8
tret van keizer Frans Jozef, aquarellen van de bekende onderwijsinstel
lingen van Hongarije en van de beroemde gebouwen in Debrecen.
Hij bracht een studietijd in Rome door, tijdens welke hij in het Palazzo
Venezia woonde en werkte. Hij kwam er tijdelijk tot een romantische
schilderstijl in tempera-verf.
In het Hongaarse Nationale Museum (Magyar Nemzeti Galéria) te Boeda
pest bezit men ook verschillende werken van Mendlik.
Wij noemen: Een herfstavond bij Bornholm (1900), een herfstochtend aan
de Adriatische Zee (1906), November aan de Hollandse kust (1907), win-
terstemming op de Atlantische Oceaan (1912), storm op de Atlantische
Oceaan (1937), één van zijn grootste doeken, dat 205 x 120 cm. meet.
De voornaamste exposities van zijn werken in de Hongaarse hoofdstad
Boedapest waren:
najaar 1894 in het Huis der Kunstenaars, een schilderij van de kust bij
Lovrana; in de zomer van 1896 tijdens het Concours voor historische
schilderijen, waar hij een 2e prijs verwierf voor zijn "Verdediging der
vesting Erlau tegen de Turken"; in de winter van datzelfde jaar, tij
dens de tentoonstelling ter gelegenheid van het 1000-jarig bestaan
van Hongarije, waar hij de Georg Rath-prijs won met een landschap aan
zee, een groot schilderij. Een doek van eveneens aanzienlijke afmetin
gen, zijn eerste grote zeeschildering, was "De Vliegende Hollander",
waarmee hij in Denemarken was begonnen.
Hij zond het in op de voorjaarstentoonstelling in 1899, het werd aan
gekocht door het Nationale Museum. Later in Nederland zou hij ook nog
vele zeeschilderingen van groot formaat creëren. Eén ervan hangt, zo
als gezegd, in het gemeentehuis van Bloemendaal.
In 1901 bestond zijn inzending te Boedapest uit verschillende schilde
rijen - waarbij één werd onderscheiden -, o.a. "De laatste zonnestralerl'.
In 1902 volgde Berlijn (Kunsthandel Schulte) als tentoonstellings
plaats.
In 1909 exposeerde hij wederom in de Hongaarse hoofdstad, hetgeen hem
de Ie prijs opleverde op de tentoonstelling der Hongaarse aquarellis
ten en in de winter van dat jaar volgde de Gouden Staatsmedaille voor
zijn "Storm in de Golf van Biscaye".
In 1928 was er in Boedapest een gezamenlijke tentoonstelling van de
werken van Mendlik en zijn echtgenote.
STUDIEREIZEN, in chronologische volgorde maakte hij, o.a. naar:
Italië, Ragusa (Dalmatië), Florence (winter 1897), Oostzee (Rügen)
1898, Denemarken - Bornholm, Berlijn en Dresden, Capri, Rome (Palazzo
2
