Speurtocht
Van der Lijke, een ex-sergeant die in 1875 bij het
Bloemendaalse politiekorps was gekomen (met een jaar
wedde van 350 gulden per jaar) had in die bewuste nacht
dienst. Met de opdracht mee, de buitens extra in de gaten
te houden, zou hij zijn ronde doen - eerst op
Sparrenheuvel om via Hartenlust op Wildhoef te eindigen.
Maar op Wildhoef is hij nooit gekomen want tijdens zijn
nachtelijke speurtocht op Hartenlust betrapte hij de als
berucht staande Haarlemmer W. Joosten op heterdaad bij
het stelen van groente uit de tuin van Borski.
Van der Lijke, gewapend met sabel en stok stormde op de
dief af. Er ontstond een fikse vechtpartij waarbij jammer-
genoeg de veldwachter het onderspit moest delven. De
dief had Van der Lijke met een mes dodelijk getroffen en
het hazepad gekozen.
De volgende dag bracht dit voorval grote verslagenheid in
de Bloemendaalse gemeenschap. De dader werd uiteinde
lijk na een aantal dagen gepakt, maar de weduwe van de
veldwachter bleef met drie kleine kinderen en een schamel
weduwe-pensioen achter. De weldoener Jan Borski besloot
de weduwe haar leven lang jaarlijks van een financiële bij
drage te voorzien.
De Borski-Sillem Stichting
Het was deze familie die op 27 december 1879 de Borski
Sillem Stichting oprichtte. Met een paar familieleden werd
de stichtingsakte bekrachtigd bij de in Overveen wonende
notaris J. ter Hoffsteede. Deze Stichting had tot doel de
Bloemendaalse kinderen in de gelegenheid te stellen een
naai-, brei- en bewaarschool te bezoeken.
Naaischool
De school, die gebouwd zou worden door de
Bloemendaalse aannemer L. Rouwens, kwam te staan aan
de Boslaan nr. 26 hoek Schoolpad. Zij kon worden
bezocht door meisjes die lager onderwijs hadden genoten
om onderricht te krijgen in 'het linnen en wollen naaien'
en daaraan verwante werkzaamheden.
Meisjes die nog op de lagere school zaten, konden buiten
de schooluren breiles krijgen. De bewaarschool was er
voor kinderen die nog te jong waren voor de lagere
school. Zij werden onder behoorlijk toezicht nuttig bezig
gehouden. Er werd wel schoolgeld gevraagd, maar met de
aantekening dat het niet de bedoeling was de kas te spek
ken. Verder werd vermeld dat de ondenvijzeressen van de
protestantse godsdienst moesten zijn.
Het eerste bestuur bestond uit vijf leden; Jan Borski, C.D.
van der Vliet, Willem Borski jr. D. van der Vliet en predi
kant J.D. van Arkel. Een fonds van 50.000 gulden werd
belegd in het Grootboek der Nationale Schuld.
In 1880 had Rouwens de school opgeleverd en kon men
beginnen met vijftien meisjes.
Een kasboekje van drie jaar eerder wees uit dat mevrouw
Borski-Sillem en mevrouw Valenton, de echtgenote van de
predikant, onder leiding van juffrouw Lamblet, al met het
naaischooltje was begonnen. Voor de helft van deze vijf
tien meisjes was het schoolgeld blijkbaar een bezwaar,
want voor hen kwam het schoolgeld binnen via de dames
Van Vollenhoven, Borski en Van der Vliet. De naai-
opdrachten kwamen ook grotendeels van de gegoede
families uit Bloemendaal.
Zo produceerden de leerlingen baby-uitzetten, nachtkle
ding, lakentjes en dergelijke. Ook voor huishoudelijk per
soneel werd druk genaaid en zonodig versteld. Zo werd in
het tweede schooljaar voor mevrouw Visser-van Merle
twaalf dienstbodenhemden, -broeken, -schorten en zes
rokken voor dertien gulden gemaakt.
Tegenover deze inkomsten, aangevuld met het schoolgeld
van een gulden vijf en zeventig per twee maanden, ston
den de inkopen van garens, zwarte en gekleurde zijde en
merkkatoen.
In de financiële administratie wordt tot circa 1902 nog
over de naaischool gesproken, terwijl er vanaf 1912 sprake
is van verhtiur der naaischool aan particulieren.
Kleuterschool
De naaischool, waar juffrouw Lamblet de scepter zwaaide,
bevond zich in de westelijke vleugel van het gebouw, de
bewaarschool in de oostelijke vleugel. De eerste kleuter
leidster was mejuffrouw Anna Vonk. In 1918 was het aan
tal kinderen 54.
Omdat er blijkbaar geen familieleden van de stichters
bereid werden gevonden zitting te nemen in het stich
tingsbestuur, werd in 1922 besloten de stichting met haar
statuten en financiën onder te brengen bij het bestuur van
de Christelijke Mulo-school in Bloemendaal. De bewaar- of
kleuterschool kreeg als nieuw bestuur predikant De Vrijer
en zijn vrouw, ds. de Roos van Meerenberg, mevr.
Warnderink Vinke-van Verre en de heer H. Hogenbirk.
In 1981 kwam een einde aan de ruim honderdjarige kleu
terschool aan de Boslaan en trok de Borski-Sillem
Kleuterschool bij de lagere Bos en Duinschool in.
Sinds dat jaar maakt de Borski-Sillem Stichting deel uit van
de Stichting voor Protestant Christelijk Basis en Voortgezet
Ons Bloemendaal, 18e jaargang, nummer 1, voorjaar 1994
15