PWN BOUWT IN BLOEMENDAAL
De drinkwatervoorziening in den lande was zo'n 75 jaar geleden
nagenoeg beperkt tot enkele steden. In Noord-Holland waren dat
Amsterdam, Haarlem, Zaandam, Alkmaar, Egmond en Den Helder.
Het waren waterleidingbedrijven met winningen vlak in de buurt
en daardoor korte verbindingen tussen winning en distributiege-
bied, dat tevens een hoge bezettingsgraad had. Voor de stedelijke
gebieden lag de verhouding tussen lengte van de buisleiding per
aangeslotene veel gunstiger dan voor de buitenstedelijke gebieden.
Noch commerciële noch andersoortige bedrijven namen dan ook het
zien. Het provinciaal bestuur zag dat met lede ogen aan en gaf
derhalve aan het begin van deze eeuw het Rijksinstituut voor de
drinkwatervoorziening in Nederland opdracht een plan te ontwer
pen opdat eerlang alle inwoners van de provincie voorzien zouden
worden van betrouwbaar drinkwater.
Nadat het ingediende plan was goedgekeurd werd als startdatum
1 jan. 1920 gekozen. Twee reeds bestaande bedrijfjes op commer
ciële basis werden overgenomen, te weten de Alkmaarsche en Zaan-
landsche Waterleiding en in hoog tempo werd een en ander ter hand
genomen en uitgevoerd.
Op 1 september 1919 hadden de directie en medewerkers hun werk
zaamheden reeds aangevangen in een aula aan de Ruysdaelweg.
Deze werd al spoedig te klein -en er werd inwoning verzocht en ge
kregen bij grote broer het PEN aan de Korte Kleverlaan, hoewel de
familierelatie het PEN er niet van weerhield een forse huur te vra
gen
De groei van het aantal personeelsleden hield wel geen gelijke tred
met de uitbreiding van het voorzieningsgebiedtoch was het PWN
hard op weg een koekoeksjong te worden in het PEN-gebouw. Bovendien
deed zich de behoefte aan een eigen bacteriologisch en chemisch
laboratorium steeds sterker gelden.
Na wikken en wegen werd besloten tot het oprichten van een bureel
gebouw in het Kinheimpark zoals de directeur op 8-2-'27 met ver
schuldigde eerbied te kennen geeft aan de Raad der gemeente Bloe-
mendaal
Na wat aanpassingen van het ontwerp werd op 24 maart 1927 onthef
fing van art. 14 van de Bouwverordening verleend, op 28 maart de
bouwvergunning aangevraagd en op 5 april bouwvergunning verleend.
De toenmalige directeur van het PWN, de heer J. van Oldenborgh was
wat men kan noemen een voortvarend mens. Dat blijkt ook uit zijn
berichtgeving aan Gedeputeerde Staten waarin hij kenbaar maakt dat
de onderhandelingen o.a. met de gemeente Bloemendaal voor enige
stagnatie in het project hadden gezorgd.
Om de opgelopen achterstand te elimineren verzoekt hij toestemming
om de bouwopdrachten te mogen splitsen in een hei- en grondwerkbe
stek en een bouwbestek, waarvoor hij op 13 april 1927 de machtiging
krij gt
Reeds een week later wordt de le van de 4 proefpalen geslagen in
wat toen nog een nagenoeg woest en ledig Kinheimpark was. (foto 1)
Op 19 mei begint de fa. Venhoven en Evers uit Heemstede aan de
heiklus omvattende 684 palen lang 10 m, diameter aan de kop 25 cm
en aan de punt 17 cm. Tevens werden er 60 palen van gelijke afme
tingen onder de bijbehorende dienstwoning en garage geslagen.
om het platteland van betrouwbaar drinkwater te voor-
33
