Enkele opmerkingen terzijde De spelling in de akten en een doorkijkje naar oud erf goed: Men schreef zoals men dacht dat het hoorde. Spelling-voorschriften waren er tot de tweede helft van de 19e eeuw niet. Er was een zekere mate van uniformiteit, hoewel er vele varianten, ook in namen, voorkwamen. Problemen leverde dat waarschijnlijk nooit op. De hierboven vermelde lijst van eigenaars vertelt ons niet wie de beheerders, de exploitanten van 't Hemeltje waren. Toch waren zij het die meestal de sfeer bepaalden. Vandaar dat elders in dit blad aandacht aan deze Heden wordt geschonken. Regenwater De nauwgezette lezer van de akten wordt wel eens beloond met nadere informatie over wat kennelijk belang rijk was in het leven van onze dorpsgenoten vroeger. Bij herhaling kom je tegen dat de eigenaar het recht heeft op 'een vrijen o(s)singhdrop'. Dit is het recht op het regen water dat van het dak loopt. De eigenaar van het dak mag dat water opvangen - een dakgoot had men niet. Regenwater, toen waarschijnhjk nauwelijks vervuild, was kennehjk een waardevol iets. Ook de vermelding: 'rontsomme met eijgen muren' komt nogal eens voor. In 'ons' geval dan altijd met de beper king 'uutgesondert dat de coopers moeten gedoogen dat de haertstee ende schoorsteen van het cleyn huijsgen sta- ende de zuijdtzijde tegen de muer sal moeten blijven so die nu staet teghens ende opt voorscreven huys'. Ligging De Hgging van het pand werd eeuwenlang als volgt aange geven: 'een huijs metten erve ende werve staende tot Aelbertsberge in de voorscreven banne van Tetrode, daer de Buert van Blommendael uuthanght'. De nadere aanduiding luidde bijvoorbeeld: ten noorden Jacob Ariaens met de gerechticheijt aan des eigen hey- ningh, ten westen de wildernisse, ten zuijden Aelbert de timmerman met het voorscreven cleijn huijsgen ende ten oosten de heerenwegh(akte van 8 september 1660). Naamgeving In het oudst gevonden stuk wordt de aanduiding gebruikt: 'Daer de Buert van Blommendael uuthanght'. Tot 1756 blijft deze naamgeving gehandhaafd, zij het in nogal wisselende spelHng. Toen kreeg het uithangbord een nieuwe tekst en tekening: 'Het Huys te Brederode'. Een bord met deze naam en een afbeelding van het Huys te Brederode hangt nog steeds tegen de gevel. Er is ooit een rijmpje aan toegevoegd (zie elders in dit blad), waaruit blijkt dat men er eten en drin ken kon. In 1802 komt in de akte de naam voor: ('t Hemeltje), dus tussen haakjes. Heel vroeger, in 1710, werd de naam 't Hemeltje al gebruikt in een akte van een belendend huis. Brederode en 't Hemeltje blijven samen optrekken totdat pas in 1973 voor het eerst het pand officieel alleen 't Hemeltje wordt genoemd. Zelfs in de Rijksmonumentenlijst van 14 februari 1989 is nog sprake van 't Hemeltje of Brederode. Dat 'Daer de Buert van Blommendael uuthanght', moest veranderen, wordt begrijpehjk als we weten dat na de bouw van de Nederlandse Hervormde Kerk de buurt om de kerk langzaamaan belangrijker werd en tenslotte de Buurt, ook wel de Achterbuurt of Kerkbuurt werd genoemd. Onze 'Buert' werd toen de Voorbuurt. Herberg 'De Buert van Blommendael' werd "t Huys te Brederode'. De prijs De prijs tenslotte van 't Hemeltje door de eeuwen heen: Vanaf de vroegste akte tot die van 1814 heeft de prijs steeds geschommeld tussen 800 en 1.000 gulden. Maar in 1856 is hij gestegen tot 3.190 gulden. Deze stijging zet door tot heden. In de laatste akte moet meer dan een ton worden neergelegd om eigenaar te worden. Het open einde En toen, in 1660, deed de geschiedenis haar deur voor ons dicht. Vond ze, dat wij als amateurs, genoeg van haar geheimen hadden ontsluierd? De boeken van het Oude Recht, met daarin de akten die voor Schout en Schepenen van Tetterode, Aelbrechtsberg en Vogelenzang van 1587 tot 1811 gepasseerd waren, bleken vóór 1660 zo moeihjk leesbaar en de registers, wat onze herberg betreft, zo onvoUedig dat dieper doordringen op dit ogenblik niet meer mogelijk bleek. Wel werd in het koopcontract van 1660 verwezen naar een hypotheek op het huis die in 165 1 afbetaald had moeten zijn, maar dat was dan ook de laatste glimp in de oudste geschiedenis van 't Hemeltje. Geraadpleegde en zeer behulpzame historici konden ons niet verder helpen, en ook uit andere bronnen werden wij niet wijzer. Wel vonden we nog de eigenaar van 't Hemeltje in 1660: Jan Hendricxs, genoemd in de leden- Hjst van de Hervormde Kerk in 1632. Voorlopige conclusie Uit het koopcontract van 1660 is, gezien de genoemde hypotheekakte van vóór 1651, af te leiden dat 't Hemeltje Ons Bloemendaal, 16e jaargang, nummer 3, najaar 1992 9

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1992 | | pagina 10