Het rijden zonder geldig plaatje werd bestraft met een boete van
vijf gulden. In de tijd dat de prijs van een reep chocolade vijf
cent was, voor een 12-jarige dus een fors bedrag. Prettig ontspan
nen fietsen was het dus niet direct. Je moest altijd op je hoede
zijn, op de meest onverwachte plaatsen en tijden werd gecontro
leerd. Zelf heb ik eens een half jaar zonder plaatje gereden (ik
verwacht geen navordering meer!daarna kon ik voor de halve prijs
een plaatje overnemen en kocht daarmee een stukje vrijheid.
Terecht zult U opmerken, dat wanneer je een nieuwe fiets kunt kopen
de prijs van een rijwielplaatje (van 1924 tot 1928 was dat drie
De in 1887 door de Engelsman
J. Stanley geconstrueerde
"safety-bicycle
gulden per jaar, daarna werd het verlaagd tot f.2, 50) er ook wel
afkon en dat was voor velen ook zo. Toch moesten veel mensen genoe
gen nemen met een oud karretje. Om aan een fiets te komen begon je
van oude afgedankte fietsen de onderdelen af te halen die je voor
je nieuw te bouwen fiets nodig had. Er bestond ook een levendige
ruilhandel tussen maatjes die met hetzelfde plan rondliepen.
Moeilijk was het om aan een achterwiel met remnaaf te komen. Na
lang zoeken vond ik er een compleet met wiel waaraan een aantal
spaken ontbraken op de voormalige vuilstortplaats van de gemeente
Bloemendaal aan de Kennemerweg op de grens met Santpoort. Het
grootste probleem waren de buitenbanden, als je die vond zater er
altijd gaten in. Van een nog slechtere band werden de velgen afges
neden, de stukjes band op de vereiste lengte geknipt en vervolgens
onder de gaten van de buitenband gelegd. Dat riep bij mij jeugdsen
timenten op: tijdens het fietsen had je het gevoel dat je op een
hobbelpaard zat. Om van dat gevoel (en de vele lekke banden) af te
komen, besloot ik twee nieuwe banden te kopen.
Daarvoor ging je naar "De Rijwieltrustin de Haarlemse Zijlstraat.
De zaak bestaat nu nog. Voor f.1. 19 per stuk kocht je twee Miche-
linbanden. Steevast probeerde de baas je ook een stel binnenbanden
aan te praten. Maar dat vond je niet nodig, die waren nog prima al
vertoonden ze veel gelijkenis met de landkaart van een dichtbevolkt
gebied met grote plakjes als steden en de kleine als dorpen. De
nieuwe buitenbanden hielden de boel wel bijelkaar. Een nieuwe
fietsbel van een kwartje completeerde het geheel, dat was naast de
trotse bezitter van het vehikel het enige dat aan de fiets glom.
Trots toonde ik mijn pas verworven bezit aan mijn vriendjes en
vertelde wat het had gekost. Een van hen merkte op dat de prijs van
het rijwielplaatje, f.3,--, meer was dan ik voor de fiets had
uitgegeven. Maar goed, men zegt wel dat de waarde niet alleen in
het bezit schuilt maar ook in de wijze hoe je het verkregen hebt.
18