ENDYMILON 12 Wijdeveld zelf heeft deze villa Endymion genoemd, getuige het feit, dat hij in de frontgevel die naam op een bronzenplaat heeft laten aanbrengen met er onder de be roemde regel uit het gelijknamige gedicht van Keats: "a thing of beauty is a joy for ever". Bouwen, heeft Wijdeveld daarmee willen zeggen is niet alleen een zaak van nuttigheid, wil het uitgroeien tot kunst, dan moet het tevens schoonheidsge- voelens van de maker tot uitdrukking brengen. Op welke wijze kan de architect der gelijke artistieke bedoelingen verwezenlijken? Jan Wils definieert in zijn boekje 'De sierende elementen in de bouwkunst', dat meer geeft dan de titel suggereert, bouwkunde als de kunst op persoonlijke wijze een ruimte te omsluiten met behulp van bouwtechnische elementen als muren, ramen, het dak, enz. Karakteristiek voor het moderne bouwen is, meent hij, dat de bou wende kunstenaar die te omsluiten ruimte als een probleem ziet, voor de oplossing waarvan hij de beste toepassing van die bouwtechnische middelen dient te zoeken: uit de omsluiting dient een spanning te spreken, die zich oplost in de toepassing die de architect gevonden heeft. In tijden, die sterk op de traditie georiënteerd zijn, ontbreekt die spanning en ontstaat bij de beschouwer een gevoel van verve ling en onverschilligheid. In een periode waarin nieuwe wooneisen, nieuwe midde len en materialen ontstaan, wordt die te omsluiten ruimte als vanzelf tot een pro bleem, dat alleen door persoonlijkheid opgelost kan worden. Dat dit plaats heeft Ieder detail in Endymion is doordacht bewerkt: hier een voorbeeld van de trapspijlen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1978 | | pagina 12