Zeer uitgebreide gegevens komen voor in het Aardrijkskundig woordenboek van A.J,
van der Aa, uitgegeven in 1848. Daarin staat:
"het huis te Vogelenzang, vanouds de Voghelsanck, buiten in het baljuwschap van
Brederode, ongeveer een half uur van het gehucht Vogelenzang. Dit buiten diende
lange tijd tot een grafelijk lust- of jagthuis, waartoe de naburige duinen eene
voegzame gelegenheid verschaften. Het was gesticht door Floris V, graaf van
Holland, die er vaak zijn verblijf hield, zoals blijkt uit onderscheidene gift
brieven, die aldaar zijn uitgegeven. Hertog Albert van Beijeren, graaf van
Holland, heeft het in 1383 aan Heer Reinoud van Brederode geschonken in vergel
ding van de door hem gedane trouwe diensten, waardoor het tot de heerlijkheid
Brederode gebragt, en later onder het baljuwschap van Brederode gekomen is.
Allengs raakte het gebouw, waarvan ondanks het gedane onderzoek geen spoor te
ontdekken is, in verval, en lag lange tijd genoegzaam in eenen puinhoop, tot
omtrent het midden der zeventiende eeuw, wanneer het door Jacobus de Jongh
herbouwd en in de staat gebragt werd, zooals het zich nog heden vertoond. Men
heeft van de duinen een verrukelijk uitzigt achter het huis. Voorts heeft men er
uitgebreide beplantingen. Het beslaat met de daartoe behorende gronden, eene
oppervlakte van 294 bunder, 19 voer rijnlandsch. 15 v.ell. en wordt thans in
eigendom bezeten door Jonkheer Phillip Barnaart, van Bergen, woonachtig te
Haarlem"
Uit het voorgaande zou blijken dat het jachtslot moet hebben gestaan op de plaats
van het huidige Huis te Vogelenzang, maar jhr W. Barnaart (overleden in 1952)
heeft weieens beweerd dat juist Teylingerbosch als het grafelijk jachthuis heeft
dienst gedaan.
Met al deze soms tegenstrijdige gegevens is toch de geschiedenis van 'de Voghel
sanck' als volgt samen te stellen:
1290 gesticht en bewoond door Graaf Floris de Vijfde
1383 Albrecht van Beijeren, graaf van Holland, schenkt het huis aan Reynoudt,
graaf van Brederode
1400-1550 in verval geraakt "genoegzaam in eenen puinhoop"
1584 Hopman Herman Olthoff wordt grondeigenaar
1589 de weduwe Catrijn Olthoff-Schopmans koopt er de nodige grond bij
1596 op 29 december verkoopt de weduwe het huis, weiland en wildernis aan mr
Jacob Hendrixz Saffius en Goossen Jacobsz Hooft voor 3.100,(een por
tret van Saffius hangt in het Frans Halsmuseum, Haarlem)
1610 op 31 juli verkoopt Saffius (Hooft is niet langer deelgenoot) "de hofstede
het huis te Vogelenzang" aan de goudsmid Cors Reyeresz, poorter van
Amsterdam
1627 Jacob Jacobsz de Jongh koopt "de plaats" voor 5.500,Hij maakte er
een schone, welgelegen hofstede van met grachten rondom,
1630 op 17 januari koopt Geraert van Schoonhoven "Vogelensangschen Lusthof"
voor 12.500,
1648 Jeronimus Haze koopt het huis boerderijen voor 14.000,
1733 op 24 maart krijgen de eigenaars van de Hofsteede en Huisinge genaamt de
Vogelezang het privilege voor de "Vrije Jagt - in de Houtvesterije van
Brederode"
1734 "het Huis te Vogelensang met aangehoorigheden 17 morgen plaggenweide
groot 3 morgen" wordt gekocht door Bartolomeo Andreoli, geboren in Milaan,
koopman en consul van Zijne Keizerlijke Apostolische Majesteit te
Amsterdam, voor 19.000,
1757 Jan van Marselis (1731-1791), heer van Zandvoort, koopt de buitenplaats
voor 12.000,
1778 hij koopt er Teylingerbosch bij
22