Meer en Berg In de 17e eeuw lagen er in Aelbertsberg, tussen het 'Hof te Aelbertsberg' en het 'Huis te Brederode' een paar hofsteden (buitenplaatsen) met bleker ij en eraan verbonden, die door de eigenaars afzonderlijk verhuurd werden. Een grote hofstede met blekerij was omstreeks 1600 in het bezit van Nanning Floriszoon Cloeck. De hofstede heette dan ook 'Cloecken- daal'. Rond 1655 veranderde de toenmalige eigenaar, Willem van Gennip, de naam in Meer en Berg, naar het aanwezige meertje achter de duinen. In 1844 werd de hofstede Meer en Berg gekocht door de Provinciale Staten van Noord-Holland, met de bedoeling hier een gesticht voor de verpleging van zenuwzieken te bouwen. Dit gesticht verrees op afstand van de bewoonde wereld en werd gebouwd volgens het gesloten-corridor systeem. De gangen in de gebouwen kwamen altijd op elkaar uit. De eerste patiënt werd in 1849 opgenomen. Men maakte op verschillende wijzen onderscheid bij de patiënten: de mannen woonden in het noordelijk gedeelte en de vrouwen in het zuidelijk deel. Verder kende men het onderscheid rustig, half-rustig en onrustig. Bovendien was er ook een onderscheid tussen rijk en arm. De rijken woonden aan de voorzijde, de armen aan de achterzijde. Uitbreiding De grootte van het terrein was aanvankelijk 29 ha. Door verscheidene aankopen in de loop der jaren is het uitge breid tot 90 ha. De eerste gebouwen waren berekend op een bezetting van 250 patiënten. Grote uitbreidingen zijn later gerealiseerd. In 1866 kwam het Paviljoen gereed en in 1888 kon het 'Nieuwe Gedeelte' in gebruik worden genomen. Het aantal patiënten kon toen worden uitge breid tot ongeveer 1.500. De terreinen rondom de gebou wen zijn aangelegd door tuinarchitect Zocher, zodat u tij dens de wandeling van de mooie bos- en parkaanleg zult kunnen genieten. Museum In 1918 is de naam 'Meerenberg' vervallen en veranderd in Provinciaal Ziekenhuis. De totstandkoming van de histo rische collectie in het museum in het Oude Koetshuis is te danken aan het particulier initiatief van de heer A. Jonker. Hij was als hoofd van de tuindienst aan het ziekenhuis verbonden en kreeg regelmatig de opdracht oude en in onbruik geraakte zaken te vernietigen. Als één der weini gen realiseerde hij zich de historische waarde van deze voorwerpen en ging hij een aantal voorwerpen verzame len. Het resultaat van dit bijeengaren en verzamelen kunt u met eigen ogen bekijken in het museum. Aarduppelschilsters met toezichthoudende verpleegsters (archief P.Z.) 4 Ons Bloemendaal, 18e jaargang, nummer 3, herfst 1994

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1994 | | pagina 6