HET STATION VOGELENZANG
Nadat op 20 September 1839 de eerste spoorlijn in ons land geopend
was, tussen Amsterdam en Haarlem, werd reeds enkele jaren nadien
deze lijn doorgetrokken tot Hillegom. Dat was in 1842, toen op
2 Juni deze verlenging met 16 km voor het publiek werd openge
steld. Het voorlopige eindpunt van deze verlenging - in afwach
ting op de verdere voortzetting van de lijn naar Leiden en verder -
was gelegen in Hillegom te Veenenburg. Dit eindpunt lag circa 5 km
ten zuiden van het huidige, nu buiten gebruik, stationsgebouw
Vogelenzang-Bennebroek
De spoorlijn bestond uit één spoor, dat een spoorbreedte had van
2 meter. Spoedig werd een tweede spoor aangelegd, doch in 1856
werd dit tweede spoor van Vogelenzang tot Haarlem weer opgebroken,
om vervangen te worden door een smaller spoor van 1453 mm. Dit
om reden dat de lijn tot Rotterdam was doorgetrokken en nu aange
past moest worden aan normaal spoor. Nadat het gedeelte Haarlem-
Vogelenzang gereed waskwam het volgende stuk tot Veenenburg aan
de beurt. Op 9 Juli 1866 kon op dit gedeelte van de lijn op dubbel
spoor van 1453 mm gereden worden.
Bij de halte Vogelenzang kwam weldra rechts van de spoorlijn een
zgn. zanderijspoorvoor zandtransportPas in 1912 werd een ander
zijspoor aangelegd, en er kwam naast het stationsgebouw een ver
hoogde los- en laadplaats.
Vóór 1881 stond er een houten stationsgebouw, bestaande uit een
wachthuisje en een plaatskaartenkantoor plus nog een apart staande
won i ng
In 1881 werd dit vervangen door het huidige stenen stationsgebouw.
Een fraai bouwwerk met in de zijmuren, de dichte zijvlakken naar
de spoorzijde, reliefs met voge1afbee1dingeneen ruime overhangen
de houten kap met veel houtbewerking. Het interieur bestaat uit
een ruime hal, met tegelvloer, aan de linker hand ervan een schuif
deur welke toegang verschaft naar het bagage-depót en goe'derenloods
recht vooruit een plaatskaartenkantoor, tevens kantoorruimte en
naast de voordeur, welke naar een der bovenwoningen leidt, een
houten deur, welke toegang geeft tot de zgn. 2e klas wachtkamer.
Een buitendeur leidde naar een waranda, waar houten vaste banken
tegen de muur waren aangebracht. Bij mooi weer kon men hier op de
trein wachten. Een andere deur leidde tot de 3de klas wachtkamer,
een grote vierkante ruimte met banken tegen de muren en een aparte
deur aan de andere zijde waar eveneens een overdekte loopgang was,
welke wederom toegang gaf tot de hal.
Voorts waren er nog twee bovenwoningen. Het witgeschilderde gebouw
met het houten dak had iets weg van een Zwitsers chalet en stak
goed af tegen de omgeving.
Op 1 Mei 1911 werd de naam Bennebroek toegevoegd, zodat de naam nu
luidde: Station Vogelenzang-Bennebroek.
Dat de drukte op deze spoorlijn in het begin niet erg intensief was,
blijkt uit de dienstregeling, waaruit men opmaakt, dat in 1842, bij
de opening van deze lijn, er 4 treinen in beide richtingen, hier
stopten. In 1852 werden dit er 5 en pas in 1884 stopten er 6 trei
nen
30