Vlak voor de ramen staat het boomtheater,
Insecten trekken strepen langs de ruit
en vlinders buitlen om elkanders buit.
Een dikke duif vliegt in de groene krater
van bladeren, een duiker onder water,
en komt er later even oud weer uit...
Als ik een landschap wilde tekenen hoefde ik niet ver te reizen.
Ik klom eenvoudig over het rasterhek, liep tien meter verder en
was midden in het bos van Klein Duimpje. De groene krater! Op
een zomermiddag zat ik er op mijn vouwstoeltje, het schetsboek
op mijn knieën en maakte een uitvoerige pentekening van het stru
weel. Heerlijk is het om in de natuur te zitten terwijl je met
iets bezig bent: vissen, botaniseren of tekenen. Naast mij had ik
een flesje Oost-Indische inkt en op de grond een bakje met water,
om de inkt in de pen af en toe te verdunnen voor de details waar
dat nodig was. Het werk vlotte goed en het werd, al zeg ik het
zelf, een aardige tekening. Toen ik mij weer eens bukte om mijn
pen in het bakje water te dopen, zag ik iets op de grond tussen
het groen bewegen. Een ogenblik dacht ik of het misschien de slang
in het paradijs was, want waarom zou de duivel het niet nog eens
een keer proberen, na die eerste zo goed geslaagde poging destijds
Maar tot mijn stomme verbazing bleek het niet de slang maar een
tamelijk grote schildpad. Ik wist niet dat die dieren hier inheems
waren en zo maar in de vrije natuur rondscharrelden. Dat was dan
ook niet zo, want dwars over zijn schild was een strookje papier
geplakt. Daar stond zijn adres op, in inktletters die door de
dauw helemaal doorgelopen waren, maar nog net leesbaar: Bispinck-
laan 50! Hij bleek dus mijn buurman te zijn, vijf huizen verder.
Daar werd ik begroet als de Messias. Ja, ze waren hun schildpad
kwijt, hij was al een week vermist. Spoorloos. Het meisje ging met
mij mee, naar de plek van mijn vouwstoeltje en bracht de verloren
zoon in triomf weer naar huis terug. Steeds als ik die tekening
weer in mijn map tegenkom moet ik aan dat beest denken. Misschien
leeft hij nog, want ze zeggen dat schildpadden heel oud worden.
Ik had hem er eigenlijk bij moeten tekenen, maar daar liet het mei
je mij de tijd niet toe.
Nu bestaat die tuin niet meer, althans grotendeels niet meer. Ze
hebben het bos van Doornroosje omgehakt en op de kale plek een
modern kleuterschooltje gebouwd. Een schildpad kan niet meer onge
zien een week rondscharrelen. En mijn tekening is een curiosum ge
worden, een herinnering aan een verdwenen sprookje. Paradise lost!
Pactoor Olierook heeft dat niet meer beleefd. Hij stierf in de
Kerstnacht van 1961, tijdens de Nachtmis. Daar verhuisde hij naar
een ander Paradijs waar de leeuw en het lam bij elkaar liggen en
de schildpad geen adreskaartje over zijn pantser meer nodig heeft.
Sparrenheuvel, het vroegere woonhuis van de garenfabrikant Ignatiu
Bispinck, was van 1942 tot '45 door de duitse Wehrmacht bezet.
In de hal was met Gothische trekletters op de muur geschilderd:
"Lasz sie herzen, lasz sie klissen,
Wer weisz wie bald sie sterben müssen!"
15