelfs voor- werpen die 30 cm onder het zand be dolven liggen kan registreren. Eén van de kikvorsmannen. Laurie Selfe, in het dagelijks leven kruidenier van beroep, is een geboren optimist en zegt: „eens zal iemand hier het goud vinden. Mis schien wel wijzelf. De afgebroken kiel van het schip is door onze groep in ie der geval al gevonden. De rotsen on der water zijn verschrikkelijk. Zij mon den uit in zee met scherpe uitlopers. Pas wanneer je onder de waterspie gel komt, besef je noe deze ramp heeft kunnen gebeuren Wanneer de „Royal Charter" een heel klein beetje gel uk was gegund, zou de catastrofe in het geheel niet gebeurd zijn. Immers, enkele meters er vandaan was een prachtige zandbank, en wan neer het hevig schommelende, zwaaien de vaartuig iets meer in die richting was geduwd, had men op deze veilige plaats kunnen wachten tot het noodweer voorbij was. De passagiers waren dan in je gelegenheid geweest bij laag wa ter aan land te stappen. Maar het lot heeft anders gewild

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1965 | | pagina 21