hall en een keuken aan toegevoegd. (In later tijd is het huis aan de duinzijde nog aanmerkelijk uitgebreid.) Het is aardig om te zien hoe de indeling van een huis de tijd verraadt waarin het ontworpen is. Als er op een ontwerp een "open keuken" of een "hobby-ruimte" is aangegeven, dan hebben we stellig te maken met een huis uit de tweede helft van de twintigste eeuw; in de zeventiende en achttiende eeuw hebben grote huizen veel vertrekken zonder vaste bestemming. Slaap kamers konden zowel boven als berieden ingericht worden, de maaltijden werden opgediend daar, waar de bewoners of hun gasten waren. In de negentiende eeuw worden vaak al van tevoren specifieke bestemmingen aan de vertrekken gegeven. Op plat tegronden vinden we aanduidingen als: kinderkamer, spreekkamer, biljartkamer, poetshok, kofferzolder. In Borski's landhuis trekt de ruime eetkamer en de ernaast gelegen dessertkamer de aandacht. De eetkamer was afgewerkt met een licht gemarmerd behang op muurvakken die afgebiesd waren met bronzen kaders. De lambrizering was donker gemarmerd, de rest lichtgrijs geschilderd. De schoorsteenmantel was van licht "napoleonmarmer" In de vorige eeuw groeide de maaltijd van de "grande bourgeoi sie" uit tot een ritueel dat een passende omgeving vergde. Het diner, waarbij vaak gasten aanzaten, was een representatieve gebeurtenis van belang. De tegenstelling tussen rijkdom en armoede was groot - wie welgesteld was demonstreerde dat ook door zijn eetgewoonten. Men at veel en tafelde langdurig. Het verbaast ons niet te vernemen dat de heer Borski bij het klim men der jaren zeer zwaar werd en moeilijk overeind kon komen. Aan de tafelversiering werd steeds meer aandacht besteed, schotels werden decoratief opgemaakt. Serviezen telden honder den stuks borden, schalen, schotels, kommen en terrines in een grote variatie van afmetingen en vormen. Kilo's tafelzilver lagen goed gepoetst gereed. Kristallen wijnkaraffen stonden in het gelid op mahoniehouten buffetten, geslepen glazen van verschillend model waren in grote aantallen voorhanden. Lonen waren laag, huispersoneel was in voldoende mate aanwezig. Het kon uren bezig zijn met bewerkelijke gerechten, diende op en ruimde af en bleeft nog geruime tijd bezig met de afwas. De dessertkamer was bij dit alles onmisbaar. Niet alleen was het dessert wat meer dan een eenvoudig "toetje", maar alle schotels werden er klaargezet en serviezen, glaswerk en bestekken werden er opgeborgen. Een ander vertrek met een vaste bestemming vinden we op de slaapkamerverdieping. Daar is een aparte badkamer aangegeven. Of daarin een vaste of verplaatsbare kuip zou komen is uit de tekening niet op te maken. Badkamers met vaste kuipen werden voor het eerst sinds eeuwen weer ingericht aan het einde van de achttiende eeuw. Voor Koning Willem I was in 1816 in paleis Noordeinde een monumentale maar wat onpractische badkamer ontworpen met een verzonken bad dat door vloerdelen afgedekt kon worden. Het ontwerp werd niet uitgevoerd. David Borski's jongere broer Jan beschikte in Hartenlustdat in 1848 gereed kwam, over een ronde badkamer met een bad op wielen. Een aparte badkamer was in deze jaren nog een echt statussymbool. 22

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1989 | | pagina 23