staan in het Verpondingsregister (soort Kadaster) en op een
bevolking van ca. 2000 zielen zijn dit er slechts
De gemeenteraad komt voor een vergadering bijeen in de herberg
het Rechthuis te Overveen, waar voor deze vergaderingen een
kamer wordt gehuurd. Pas in 1846 verkrijgt de Gemeente een
eigen raadhuis, gebouwd door de architect Zocher, welk gebouw
tegenover het Oude Rechthuis te Overveen komt te staan.
Tot de taken van het gemeentebestuur behoren het toezicht
houden op het in ordentelijke staat houden van vaarten en
wegen, de zorg voor het onderwijs, de zorg voor de begraaf
plaats, het bijhouden van een burgerlijke stand van de ingeze
tenen, het bijhouden van een kadaster, de zorg voor het ver
werken van het huisvuil, het toezicht houden op de kwaliteit
van het brood en de zorg voor de openbare orde en veiligheid.
Opmerkelijk is bij dit rijtje taken het ontbreken van de zorg
voor de armen. In een tijd, waarin nog veel armoede bestaat, is
de zorg voor de armen geen specifieke taak van het gemeentebes
tuur. Dit laat deze over aan de kerken en aan het sociaal
gevoel van de meer vermogende inwoners.
In het archief van de R.K. Kerk te Vogelenzang bevindt zich
bijv. nog een exemplaar van het Armenreglementdat door het
gemeentebestuur op 3 Jan. 1828 was opgesteld.
In dit reglement worden de armen verdeeld naar godsdienst;
daarbij wordt de desbetreffende parochie of kerkgenootschap
voor de armenzorg aangewezen. Indien de armen niet behoren tot
een kerkgenootschap, dan pas vallen ze onder de algemene ar
menkas van de gemeente
In ditzelfde Armenreglement wordt ook het onderwijs, de begra
fenis en de verzorging van de achterblijvende kinderen gere
geld
Typisch voor deze tijd is, dat er niet wordt gesproken van het
dorp, waarin men woont, doch van, het gehucht in hetwelk zij
tijdens hun verval tot armoede woonachtig zijn.
Rond 1840 is er van gemeentewege ook nog geen bemoeienis met de
posterijen. Dat komt pas 10 jaar later, als er een postbode in
de gemeente wordt aangesteld.
De economische betekenis van de gemeente is niet groot. Er
bestaan nog enkele blekerijen, de meeste zijn verdwenen en
hiervoor is nu een opkomende bloembollencultuur gekomen, vooral
onder Overveen.
Er bevinden zich enkele zeer oude en ook steeds meer jongere
landgoederen. Deze jongere landgoederen zijn meestal het eigen
dom van stadsmensen, die ondervonden hebben, dat het goed wonen
is in deze groene rustige omgeving.
Wat betreft de levensomstandigheden van de bevolking weten wij,
dat er velen zijn die armoede kennen, doch echt honger wordt
er niet geleden, dank zij de aardappelenteelt en de houtrijk
dom
Altijd worden er aardappelen gegeten, zelfs bij het ontbijt,
aangezien brood, door de hoge accijnzen, voor velen te duur is.
Die aardappelen worden dan met azijn en augurken verorberd.
Alleen 's Zondags komt er vet aan te pas. Al wordt Holland
genoemd als het land van boter en kaas, de arbeiders merken
hier weinig van.
5