- 21 -
Op 11 april 1797 koopt H.J. Koenen van de erven Mabé-Grevingh de herberg
het Haringbuys en het buitenverblijf Bosch- en Landzicht voor 10.000,
De naam Bosch- en Landzicht wordt dan voor de eerste maal gebruikt.
Koenen sterft in 1808 en op 4 mei 1809 koopt Jan Nicolaas van Eijs te
Amsterdam Bosch en Landzicht en de herberg van Francona Antoinetta
Coenrardina Pauw, weduwe van Hendrik Jacob Koenen, en Maria Aletta Koenen,
weduwe van Jan Willem Winter.
De herberg heeft dan een koe- en paardestal en een bouwhuis, de oppervlakte
is dan 400 roe.
De tol wordt opgeheven op 1 maart 1918 na overdracht van de weg aan de
gemeente Bloemendaal. De pacht rust dan al bijna een eeuw bij de familie
Van der Velden.
Het uithangbord hing nog tot 1928.
Een bezienswaardigheid in de herberg was een perkament, waarvan ons nu nog
slechts een foto rest. Dit perkament meldt een maaltijd van de Hertog van
Langeveld die 2 uur duurde en 4 gulden, 5 stuivers kostte in 1620.
Er bestond helemaal geen hertog van die naam, wel was er een familie van
die naam in de buurt van De Zilk. Waarschijnlijk gaat het hier om een grap,
temeer waar de taal waarschijnlijk van 1833 dateert in plaats van 1633,
zoals gesteld wordt, en het jaartal door een inktvlek onleesbaar is.
A. Loosjes Pzn. maakt er in zijn "Hollands Arkadia" (1804) melding van
en ook Allan treft het perkament in 1877 aan. In 1934 ontvangt mej
Nierhoff van de heer P. Tideman een foto en de melding, dat het gekleurde
origineel berustte bij de familie J. van der Velden te Heemstede.
Na overdracht van het Haringbuys aan de gemeente werd de toekomst
van het gebouwtje onzeker. Ten behoeve van het moderne verkeer moest de
weg verbreed worden.
Pogingen het gebouw over te doen aan het Openluchtmuseum te Arnhem
mislukken, omdat de indeling niet meer origineel is.
In 1958 is er sprake van verplaatsing naar een stuk grond in Overveen
tussen Roozendaal en Belvedère. Op 16 april 1959 besluit de gemeenteraad
het gebouwtje te laten staan, dat echter aan restauratie toe is.
In 1962 wordt deze restauratie uitgesteld, maar na een raadsbesluit in
1963, is in oktober 1964 een gerestaureerde Haringbuys te vinden in een
vreemdsoortig plantsoentje.
Het enige wat nog herinnert aan een stormachtig verleden zijn de grenspalen
van het Claverbladt in de tuin van Bosch- en Landzicht en de bijeenkomsten
van de 'Vinitiers de la Tass'Armee'.