den met het jaartal 1568 erop. Dat wijst er op, dat er op de Nuys-
senburggrond een boerderij of een andere woonstede heeft gestaan
vóór Diderick zich daar vestigde. Aan het einde der 16e eeuw kwam
het gebruik in zwang, dat vermogende poorters zich gingen vestigen
op het platteland, buiten de veilige muren van de stad. Als men
zich dat financieel kon veroorloven, waren er nauwelijks nog
strategisch-mi1itaire overwegingen aan te voeren om het niet te
doen. Immers de middeleeuwse partijtwisten waren uitgewoed. Het was
op het platteland in beginsel even veilig als in de stad.
Een der eersten - gevolgd door vele Haarlemmers en Amsterdammers -
die een hofstede stichtte was Diderick van Nuyssenburg. Hij sticht
te een huis met opstallen in renaissance stijl.
Tekening
In 1730 maakte Cornells Pronk een tekening van Oud Nuyssenburg.
Deze tekening is opgenomen in het schetsboek van Cornells Pronk,
dat in het bezit is van het Rijksprentenkabinet in Amsterdam.
Bedoelde tekening is heel vaag. Afdrukken is vrijwel onmogelijk.
Een foto van het origineel is in ons bezit. Hieronder treft men
een bijgewerkte tekening aan.
f'
I
Oud Nuyssenburg, getekend door Cornells Pronk in 1730 (bijgewerkt)
Spoedig na de bouw werd overgegaan tot uitbreiding van de terreinen.
Op 24 augustus 1588 verkochten Gasthuismeesters van St. Elisabeth
te Haarlem aan Dirck van Nuyssenburg twee morgen land in Overveen,
gelegen naast zijn eigendom en verder belend: ten oosten aan de
Houtvaart, ten westen aan de Buurweg en ten zuiden aan de terreinen
van Mr. Dirck van Beeckesteyn.
Waarschijnlijk werd van dat land het fraaie park met singels, fon
teinen en een doolhof gemaakt, waarover in de verkoopacte wordt
gesproken.
Op Nuyssenburg overleed de eerste vrouw van Diderick. Hij hertrouw-
27