Bescheiden greep „Klagen mag je niet" s Japanse koffermoord Moord op Berkeley Mysterie prof. Follis Doorgaan met gerstebrood Spaanse is jarig in Nederland Kruidenier met Stradivarius Pensioen bevalt heel goed Eerste wedstrijd, negen doelpunten F. BURGERING: Bezwaarschriften in Tres-affaire Na de klap nog pillen slikken AMSTERDAMSE POLITIE MET DE HANDEN IN HET HAAR Poolse moet in Beverwijk wennen E A. de Jong: T. Van Leeuwen: Joanna Gonzalez: Mr. H. R. de Zaaijer: Bob Kemper: Student gestikt L. Bisterbosch: Grietje Grapendaal: NIEUWE DAG VRI3DAG 31 DECEMBER 1965 PAGINA BOB KEMPEK negen maal vissen mm KRUIDENIER DE JONG met zijn Stradivarius JOANNA GONZALEZ jarig in Nederland Twee afschuwelijke moordzaken een een mysterieuze vermis sing hebben het Amsterdamse politiekorps in de laatste helft van het afgelopen jaar voor grote raadsels gezet. In geen var deze zaken is de laatste maanden enig licht gekomen en dat ligt de Amsterdamse rechercheurs zwaar op de maag. - KAMEDA Brussel vermoord CLAUDE BERKELEY in dekzeil Prof. RICHARD FOLLIS spoorloos verdwenen DUIZENDEN mensen begonnen eind januari begin februari plotseling gerstebrood te eten, nadat in kranten gestaan had dat het zo lekker was, en zo gezond. Bakker Teun van Leeuwen uit Aar- landerveen, in één klap de beroemd- site bakker van het land, zegt nu: „Ik bak er weer even veel als vóór de rage, een vijftig broden per dag. In die tijd had ik wel dagen dat er hon derd verkocht werden in de winkel, meestal aan voorbijgaande klanten." De publiciteit rondom de bakker was vrij snel voorbij, maar de heer Van Leeuwen was daar alleen maar blij om. „Er zijn persmensen", zegt hij wraakbelust, „die ik met een zak meel de winkel uit sla als ze hel wa gen binnen te komen". De hogere gerstebroodproduktie viel tegen augustus weer terug op het oude peil. De heer Van Leeuwen vindt dat niet erg, opgewekt als altijd rijdt hij de bakkerswagen door het rustige Aar- landerveen. De N.V. M. van Linschoten, broodfa briek in Rotterdam, die slagvaardig ook gerstaal op de markt bracht, voorziet nog steeds heel wat mensen van dit brood. „Niet meer zoveel als in de top tijd meer dan tienduizend broden per dag maar toch wel een duizend of vijf. Het wordt langzaam maar zeker weer hoger", aldus de heer Van kin schoten. Gerstebrood schijnt vooral mensen die tobben met hun spijsvertering goed te bevallen. Joanna Gonzalez is (18 december) in Nederland één jaar geworden en daar had niemand in het begin van dit jaar op gerekend „Op 5 februari moeten Maria Gonzalez en haar dochtertje het land uit zijn", zei de minister in januari. Veel geschrijf in bijna alle kranten. Op 12 januari kon Maria van vreugde huilen, ze kreeg toch een werkvergunning. Ze werkt nog steeds in het American hotel in Amsterdam, waarvan de lei ding zich indertijd zeer voor haar heeft MENSEN IN HET NIEUWS Het leven als gepensioneerde (sinds 1 juli) bevalt oud-procureur - generaal mr. H. R. de Zaaijer heel goed, maar er is één ding waar hij zich slechts met grote moeite bij kan neerleggen: dat hij in één klap in alles opzij is gezet. „Het gaat me aan het hart aat ik me niet kan bezig houden met bijvoorbeeld de veilig heidsmaatregelen rond het huwelijk van prinses Beatrix, of met de moor den die de laatste maanden zijn ge pleegd", zegt hij. „Ik zou me daar zo verschrikkelijk graag mee bemoeid hebben." De laatste grote zaak die de heer De Zaaijer in zijn bijna twintig jaar lange loopbaan als P.G behandelde was de „roetkap-affaire" van het Utrechtse studentengezelschap Tres Faciunt Collegium. Deze niet door hem afgemaakte zaak sloot de periode af die hij zelf de interessantste uit zijn carrière vindt: de laatste vier jaar in Amsterdam, waarin hij onder meer te maken kreeg met het REM-eiland, de Baarnse moord en de klap van de Russische ambassadeur op Schiphol. Met heimwee kijkt hij naar die tijd terug, zijn meeleven blijkt uit zijn leeshonger: vijf dagbladen en drie weekbladen en talloze andere publi caties. „Aan de andere kant bevalt het me heel goed", zegt hij. „Ik ben nu eigen baas, ik kan beginnen wanneer ik wil, een week verdwijnen als ik er zin in heb. Vroeger is het wel gebeurd dat ik, terwijl ik in Zwitserland zat, hiervan daan werd gebeld. Dat is nu gelukkig voorbij". „Een van de opvallendste dingen is, dat je plotseling je service kwijt bent. Ik heb geen secretaresse, geen auto met chauffeur. Als ik nu een boodschap moet doen sta ik bij de tramhalte, met mijn parapluie. Als ik naar Utrecht moet is dat een hele expeditie. Elke dag komt er een stapel post. die ik zelf afwerk". De service mag mr. De Zaaijer kwijt zijn, werk heeft hij nog genoeg. „Offi cieel heb ik nog vijf functies". Hij somt op: „Voorzitter van de commissie van advies voor de dienst van de be lastingen, voorzitter van de spoorweg ongevallenraad, voorzittei van de com missie binnenvaartrampenwet, raads heer-plaatsvervanger in het gerechts hof en lid van het ambtenarengerecht. De twee eerste functies heb ik al ja ren, de andere zijn var recente da tum". Hoe lang stelt hij zich voor deze taken te vervullen? „In het algemeen mag je dit tot je zeventigste jaar doen. Maar de vorige voorzittei van de bin nenvaartrampenwet hield met zijn 82e op. Ik ben niet van plan zo lang te blijven zitten". DE record-score van het betaalde voetbal in het lopende seizoen is nog steeds de 91 nederlaag van Volendam tegen Sittardia, de eer ste de beste wedstrijd, op 22 augustus Negen maal moest de debuterende kee per Bob Kemper (uit Edam) de bal ui» het net halen. Bob Kemper zegt: „Dat was wat, niet? Dan moet je zo uit het derde elftal gehaald worden om in het topteam onder de lat te gaan staan. Ervaring had ik voor geen vijf centen, en uitgerekend ging het meteen tegen Sittardia. Wat had ik een prettig gevoel in mijn lijf, toen wij de eerste goal maakten. Maar toen begon het. Van alle kanten kwamen de schoten op me aan. Onhoudbare ballen zorgden al voor een fikse achterstand, en daar kwamen van de zenuwen nog enige blunders bij, en het eindresultaat was een 9—1 nederlaag. „Ze hebben er mij bij „Volendam' echt niet volledig de schuld van ge geven, en ze hebben zelfs niet gelegd „verrekte Edammer". Maar ik was wel een poosje „van de kaart" Toen is trainer Dellow met me gaan praten, en het kwam weer voor elkaar. Ik sta nu beurtelings met Jan Kwak man óf onder de lat bij het trweede, óf als reserve voor het eerste. Het gaat best zo. In 12 wedstrijden kregen we negen doelpunte- tegen, en in de laat ste zeven ontmoetingen zelfs geen en kel tegenpunt. Dat is toch niet gek, hè?' GROTE verhalen en kleine berichten, de krant signa leerde alles weer trouw in 1965. Het belangrijke, grote nieuws uit binnen- en buiten land, maar ook de kleine dingen, soms zo futiel lijkend naast Viet nam, geboorteregeling of Bea trix.. U vindt op deze pagina een terugblik n li van mensen die toén in het nieuws waren, een bescheiden greep uit een jaar leven in Nederland, vreugde, ver driet, spanning, angst, vrolijkheid. Weet u nog? poedig zal, naar wordt verwacht, de zogenaamde „Tres-affaire" in een nieuw stadium komen door een uitspraak van de rechtbank in Utrecht. Beslist zal worden welke leden van het Utrechtse studentenge- zeschap „Tres Facint Collegium" zullen terecht staan wegens mishandeling van de jonge riudent in de rechten jhr D. L. L. Rutgers van Rozenburg. 10 april 1965. Op die datum werd met nog twee andere adellijke studenten jhr. Rutgers van Rozenburg geïnstalleerd als lid van het exclusieve studentengezelschap. In het kader van de installatie-ceremonie moesten zij rijden in een Jan Plezier Op hun hoofd was een linnen kap ge zet, met een soort slurf eraan. In die sluf werd roet gegooid, dat als men in de slurf kneep, in het ge zicht spoot. Toen het rijtuigje stopte en de drie studenten moesten afstappen, bleef de twintigjarige Rutgers van Ro zenburg liggen. Hij bleek te zijn over leden, gestikt. Na de voltooiing van het gerechte lijk vooronderzoek kregen twaalf Tres leden te horen dat zij zouden worden vervolgd. Allen dienden hiertegen een bezwaarschrift in. Zij zijn reeds met hun verdedigers door de rechtbank gehoord. Na de uitspraak die moet bepalen of zij zullen worden gedag vaard. kunnen zij nog in beroep gaan, evenals trouwens de officier van justitie. De behandeling van de zaak, die zo spoedig mogelijk zal beginnen zal waarschijnlijk meerdere dagen in be slag nemen. In de nacht van 13 oktober sliep het echtpaar F. Burgering met Freddie van 2'/s en René van 3 maanden op de binnenplaats van het Amsterdamse stadhuis. Ze waren uit het huis Linnaeusstraat 102 getrok ken, waar ze met hun vieren éen ka mer van drie bij vier meter deelden Nu heeft het jonge gezin in de Brede- rodestraat twee kamers met daartus senin een naamloos vertrekje een gang, een keuken, een w.c. en een heel klein kamertje waar met veel moeite de kindertjes te slapen kunnen worden gelegd. „Klagen mag je met zegt vrachtwagenschauffeur Burge ring (24), „maar veel soeps is het niet". De hoofdbewoonster van hun vroe gere huis overleed en de gemeente bood de inwoners (het echtpaar Burgering en het echtpaar Pront) aan om er te blijven wonen, hoewel ze daar geen aanspraak op konden ma ken. De families weigerden onder het motto: als we hier blijven krijgen we nooit een nieuwe woning. En verlie ten het huis. Deze mensen hadden een inwoon- vergunning, hadden recht op een wo ning en daarom niet vanwege hun noodsprongovemacliting op de binnen plaats kon de gemeente helpen. „Negen dagen hebben we in hotel Elim gezeten", zegt de heer Burge ring," maar dat was niks. We heb ben er nog ruzie gehad over het eten ook. Toen kregen we dit aangeboden Ik had weinig keus, maar anders had ik het absoluut niet genomen. Het is helemaal uitgeleefd Nergens is een stopcontact, ik heb alleen »r- de woon kamer electriciteit, omdat de gemeen te een noodleiding heeft gelegd. We moeten met de baby (ligt in de kin derwagen vóór het grootbeeld t.v ap paraat) 's avonds over de gang omdat we de muur tussen onze slaap kamer en dat kleine hok niet mogen doorbreken. Freddie slaapt b;j ons." Hij is al begonnen met de restaura tie van zijn kamers. Grote zwarte platen zijn van de schoorsteen gesloopt en leggen een smoezelig witte vlakte bloot. Behangen is er in geen jaren, noch gewit Hij kan nog weken vooruit als hij het netjes wil hebben. „Ik be taal de huur over december niet voor verschillende dingen, zoals de elec triciteit, in orde zijn. We moesten voor de twee dagen "an oktober dat we hier gewoond hebben de volle mep huur betalen, 75.80 gulden Burgering heeft een tijd in Austra lië gewoond, als emigrant. Dat was een grandiose sof. Hoewel hij alle.1- aanpakte, van goudmijn tot boerderij, slaagde hij er niet in behoorlijk te verdienen. H\j trouwde er zijn vrouw en kwam naar Nederland." Daar zijn hulzen genoeg, maar geen werk", zegt hij en hartgrondig: „Ik ga voor geen prijs terug". Links op het hoofd heeft de beken de Amsterdamse antiquair Leo Bisterbosch (71) uit de St. Lu- ciënsteeg een centimeter diepe deuk in het schedeldak, onaangenaam souvenir aan een roofoverval, waar hij op 29 januari van dit jaar slacht offer van was. De Italiaan die hem neersloeg zit een gevangenisstraf van 2% jaar uit De heer Bisterbosch zegt „Ik heb die jongen vergeven, maar ik vind het wel een beetje bedroevend dat ik nooit iets van hem gehoord heb Op die 29e januari zat hij een brie» te schrijven, laat in de middag, toer hjj plotseling een harde klap op zi.T" hoofd kreeg. ,.Ik gleed van mijn stoei af en iemand stortte zich bovenop me Ik kende die kerel niet. Hij bleet maar slaan en ik dacht: „Ja, ik ga naar Onze Lieve Heer toe dat word' niks meer Het liep anders al rerwfji hij bloc dend op de grond lag. worstelen- met zijn overvaller, kwam de schoon zoon van de heer Bisterbosch de win kei binnen. De Italiaan vluchtte en stak zich buiten op straat zijn stilettc in de borst Later lag hjj in hetzelfdr ziekenhuis als zijn slachtoffer. Nu voelt de heer Bisterbosch zich weei aardig goed „Ik heb die deuk in mijn harde Gelderse kop, en ik moet nor pillen slikken, maar het gaat toch wel. Ik werk rustig In mijn zaak. <V heb een hemel op aarde Op de rechtszitting zag nij zijn ove: vatler weer. „Wat ik erg vind", zeg hjj nu, „is dat die jongen niets hee! laten horen. Volgens de tolk zei hi tijdens de zitting dat hij berouw har en dat hij het goed zou maken. Dat berouw is flauwekul geweest Als hr echt spijt zou hebben, zou hij toch zeker een briefje hebben kunnen schrh ven. Maar nee hoor, niks, van hem niet en ook niet van ziin moeder en zijn zuster in Italië.' Kruidenier A. T. de Jong uit Pijh acker is nog steeds in het ge lukkige bezit van de viool, die hij op 22 juni aan nefnebbers te koop bood voor 55.000 gulden De viool, aan de binnenkant gesierc mei etiket Stradivarius, was overigens meer een lokkertje in eer, reclamecampagne dan koopobject voor serieuze gegadigden „Het was een sermismopje een ver- xoopstuntie' zegt de heer De Jong. Ik was aan die viool olijven kleven bij een verkoping hier in het dorp. Ik deed eer> bod vaD een cwartje en latei bood ik eenvijfentwintig en daarmee bleef ik er aan hangen. LU zag dat er de naam Stradivarius u, stond Ik ge loofde niet helemaal lar de echtheid maar ik gebruikte de aaam voor mijn reclamestunt. Maar" - tij zeg" het me» nog steeds grote verbazing m zijn stem „de nele zaak iiep uit de nand He» was een zuivel plaatselijk grapje en de grote pers sp-onq er op.' Er is geen enkele serieuze Sandidaa» wezen kijken naai het urstument „Ei kwamen wel een stuk ol zes andere mensen, die ook een Stradivarius had den. Die vroegen wat ze ei met moes fen doen Ik heb ze aangeraden het zelfde te doen als ik aan een exper .nen „Ik oen naai Max Mullei in Am 'erdam gegaan (vioolbouwer exper ude en nieuwe meester nstrumenten naar hij was niet thuis' Da was een veek of twaail geledei Sindsdien neeft de heer De Jong geen tijd meer gehad Hij heeft een nieuwe zaak ge opend een supermarkt, en die heeft de viool op de achtergrond geschoven Ook letterlijk' m zijn vroegere bedrijf tiing de viool duidelijk zichtbaar in de winkelruimte, nu ligt ze in het maga zijn. De heer A T de Jong speelt er nooit op TWEE MOORDZAKEN EN EEN VERMISSING ingespannen, en ook nu nog inspant. De verjaardag van de kleine Joanna (18 december) was een feestdag voor het hele hotel. Op de kamer van moe der Maria, ziek te bed met griep, stond een fraai hobbelpaard als cadeau van peter Ui. van Egersohot. de directeur, en meter mej. Th. Engel, de assis tente van de directie, te wachten. Zus ter Leonardi van het kindertehuis St. Anna in Halfweg bracht het meisje 's ochtends vroeg en het was een heer lijke ochtend totdat Joanna „adios" zei. Mej. Engel, die met meer moeder lijke dan meterlijke trots een plakboek laat zien vol krantenknipsels en foto's uit het korte leven van de kleine meid, zegt: „We hebben wel een paar keer getobd dit jaar. Joanna is tweemaal in het ziekenhuis geweest, en de moeder ook een maand Toen heb ik voor het meisje gezorgd. Sinds augustus is ze in de crèche in Halfweg. Twee dagen per week is ze hier. dat zijn feest- dagen" „Maria heeft nu een werkvergunning tot september 1966. Ze van kamer- werkmeisje opgeklommen tot kamer- meisje. Het bevalt haar goed in Ne derland, maar ze heeft wel wat heim wee. Ze zou graag naai Spanje gaan met vakantie, waar haar andere doch tertje Marisol (8) woont' Marisol heeft een cadeautje voor Joanna's verjaardag gestuurd. ZN een leuke Beverwijkse woning vierde Grietje Widurski-Grapen- daal met haar man en haar zeven kinderen vorige week voor het eerst sinds vele jaren Kerstfeest op Nederlandse bodem. Vorig jaar zong haar gezin ook Nederlandse kerstlied jes, maar het stalletje stond in het Poolse plaatsje Bruskowa. De zeven tigjarige vader van de verloren ge waande Grietje was er bij, gelukkig om de hereniging. Sinds Goede Vrijdag is het gezin Widurski in Nederland en ze wennen al aardig. De Poolse vader en kinde ren spreken al behoorlijk hun nieuwe taal, de kinderen gaan op school, va der Widurski werkt met plezier bij Hoogovens. Herdershond Mischka, dankzij gel den van dierenliefhebbers ook hier heen gekomen, stoeit op tin Pools met de kleintjes, die telkens nog nieuwe dingen ontdekken van het land dat hun de armoede van Polen doet ver geten. Vannacht om twaalf uur horen de Widurski's in gedachten weer de kerk klokken van Bruskowa, die vorig jaar hun nieuwe leven inluidden. In sommige berichten is Amsterdam plotseling naar voren gekomen ah een stad waar het onveiliger wordt en waar steeds meer misdaden worden gepleegd. Dit wordt terecht ontkend door de Amsterdamse politie die de opeenvolging van deze drie grote zaken in zo korte tijd een samenloop van omstandigheden noemt. In alle drie de zaken wordt nu aan het einde van dit jaar nog altijd speurwerk verricht al hebben sommige berichten de af gelopen weken anders doen geloven. .v, Hoofdinspecteur J. Vrijburg van het politiebureau Leidseplein, die eind au gustus werd belast met het onderzoek in de afschuwelijke koffermoordzaak zegt: „De processen-verbaal liggen al bij de officier van Justitie. In feite kun nen wij hier in Amsterdam niets meer doen, maar toch ben ik zelf nog altijd in gedachten met deze zaak bezig. Vooral aan het eind van het jaar. Je gaat bij jezelf alles nog eens na. In Brussel moeten volgens mij nog altijd rechercheurs met het onderzoek bezig zijn. Wij horen daar weinig van. Soms krijg ik iets via de Nederlandse am bassade in Brussel te horen, dat is een merkwaardige gang van zaken. Men is geloof ik een beetje boos op artikelen die hier in de kranten ver schenen zijn en waarin de Brusselse politie nalatigheid en slordigheid in deze zaak wordt verweten." Bij het onderzoek naar de dader van de moord op de Japanner Kame- da is komen vast te staan, dat de Brus selse politie niet al te voortvarend te werk is gegaan. Men heeft van het begin af aan elke mogelijkheid weg gewuifd dat deze moord in de Belgi sche hoofdstad zou kunnen zijn ge pleegd. Hoofdinspecteur Vrijburg is daar vier maanden nadat in de Am sterdamse Jacob van Lennepkade een koffer met de romp van de Japanse textielvertegenwoordiger Kameda werd gevonden, vrijwel zeker van. „Kameda moet in Brussel zijn ver moord," zegt hij, „en zijn lichaam is hier in het water gegooid." Uitgaan de van deze veronderstelling is ook de heer Vrijburg niet zo te spreken over het Brusselse politie-onderzoek al is hij natuurlijk voorzichtig in zijn uitlatingen over collega's. „In Am sterdam hebben wij al het mogelijke gedaan," zegt hij. „maar in Brussel is men veel te laat op gang gekomen. Pas toen de officier van Justitie, dr. Hartsuiker, persoonlijk naar Brussel was geweest om met de procureur des Konings te praten kregen wij de cor respondentie van de vermoorde, de kleding van zijn vriend en collega Ukagaki en etensresten uit zijn flat. Toen was de zaak al vele weken oud." Men kan moeilijk beweren dat deze zaak zou zijn opgelost als de Brusselse politie vanaf het eerste moment kor dater zou zijn opgetreden, maar wel staat vast dat het verhoor van de Japanse kolonie in Brussel waarvan Kameda deel uitmaakte zeer veel te wensen heeft overgelaten. En de hoofdinspecteur Vrijburg is ervan overtuigd dat een Japanner bij deze koffermoord betrokken moet zijn ge weest Een naam valt moeilijk te noemen. Wel vindt hij het voor het verdere onderzoek in deze zaak zeer onbevredigend dat de man met wie Kameda het meeste omging, de Ja panner Okagaki zich in zijn knalrode NSU-sport tegen een Brussels viaduct met een snelheid van ver over de honderd kilometer te pletter reed vlak voor de politie hem een verhoor wilde afnemen. „Kameda kon haast alleen om geld vermoord zijn," mij mert de heer Vrijburg, „en Okagaki zat in schulden. Die dronk en gokte veel, wat overigens niet met elkaar in verband hoeft te staan." en tweede moordzaak, waarin ook een buitenlander is betrokken, komt aan het licht als het on derzoek in de koffermoordzaak nog volop bezig is. Op 28 september omstreeks het middaguur wordt het lichaam van de dertig-jarige Britse filmregisseur Claude Berkeley, gewik keld in een dichtgenaaid en met ste nen verzwaard bruin dekzeil uit het Amsterdam-Rijnkanaal opgevist. Zijn schedel is met een hard voorwerp in geslagen. Berkeley woonde al geruime tijd in Amsterdam. Negen dagen werd hij vermist toen Rijkspolitiemannen zijn lichaam vanuit een bootje in het water zagen drijven. Een dag ru. de lugubere vondst verricht de politie al een arrestatie. De 45-jarige filmpro- ducent P. W. A. de M. wordt na een urenlang verhoor vastgehouden. Met hem had Berkeley een afspraak op de avond dal hij spoorloos verdween. De NL. houdt vol dat Berkeley niet is ko men opdagen. Nog dezelfde dag wordt hij vrijgelaten. De politie kan mets tegen hem aanvoeren. De stenen waarmee het zeildoek was verzwaara blijken niet afkomstig van een hoop stenen bij liet huis van de filmprodu cent. De NL. keert doodmoe naar huis terug. Tegenover verslaggevers zegi hij: „lk ben een gebroken man". Hei voorbarige bericht voer de arrestatu heeft zijn naam geen goed gedaan. Na twee dagen is het onderzoek li de zaak Berkeley al vastgelopen Hoofdinspecteur A. M. Kuppejan van het politiebureau J. D. Meijerplein, in eerste instantie belast met het onder zoek, zegt het teleurgesteld nr vele uren overwerk. Er zijn maai weinig aanknopingspunten. De politie siaagi er de weken daarop in de taürikan. van het dekzeil op te sporen, maai die blijkt het zeil al zo'n jaar of tien geleden verkocht te hebben. Aan wie is in de verste verte niet meer na te gaan. Het zeil wordt voor zoveel doel einden gebruikt. Rechercheurs speu ren op aanwijzing van Publieke Wei ken in alle mogelijke hoeken van de nooidstad naar straatstenen die over eenkomst vertonen met de straatste nen die Berkeley naar de bodem van het Amsterdam-Rijnkanaal moesten laten zakken. Een vrij hopeloos werk. Er worden over de honderd tips nagetrokken. Er volgt een buurton derzoek in Weesperkarspel, Loener- sloot, Nigtevecht en een paar wijken van Amsterdam. Zonder reoulteat. Verschillende bezitters van woonar ken worden gehoord, omdat de politie ervan uitgaat, dat Berkeley binnens- huis en vermoedelijk zelfs op een woonark moet zijn vermoord. Geen resultaat. „Het is een afschuwelijke zaak" zegt "en hoofdinspecteur van politie, „alleen een goeie tip zou ons nog kunnen redden." Steeds sterker wordt ook in politie kringen op den duur het vermoeden dat Berkeley het slachtoffer is ge worden van zijn homose::ualiteit. Hij had zeer veel vrienden. Met sommi gen onderhield hij minder normale betrekkingen. Soms waren die „vriend schappen" van korte duur. Eenmaal was Berkeley al met de hoofdstede lijke zedenpolitie in aanraking ge weest voor het plegen van ontucht met twee minderjarige Italiaanse jon gens die hier op vakantie waren. Berkeley sprak zelf weinig over zijn privé-leven. Zijn moordenaar kan een homofiel zijn geweest, het kan ook een mannelijke prostituee zijn geweest die uit was op beroving Het blijven gis singen. Nog is hoofdinspecteur J. C de Rhoodes van de Amsterdamse ze denpolitie in deze zaak bezig met het natrekken van tips. Er is echter wei nig hoop op een oplossing. In het politiearchief liggen bij de processen-verbaal een paar films die bij de begrafenis van Berkeley wer den opgenomen op de Portugees Is raëlitische begraafplaats in Ouder kerk aan de Amstel Allen die daar waren zijn op het celluloid vereeu wigd. Men heeft de films nog niet kunnen gebruiken. DE derde zaak, waarmee de hoofd stedelijke politie binnen korte tijd wordt geconfronteerd is de spoorloze verdwijning van de 56-jarige Amerikaanse medicus, ex pert op het gebied van de voedings leer, Richard Follis. In de stormach tigs macht (windkracht negen, Hen) van zaterdag 4 op zondag 5 december wordt de Amerikaanse professordie in zijn woonplaats Washington bekend staat als een zeer matig drinkende man door een paar late voorbijgan gers stomdronken aangetroffen op het Thorbeckeplei Het is nall vijf s morgens. Follis Kon volgens deze getuigen nauwelijks meer op zijn benen staan. Na dat tijd stip is hjj nergens meer gesignaleerd. Er kan zoveel gebeurd zbn, maar commissaris Landman van het po litiebureau Singel, een gehard en er varen politieman houdt hot op ver drinking. „Het was zeer slecht weer zegt hii „en de man kon nauwelijks meer lopen. Hij is in het water ge vallen en verdronken" Dreggen in de buurt van het Thorbeckeplein blijft echter zonder resultaat. En acht dagen na deze stormachtige nacht komt er nergens in Amsterdam een stoffelijk overschot boven vater. Volgens des kundigen duurt het doorgaans acht dagen voor een menselijk lichaam bo venkomt. Claude Berkeley werd negen dagen na zijn vermissing gevonden „Dit wil toch maar weinig zeggen' verklaart commissaris Landman, wam er zijn ook mensen geweest die pas n vier weken zijn bovengekomen." Rechercheurs van het bureau Singe zijn nog altijd bezig met het natrek ken van tips in deze nogal mysterieuze zaak. Even dacht men dat Follis ver zeild was geraakt in het homofiele milieu van Amsterdam, dat de laatste jaren sterk is uitgebreid en de Neder landse hoofdstad in verschillende lan den een zeer bepaalde naam heeft ge geven. Wanneer men echter drie no toire homosexuelen heeft weten op te sporen, die het laatste gezelschap van de vermiste medicus zouden zijn ge weest, moet men zijn mening na het verhoor herzien. Ook de zaak Follis vastgelopen, zolang zijn stoffelijk ove schot nergens wordt gevonden. Er ziji te weinig aanwijzingen om in deze zaak van een misdaad te spreken. De medicus ls alleen maar spoorloos ver dwenen. Wel zijn er bij het uitgebreide politie-onderzoek een paar merkwaar dige punten naar voren gekomen. Pro fessor Follis, verbonden aan het be roemde Walter Reed hospitaal, waar ondermeer Johnson werd verpleegd, staat in zijn land bekend als een eer zaam huisvader met vier dochters, die al zijn tijd aan de wetenschap gaf. Hij reisde veel. bezocht overal congressen. Onder meer maakte hij studiereizen naar Vietnam. Thailand, Burma, Li banon, Columbia, Jordanië. Uruguay en Bolivia. Hij schreef veel over de voe dingsleer. kortom Follis was een man die zich helemaal aan de wetenschap gaf. Waarom ging deze professor in Amsterdam zo aan de zwier, dat hij twee avonden achtereen stomdronken werd. Waarom papte hij in een nacht club aan met een 45-jarige gehuwde vrouw, die hij bloemen beloofde te stu ren en voor wie hij zaterdagmorgen zelfs op een ring uitging bij een juwe lier in de Heisteeg? Voor de vrienden van Follis in Amerika zijn dit onbe grijpelijke zaken. Vreemd is verder dat de medicus zaterdagsmorgens geen telefonisch con tact opnam met professor Querido in Leiden, zoals was afgesproken. Prol Follis staat bekend als een punctueel man, die altijd stipt zijn afspraken na komt. Hij had professor Querido op een congres in Mexico leren kennen. Toen hij begin december van dit jaar naar een congres over de voedingsleer in Teheran moest, besloot hij zijn Ne derlandse collega in Leiden op te zoe ken en een paar dagen in Nederland te blijven. Hij was nog nooit in Am sterdam geweest Hij maakte met pro fessor Querido een afspraak voor maan dagmorgen. Toen hij niet kwam opda gen alarmeerde de Leidse hoogleraar de Amerikaanse ambassade. Tegenover een verslaggever zei hij dat professor Follis volgens hem verbonden was aan de Amerikaanse geheime dienst. De US Air Police van Soesterberg ontkent dat. Tien dagen later circuleert in Am sterdam het gerucht dat de Amerikaan se geheime dienst de BVD in Neder land om een rapport inzake Follis heeft gevraagd. Amerikaanse verslaggevers bellen de CIA, maar deze Amerikaanse inlichtingendienst weigert in deze zaak commentaar. Personeel van hotel Schil ler op het Rembrandtplein, waar Fol lis logeerde, vragen zich nog af, waar om de medicus een paar uur voor zijn verdwijning zo schichtig en aficezig in de hal van het hotel heen en weer liep en een liftjongen zonder enige aanlei ding een fooi gaf. Het zijn intrigerende vragen die ook de politie parten spe len. De enige die een paar weken na de vermissing van de professor nog op timistisch was, was mevrouw Follis zelf. ,Mijn man leeft", zei ze tegenover verslaggevers. LOEK HIESELAAF

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1965 | | pagina 13