GERARD HOLT EN STOOP'S OPENLUCHTBAD IN OVERVEEN
Omstreeks 1930 kreeg de jonge Haarlemse architect Gerard H.M.
Holt (1904-1988) van Adriaan Stoop opdracht het Stoop's Bad
uit te breiden met het eerste Nederlandse buitenbad van Olym
pische afmeting (25 bij 50 m.Wat ging daaraan vooraf?
Holt volgde tussen 1924 en 1926 een architectuuropleiding
aan de Haarlemse School voor Bouwkunde en Versierende Kunstam
bachten. Daarna werkte hij onder meer in Amsterdam bij de
architectenbureaus van J. BoterenbroodJ.F. Staal, H.Th.
Wijdeveld en de gebroeders Baanders. Het was de periode waarin
de architectenstroming "Amsterdamse School" hoogtij vierde.
Holt vertelde mij in 1981 dat hij
werd beïnvloed door de zuivere,
ambachtelijke instelling van de
Amsterdamse School-architecten: "Ze
beleden op hun wijze een soort func
tionele gedachte. Zij toetsten wat er
gemaakt werd in de beoordeling aan de
functionaliteit, maar met gebruikma-Êm
king van de toenmalige ambachtelijk- Gerard H.M. Holt ,1931.
heid"
Eind jaren-'20 raakte Holt in toenemende mate gegrepen door de
moderne zakelijkheid in het bouwen. In een lezing uit 1931
voor de Volksuniversiteit stelde Holt dat de strijd van de
mens voor de vervulling van materiële behoeften nu ook op
geestelijke hoogte vrijheid brengt. Het is de moderne zake
lijkheid in de architectuur welke het krachtigst zal bijdra
gen tot een oplossing voor de ontwikkeling van de maatschap
pelijke orde op een hoger plan. Daarmee is de architectuur
volgens Holt onderdeel van een breed maatschappelijk, cul
tureel en technisch ontwikkelingsproces.
In 1936 schreef Holt in het avantgarde tijdschrift De 8 en
Opbouw: "De sociale taak van elke schepping mag slechts uit
gaan naar het dienen van het algemeen belang en op het terrein
van de architectuur: naar het streven van een economisch,
zuiver, weloverwogen bouwen waarin alle mogelijkheden worden
benut die ons door de tegenwoordige kennis der techniek, stand
der industrie en de maatschappelijke verhoudingen worden
gegeven"
Het is in deze periode dat de jonge Holt de opdracht voor
het Stoop's openluchtbad als een enorme uitdaging aanvaardt.
Een dergelijk groot buitenbad was in Nederland nog niet eerder
tot stand gekomen. Holt maakte daarom een aantal studiereizen
naar zwembaden in London-WembleyAnnecy (F) en de Zwitserse
steden Basel-EgliseeVevey en ZÜrich.
Holt vertelde mij in 1982: "Daar kwam ik in aanraking met een
stuk techniek waar ik nimmer mee te maken had gehad. De bas
sins moesten bestand zijn tegen de grootste hittestraling in
de zomer en in de winter tegen droogte zonder kapot te vrie
zen. Dat was een heel moeilijke opgave. Zo'n diep bad lag een
eind onder de grondwaterstand. Werden de basins gevuld met
water, dan waren ze immens zwaar, honderden tonnen water, maar
als het 's winters leeggepompt werd om te worden schoonge
maakt, dan was het bad aan een enorme opwaartse druk onder
hevig. Dus daar waren paalfunderingen voor nodig die met
geweldige ankeringen vastgezet werden.
En dan nog die biologische kwesties, filteringen van water
e.d. Ik kwam in contact met specialisten op dat terrein die we
21